Plan: | De Kade |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0556.BP20228-VA01 |
het bestemmingsplan met verbrede reikwijdte 'De Kade' van de gemeente Maassluis.
het bestemmingsplan met verbrede reikwijdte als bedoeld in artikel 7c van het Besluit uitvoering Crisis- en herstelwet, bestaande uit de de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0556.BP20228-VA01.
een woning die onderdeel uitmaakt van een blok van meer dan twee aaneengebouwde woningen, niet zijnde een gestapelde woning.
dienstverlenend beroepen en/of bedrijfsmatige activiteiten die in een woning of bijbehorend bouwwerk bij de woning door hoofdzakelijk de bewoner van die woning worden uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate de woonfunctie behoudt en het perceel een ruimtelijke uitstraling die met de woonfunctie in overeenstemming is.
erf achter de lijn die het hoofdgebouw doorkruist op 1 m achter de voorkant en van daaruit evenwijdig loopt met het aangrenzend openbaar toegankelijk gebied, zonder het hoofdgebouw opnieuw te doorkruisen of in het erf achter het hoofdgebouw te komen.
Kleinschalige overnachtingsaccommodatie in een woning, gericht op het bieden van de mogelijkheid tot een toeristisch en kortdurend verblijf (maximaal 1 week) met het serveren van ontbijt, zonder keuken of kookvoorziening in de kamers. Dit is een nevenfunctie naast de woonfunctie die wordt gedreven door de eigenaren/gebruikers van de betreffende woning. Onder Bed&Breakfast wordt niet verstaan overnachting, noodzakelijk in verband met het verrichten van tijdelijke of seizoengebonden werkzaamheden en/of arbeid of permanente kamerverhuur.
object als bedoeld in het Besluit externe veiligheid inrichtingen.
feitelijk legaal aanwezig op het moment van de inwerkingtreding van het plan dan wel het betreffende planonderdeel.
een woning die reeds is gebouwd of kan worden gebouwd krachtens een daartoe verleende omgevingsvergunning, alsmede een woning waarvoor een omgevingsvergunning is aangevraagd die past binnen het plan.
bevoegd gezag als bedoeld in de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (als hoofdregel is dit het college van burgemeester en wethouders van Maassluis).
het (ongehinderd) door de zon beschenen worden van een woning gemeten overeenkomstig het bepaalde in artikel 2.3.
functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk, met een dak;
(let op: in afwijking van het Besluit omgevingsrecht wordt bij toetsing aan dit plan een uitbreiding van een hoofdgebouw dus niet aangemerkt als een bijbehorend bouwwerk, maar wordt dit getoetst aan de regels die gelden voor het hoofdgebouw).
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
een bedrijf dat tot hoofddoel heeft het verstrekken van verdovende en/of hallucinerende stoffen voor consumptie al dan niet ter plaatse, dan wel van hulpmiddelen om deze stoffen zelf te produceren.
het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder de uitstalling ten verkoop), verkopen, verhuren en leveren van goederen aan personen die die goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit, niet zijnde een zaak waar eten wordt afgehaald en niet zijnde een zaak waar uitsluitend via internet goederen worden verkocht.
het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij het publiek rechtstreeks (al dan niet via een balie) te woord wordt gestaan en wordt geholpen en/of consumentzorging, zoals reis- en uitzendbureaus, kapsalons, schoonheidssalons, pedicures, wasserettes, makelaarskantoren en bankfilialen.
feitelijke beëindiging zonder de intentie het gebruik binnen een termijn van drie maanden weer te hervatten, waarbij geldende omgevingsvergunningen voor de activiteit 'het oprichten/veranderen/in werking hebben van een inrichting' zijn ingetrokken.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
in of krachtens de Wet geluidhinder aangewezen geluidsgevoelige functies, gebouwen, ruimtes en/of terreinen.
een winkel voor kleine en snelle aankopen met een beperkt assortiment van dagelijkse of direct te gebruiken artikelen.
