Plan: | Binnenstad |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0546.BP00073-0304 |
het bestemmingsplan Binnenstad van de gemeente Leiden;
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0546.BP00073-0304 met de bijbehorende regels (en eventuele bijlagen);
een beroeps-/ bedrijfsactiviteit, zijnde een kantoor, atelier, dienstverlening of bed and breakfast, dat in of bij een woning wordt uitgeoefend door een bewoner van de op het bouwperceel gesitueerde woning, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/ of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
diverse vormen van onderzoek naar de archeologische waarden binnen een plangebied, uitgevoerd volgens de geldende versie van de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie;
in rapportvorm vervat verslag van een volgens de in de archeologische beroepsgroep gebruikelijke normen verricht archeologisch onderzoek, op basis waarvan een conclusie kan worden getrokken over de aanwezigheid van archeologische waarden;
de aan een gebied toegekende verwachting in verband met de kans op het voorkomen van archeologische resten;
de waarde die een gebied bezit op grond van de aldaar aanwezige archeologische resten;
creatieve werkplaats;
een stenen (of van ander duurzaam materiaal gemaakte) constructie van hoogstens 40 m2 groot ten behoeve van onderwijs voorzieningen;
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde;
een kleinschalige accommodatie bedoeld voor overnachting waarbij alleen ontbijt wordt verstrekt. De onderneming is gevestigd op het (bouw)perceel van de hoofdbewoner(s) die de werkzaamheden omtrent de B&B (overwegend) zelf uitvoeren. De bed & breakfast mag niet meer bedragen dan 40% van het woonoppervlak;
een inrichting of instelling gericht op het bedrijfsmatig voortbrengen, vervaardigen, bewerken, opslaan, verhandelen, installeren en/of herstellen van goederen;
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, die slechts is bestemd voor bewoning door (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar noodzakelijk is, gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein;
de totale vloeroppervlakte van de ruimte, dan wel van meerdere ruimten, van een gebouw dat wordt gebruikt voor een beroep of bedrijf exclusief eventueel terras buiten;
de bouwlaag van een gebouw, welke rechtstreeks ontsloten wordt vanaf het straatniveau;
objecten waarvoor ingevolge het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen een grenswaarde voor het risico c.q. een risicoafstand tot een risicovolle inrichting is bepaald, die in acht genomen moet worden;
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
een inrichting, bij welke ingevolge artikel 2 lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen een grenswaarde, richtwaarde voor het risico c.q. risicoafstand moet worden aangehouden bij het in het bestemmingsplan toelaten van kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten;
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegenaan gebouwd, of ander bouwwerk, met een dak;
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, waaronder begrepen een vaste ligplaats voor een woonschip;
de grens van een bouwvlak;
dragende muren, houtskeletconstructies, vloerconstructies, trappen, spantconstructies en kelders;
een (doorlopend) gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of nagenoeg gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, een kelder en andere (al dan niet deels) ondergronds gelegen ruimten en een zolderverdieping meegerekend;
een aaneengesloten stuk grond, waarop krachtens het plan zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
grens van het bouwperceel;
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar volgens de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;
een als zodanig op de verbeelding aangegeven gebouw, niet zijnde een beschermd monument, dat van belang is vanwege de bouwhistorische waarde van het gebouw;
culturele, educatieve, recreatieve, sociale of godsdienstige voorzieningen met de daarbij behorende strikt functiegebonden ondersteunende horeca, dienstverlening en/of detailhandel;
iedere bovenbeëindiging van een gebouw;
een uitspringend gedeelte op een hellend dak waarin een raamkozijn is opgenomen en die voorzien is van zijwanden;
een bouwkundige voorziening op het platte dak van een perceel dat bestaat uit een te betreden vlak, geheel of gedeeltelijk omgeven door een hekwerk;
het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder de uitstalling ten verkoop), verkopen en leveren van goederen aan personen die de goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit, met uitzondering van horeca zoals gedefinieerd in begripsbepaling 1.48';
het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij het publiek rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen, zoals reis- en uitzendbureaus, kapsalons, pedicures, wasserettes, makelaarskantoren, en bankfilialen;
de onderste bouwlaag, waarvan de vloer op of boven maaiveld is gelegen;
een gebouw bedoeld voor trappen, liften, betaalautomaten en technische ruimten, behorend bij de onderliggende parkeergarage, en aanvullende voorzieningen, waaronder sanitaire voorzieningen en een informatiepunt;
periodieke en/of incidentele manifestaties zoals concerten, festivals, sportmanifestaties, bijeenkomsten, voorstellingen, tentoonstellingen, shows en thematische markten, onder te verdelen in de volgende categorieën evenementen:
Evenement categorie 1:
alle evenementen met alleen onversterkte muziek en alle evenementen met een versterkt geluidsniveau tot maximaal 70 dB(A), op de gevels van de dichtstbijzijnde woning of andere geluidgevoelige gebouwen;
Evenement categorie 2a:
evenementen met een geluidsniveau van maximaal 80 dB(A) en 92 dB(C) op de gevels van de dichtstbijzijnde woning of andere geluidgevoelige gebouwen;
Evenement categorie 2b:
evenementen met een geluidsniveau van maximaal 85 dB(A) en 97 dB(C) op de gevels van de dichtstbijzijnde woning of andere geluidgevoelige gebouwen indien het geluid wordt voortgebracht door live optredende artiesten. Indien het geluid wordt voortgebracht door geluidsinstallaties ten behoeve van achtergrondmuziek, pauzemuziek, verslaglegging of commentaar tijdens een evenement geldt een norm van maximaal 80 dB(A) en 92 dB(C) op de gevel van de dichtstbijzijnde woning of andere geluidgevoelige gebouwen;
Evenement categorie 3:
evenementen met een geluidsniveau van maximaal 90 dB(A) en 100 dB(C) op de gevels van de dichtstbijzijnde woning of andere geluidgevoelige gebouwen;
Periode tussen 09.00 en 24:00. Bij evenementen op het water geldt een aaneengesloten tijdsperiode van 24 uur, die aanvangt op het moment dat de doorvaarbaarheid van het water volledig is gestremd;
tentoonstellings- en verkoopruimte voor kunst;
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
een inrichting, bij welke ingevolge artikel 40 van de Wet geluidhinder rondom het terrein van vestiging in een bestemmingsplan een geluidzone moet worden vastgesteld;
een functie waarvoor het gebouw hoofdzakelijk mag worden gebruikt;
een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn constructie, afmetingen of functie als belangrijkste bouwwerk valt aan te merken en waarin de hoofdfunctie ingevolge de bestemming is of wordt ondergebracht;
De volgende categorieën worden onderscheiden:
horeca categorie 1:
Horeca inrichting, die uitsluitend tussen 6:00 uur en 22:00 uur geopend is, niet zijnde een horeca inrichting als bedoeld in categorie 2, waar:
Voorbeelden: thee- en koffieconcepten, brood- en lunchconcepten, ijs- en yoghurtconcepten.
