Artikel 17 Algemene wijzigingsregels
17.1 Bestemmingsgrenzen
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in de vorm van het aanbrengen van geringe veranderingen in de plaats, ligging en/of afmetingen van bestemmingsgrenzen, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
-
a. bestemmingsgrenzen mogen met niet meer dan 10 m worden verschoven;
-
b. de belangen van de eigenaren en/of gebruikers van betrokken en nabijgelegen gronden mogen niet onevenredig worden geschaad;
-
c. het straat- en bebouwingsbeeld en de verkeersveiligheidsbelangen mogen niet onevenredig worden geschaad.
17.2 wro-zone - wijzigingsgebied 4
Burgemeester en wethouders kunnen, na instemming van de commissie Ruimte en Wonen, de bestemmingen van de gronden gelegen binnen de wro-zone - wijzigingsgebied 4, wijzigen in de bestemming Wonen, alsmede Tuin, Groen en/of Verkeer, inclusief parkeren, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
-
a. het gebied mag voor maximaal 70% worden bebouwd;
-
b. de bebouwing mag bestaan uit maximaal twee bouwlagen en een kaplaag;
-
c. de goot- respectievelijk bouwhoogte mag maximaal 6 m, respectievelijk 9 m bedragen;
-
d. bergruimten en garages moeten inpandig worden opgenomen;
-
e. de bebouwing oriënteert zich op de Schoolstraat;
-
f. op eigen terrein moet aan de parkeerbehoefte worden voldaan, tenzij op andere wijze wordt voorzien in voldoende parkeerplaatsen. Bij het bepalen van de parkeerbehoefte wordt de publicatie ASVV (uitgave CROW, 2004) als uitgangspunt gehanteerd;
-
g. de bezonning van belendende percelen mag niet onevenredig worden geschaad.
17.3 wro-zone - wijzigingsgebied 5
Burgemeester en wethouders kunnen, na instemming van de commissie Ruimte en Wonen, de bestemmingen van de gronden gelegen binnen de wro-zone - wijzigingsgebied 5, wijzigen in de bestemming Wonen, Detailhandel en Dienstverlening, alsmede Tuin, Groen en/of Verkeer, inclusief parkeren, met inachtneming van de volgende voorwaarden:
-
a. er moet een openbare (onder)doorgang tussen Landbouwplein en Havenstraat aanwezig blijven;
-
b. de parkeerfunctie alsmede laad- en losfunctie van het Landbouwplein mag niet onevenredig worden belemmerd, zowel in stedenbouwkundig, verkeerskundig als milieuhygiënische zin;
-
c. de bebouwing moet zich zowel oriënteren op de Havenstraat, als op het Landbouwplein;
-
d. de goot- en bouwhoogte mag maximaal 10 m bedragen;
-
e. niet-woonfuncties zijn uitsluitend op de begane grond toegestaan;
-
f. woonfuncties zijn uitsluitend op de verdiepingen toegestaan, uitgezonderd entrees, bergingen, trapopgangen e.d.;
-
g. bergruimten en garages moeten inpandig worden opgenomen;
-
h. op eigen terrein moet aan de parkeerbehoefte worden voldaan, tenzij op andere wijze wordt voorzien in voldoende parkeerplaatsen. Bij het bepalen van de parkeerbehoefte wordt de publicatie ASVV (uitgave CROW, 2004) als uitgangspunt gehanteerd.