boven elkaar gesitueerde woningen waarbij elke woning een zelfstandige entree heeft, al dan niet via een gezamenlijke entree.
het op de verbeelding aangegeven vlak 'milieuzone – groene zone'.
in het Besluit omgevingsrecht aangewezen inrichtingen die in belangrijke mate geluidhinder kunnen veroorzaken.
parkeren in een parkeervak dat haaks op de weg staat of schuin ten opzichte van de weg.
een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn constructie, afmetingen of functie als het belangrijkste bouwwerk valt aan te merken.
het op de verbeelding aangegeven vlak 'overige zone – hoofdontsluitingsweg'.
een groep mensen waarbij sprake is van continuïteit in de samenstelling en onderlinge verbondenheid.
gebouw, ruimte of voorzieningen gericht op het verlenen van diensten op administratief, financieel, architectonisch/ontwerptechnisch, juridisch of een daarmee naar aard gelijk te stellen gebied, waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen.
parkeren in een parkeerstrook naast en evenwijdig aan de weg.
hoogte van het aansluitende terrein gemeten ter plaatse van de toegang van het gebouw.
nadere eisen als bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, onder d van de Wro en/of voorschriften aan een of melding.
horeca met een overnachtingsfunctie, zoals hotels en bed & breakfast, en horeca die tussen 02.00 en 07.00 uur geopend is, zoals een discotheek.
voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling en apparatuur voor telecommunicatie.
onder ontwikkelgebied wordt de combinatie van de op de verbeelding aangegeven vlakken 'Woongebied – Ontwikkelgebied – Woongebied' en 'Gemengd – Ontwikkelgebied – Woon- en werkgebied met gemengde functies' verstaan.
het op de verbeelding aangegeven vlak 'Gemengd – Ontwikkelgebied – Woon- en werkgebied met gemengde functies'.
Het op de verbeelding aangegeven vlak 'Woongebied – Ontwikkelgebied – Woongebied'.
bouwwerken, geen gebouw en geen bijgehorend bouwwerk zijnde.
bedrijven en bedrijfsmatige activiteiten, kantoren, recreatieve voorzieningen, detailhandel (uitsluitend toegestaan via toepassing van artikel 5.7), dienstverlening, horeca (uitsluitend toegestaan via toepassing van artikel 5.7) en maatschappelijke en culturele functies.
kantoor aan huis
een bedrijf zoals bedoeld in artikel 3 en 4 van het Registratiebesluit externe veiligheid.
een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang of frequentie die daarmee overeenkomt, gelegenheid wordt geboden tot het verrichten van seksuele handelingen of vwaar ertoningen van erotische- of pornografische aard plaatsvinden. Hieronder wordt tevens verstaan een seksbioscoop, escortbedrijf, seksautomatenhal, parenclub, (raam)prostitutie(bedrijf) en een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar.
een woning die onderdeel uitmaakt van een blok van twee aaneengebouwde woningen.
de totale gebruiksoppervlakte (van alle verdiepingen) van een gebouw inclusief daarbij behorende magazijnen en dienstruimten e.d.
detailhandel in de volgende categorieën:
een complex van ruimten geschikt en bestemd voor de huisvesting van één huishouden.
het op de verbeelding aangegeven vlak 'wetgevingzone – woontoren'.
Bij het toepassen van deze regels wordt als volgt gemeten c.q. gerekend:
tussen de zijdelingse grenzen van een bouwperceel en enig punt van het op dat bouwperceel voorkomend (hoofd-)gebouw, waar die afstand het kortst is.
het percentage van een bouwperceel dat met gebouwen mag worden bebouwd. Voor zover op de kaart bouwgrenzen zijn aangegeven wordt het bebouwingspercentage berekend over het gebied binnen de bouwgrenzen.
in het midden van de vensterbank aan de binnenzijde van het glas in de woonkamer, op een hoogte van 75 cm boven het peil van de afgewerkte vloer van de betreffende verdieping.
vanaf het peil loodrecht tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
de buitenwerks tussen de buitenzijde van de gevels en/of het hart van de scheidingsmuren gemeten grootste afstand.
vanaf peil tot het diepste punt van het bouwwerk, de fundering niet meegerekend.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, gevel- en kroonlijsten en overstekende daken buiten beschouwing gelaten, tot een maximum van 1.50 m.