horeca categorie 1*:
Horeca inrichting, die uitsluitend tussen 6:00 uur en 22:00 uur geopend is, niet zijnde een horeca inrichting als bedoeld in categorie 2, waar:
Voorbeelden: brood- en lunchconcepten.
horeca categorie 2:
Horeca inrichting waar:
Voorbeelden: fastfoodconcepten, healthy fastfoodconcepten, snackbars, shoarmazaken.
horeca categorie 3:
Horeca inrichting, niet zijnde een horeca inrichting als bedoeld in categorie 2, waar:
Voorbeelden: restaurants, pannenkoekenrestaurants, pizzeria's.
horeca categorie 3*:
Horeca inrichting, niet zijnde een horeca inrichting als bedoeld in categorie 2, waar:
Voorbeelden: restaurants, pannenkoekenrestaurants, eetcafés, grand-cafés, brasseries, bistro's, pizzeria's.
horeca categorie 3**:
Horeca inrichting, die indien geopend altijd uiterlijk vanaf 12:00 uur geopend is, niet zijnde een horeca inrichting als bedoeld in categorie 2, waar:
Voorbeelden: restaurants, pannenkoekenrestaurants, pizzeria's.
horeca categorie 4:
Horeca inrichting, niet zijnde een horeca inrichting als bedoeld in categorie 2, waar:
Voorbeelden: cafés, bars, pubs, bier-, wijn- en cocktailconcepten.
horeca categorie 5:
Horeca inrichting, niet zijnde een horeca categorie 2, waar:
Voorbeelden: clubs, discotheken, feestcafés, uitgaansconcepten, partycentra, danscafés, karaokebars.
horeca categorie 5*:
Horeca inrichting als bedoeld in categorie 5, met een totale bedrijfsvloeroppervlakte van maximaal 250 m2.
Voorbeelden: clubs, discotheken, feestcafés, uitgaansconcepten, partycentra, danscafés, karaokebars.
horeca categorie 6:
Horeca inrichting waar:
Voorbeelden: hotels, motels en pensions
horeca categorie 7:
Horeca inrichting die uitsluitend toegankelijk is voor een besloten groep mensen, zoals leden van een vereniging.
Voorbeelden: (studenten)sociëteiten.
een bedrijf of instelling waar bedrijfsmatig diensten worden verleend, waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen, waaronder congres- en vergaderaccommodatie;
een geheel of gedeeltelijke niet horizontale dakconstructie gevormd door ten minste twee schuin hellende dakschilden met een helling elk van ten minste 45º en ten hoogste 75º ten dienste van de afdekking van een gebouw. De dakschilden dienen ten minste 40% van de horizontale projectie van het oppervlak van het dak te bedekken;
een als zodanig op de verbeelding aangegeven gebouw, niet zijnde een beschermd monument, dat van belang is voor het historisch stadsbeeld en de historische stadsstructuur in het Rijks beschermd stadsgezicht danwel van belang is vanwege de architectuur van het gebouw;
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met artistieke en/ of culturele waarde;
civieltechnisch bouwwerk;
de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie is binnen de beroepsgroep de geldende norm voor de uitvoering van archeologisch onderzoek;
objecten waarvoor ingevolge het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen een grenswaarde voor het risico c.q. een risicoafstand tot een risicovolle inrichting is bepaald, die in acht genomen moet worden;
onderwijsvoorzieningen, begraafplaatsen, crematoria, (para)medische en verpleegvoorzieningen, bejaardenvoorzieningen, verzorgingshuizen, kinderopvang, buurt- en wijkcentra, welzijnsvoorzieningen, sociale voorzieningen, overheidsvoorzieningen, religieuze voorzieningen, voorzieningen van openbaar nut met de daarbij behorende strikt functiegebonden ondersteunende horeca, dienstverlening en/of detailhandel;
bedrijf gericht op het leveren van voorzieningen van openbaar nut, zoals gas, water, elektriciteit en telecommunicatie;
voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, (riool)gemaalgebouwtjes, telefooncellen, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling en apparatuur voor telecommunicatie;
beperkte op de eindgebruiker gerichte verkoop van goederen vanuit een bedrijf, waarbij het gaat om detailhandel dat niet zelfstandig functioneert, maar als een ondergeschikte aanvulling en ondersteuning van de bedrijfsfunctie dient;
beperkt verstrekken van dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse vanuit een winkel, waarbij het gaat om horeca van categorie 1, zoals gedefinieerd in begripsbepaling 1.48, dat niet zelfstandig functioneert, maar als een ondergeschikte aanvulling en ondersteuning van de detailhandelsfunctie dient;
beperkt verlenen van diensten vanuit een bedrijf, waarbij het gaat om dienstverlening dat niet zelfstandig functioneert, maar als een ondergeschikte aanvulling en ondersteuning van de bedrijfsfunctie dient;
beperkt verstrekken van dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse vanuit een bedrijf of instelling, waarbij het gaat om horeca dat niet zelfstandig functioneert, maar uitsluitend als een ondersteunende aanvulling op (en ondergeschikt aan) de bedrijfsfunctie;
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, voorzien van een gesloten dak;
onbebouwde parkeerplekken op het maaiveld;
een programma van eisen is een document, opgesteld conform de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie, waarin wordt aangegeven op welke wijze archeologisch onderzoek moet worden uitgevoerd. Een programma van eisen behoeft altijd goedkeuring door het bevoegd gezag;
overdekte voorzieningen voor sportbeoefening, fitness, training en/of vrijetijdsbesteding, niet zijnde een speelautomatenhal, casino of daarmee gelijk te stellen inrichting of bedrijf, al dan niet gecombineerd met onderwijs op dat gebied;
het vanaf een vaste plaats op een openbare en in de openlucht gelegen plaats te koop aanbieden, verkopen of afleveren van goederen of het anderszins aanbieden van goederen en diensten, gebruikmakend van fysieke middelen, zoals een kraam, een wagen of een tafel;
objecten die in de openbare ruimte staan en die niet tot de weg zelf behoren, zoals banken, lantaarnpalen, abri's, vuilnisbakken en verkeersborden;
een buiten de besloten ruimte van de inrichting liggend deel van het horecabedrijf waar sta- of zitgelegenheid kan worden geboden en waar tegen vergoeding dranken kunnen worden geschonken of spijzen voor directe consumptie kunnen worden bereid of verstrekt;
boot geschikt voor het inrichten van een terras ten behoeve van een aan de walkant gevestigd horecabedrijf;
houten afdekking van grond, groen en/of water;
parkeergelegenheid voor auto's en fietsen, waarvan het aantal parkeerplaatsen en de omvang daarvan voldoet aan de Beleidsregels Parkeernormen van de gemeente Leiden met inbegrip van de daarin opgenomen afwijkingsmogelijkheden, zoals die gelden ten tijde van de vaststelling van dit bestemmingsplan en - indien deze beleidsregels gedurende de planperiode worden gewijzigd - aan die wijziging;
de lijn waarin de voorgevel van het gebouw is gelegen, alsmede het verlengde daarvan;
voorzieningen, die het waterhuishoudkundige belang dienen, zoals watergangen, waterlopen, kunstwerken, onderhoudsstroken ten behoeve van het beheer en onderhoud van een watergang of waterloop;
een (complex van) ruimte(n), geschikt en bestemd voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden;
elk vaartuig of drijvende constructie, dat/die naar aard en inrichting uitsluitend wordt gebruikt als woning;
een object in of boven het water dat verband houdt met het wonen op het woonschip, zoals afhouders, meerpalen, loopplanken, plankiers, steigers, een bijboot en een drijvend terras;
een gedeelte van het water dat door een woonschip met bijbehorende voorzieningen mag worden ingenomen;
een commerciële bedrijfsactiviteit met één, maar doorgaans meerdere zalen gericht op de exploitatie voor feesten en partijen, bijeenkomsten voor de zakelijke en particuliere markt.
