direct naar inhoud van Artikel 7 Bedrijf - Uit te werken
Plan: Oude Vaartweg
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0579.BPOUDEVAART-VA02

Artikel 7 Bedrijf - Uit te werken

7.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf - Uit te werken' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijven uit de categorie 1 van de bij deze regels behorende Staat van bedrijfsactiviteiten, zoals weergegeven in bijlage 1;
  • b. kantoren met inachtneming van het volgende:
    • 1. zelfstandige kantoren tot een maximaal bruto vloeroppervlak van 1.000 m2 per vestiging;
    • 2. onzelfstandige kantoren tot een bruto vloeroppervlak dat minder bedraagt dan 50% van het totale bruto vloeroppervlak en minder is dan 3.000 m2;
  • c. de bij deze bestemming behorende bouwwerken en voorzieningen, zoals water, (ontsluitings)wegen, nuts-, parkeer-, en laad- en losvoorzieningen, groen, voet- en fietspaden, waterhuishoudkundige voorzieningen en (ondergrondse) afvalinzamelpunten.
7.2 Uitwerkingsregels

Burgemeester en wethouders werken de in lid 7.1 genoemde bestemming nader uit, met inachtneming van de volgende uitwerkingsregels:

7.2.1 Bouwregels
  • a. de bebouwing dient binnen het bouwvlak te worden gerealiseerd;
  • b. de maximale bouwhoogte bedraagt niet meer dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m) is aangeduid;
  • c. het bebouwd oppervlak bedraagt maximaal 1.201 m2 met dien verstande dat maximaal 6 panden mogen worden gebouwd met een maximum bebouwd oppervlak van 200 m2 per pand;
  • d. overkappingen zijn niet toegestaan;
  • e. het bestemmingsvlak 'Bedrijf - Uit te werken' dient voor minimaal 15% een groene invulling te krijgen;
  • f. in het bestemmingsvlak 'Bedrijf - Uit te werken' dient water te worden gerealiseeerd met dien verstande dat dit tenminste 15% van het toegenomen oppervlakte aan verharding dient te zijn;
  • g. in aanvulling op het bepaalde onder f dient het bestaande water dat wordt gedempt voor 100% te worden gecompenseerd;
  • h. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - afscherming' dient een groene afscherming in de vorm van bomen te worden opgericht;
  • i. er dient een calamiteitenontsluiting, ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - calamiteitenontsluiting' te worden gerealiseerd;
  • j. per 100 m2 bedrijfsvloeroppervlak dient in het bestemmingsvlak 'Bedrijf – Uit te werken' te worden voorzien in 2,05 parkeerplaatsen;
  • k. in afwijking van het gestelde onder j dient in het bestemmingsvlak 'Bedrijf – Uit te werken' per 100 m2 bedrijfsvloeroppervlak van een zelfstandig kantoor met baliefunctie te worden voorzien in 2,85 parkeerplaatsen.
  • l. van het bepaalde in lid 7.2.1 onder c kan worden afgeweken ten einde maximaal twee panden samen te voegen tot één pand, met dien verstande dat het maximum bruto vloeroppervlakte van een zelfstandig kantoor per vestiging, zoals bedoeld in 7.1 onder b1 en het maximaal bebouwd oppervlak zoals bedoeld onder 7.2.1 c niet wordt overschreden;
  • m. indien gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheid om twee panden samen te voegen zoals bedoeld onder 7.2.1 onder l, dan bedraagt het aantal panden minimaal 5.
7.2.2 Gebruiksregels
  • a. Bevi-inrichtingen zijn niet toegestaan;
  • b. detailhandel is niet toegestaan;
  • c. geluidshinderlijke inrichtingen in de zin van de Wet geluidhinder zijn niet toegestaan;
  • d. opslag van meer dan 10.000 kg consumentenvuurwerk is niet toegestaan;
  • e. activiteiten uit kolom 1 van bijlagen C en D van het Besluit milieueffectrapportage 1994 zijn niet toegestaan in de gevallen zoals bedoeld in kolom 2 van de desbetreffende bijlage;
  • f. bedrijfswoningen zijn niet toegestaan.
  • g. van het bepaalde in lid 7.1 onder a kan worden afgeweken, teneinde bedrijven toe te laten die voorkomen in een categorie hoger dan op basis van het bepaalde in lid 7.1 onder a toelaatbaar is, indien en voorzover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving geacht kan worden te behoren tot de toelaatbare categorie zoals genoemd in lid 7.1 onder a;
  • h. van het bepaalde in lid 7.1 onder a kan worden afgeweken, teneinde bedrijven toe te laten die niet voorkomen in de Staat van bedrijfsactiviteiten, indien en voorzover het betrokken bedrijf naar aard en invloed op de omgeving geacht kan worden te behoren tot de toelaatbare categorie zoals genoemd in lid 7.1 onder a;
  • i. het bevoegd gezag kan het plan wijzigen door het opnemen dan wel afvoeren van een bedrijf indien ontwikkelingen op het gebied van de milieuhygiëne dan wel technologische ontwikkeling daartoe aanleiding geven.
7.3 Bouwregels
7.3.1 Bouwregels

Op deze gronden mag uitsluitend worden gebouwd in overeenstemming met een in werking getreden uitwerkingsplan en met inachtneming van de in dat plan opgenomen regels.

7.3.2 Dempverbod

Op deze gronden mogen oppervlaktewateren alleen worden gedempt in overeenstemming met een in werking getreden uitwerkingsplan en met inachtneming van de in dat plan opgenomen regels.

7.4 Nadere eisen
7.4.1 Bevoegdheid

Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen aan de plaats en afmeting van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. een samenhangend straat en bebouwingsbeeld;
  • b. de verkeersveiligheid;
  • c. de milieusituatie;
  • d. de sociale veiligheid;
  • e. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden;
  • f. reclame-uitingen.
7.4.2 Toepassing

De bevoegdheid tot het stellen van nadere eisen wordt toegepast:

  • a. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • b. ter voorkoming van onevenredige aantasting van de parkeermogelijkheden in de naaste omgeving;
  • c. ter waarborging van de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving;
  • d. ter waarborging en ter voorkoming van een ruimtelijke situatie die uit een oogpunt van verkeersveiligheid, in het bijzonder het benodigde uitzicht op hoeken van wegen, bochten en in- en uitritten niet gewenst is;
  • e. ter waarborging en ter voorkoming van een ruimtelijke situatie die uit een oogpunt van brandveiligheid c.q. brand en rampenbestrijding niet gewenst is, waarbij rekening dient te worden gehouden met het waarborgen, in stand houden c.q. tot stand brengen van een brandveilige situatie en goede bereikbaarheid;
  • f. ter bescherming en voorkoming van onevenredige aantasting van de (bestaande) boombeplanting en ten behoeve van een goede landschappelijke inpassing;
  • g. ter waarborging en ter voorkoming van een ruimtelijke situatie die uit een oogpunt van milieu niet gewenst is;
  • h. ter waarborging van de sociale veiligheid.