Deze regel wordt geconcretiseerd in artikel 5.1 en 5.2.
Deze regel wordt geconcretiseerd in artikel 5.4.
Tabel A: Woongebied
Toegestane functies | Voorwaarden | |
Wonen | - Maximaal 550 woningen binnen het ontwikkelgebied; dit aantal ziet op alle woningen, dus incl. bedrijfswoningen of bovenwoningen bij bedrijven, kantoren e.d. | |
Bedrijven en bedrijfsmatige activiteiten Kantoren Praktijkruimtes |
- Uitsluitend in de vorm van aan huis verbonden beroepen en bedrijven. - Maximaal 50% van de vloeroppervlakte van de woning. |
|
Wegen, straten en paden | - Kortdurende activiteiten en evenementen in het openbaar gebied, zoals een rommelmarkt, antiekmarkt en braderie zijn toegestaan. | |
Groen en water | - Recreatief medegebruik (wandelen, fietsen, vissen, speel- en ligweides e.d.) is toegestaan | |
Bij de vermelde functies behorende voorzieningen zoals tuinen en erven, parkeervoorzieningen, speelvoorzieningen, nutsvoorzieningen, waterhuishoudkundige voorzieningen e.d. en geluidwerende voorzieningen | - Parkeervoorzieningen anders dan parkeren op maaiveld uitsluitend inpandig in een woning of in de vorm van garageboxen (dus geen zelfstandige parkeergarages e.d.). |
Tabel B: Woon- en werkgebied met gemengde functies
Toegestane functies | Voorwaarden | |
Wonen | - Maximaal 550 woningen binnen het ontwikkelgebied; dit aantal ziet op alle woningen, dus incl. bedrijfswoningen of bovenwoningen bij bedrijven, kantoren e.d. | |
Bedrijven en bedrijfsmatige activiteiten | - Uitsluitend in categorie 1 en 2 van de Bedrijvenlijst die is opgenomen als bijlage 1, alsmede daarmee naar aard en omvang gelijk te stellen activiteiten, mits dit niet in strijd komt met de overige regels van dit plan. - Zowel zelfstandig als in de vorm van een beroep of bedrijf aan huis toegestaan. Zelfstandig: maximum vloeroppervlakte per vestiging: 500 m2. Bedrijf aan huis: maximaal 50% van de vloeroppervlakte van de woning. |
|
Kantoren | - Zowel zelfstandig als in de vorm van een beroep aan huis of als ondergeschikt kantoor bij een andere voorziening toegestaan. - Zelfstandig: maximumvloeroppervlakte per vestiging: 500 m2. Kantoor aan huis: maximaal 50% van de vloeroppervlakte van de woning. Kantoor bij bedrijf of andere voorziening: maximaal 50% van de vloeroppervlakte van het bedrijf of andere voorziening. |
|
Dienstverlening |
- Zowel zelfstandig als in de vorm van een beroep of bedrijf aan huis toegestaan. - Maximum vloeroppervlakte per vestiging: 500 m2. - Indien aan huis uitgeoefend: maximaal 50% van de vloeroppervlakte van de woning. |
|
Recreatieve voorzieningen | - Uitsluitend dagrecreatie, geen horeca zijnde, bijvoorbeeld watergebonden recreatie en op wandelaars en fietsers gerichte recreatieve voorzieningen. - Maximum vloeroppervlakte per vestiging: 500 m2. |
|
Maatschappelijke en culturele functies | - Uitsluitend in de vorm van of ten behoeve van een bibliotheek, creativiteitscentrum, dansschool, gezondheidszorg, kinderboerderij, kinderdagverblijf, muziekschool, naschoolse opvang, onderwijs, openbare dienstverlening, peuterspeelzaal, praktijkruimte, religie, sauna, speeltuin, sportcentrum/-hal/-school, verenigingsleven, wellness, zorginstelling en vergelijkbare voorzieningen.