Bij de toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
het oppervlak dat met bouwwerken is bebouwd, uitgedrukt in procenten van de oppervlakte van het bouwperceel, voor zover dat is gelegen binnen de bestemming daarvan, of binnen een in de planregels nader aan te duiden gedeelte van die bestemming;
vanaf het peil verticaal tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
tussen de buitenwerkse hoofdgevelvlakken en/of de harten van gemeenschappelijke scheidingsmuren, met dien verstande dat indien een gevelvlak niet evenwijdig lopen dan wel verspringen, het gemiddelde geldt van de kleinste en grootste breedte;
de breedte wordt gemeten op de plaats waar het vaste deel van de romp het breedst is;
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;
tussen de buitenwerkse voorgevel van de erker en de buitenwerkse gevel van het gebouw waaraan het wordt gebouwd;
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeiboord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
de hoogte van een woonschip wordt gemeten in meters vanaf de waterlijn tot aan het hoogste punt van de romp of opbouw, waarbij masten, schoorstenen en dergelijke niet meegerekend worden;
tussen de onderzijde van de begane-grondvloer dan wel -indien aanwezig- van de kelder- of souterrainvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de gemeenschappelijke scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
de lengte wordt gemeten op de plaats waar het vaste deel van de romp het langst is, ondergeschikte buiten de romp uitstekende delen zoals rondhouten en roerbladen niet meegerekend;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
de som van alle tot het gebouw behorende binnenruimten, gemeten op vloerniveau tussen de begrensde opgaande scheidingsconstructie van de afzonderlijke daartoe behorende ruimte(n), inclusief onderbouw en zolderruimte. De oppervlakte van een trapgat, een liftschacht en een toegankelijke leidingschacht moet op elke bouwlaag tot de vloeroppervlakte van een gebouw worden gerekend;
Bij toepassing van het in dit artikel bepaalde worden ondergeschikte bouwonderdelen buiten beschouwing gelaten, zoals:
De voor 'Bedrijf - Nutsvoorziening' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daarbij behorende kantoorruimte, tuinen, erven, (ondergrondse) parkeervoorzieningen, voet- en fietspaden, fietsenstallingen, toegangswegen, groenvoorzieningen, water en leidingen.
met dien verstande dat tevens de bijbehorende gronden buiten het bebouwingsvlak voor de functies genoemd onder a tot en met d zijn bestemd.
De voor 'Centrum' aangewezen gronden zijn bestemd voor centrumdoeleinden. Onder deze bestemming zijn toegestaan:
met de daar bijbehorende tuinen, erven, (ondergrondse) parkeervoorzieningen, voorzieningen ten dienste van het laden en lossen, (ondergrondse) fietsenstallingen, voet- en fietspaden, groenvoorzieningen, water, speelruimte, nutsvoorzieningen en leidingen;
met dien verstande dat tevens de bijbehorende gronden buiten het bebouwingsvlak voor de functies genoemd onder a tot en met t zijn bestemd.
Voor het bouwen binnen het bouwvlak gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen buiten het bouwvlak gelden de volgende bepalingen:
In afwijking van de overige bepalingen van artikel 4.2 mogen ter plaatse van de aanduiding 'terras' geen bouwwerken worden opgericht.
Gronden gelegen tussen de voorgevelbouwgrens en de bestemming Verkeer mogen uitsluitend bebouwd worden met stoeppalen, plaveisel en ingangspartijen zoals trappenhuizen, een en ander passend bij het aangrenzende hoofdgebouw.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 4.2.2 onder d. voor de bouw van erf- of terreinafscheidingen langs de wegzijde tot maximaal 3 meter hoogte.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 4.2.3 voor het oprichten van een bouwwerk, geen gebouw zijnde ter plaatse van de aanduiding 'terras' mits:
Voorzover deze gronden zijn gelegen tussen de voorgevelbouwgrens en de bestemming Verkeer en de breedte daarvan niet meer bedraagt dan 1,5 m, zijn zij bestemd voor privé-stoep bij het aangrenzende hoofdgebouw.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in 4.4.1 onder a ten behoeve van het realiseren van woonruimte op de begane grond, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 4.1 ten behoeve van het realiseren van een terras bij een horecabedrijf buiten de aanduiding 'terras', mits:
De voor 'Cultuur en ontspanning' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbijbehorende tuinen, erven, (ondergrondse) parkeervoorzieningen, voorzieningen ten dienste van het laden en lossen, (ondergrondse) fietsenstallingen, voet- en fietspaden, groenvoorzieningen, water, speelruimte, nutsvoorzieningen, leidingen;
met dien verstande dat tevens de bijbehorende gronden buiten het bebouwingsvlak voor de functies genoemd onder a tot en met j zijn bestemd.
Voor het bouwen van binnen het bouwvlak gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen buiten het bouwvlak gelden de volgende bepalingen:
In afwijking van de overige bepalingen van artikel 5.2 mogen er ter plaatse van de aanduiding 'terras' geen bouwwerken worden opgericht.
Ggronden gelegen tussen de voorgevelbouwgrens en de bestemming Verkeer mogen uitsluitend bebouwd worden met stoeppalen, plaveisel en ingangspartijen zoals trappenhuizen, een en ander passend bij het aangrenzende hoofdgebouw.
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - molen' gelden de volgende bouwregels:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - hortus botanicus' gelden uitsluitend de volgende specifieke bouwregels:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 5.2.3 voor het oprichten van een bouwwerk, geen gebouw zijnde ter plaatse van de aanduiding 'terras' mits:
Ter plaatse van de aanduiding 'molen' zijn de gronden bestemd voor het behoud en herstel van cultuurhistorische waarden in de vorm van een molen en voor culturele doeleinden.
