direct naar inhoud van 5.5 Milieuhinder niet-agrarische bedrijven
Plan: Kernen gemeente Korendijk
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0588.BPGWNDPHZBA13-VG01

5.5 Milieuhinder niet-agrarische bedrijven

Toetsingskader

Binnen het plangebied ligt ten noorden van de kern Zuid-Beijerland een bedrijventerrein. Daarnaast zijn verspreid over de kernen diverse bedrijven aanwezig. In het kader van een goede ruimtelijke ordening is van belang dat bij de aanwezigheid van bedrijven in de omgeving van milieugevoelige functies zoals woningen:

  • ter plaatse van de woningen een goed woon- en leefmilieu wordt gegarandeerd;
  • rekening wordt gehouden met de bedrijfsvoering en milieuruimte van de betreffende bedrijven.

Met behulp van een milieuzonering is op de verbeelding aangegeven welke bedrijfsactiviteiten op een locatie kunnen worden uitgeoefend. De milieuzonering is gekoppeld aan een Staat van Bedrijfsactiviteiten. Dit is een lijst waarin de meest voorkomende bedrijven en bedrijfsactiviteiten zijn gerangschikt naar mate van milieubelasting. De milieuzonering en de gebruikte Staten van Bedrijfsactiviteiten zijn gebaseerd op de VNG-publicatie Bedrijven en milieuzonering (herziene uitgave 2009).

Gelet op het verschillende karakter van het bedrijventerrein, de bedrijfspercelen die verspreid liggen over de kern en de bedrijvigheid in de centrumgebieden wordt in dit bestemmingsplan gebruikgemaakt van twee verschillende Staten van Bedrijfsactiviteiten, te weten:

  • de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'bedrijventerrein': deze wordt toegepast binnen de bestemming Bedrijf;
  • de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'functiemenging': deze wordt gehanteerd binnen de bestemming Centrum.

Voor een nadere toelichting op de aanpak van de milieuzonering met behulp van de beide Staten van Bedrijfsactiviteiten wordt verwezen naar bijlage 1 van deze toelichting.

Onderzoek

Algemene toelaatbaarheid

Bij de milieuzonering op de bedrijventerreinen is rekening gehouden met aanwezige burgerwoningen op de terreinen en in de omgeving daarvan. Voor de woningen in de omgeving van de terreinen is in het algemeen uitgegaan van het gebiedstype 'rustige woonwijk'. Voor woningen die zijn omgeven door bedrijven of andere functies is uitgegaan van het gebiedstype 'gemengd gebied', waarbij de richtafstanden met een afstandstap zijn verkleind.

 

Op de bedrijventerreinen wordt daarnaast per bedrijf één bedrijfswoning toegestaan. Dit komt overeen met ontwikkelingsmogelijkheden op grond van de voorgaande bestemmingsplannen. Voor bedrijfswoningen geldt dat er reeds sprake is van een verhoogde milieubelasting, er worden daarom minder hoge eisen worden gesteld aan het woon– en leefklimaat. De richtafstanden die gelden ten opzichte van een rustige woonwijk worden bij bedrijfswoningen met twee afstandsstappen verlaagd. Feitelijk komt dit erop neer dat direct naast bestaande en nieuwe bedrijfswoningen bedrijven uit categorie 3.1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'bedrijventerrein' toelaatbaar zijn.

Ter plaatse van de bedrijfspercelen binnen het plangebied met een bedrijfsbestemming die verspreid over de kernen zijn gelegen, zijn bedrijfsactiviteiten uit categorie 1 en 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'bedrijventerrein' algemeen toelaatbaar. Daarbij gaat het om lichte bedrijvigheid met beperkte (potentiële) milieuhinder.

In de centrumgebieden worden bedrijfsactiviteiten uit categorie A en B1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten 'functiemenging' algemeen toelaatbaar geacht. In een gemengd gebied is dit type bedrijvigheid direct naast of onder woningen mogelijk, zonder dat sprake is van onaanvaardbare milieuhinder.

Afhankelijk van de afstand tot de omliggende woningen worden bedrijven uit milieucategorie 2 oplopend tot maximaal categorie 3.1 toegelaten. De betreffende richtafstanden ten opzichte van een rustig woongebied bedragen 30 m (categorie 2) en 50 m (categorie 3.1). Hogere categorieën worden niet algemeen toegelaten, omdat in dat geval niet aan de richtafstanden ten opzichte van woningen of bedrijfswoningen kan worden voldaan.

Inventarisatie bedrijfsactiviteiten

De in het plangebied aanwezige bedrijven zijn geïnventariseerd en ingeschaald in de categorieën van de gebruikte Staten van Bedrijfsactiviteiten (zie bijlage 1). Enkele bedrijven vallen in een hogere categorie dan volgens de uitgewerkte milieuzonering algemeen toelaatbaar is (zie bijlage 2). Deze bedrijven krijgen een aanduiding op de plankaart. Hierdoor zijn deze specifieke bedrijfsactiviteiten, naast de bedrijfsactiviteiten uit de algemeen toelaatbare categorieën, volgens het bestemmingsplan toegestaan. Uitgangspunt is dat deze bestaande bedrijfsactiviteiten in het milieuspoor reeds zijn afgestemd op de omliggende gevoelige functies.

Conclusie

In dit bestemmingsplan wordt door de gehanteerde milieuzonering, die in de bestemmingsplanregeling is opgenomen, zorg gedragen voor een goed woon– en leefklimaat ter plaatse van de woningen en worden de bestaande bedrijven niet in hun functioneren belemmerd. Geconcludeerd wordt dat het aspect bedrijven en milieuhinder de uitvoering van het plan niet in de weg staat.