- Maximum vloeroppervlakte per vestiging: 500 m2. |
|
Detailhandel als ondergeschikte functie bij overige hoofdfuncties | - Uitsluitend in relatie met, ondersteunend aan en ondergeschikt aan de betreffende overige hoofdfunctie, dus geen zelfstandige detailhandel. | |
Horeca als ondergeschikte functie bij recreatieve voorzieningen en maatschappelijke en culturele functies | - Uitsluitend in relatie met, ondersteunend aan en ondergeschikt aan de betreffende overige hoofdfunctie, dus geen zelfstandige horeca. - Geen nachthoreca. |
|
Wegen, straten en paden | - Kortdurende activiteiten en evenementen in het openbaar gebied, zoals een rommelmarkt, antiekmarkt en braderie zijn toegestaan | |
Groen en water | - Recreatief medegebruik (wandelen, fietsen, vissen, speel- en ligweides e.d.) is toegestaan | |
Bij de vermelde functies behorende voorzieningen zoals tuinen en erven, parkeervoorzieningen, speelvoorzieningen, nutsvoorzieningen, waterhuishoudkundige voorzieningen e.d. en geluidwerende voorzieningen | -- |
of indien wordt voldaan aan de vastgestelde hogere waarden, zijnde:
Het is verboden gronden en bouwwerken te gebruiken en/of te doen en/of laten gebruiken en/of in gebruik te geven op een wijze of tot een doel strijdig met dit plan. Onder strijdig gebruik wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in de in onderstaande tabel genoemde artikelen overeenkomstig de in deze tabel genoemde voorwaarden.
Artikel | Toegestane afwijking | Voorwaarden | |
5.1, tabel A en B Wonen | Groter aantal woningen | - Uitsluitend door omzetting van bestaande ruimten voor overige hoofdfuncties dan woningen indien aangetoond is dat aan deze overige hoofdfuncties geen behoefte is en derhalve leegstand ontstaat, waarbij het aantal woningen in het ontwikkelgebied maximaal 600 mag bedragen. | |
5.1, tabel A en B Wonen 12, maximale bouwhoogte (zie ook artikel 15) |
Groter aantal woningen en bouwhoogte 50 meter | - Uitsluitend bij de realisatie van hoogbouw ter plaatse van de aanduiding 'woontoren'; - het totaal aantal woningen in het ontwikkelgebied mag maximaal 600 bedragen; - de oppervlakte aan hoogbouw (bebouwing hoger dan 15 meter) mag maximaal 10% van de oppervlakte van de aanduiding 'woontoren' bedragen, waarbij geldt dat bebouwing die wordt gerealiseerd met toepassing van de bevoegdheid om de bouwhoogte met maximaal 10% te verhogen (zie artikel 15), niet wordt meegerekend bij de berekening van deze oppervlakte. |
|
5.1, tabel A en B Wonen | Bed & breakfast als nevenfunctie in de woning | - Uitsluitend in hoofdgebouw. Ondersteunend aan woonfunctie: - Uitoefening alleen door bewoner van de woning, die aanwezig is tijdens nachtverblijf, en met toestemming van eigenaar van de woning. - Maximaal 6 personen per woning. - Maximaal 40% van netto vloeroppervlakte van hoofdgebouw en maximaal 45 m2. - Geen kookgelegenheid in de kamers. - Er wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid onder overeenkomstige toepassing van het bepaalde in artikel 16.2. - Geen hinder voor het woonmilieu en geen onevenredige afbreuk aan het