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - hortus botanicus' gelden uitsluitend de volgende specifieke gebruiksregels:
Voorzover deze gronden zijn gelegen tussen de voorgevelbouwgrens en de bestemming Verkeer en de breedte daarvan niet meer bedraagt dan 1,5 m, zijn zij bestemd voor privé-stoep bij het aangrenzende hoofdgebouw.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 5.1 ten behoeve van het realiseren van een terras bij een horecabedrijf buiten de aanduiding 'terras', mits:
De voor 'Gemengd - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbijbehorende tuinen, erven, (ondergrondse) parkeervoorzieningen, voorzieningen ten dienste van het laden en lossen, (ondergrondse) fietsenstallingen, voet- en fietspaden, groenvoorzieningen, water, speelruimte, nutsvoorzieningen, leidingen;
met dien verstande dat tevens de bijbehorende gronden buiten het bebouwingsvlak voor de functies genoemd onder a tot en met aa zijn bestemd.
Voor het bouwen binnen het bouwvlak gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen buiten het bouwvlak gelden de volgende bepalingen:
In afwijking van de overige bepalingen van artikel 6.2 mogen ter plaatse van de aanduiding 'terras' geen bouwwerken worden opgericht.
Gronden gelegen tussen de voorgevelbouwgrens en de bestemming Verkeer mogen uitsluitend bebouwd worden met stoeppalen, plaveisel en ingangspartijen zoals trappenhuizen, een en ander passend bij het aangrenzende hoofdgebouw.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 6.2.2 onder d ten behoeve van de bouw van erfafscheidingen langs de wegzijde tot maximaal 3 m.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 6.2.3 voor het oprichten van een bouwwerk, geen gebouw zijnde ter plaatse van de aanduiding 'terras' mits:
De uitoefening van een aan-huis-verbonden beroeps-/ bedrijfsactiviteit is toegestaan, met dien verstande dat maximaal 40% van het vloeroppervlak van de woning mag worden gebruikt ten behoeve van het aan huis gebonden beroep of bedrijf. Uitsluitend activiteiten uit milieucategorie 1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn toegestaan.
Voorzover deze gronden zijn gelegen tussen de voorgevelbouwgrens en de bestemming Verkeer en de breedte daarvan niet meer bedraagt dan 1,5 m, zijn zij bestemd voor privé-stoep bij het aangrenzende hoofdgebouw.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 6.4.2 onder b. voor het vestigen van niet-woonfuncties op de verdieping aansluitend aan de begane grond, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 6.1 ten behoeve van het realiseren van een terras bij een horecabedrijf buiten de aanduiding 'terras', mits:
De voor 'Gemengd - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbijbehorende tuinen, erven, (ondergrondse) parkeervoorzieningen, voorzieningen ten dienste van het laden en lossen, (ondergrondse) fietsenstallingen, voet- en fietspaden, groenvoorzieningen, water, speelruimte, nutsvoorzieningen, leidingen;
met dien verstande dat tevens de bijbehorende gronden buiten het bebouwingsvlak voor de functies genoemd onder a tot en met u zijn bestemd.
Voor het bouwen binnen het bouwvlak gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen buiten het bouwvlak gelden de volgende bepalingen:
In afwijking van de overige bepalingen van artikel 7.2 mogen ter plaatse van de aanduiding 'terras' geen bouwwerken worden opgericht.
Gronden gelegen tussen de voorgevelbouwgrens en de bestemming Verkeer mogen uitsluitend bebouwd worden met stoeppalen, plaveisel en ingangspartijen zoals trappenhuizen, een en ander passend bij het aangrenzende hoofdgebouw.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 7.2.2 onder d. ten behoeve van de bouw van erfafscheidingen langs de wegzijde tot maximaal 3 m.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 7.2.3 voor het oprichten van een bouwwerk, geen gebouw zijnde ter plaatse van de aanduiding 'terras' mits:
De uitoefening van een aan-huis-verbonden beroeps-/ bedrijfsactiviteit is toegestaan, met dien verstande dat maximaal 40% van het vloeroppervlak van de woning mag worden gebruikt ten behoeve van het aan huis gebonden beroep of bedrijf. Uitsluitend activiteiten uit categorie 1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn toegestaan.
Voorzover deze gronden zijn gelegen tussen de voorgevelbouwgrens en de bestemming Verkeer en de breedte daarvan niet meer bedraagt dan 1,5 m, zijn zij bestemd voor privé-stoep bij het aangrenzende hoofdgebouw.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 7.1 ten behoeve van het realiseren van een terras bij een horecabedrijf buiten de aanduiding 'terras', mits:
De voor 'Gemengd - 3' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbijbehorende tuinen, erven, (ondergrondse) parkeervoorzieningen, voorzieningen ten dienste van het laden en lossen, (ondergrondse) fietsenstallingen, voet- en fietspaden, groenvoorzieningen, water, speelruimte, nutsvoorzieningen, leidingen;
met dien verstande dat tevens de bijbehorende gronden buiten het bebouwingsvlak voor de functies genoemd onder a tot en met h zijn bestemd.
Voor het bouwen binnen het bouwvlak gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen buiten het bouwvlak gelden de volgende bepalingen:
In afwijking van de overige bepalingen van artikel 8.2 mogen ter plaatse van de aanduiding 'terras' geen bouwwerken worden opgericht.
Gronden gelegen tussen de voorgevelbouwgrens en de bestemming Verkeer mogen uitsluitend bebouwd worden met stoeppalen, plaveisel en ingangspartijen zoals trappenhuizen, een en ander passend bij het aangrenzende hoofdgebouw.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 8.2.2 onder d. ten behoeve van de bouw van erfafscheidingen langs de wegzijde tot maximaal 3 m.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 8.2.3 voor het oprichten van een bouwwerk, geen gebouw zijnde ter plaatse van de aanduiding 'terras' mits:
Voorzover deze gronden zijn gelegen tussen de voorgevelbouwgrens en de bestemming Verkeer en de breedte daarvan niet meer bedraagt dan 1,5 m, zijn zij bestemd voor privé-stoep bij het aangrenzende hoofdgebouw.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 8.1 ten behoeve van het realiseren van een terras bij een horecabedrijf buiten de aanduiding 'terras', mits:
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende speelvoorzieningen, verblijfsvoorzieningen aanmeermogelijkheden, nutsvoorzieningen, in- en uitritten, bergingen, kabels en leidingen, (ondergrondse) inzamelpunten voor huishoudelijke afvalstoffen en kunstobjecten.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:
De hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag ten hoogste 3 meter bedragen.
In afwijking van de overige bepalingen van artikel 9.2 mogen ter plaatse van de aanduiding 'terras' geen bouwwerken worden opgericht.
