direct naar inhoud van Hoofdstuk 9 Overleg ex artikel 3.1.1 Bro
Plan: Stationsgebied e.o.
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0556.66BPStationsgebied-0004

Hoofdstuk 9 Overleg ex artikel 3.1.1 Bro

Het voorontwerpbestemmingsplan is op 22 april verstuurd aan de overlegpartners in het kader van het vooroverleg ex art 3.1.1 Besluit ruimtelijke ordening (Bro). Van 7 overlegpartners is een reactie ontvangen. Bij 2 overlegpartners gaf het bestemmingsplan aanleiding tot het maken van opmerkingen.

In het kader van het vooroverleg zijn de volgende diensten c.q. instellingen gevraagd te reageren op het voorontwerpbestemmingsplan:

  • 1. Provincie Zuid-Holland;
  • 2. VROM-Inspectie regio Zuid-West;
  • 3. Stadsregio Rotterdam;
  • 4. Ministerie van Defensie;
  • 5. Rijkswaterstaat;
  • 6. Rijksdienst Cultureel erfgoed;
  • 7. Hoogheemraadschap van Delfland;
  • 8. Kamer van Koophandel Rotterdam;
  • 9. N.V. Nederlandse Gasunie;
  • 10. Stedin B.V.;
  • 11. CAIW-Netwerken B.V.;
  • 12. Nederlandse Aardolie Maatschappij;
  • 13. B.V. Nederlandse Pijpleiding Maatschappij;
  • 14. Pipeline Control;
  • 15. ProRail.

Van de partners 3, 4, 5, 6, 11, 12 en 13 is geen (individuele) reactie ontvangen.

Onderstaand zijn de reacties van instanties in het kader van het vooroverleg ex artikel 3.1.1 Bro samengevat en voorzien van een antwoord.

De uit dit hoofdstuk voortvloeiende aanpassingen aan regels, verbeelding en toelichting zijn reeds in het ontwerpbestemmingsplan opgenomen.

Provincie Zuid-Holland

Samenvatting

De provincie Zuid-Holland geeft in haar reactie aan dat het bestemmingsplan de cultuurhistorische waarde van de molen erkent en de molenbiotoop op een enkele uitzondering na goed beschrijft. De provincie wil nog een regeling opgenomen hebben die het verbiedt om beplanting aan te leggen die hoger is dan de molenbiotoop.

Reactie

Gezien de waarde van molen zal in het bestemmingsplan op basis van het voorstel van de provincie de regeling van de molenbiotoop worden aangescherpt.

Conclusie

De reactie heeft geleid tot aanpassing van de regels.

VROM-inspectie regio Zuid-West

Samenvatting

De VROM-inspectie regio Zuid-West coördineert de rijksreactie op het voorontwerp bestemmingsplan namens alle rijksdiensten. De basiskwaliteit van de hoofdinfrastructuur, waar de Nieuwe Maas deel van uitmaakt, is een nationaal belang. In dat kader geeft de VROM-inspectie regio Zuid-West de volgende reactie.

Watertoets

Rijkswaterstaat is waterbeheerder voor de Nieuwe Maas. De Rijkshavenmeester is nautisch beheerder voor hetzelfde gebied. De VROM-inspectie verzoekt deze rollen in het bestemmingsplan te benoemen en Rijkswaterstaat en de Rijkshavenmeester in het vervolg te betrekken bij het watertoetsproces.

Nautisch beheer - bouwhoogte bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Volgens de regels mogen binnen de bestemming Water bouwwerken, geen gebouwen zijnde mogen worden gebouwd hoger dan 3 meter. Binnen de Nieuwe Maas moeten ten aanzien van het nautisch beheer objecten kunnen worden geplaatst die hoger zijn dan 3 meter. De VROM-inspectie verzoekt het bestemmingsplan hierop aan te passen.

Nautisch beheer - radarwerking

In de toelichting wordt geen melding gemaakt over het belang van radarposten langs de Nieuwe Maas. De VROM-inspectie vraagt om in de waterparagraaf van het bestemmingsplan ( §7.9 ) nader in te gaan op de consolidatie van de werking van de radarposten.