woonkarakter van de omgeving. - Niet zodanig verkeersaantrekkende activiteiten dat normale afwikkeling van het verkeer nadelig wordt beïnvloed. - Geen duurzame ontwrichting van de evenwichtige opbouw van de voorzieningenstructuur. - Maximaal één reclameaanduiding in de vorm van een bord met opschrift voor B&B aan de gevel. Borden met verlichting of bewegende reclameborden zijn niet toegestaan. - De welstandscriteria voor reclame uit Welstandsnota Maassluis 2012 zijn van toepassing. - Maximaal 1 week achtereen overnachting door dezelfde personen. - Er dient een positief brandveiligheidsadvies van de veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond ter zijn verkregen. |
|
5.1, tabel B Detailhandel |
Zelfstandige detailhandel | - Uitsluitend voor de behoefte vanuit het ontwikkelgebied en geen onevenredige nadelige beïnvloeding van het bestaande aanbod in de gemeente. - Uitsluitend gemakswinkels. - Maximum vloeroppervlakte per vestiging: 500 m2. - Maximale gezamenlijke vloeroppervlakte: 1.000 m2. Geen volumineuze detailhandel en geen detailhandel in brand- en explosiegevaarlijke goederen. |
|
5.1, tabel B Horeca |
Zelfstandige horeca | - In een woongebied passende horecabedrijven die in beginsel alleen overdag en 's avonds geopend hoeven te zijn en daardoor geen hinder voor omwonenden veroorzaken zoals: broodjeszaak, cafetaria, lunchroom, ijssalon of koffiebar/tearoom, restaurant, buurtcafé. - Geen nachthoreca. - Uitsluitend voor de behoefte vanuit het ontwikkelgebied en geen onevenredige nadelige beïnvloeding van het bestaande aanbod in de gemeente - Maximum vloeroppervlakte per vestiging: 500 m2. |
|
5.2 lid 1 | Kleinere oppervlakte aan te realiseren overige hoofdfuncties | - Indien aangetoond is dat aan deze hoofdfuncties geen behoefte is en derhalve leegstand ontstaat. |
Op de voor 'Groen' aangewezen locaties zijn de volgende functies toegestaan:
Op de voor 'Verkeer' aangewezen locaties zijn de volgende functies toegestaan:
Bij bouwactiviteiten dient te worden voldaan aan het bepaalde in Hoofdstuk 3, voor zover van toepassing op de betreffende bouwactiviteit, en aan het bepaalde in Hoofdstuk 4.
Ter plaatse van de functie Groen zijn uitsluitend toegestaan:
Ter plaatse van de functie Verkeer zijn uitsluitend toegestaan:
Ter plaatse van de functie Water zijn uitsluitend toegestaan:
met dien verstande dat pas mag worden gebouwd nadat advies is ingewonnen bij de waterbeheerder, of als hiervoor een watervergunning overleg kan worden.
In afwijking van het bepaalde in artikel 12, 13 en 14 zijn ter plaatse van de functie Waterstaat - Waterkering uitsluitend toegestaan:
tenzij in afwijking hiervan een omgevingsvergunning wordt verleend als bedoeld in artikel 9.
In afwijking van het bepaalde in artikel 12, 13 en 14 mogen ter plaatse van de functie Molenbiotoop: geen bouwwerken worden opgericht met een hoogte die meer bedraagt dan 1/30 van de afstand van het bouwwerk tot het middelpunt van de molen ter bescherming waarvan de vrijwaringszone is toegekend, gerekend vanaf de onderste punt van de verticaal staande wiek.