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - hortus botanicus' gelden uitsluitend de volgende specifieke bouwregels:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - burcht' gelden uitsluitend de volgende specifieke bouwregels:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 9.2.3 voor het oprichten van een bouwwerk, geen gebouw zijnde ter plaatse van de aanduiding 'terras' mits:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - hortus botanicus' gelden uitsluitend de volgende specifieke gebruiksregels:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - burcht' zijn de gronden bestemd voor het behoud en herstel van cultuurhistorische waarden in de vorm van een burcht (mottekasteel) bestande uit een ringmuur op een kunstmatige heuvel, met binnen de ringmuur en op een talud, openbaar groen, monumentale bomen, voetpaden en een bezoekerscentrum met toegang.
Voor zover de voor 'Groen' aangewezen gronden tussen de voor- en de achterzijde van een woonschip zijn gelegen, mogen deze gronden tevens gebruikt worden als tuin bij woonschepen, mits deze gronden aansluiten bij de in de bestemming 'Water' aangegeven aanduiding 'specifieke vorm van wonen - woonschepenligplaats 1 t/m 21'.
Voor alle locaties ter plaatse van de aanduidingen 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 1' (Burcht/ /Nieuwstraat/ Hooglandse Kerkgracht) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 2' (Huigpark) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Voor alle locaties ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 8' (Garenmarkt/Van der Werfpark/ Doezastraat) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 11' (Energiepark) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 9.1 ten behoeve van het realiseren van een terras bij een horecabedrijf buiten de aanduiding 'terras', mits:
De voor 'Horeca' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende tuinen, erven, voet- en fietspaden, groenvoorzieningen, water, speelruimte, kabels en leidingen.
met dien verstande dat tevens de bijbehorende gronden buiten het bebouwingsvlak voor de functies genoemd onder a tot en met g zijn bestemd.
Voor het bouwen binnen het bouwvlak gelden de volgende bepalingen:
In afwijking van de overige bepalingen van artikel 10.2 mogen ter plaatse van de aanduiding 'terras' geen bouwwerken worden opgericht.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 10.2.3 voor het oprichten van een bouwwerk, geen gebouw zijnde ter plaatse van de aanduiding 'terras' mits:
Ter plaatse van de aanduiding 'wonen' is de uitoefening van een aan-huis-verbonden beroeps-/ bedrijfsactiviteit is toegestaan, met dien verstande dat maximaal 40% van het vloeroppervlak van de woning mag worden gebruikt ten behoeve van het aan huis gebonden beroep of bedrijf. Uitsluitend activiteiten uit categorie 1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn toegestaan.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 10.1 ten behoeve van het realiseren van een terras bij een horecabedrijf buiten de aanduiding 'terras', mits:
De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende tuinen, erven, stoepen en groenvoorzieningen, voet- en fietspaden, water en waterhuishoudkundige voorzieningen en speelruimte.
Voor het bouwen binnen het bouwvlak gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen buiten het bouwvlak gelden de volgende bepalingen:
Ter plaatse van de aanduiding 'begraafplaats' gelden uitsluitend de volgende specifieke bouwregels:
Gronden gelegen tussen de voorgevelbouwgrens en de bestemming Verkeer mogen uitsluitend bebouwd worden met stoeppalen, plaveisel en ingangspartijen zoals trappenhuizen, een en ander passend bij het aangrenzende hoofdgebouw.
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 2' (Huigpark) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Ter plaatse van de aanduiding 'begraafplaats' gelden uitsluitend de volgende specifieke gebruiksregels:
De uitoefening van een aan-huis-verbonden beroeps-/ bedrijfsactiviteit is toegestaan, met dien verstande dat:
Voorzover deze gronden zijn gelegen tussen de voorgevelbouwgrens en de bestemming 'Verkeer' en de breedte daarvan niet meer bedraagt dan 1,5 meter, zijn zij bestemd voor privé-stoep bij het aangrenzende hoofdgebouw.
De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende toegangspaden, (ondergrondse) kabels en leidingen en binnen de bestemming passende andere bouwwerken.
Voor het bouwen gelden de volgende bepalingen:
In afwijking van de overige bepalingen van artikel 12.2 mogen ter plaatse van de aanduiding 'terras' geen bouwwerken worden opgericht.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 12.2.1 onder a. ten behoeve van een bijbehorend bouwwerk, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 12.2.2 onder a. en b. ten behoeve van:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 12.2.3 voor het oprichten van een bouwwerk, geen gebouw zijnde ter plaatse van de aanduiding 'terras' mits:
Verharding is uitsluitend toegestaan in de vorm van sierbestrating en toegangspaden, waarbij maximaal 30% van het perceel mag worden verhard, met een maximum van 50 m² per perceel, tenzij op de verbeelding de aanduiding 'parkeergarage' of 'parkeerterrein' is opgenomen.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 12.1 ten behoeve van het realiseren van een terras bij een horecabedrijf buiten de aanduiding 'terras', mits:
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbijbehorende voet- en fietspaden, groenvoorzieningen, bermen, water en waterhuishoudkundige voorzieningen, aanmeermogelijkheden, voorzieningen ten behoeve van openbaar vervoer, laad- en losvoorzieningen, kunstwerken, fietsenstallingen, abri's, telefooncellen, straatmeubilair en dergelijke, speel- en verblijfsvoorzieningen, nutsvoorzieningen, in- en uitritten, kunstobjecten, (ondergrondse) inzamelpunten voor huishoudelijke afvalstoffen, balkons, luifels en overstekende bouwdelen behorende bij hoofdgebouwen op de aangrenzende bestemming.
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:
In afwijking van het bepaalde in artikel 13.2.2 gelden voor het bouwen van balkons, luifels, andere overstekende bouwdelen en een overbouwing behorende bij hoofdgebouwen op de aangrenzende bestemming de volgende bepalingen:
In afwijking van de overige bepalingen van artikel 13.2 mogen ter plaatse van de aanduiding 'terras' geen bouwwerken worden opgericht.
Bouwwerken op terrassen
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 13.2.4 voor het oprichten van een bouwwerk, geen gebouw zijnde ter plaatse van de aanduiding 'terras' mits:
Voor alle locaties ter plaatse van de aanduidingen 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 1' (Burcht/ /Nieuwstraat/ Hooglandse Kerkgracht) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 2' (Huigpark) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 3' (Arsenaalplein) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 4' (Beestenmarkt) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 5' (Boommarkt/ Apothekersdijk) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 6' (Breestraat) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Voor alle locaties ter plaatse van de aanduidingen 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 7' (Terras Annie's/ Hoogstraat/ Waaghoofd/ Stille Mare) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Voor alle locaties ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 8' (Garenmarkt/Van der Werfpark/ Doezastraat) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 9' (Lammermarkt) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 10' (Morspoort) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 11' (Energiepark) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Voor alle locaties ter plaatse van de aanduidingen 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 12' (Oude Singel/ Oude Vest/ Volmolengracht) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Voor alle locaties ter plaatse van de aanduidingen 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 13' (Pieterskerkplein/ 't Gerecht) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 14' (Rapenburg Noord) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Voor alle locaties ter plaatse van de aanduidingen 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 15' (Rapenburg Zuid/ Kaiserstraat) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Voor alle locaties ter plaatse van de aanduidingen 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 16' (Stadhuisplein/ Koornbrugsteeg/ Koornbrug/ Vismarkt) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 17' (Vrouwenkerkplein) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Standplaatsen ten behoeve van het te koop aanbieden van goederen, zoals kleine etenswaren, bloemen, kerstbomen en dergelijken, vanaf een vaste plaats in de openbare ruimte zijn toegestaan binnen de bestemming Verkeer, voor zover wordt voldaan aan de voorwaarden zoals bepaald in de beleidsregels en het standplaatsenplan 'Notitie Standplaatsen gemeente Leiden', en dat indien deze beleidsregels gedurende de planperiode worden gewijzigd, rekening wordt gehouden met de wijziging.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 13.1 voor het aanleggen van een terras bij een horecabedrijf, mits:
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbijbehorende oeverbeschoeiingen, aanmeermogelijkheden, ondergrondse kabels en leidingen.
Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:
In afwijking van de overige bepalingen van artikel 14.2 mogen ter plaatse van de aanduiding 'terras', specifieke vorm van horeca - vlonderterras', 'steiger', 'specifieke vorm van water - vlonder' en 'specifieke vorm van horeca - terrasboot' geen bouwwerken worden opgericht.
In afwijking van het bepaalde in artikel 14.2.1 gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 1' de volgende regels:
Maximale afmetingen | Ligplaats | Opbouw | Woonschip |
Lengte | 30 m | 30 m | |
Breedte | 8,25 m | 4,5 m | |
Kajuithoogte | 3,5 m | ||
Maximaal toegestane afstand van de verst verwijderde gevel van de opbouw tot aan de wal | 8,25 m | ||
Diepgang | 1,25 m |
In afwijking van het bepaalde in artikel 14.2.1 gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 2' de volgende regels:
Maximale afmetingen | Ligplaats | Opbouw | Woonschip |
Lengte | 25m | 25 m | |
Breedte | 13,5m | 4,5 m | |
Kajuithoogte | 3,5 m | ||
Maximaal toegestane afstand van de verst verwijderde gevel van de opbouw tot aan de wal | 15 m | ||
Diepgang | 1,25 m |
In afwijking van het bepaalde in artikel 14.2.1 gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 3' de volgende regels:
Maximale afmetingen | Ligplaats | Opbouw | Woonschip |
Lengte | 18 m | 16 m | |
Breedte | 6 m | 5,5 m | |
Hoogte | 3 m | ||
Maximaal toegestane afstand van de verst verwijderde gevel van de opbouw tot aan de wal | 6 m | ||
Diepgang | 0,75 m |
In afwijking van het bepaalde in artikel 14.2.1 gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 4' de volgende regels:
Maximale afmetingen | Ligplaats | Opbouw | Woonschip |
Lengte | 18 m | 16 m | |
Breedte | 6 m | 5,5 m | |
Hoogte | 3 m | ||
Maximaal toegestane afstand van de verst verwijderde gevel van de opbouw tot aan de wal | 6 m | ||
Diepgang | 0,75 m |
In afwijking van het bepaalde in artikel 14.2.1 gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 5' de volgende regels:
Maximale afmetingen | Ligplaats | Opbouw | Woonschip |
Lengte | 18 m | 16 m | |
Breedte | 5,5 m | 5 m | |
Hoogte | 3,25 m | ||
Maximaal toegestane afstand van de verst verwijderde gevel van de opbouw tot aan de wal | 5,5 m | ||
Diepgang | 1 m |
In afwijking van het bepaalde in artikel 14.2.1 gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 6' de volgende regels:
Maximale afmetingen | Ligplaats | Opbouw | Woonschip |
Lengte | 18 m | 16 m | |
Breedte | 9 m | 7,5 m | |
Hoogte | 4,25 m | ||
Maximaal toegestane afstand van de verst verwijderde gevel van de opbouw tot aan de wal | 8,5 m | ||
Diepgang | 1 m |
In afwijking van het bepaalde in artikel 14.2.1 gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 6a' de volgende regels:
Maximale afmetingen | Ligplaats | Opbouw | Woonschip |
Lengte | 18 m | 16 m | |
Breedte | 9 m | 7,5 m | |
Hoogte | 3,5 m | ||
Maximaal toegestane afstand van de verst verwijderde gevel van de opbouw tot aan de wal | 8,5 m | ||
Diepgang | 1 m |
In afwijking van het bepaalde in artikel 14.2.1 gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 6b' de volgende regels:
Maximale afmetingen | Ligplaats | Opbouw | Woonschip |
Lengte | 18 m | 16 m | |
Breedte | 9 m | 7,5 m | |
Hoogte | 4,25 m | ||
Maximaal toegestane afstand van de verst verwijderde gevel van de opbouw tot aan de wal | 8,5 m | ||
Diepgang | 1 m |
In afwijking van het bepaalde in artikel 14.2.1 gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 6c' de volgende regels:
Maximale afmetingen | Ligplaats | Opbouw | Woonschip |
Lengte | 18 m | 16 m | |
Breedte | 9 m | 7,5 m | |
Hoogte | 3,5 m | ||
Maximaal toegestane afstand van de verst verwijderde gevel van de opbouw tot aan de wal | 8,5 m | ||
Diepgang | 1 m |
In afwijking van het bepaalde in artikel 14.2.1 gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 7' de volgende regels:
Maximale afmetingen | Ligplaats | Opbouw | Woonschip |
Lengte | 18 m | 16 m | |
Breedte | 7 m | 6 m | |
Hoogte | 3 m | ||
Maximaal toegestane afstand van de verst verwijderde gevel van de opbouw tot aan de wal | 6,5 m | ||
Diepgang | 1 m |
In afwijking van het bepaalde in artikel 14.2.1 gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 8' de volgende regels:
Maximale afmetingen | Ligplaats | Opbouw | Woonschip |
Lengte | 18 m | 16 m | |
Breedte | 7 m | 6 m | |
Hoogte | 3 m | ||
Maximaal toegestane afstand van de verst verwijderde gevel van de opbouw tot aan de wal | 6,5 m | ||
Diepgang | 1 m |
In afwijking van het bepaalde in artikel 14.2.1 gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 9' de volgende regels:
Maximale afmetingen | Ligplaats | Opbouw | Woonschip |
Lengte | 18 m | 16 m | |
Breedte | 7 m | 6 m | |
Hoogte | 3 m | ||
Maximaal toegestane afstand van de verst verwijderde gevel van de opbouw tot aan de wal | 6,5 m | ||
Diepgang | 1 m |
In afwijking van het bepaalde in artikel 14.2.1 gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 10' de volgende regels:
Maximale afmetingen | Ligplaats | Opbouw | Woonschip |
Lengte | 30 m | 25 m | |
Breedte | 6 m | 5 m | |
Hoogte | 3,5 m | ||
Maximaal toegestane afstand van de verst verwijderde gevel van de opbouw tot aan de wal | 5,5 m | ||
Diepgang | 1 m |
In afwijking van het bepaalde in artikel 14.2.1 gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 11' de volgende regels:
Maximale afmetingen | Ligplaats | Opbouw | Woonschip |
Lengte | 30 m | 30 m | |
Breedte | 6,5 m | 6 m | |
Hoogte | 5 m | ||
Maximaal toegestane afstand van de verst verwijderde gevel van de opbouw tot aan de wal | 6,5 m | ||
Diepgang | 1 m |
In afwijking van het bepaalde in artikel 14.2.1 gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 12' de volgende regels:
Maximale afmetingen | Ligplaats | Opbouw | Woonschip |
Lengte | 18 m | 16 m | |
Breedte | 5,5 m | 5 m | |
Hoogte | 3 m | ||
Maximaal toegestane afstand van de verst verwijderde gevel van de opbouw tot aan de wal | 5,5 m | ||