Reactie

Bovengenoemde opmerkingen zijn verwerkt in het toelichting en regels van het ontwerpbestemmingsplan. Omdat Rijkswaterstaat en de Rijkshavenmeester niet betrokken waren bij de watertoets, is het aangepaste bestemmingsplan in dit kader alsnog toegezonden. Op 6 juli heeft de Rijkshavenmeester per e-mail een positieve reactie op het plan gegeven.

Conclusie

De reactie heeft geleid tot aanpassing van de regels en de verbeelding.

Hoogheemraadschap van Delfland

Samenvatting

De reactie van het Hoogheemraadschap van Delfland spitst zich toe op de thema's 'veiligheid en waterkeringen' en 'waterkwantiteit'.

Veiligheid en waterkeringen

Op de verbeelding is het in het plangebied aanwezige waterkering weergegeven. De beschermingszone is echter niet opgenomen. Het Hoogheemraadschap verzoekt zowel de waterkering inclusief de beschermingszone op te nemen.

Waterkwantiteit

Het Hoogheemraadschap doet een tekstvoorstel voor de tekst in de toelichting in § 7.9 - Waterhuishouding onder de kop 'Waterkwantiteit'.

Reactie

De verbeelding wordt aangevuld met de beschermingszone van de waterkering. Daarnaast wordt § 7.9 - Waterhuishouding - aangepast op basis van het door het waterschap aangeleverde tekstvoorstel.

Conclusie

De reactie heeft geleid tot aanpassing van de verbeelding en de toelichting.

Kamer van Koophandel Rotterdam

Samenvatting

De Kamer van Koophandel geeft aan dat het voorontwerp bestemmingsplan vanwege het consoliderende karakter geen aanleiding tot het maken van opmerkingen geeft. Wel geeft de Kamer van Koophandel in haar reactie aan dat, gezien de ligging van het plangebied, grenzend aan de bedrijventerreinen De Kade en Nieuwe Waterweg, toekomstige ontwikkelingen in het plangebied niet schadelijk mogen zijn voor uitvoering van activiteiten en groeipotentie van bedrijven op deze terreinen.

Reactie

De reactie wordt ter kennisgeving aangenomen

Conclusie

De reactie leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.

N.V. Nederlandse Gasunie

samenvatting

De N.V. Nederlandse Gasunie heeft het bestemmingsplan getoetst aan het toekomstig externe veiligheidsbeleid van het ministerie van VROM, zoals dat naar verwachting begin 2011 in werking zal treden middels de AMvB Buisleidingen. Uit deze toetsing blijkt dat het plangebied buiten de 1% letaliteitgrens van de dichtsbijgelegen gasleiding valt. Deze leiding heeft derhalve geen invloed op de verdere planontwikkeling.

Conclusie

De reactie leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.

Stedin B.V.

Samenvatting

In haar reactie geeft Stedin aan in principe geen bezwaar te hebben tegen het plan. Wel wordt aangegeven dat rekening gehouden moet worden met het stichten van een transformatorstation c.q. gasstation ten behoeve van distributie van electriciteit of gas. Indien hiervoor bouwkundige voorzieningen, kabels en/of leidingen moeten worden gelegd, gelden voorwaarden die Stedin in haar reactie heeft opgenomen.

Reactie

Het realiseren van een transformatorstation of gasstation is vergunningvrij tot een maximale oppervlakte van 15 m2 en een maximale hoogte van 3 m. In de regels van dit bestemmingsplan wordt de realisatie van dergelijke (vergunningsvrije) voorzieningen planologisch niet onmogelijk gemaakt.

Conclusie

De reactie leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.

Pipeline Control

Samenvatting

Pipeline Control beheert de OCAP CO2 transportleidingen en het OCAP CO2 distributienetwerk. Binnen het plangebied heeft Pipeline Control geen belangen.

Conclusie

Deze reactie leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.

Prorail

Samenvatting

Prorail geeft aan geen aanleiding te hebben tot het maken van opmerkingen.

Conclusie

Deze reactie leidt niet tot aanpassing van het bestemmingsplan.