In het Ontwikkelgebied mogen hoofdgebouwen worden gebouwd, die voldoen aan de volgende regels:
Maximale bouwhoogte | - 15 meter | |
Bebouwingstypologie woningen | - Vrijstaand: maximaal 50% van het totaal aantal woningen - Twee-aaneen: maximaal 50% van het totaal aantal woningen - Aaneengebouwd: maximaal 75% van het totaal aantal woningen - Gestapeld: maximaal 35% van het totaal aantal woningen |
|
Bouwdiepte woningen | - Maximaal 40 meter voor gestapelde woningen - Voor alle overige woningen maximaal 15 meter |
|
Afstand hoofdgebouwen tot openbaar gebied | - Voor vrijstaande en twee-aaneen gebouwde hoofdgebouwen: minimaal 3 m vanaf de voor- en achtergevel van het hoofdgebouw en 3 m vanaf de zijgevel - Voor overige hoofdgebouwen: geen vereisten. |
|
Afstand van hoofdgebouwen tot zijdelingse perceelsgrenzen | - Voor vrijstaande hoofdgebouwen en één zijde van twee-aaneen gebouwde hoofdgebouwen: minimaal 3 meter.
- Voor overige hoofdgebouwen: geen vereisten. |
In het Ontwikkelgebied mogen bijbehorende bouwwerken worden gebouwd, die voldoen aan de volgende regels:
Situering bijbehorende bouwwerken | - Uitsluitend in het achtererfgebied | |
Maximale oppervlakte per hoofdgebouw met een woonfunctie (n.b.: bij gestapelde woningen geldt dit maximum dus voor de gestapelde woningen in één hoofdgebouw tesamen) | - 150 m2 | |
Maximale oppervlakte per hoofdgebouw met een andere functie (of met gemengde functies, inclusief wonen) | - 150 m2 | |
Maximaal bebouwingspercentage achtererfgebied | - 50% | |
Maximale goothoogte | - 3 meter | |
Maximale bouwhoogte | - 6 meter |
In het Ontwikkelgebied mogen overige bouwwerken worden gebouwd, die voldoen aan de volgende regels:
Toegestane bouwwerken | Naast de op grond van artikel 12 en 13 toegestane bouwwerken, zijn uitsluitend bouwwerken, geen gebouw zijnde, toegestaan, met uitzondering van: - ondergeschikte nutsgebouwtjes - als gebouw aan te merken speelvoorzieningen e.d. in het openbaar gebied |
|
Maximale hoogte overige bouwwerken | - Erfafscheidingen voor de voorgevelrooilijn: 1 meter - Erfafscheidingen achter de voorgevelrooilijn: 2 meter - Kunstwerken/kunstobjecten in het openbaar gebied: 6 meter - Vlaggenmasten: 6 meter (maximaal 3 per hoofdgebouw) - Lichtmasten in het openbaar gebied: 9 meter - Geluidwerende voorzieningen: de hoogte die op basis van akoestisch onderzoek noodzakelijk is voor een goed woon- en leefklimaat binnen het ontwikkelgebied - Alle overige bouwwerken: 4 meter |
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in de in onderstaande tabel genoemde artikelen overeenkomstig de in deze tabel genoemde voorwaarden, met dien verstande dat alleen van de genoemde artikelen kan worden afgeweken en voor het overige dus aan de regels van dit plan moet worden voldaan:
Artikel | Toegestane afwijking | Voorwaarden | |
11.4
|
Bouwen anders dan ten behoeve van de waterkering | - Zie artikel 9 lid 3 |
|
11.5 | Bouwen binnen de vrijwaringszone - dijk | - Zie artikel 9 lid 3 |
|
12, bouwhoogte (zie ook artikel 5.7) |
Hoogbouw tot 50 m | - Uitsluitend bij de realisatie van hoogbouw (woningbouw) ter plaatse van de aanduiding 'woontoren' (zie verder bij artikel 5.7) | |
12, bouwhoogte | 10% van de maximale bouwhoogte | - | |
13, bebouwingspercentage en oppervlakte | Bebouwingspercentage achtererfgebied tot 100% (zonder maximum oppervlakte) | - Uitsluitend in de zone 'Woon- en werkgebied met gemengde functies'. - Uitsluitend ten behoeve van overige hoofdfuncties, dus niet ten behoeve van wonen. - Woon- en leefklimaat wordt niet onevenredig aangetast. - Afwijking is verantwoord vanuit stedenbouwkundig oogpunt. |