Diepgang | 1 m |
In afwijking van het bepaalde in artikel 14.2.1 gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 13' de volgende regels:
Maximale afmetingen | Ligplaats | Opbouw | Woonschip |
Lengte | 18 m | 16 m | |
Breedte | 5,5 m | 5 m | |
Hoogte | 3 m | ||
Maximaal toegestane afstand van de verst verwijderde gevel van de opbouw tot aan de wal | 5,5 m | ||
Diepgang | 1 m |
In afwijking van het bepaalde in artikel 14.2.1 gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 14' de volgende regels:
Maximale afmetingen | Ligplaats | Opbouw | Woonschip |
Lengte | 18 m | 16 m | |
Breedte | 9,5 m | 7,5 m | |
Hoogte | 3,5 m | ||
Maximaal toegestane afstand van de verst verwijderde gevel van de opbouw tot aan de wal | 8,5 m | ||
Diepgang | 1 m |
In afwijking van het bepaalde in artikel 14.2.1 gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 15' de volgende regels:
Maximale afmetingen | Ligplaats | Opbouw | Woonschip |
Lengte | 18 m | 16 m | |
Breedte | 8 m | 7 m | |
Hoogte | 3,5 m | ||
Maximaal toegestane afstand van de verst verwijderde gevel van de opbouw tot aan de wal | 8 m | ||
Diepgang | 1 m |
In afwijking van het bepaalde in artikel 14.2.1 gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 16' de volgende regels:
Maximale afmetingen | Ligplaats | Opbouw | Woonschip |
Lengte | 18 m | 16 m | |
Breedte | 9,5 m | 7,5 m | |
Hoogte | 3,5 m | ||
Maximaal toegestane afstand van de verst verwijderde gevel van de opbouw tot aan de wal | 8,5 m | ||
Diepgang | 1 m |
In afwijking van het bepaalde in artikel 14.2.1 gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 17' de volgende regels:
Maximale afmetingen | Ligplaats | Opbouw | Woonschip |
Lengte | 18 m | 16 m | |
Breedte | 6 m | 5,5 m | |
Hoogte | 3,5 m | ||
Maximaal toegestane afstand van de verst verwijderde gevel van de opbouw tot aan de wal | 6 m | ||
Diepgang | 1 m |
In afwijking van het bepaalde in artikel 14.2.1 gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 18' de volgende regels:
Maximale afmetingen | Ligplaats | Opbouw | Woonschip |
Lengte | 25 m | 25 m | |
Breedte | 5 m | 5 m | |
Hoogte | 4 m | ||
Maximaal toegestane afstand van de verst verwijderde gevel van de opbouw tot aan de wal | 5 m | ||
Diepgang | 1 m |
In afwijking van het bepaalde in artikel 14.2.1 gelden ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats 19' de volgende regels:
Maximale afmetingen | Ligplaats | Opbouw | Woonschip |
Lengte | 30 m | 30 m | |
Breedte | 6 m | 6 m | |
Kajuithoogte | 5 m | ||
Maximaal toegestane afstand van de verst verwijderde gevel van de opbouw tot aan de wal | 6 m | ||
Diepgang | 1 m |
Het bevoegd kan ten dienste van een goede bevaarbaarheid van de waterlopen in het plangebied nadere eisen stellen ten aanzien van de beweegbaarheid van bruggen en de doortvaarthoogte van bruggen.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 14.2.3 voor het oprichten van een bouwwerk, geen gebouw zijnde ter plaatse van de aanduidingen 'terras' en 'specifieke vorm van horeca - vlonderterras' mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 14.2.2 onder c voor het toestaan van vlonders en steigers op andere locaties dan ter plaatse van de aanduidingen 'specifieke vorm van wonen- woonschepenligplaats 1 t/m 20', 'passantenhaven', 'specifieke vorm van water - historische haven', 'specifieke vorm van water - sleepboothaven', 'specifieke vorm van water - aanlegplaats voor rondvaartboot', 'terras' en specifieke vorm van horeca - vlonderterras', mits:
Voor alle locaties ter plaatse van de aanduidingen 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 7' (Terras Annie's/ Hoogstraat/ Waaghoofd/ Stille Mare) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Voor alle locaties ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 8' (Garenmarkt/Van der Werfpark/ Doezastraat) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Voor alle locaties ter plaatse van de aanduidingen 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 12' (Oude Singel/ Oude Vest/ Volmolengracht) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Voor alle locaties ter plaatse van de aanduidingen 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 15' (Rapenburg Zuid/ Kaiserstraat) gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 18' (Water Nieuwe Rijn) mag het water volledig worden afgedekt met een tijdelijk drijvend platform ten behoeve van de volgende evenementen en gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
met dien verstande dat na afloop van bovengenoemde periodes de doorvaarbaarheid van het water gewaarborgd dient te zijn.
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van cultuur en ontspanning - evenemententerrein 19' (Water Nieuwe Rijn) mag het water volledig worden afgedekt met een tijdelijk drijvend platform ten behoeve van het volgende evenement en gelden de volgende specifieke gebruiksregels:
Als verboden gebruik wordt ter plaatse van de aanduiding ‘specifieke vorm van water – ligplaats bedrijfsvaartuig gemengd1’ aangemerkt:
Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in artikel 14.1 ten behoeve van het afmeren van een terrasboot bij een horecabedrijf, mits:
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbijbehorende tuinen, erven, (ondergrondse) parkeervoorzieningen, voorzieningen ten dienste van het laden en lossen, (ondergrondse) fietsenstallingen, voet- en fietspaden, groenvoorzieningen, water, speelruimte, nutsvoorzieningen, leidingen;
met dien verstande dat tevens de bijbehorende gronden buiten het bebouwingsvlak voor de functies genoemd onder a tot en met s zijn bestemd.
Voor het bouwen binnen het bouwvlak gelden de volgende bepalingen:
Voor het bouwen buiten het bouwvlak gelden de volgende bepalingen:
In afwijking van de overige bepalingen van artikel 15.2 mogen ter plaatse van de aanduiding 'terras' geen bouwwerken worden opgericht.
