direct naar inhoud van Artikel 3 Agrarisch
Plan: Duinrand
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0575.BPDuinrand-VA02

Artikel 3 Agrarisch

3.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Agrarisch aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. de uitoefening van agrarische bedrijfsdoeleinden ten behoeve van volwaardige agrarische bedrijven gericht op tuinbouw en de bollenteelt, inclusief één bedrijfswoning per volwaardig agrarisch bedrijf, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning uitgesloten' geen bedrijfswoning is toegestaan;
  • b. het behoud, bescherming en beheer van de aanwezige natuur- en landschapswaarden en kleinschalige natuurontwikkeling;
  • c. extensief recreatief medegebruik;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - 1': een tuincentrum;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'paardenfokkerij': een paardenfokkerij;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van agrarisch - 2': tevens een paardenpension;
  • g. aan-huis-verbonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten, voor zover het vloeroppervlak ten behoeve van de laatstbedoelde activiteiten niet meer bedraagt dan 25% van het vloeroppervlak van het hoofdgebouw, inclusief aan- en uitbouwen, met een maximum van 40 m²;
  • h. de bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals groen, water, nutsvoorzieningen en voet- en fietspaden.

3.2 Bouwregels

Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:

3.2.1 Gebouwen en overkappingen
  • a. gebouwen en overkappingen worden binnen het bouwvlak gebouwd;
  • b. per agrarisch bedrijf is één bedrijfswoning binnen het bouwvlak toegestaan, indien deze ter plaatse noodzakelijk is voor een doelmatige uitoefening van een volwaardig bedrijf;
  • c. de inhoud van de bedrijfswoning bedraagt ten hoogste 650 m³, inclusief aan- en uitbouwen en bijgebouwen ten behoeve van de bedrijfswoning;
  • d. de goothoogte van bedrijfswoningen bedraagt ten hoogste 5 m;
  • e. de goothoogte van overige gebouwen bedraagt ten hoogste 5,5 m;
  • f. de bouwhoogte van gebouwen en overkappingen bedraagt ten hoogste 9 m;
  • g. de totale oppervlakte van bedrijfsgebouwen en overkappingen, exclusief de bedrijfswoning als bedoeld onder c, bedraagt ten hoogste 250 m² per ha van de bij het bedrijf binnen het plangebied gelegen agrarische gronden met een totaal maximum van 3.000 m².

3.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde
  • a. de bouwhoogte van silo's bedraagt ten hoogste 12 m;
  • b. bouwhoogte van erfafscheidingen grenzend aan openbaar gebied bedraagt ten hoogste 1 m;
  • c. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2 m;
  • d. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde, bedraagt ten hoogste 3 m.

3.2.3 Adviesprocedure
  • a. Alvorens een beslissing te nemen op een aanvraag om omgevingsvergunning voor het bouwen, wint het bevoegd gezag ter beoordeling van de volwaardigheid van het agrarisch bedrijf alsmede de noodzaak en doelmatigheid van de gewenste bebouwing, advies in bij een (regionale) agrarische adviesinstantie.
  • b. Advies als bedoeld onder a behoeft niet te worden omgewonnen bij het verlenen van een omgevingsvergunning voor:
    • 1. het verbouwen, uitbreiden of vervangen van bedrijfswoningen;
    • 2. het vervangen van agrarische bedrijfsgebouwen tot dezelfde of kleinere omvang;
    • 3. de nieuwbouw, verbouw of uitbreiding van agrarische bedrijfsgebouwen binnen het bouwvlak, voor zover de grondoppervlakte van deze gebouwen minder dan 200 m² bedraagt.

3.3 Wijzigingsbevoegdheden
3.3.1 Wijzigingsbevoegdheid 1

Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen door ter plaatse van de aanduiding 'Wro-zone - wijzigingsgebied - 1' de bestemming Agrarisch te wijzigen in de bestemming Recreatie - Dagrecreatie, onder de volgende voorwaarden:

  • a. de bedrijfsactiviteiten ter plaatse zijn beëindigd;
  • b. passend binnen de ruimtelijke visie die deel uitmaakt van dit plan;
  • c. een bedrijfswoning is uitsluitend toegestaan, indien in de bestaande situatie een bedrijfswoning op het perceel aanwezig is;
  • d. Artikel 6 is van overeenkomstige toepassing.