|
11.7
|
Oprichten bouwwerken binnen de vrijwaringszone - molenbiotoop | - Indien vrije windvang en zicht op de molen al zijn beperkt door bebouwing - Geen verdere beperking vrije windvang en zicht op de molen, of compensatie van de belemmering van de windvang en het zicht op de molen door maatregelen elders in de molenbiotoop |
Bij uitoefenen van de bevoegdheid tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor bouwen, gelden de onderstaande regels:
Parkeergelegenheid | - Indien de omvang of de bestemming van een gebouw daartoe aanleiding geeft, moet ten behoeve van het parkeren of stallen van auto’s in voldoende mate ruimte zijn aangebracht in, op of onder het gebouw, dan wel op of onder het onbebouwde terrein dat bij dat gebouw behoort. - Aan het voorgaande (in voldoende mate ruimte aanbrengen) wordt voldaan indien wordt voldaan aan de normen die zijn neergelegd in de Beleidsregels Parkeren Maassluis 2012 (bijlage 2). - Indien deze beleidsregels worden gewijzigd, wordt rekening gehouden met de gewijzigde beleidsregels. |
|
Minimale afmetingen parkeerruimten bij haaks parkeren | 2,50 m x 5,00 m | |
Minimale afmetingen parkeerruimten bij langsparkeren | 2,00 m x 6,00 m | |
Minimale afmetingen gereserveerde parkeerruimte voor een gehandicapte (voor zover ruimte niet in lengterichting aan troittoir grenst) | 3,50 m x 5,00 m | |
Ruimte voor laden en lossen van goederen | Indien de bestemming van een gebouw aanleiding geeft tot een te verwachten behoefte aan ruimte voor het laden of lossen van goederen, moet in deze behoefte in voldoende mate zijn voorzien aan, in of onder dat gebouw, dan wel op of onder het onbebouwde terrein dat bij dat gebouw behoort. | |
Afwijkingsmogelijkheid | Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in dit artikel indien: a) het voldoen hieraan door bijzondere omstandigheden op overwegende bezwaren stuit, of b) voor zover op andere wijze in de nodige parkeer- of stallingruimte, dan wel laad- of losruimte wordt voorzien. |
Verbod tot bouwen op verontreinigde bodem | Op een bodem die zodanig is verontreinigd dat schade of gevaar is te verwachten voor de gezondheid van de gebruikers, mag niet worden gebouwd voorzover dat bouwen betrekking heeft op een bouwwerk: a. waarin voortdurend of nagenoeg voortdurend mensen zullen verblijven; b. voor het bouwen waarvan een omgevingsvergunning voor het bouwen is vereist; en 1 dat de grond raakt, of 2 waarvan het bestaande, niet-wederrechtelijke gebruik niet wordt gehandhaafd. |
|
Voorwaarden aan omgevingsvergunning voor bouwen | In afwijking van het verbod tot bouwen op verontreinigde bodem en onverminderd het bepaalde in artikel 2.4, onder d, van de Regeling omgevingsrecht kan het bevoegd gezag voorwaarden verbinden aan de omgevingsvergunning voor het bouwen, in het geval zij op grond van het in de Regeling omgevingsrecht bedoelde onderzoeksrapport en/of andere bij hen bekende onderzoeksresultaten dan wel op grond van het overeenkomstig het tweede lid van artikel 39 van de Wet bodembescherming goedgekeurde saneringsplan bedoeld in artikel 39, eerste lid, van die Wet van oordeel zijn, dat de bodem niet geschikt is voor het beoogde doel maar door het stellen van voorwaarden alsnog geschikt kan worden gemaakt. | |
Vereisten bodemonderzoek (art. 8 lid 4 Woningwet) | - Bevat de resultaten van een recent milieuhygiënisch bodemonderzoek verricht volgens NEN 5740, uitgave 2009, in overeenstemming met het onderzoeksprotocol dat volgt uit figuur 1; - Indien op basis van het vooronderzoek aanleiding bestaat te veronderstellen dat asbest, daaronder mede begrepen asbestvezels, -deeltjes of –stof, in de bodem aanwezig is, vindt het onderzoek mede plaats op de wijze als voorzien in NEN 5707, uitgave 2003. |
|
Plicht tot het indienen van een onderzoeksrapport (artikel 2.4, onder d Regeling omgevingsrecht) | - Plicht geldt niet indien het bouwen betrekking heeft op een bouwwerk dat naar aard en omvang gelijk is aan een bouwwerk als genoemd in het Besluit omgevingsrecht, artikelen 2 en 3 van bijlage II. Deze verwijzing geldt niet voor de hoogtebepalingen in het Besluit omgevingsrecht, artikelen 2 en 3 van bijlage II. - Het bevoegd gezag staat een geheel of gedeeltelijke afwijking van de plicht toe, indien voor toepassing van artikel 2.4.1 bij het bevoegd gezag reeds bruikbare recente onderzoeksresultaten beschikbaar zijn. |
|
Plicht tot het indienen van een onderzoeksrapport (artikel 2.5, onder d Regeling omgevingsrecht) | Het bevoegd gezag kan een gedeeltelijk afwijken van de plicht toestaan voor een bouwwerk met een beperkte instandhoudingtermijn, als bedoeld in artikel 2.23 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en artikel 5.16 van het Besluit omgevingsrecht, indien uit het in NEN 5725, uitgave 2009, bedoelde vooronderzoek naar het historisch gebruik en naar de bodemgesteldheid blijkt, dat de locatie onverdacht is dan wel de gerezen verdenkingen een volledig veldonderzoek volgens NEN 5740, uitgave 2009 niet rechtvaardigen. | |
Tijdstip uitvoeren bodemonderzoek | Indien het bouwen pas kan plaatsvinden nadat de aanwezige bouwwerken zijn gesloopt, dient het bodemonderzoek plaats te vinden nadat is gesloopt en voordat met de bouw wordt begonnen. |
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Door burgemeester en wethouders kan, in afwijking van artikel 6.12, eerste en derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening, een exploitatieplan worden vastgesteld bij een omgevingsvergunning voor het bouwen.
In het kader van een omgevingsvergunning voor de activiteit 'bouwen' dient indien nodig middels onderzoek aangetoond te worden dat voldaan wordt aan de voor die activiteit in deze regels gestelde voorwaarden en dat de activiteit uitvoerbaar is.
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning ter plaatse van de aanduiding Waterstaat - Waterkering de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Het bepaalde in artikel 19.1.1 is niet van toepassing op:
De omgevingsvergunning wordt uitsluitend verleend als:
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning ter plaatse van de aanduiding Vrijwaringszone - Dijk de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:
Het bepaalde in artikel 19.2.1 is niet van toepassing op:
De omgevingsvergunning wordt uitsluitend verleend als:
Het bevoegd gezag kan met het oog op de Kwaliteitseisen voor het gebied, zoals genoemd in Artikel 4, maatwerkvoorschriften stellen voor de activiteiten genoemd in Hoofdstuk 4 en Hoofdstuk 5 met betrekking tot onder andere:
mits dit noodzakelijk is voor een goede invulling van het gebied overeenkomstig de Kwaliteitseisen voor het gebied zoals genoemd in Artikel 4 en mits hierdoor geen sprake is van onevenredige schending van belangen.
Deze regels worden aangehaald als: 'Regels van het bestemmingsplan met verbrede reikwijdte 'De Kade' van de gemeente Maassluis.