Gronden gelegen tussen de voorgevelbouwgrens en de bestemming Verkeer mogen uitsluitend bebouwd worden met stoeppalen, plaveisel en ingangspartijen zoals trappenhuizen, een en ander passend bij het aangrenzende hoofdgebouw.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 15.2.1 onder i. ten behoeve van het realiseren van een kap die hoger is dan aldaar voorgeschreven, mits een kap, gemeten van de bovenzijde van de daaronder gelegen bouwlaag niet meer dan 5 meter zal bedragen.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 15.2.1 onder f. ten behoeve van het verticaal splitsen van hoofdgebouwen, mits de breedte afgestemd zal worden op de heersende perceelbreedten in het desbetreffende gedeelte van de binnenstad en de breedte van een hoofdgebouw in ieder geval niet minder dan 4 meter zal bedragen.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 15.2.2 onder f. ten behoeve van de bouw van erfafscheidingen langs de wegzijde tot maximaal 3 meter.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 15.2.3 voor het oprichten van een bouwwerk, geen gebouw zijnde ter plaatse van de aanduiding 'terras' mits:
Vrijstaande bijbehorende bouwwerken mogen niet voor commerciële doeleinden of als zelfstandige woning gebruikt worden.
Voor de tevens voor horeca bestemde gronden geldt dat tevens horeca-activiteiten zijn toegestaan uit een lagere categorie evenwel tot maximaal categorie 3 en met uitzondering van horecabedrijven van categorie 1* en categorie 2.
Voorzover deze gronden zijn gelegen tussen de voorgevelbouwgrens en de bestemming Verkeer en de breedte daarvan niet meer bedraagt dan 1,5 m, zijn zij bestemd voor privé-stoep bij het aangrenzende hoofdgebouw.
Ter plaatse van de aanduiding 'garage' zijn uitsluitend opslagen of stallingsruimten toegestaan die worden gebruikt voor bij de woonfunctie behorende opslag en als stallingsplaats voor voertuigen.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 15.4.1 voor het toestaan van een aan-huis-verbonden beroeps-/bedrijfsactiviteit dat niet voorkomt in de Staat van Bedrijfsactiviteiten onder milieucategorie 1, mits de activiteit naar aard en invloed op de omgeving gelijk te stellen is met de toegelaten milieucategorie.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 15 ten behoeve van het realiseren van een terras bij een horecabedrijf buiten de aanduiding 'terras', mits:
De voor Leiding - Gas aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, tevens bestemd voor een ondergrondse hoge druk aardgasleiding en overige kabels.
In geval van strijdigheid van bepalingen gaan de bepalingen van dit artikel vóór de bepalingen, die op grond van de andere artikelen op de desbetreffende gronden van toepassing zijn. Verder geldt voor zover de op de verbeelding weergegeven dubbelbestemmingen geheel of gedeeltelijk samenvallen, dat de dubbelbestemming Leiding - Gas voorrang krijgt.
Op of in de tevens voor Leiding - Gas aangewezen gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de bedoelde leiding(en) worden gebouwd. Overige gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn niet toegestaan uit het oogpunt van externe veiligheid en energieleveringszekerheid.
In afwijking van het bepaalde onder 16.3 kan het bevoegd gezag bij een omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels voor het bouwen overeenkomstig de daar andere voorkomende bestemming(en), mits het geen kwetsbaar object betreft, indien de veiligheid van de betrokken leiding niet wordt geschaad en vooraf schriftelijk advies is ingewonnen bij de betrokken leidingbeheerder, met dien verstande dat de bouwwerken niet in strijd mogen zijn met de regels die van toepassing zijn voor de betreffende bestemming.
Het verbod zoals bedoeld in artikel 16.5.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden:
De voor Waarde - Archeologie 1 aangewezen gronden zijn tevens bestemd voor het behoud en de bescherming van het aangewezen archeologisch monument in de zin van artikel 3 van de Monumentenwet.
De voor Waarde - Archeologie 2 aangewezen gronden zijn tevens bestemd voor het behoud en de bescherming van archeologische waarden.
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, dieper dan 50 cm en over een (totale) oppervlakte groter dan 25 m²:
Het bepaalde in lid 18.3.1 is niet van toepassing op:
Aan de omgevingsvergunning kunnen de volgende voorwaarden worden verbonden:
Archeologisch onderzoek zoals bedoeld in lid 18.3.4 wordt uitgevoerd op basis van een Programma van Eisen opgesteld overeenkomstig de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie, dat moet worden goedgekeurd door het bevoegd gezag. In het Programma van Eisen wordt aangegeven op welke wijze de voorwaarden die aan de omgevingsvergunning worden verbonden worden uitgevoerd.
Het bevoegd gezag kan het plan wijzigen door:
De voor Waarde - Archeologie 4 aangewezen gronden zijn tevens bestemd voor het behoud en de bescherming van archeologische waarden.
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, dieper dan 50 cm en over een (totale) oppervlakte groter dan 50 m²:
Het bepaalde in lid 19.3.1 is niet van toepassing op:
Aan de omgevingsvergunning kunnen de volgende voorwaarden worden verbonden:
Archeologisch onderzoek zoals bedoeld in lid 19.3.4 wordt uitgevoerd op basis van een Programma van Eisen opgesteld overeenkomstig de Kwaliteitsnorm Nederlandse Archeologie, dat moet worden goedgekeurd door het bevoegd gezag. In het Programma van Eisen wordt aangegeven op welke wijze de voorwaarden die aan de omgevingsvergunning worden verbonden worden uitgevoerd.
Het bevoegd gezag kan het plan wijzigen door:
De voor 'Waarde - Cultuurhistorie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen, tevens bestemd voor het behoud, het herstel en de bescherming van de met het beschermd stadsgezicht verbonden cultuurhistorische waarden zoals nader omschreven in de toelichting bij de aanwijzing tot Beschermd Stadsgezicht 'Leiden binnen de Singels' en in de toelichting die het onderhavige bestemmingsplan vergezelt.
Het bevoegd gezag kan bij het bouwen overeenkomstig de regels voor de andere op deze gronden voorkomende bestemmingen, nadere eisen stellen aan de situering van bouwwerken ter voorkoming van onevenredige aantasting van de karakteristieke, met de historische ontwikkeling samenhangende structuur en ruimtelijke kwaliteit, die in dit plangebied bestaat uit de cultuurhistorische waarde van het stratenpatroon en de bebouwing.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Waar in dit plan wordt verwezen naar andere wettelijke regelingen, wordt geduid op de regelingen zoals die luidden op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp van het bestemmingsplan.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning voor het afwijken van het bepaalde in lid 24.1.1 onder a en b en van het bepaalde in artikel 1, lid 1.50, met dien verstande dat:
Ieder hoofdgebouw mag voorzien worden van een kelder met dien verstande dat:
Voor dakterrassen gelden de volgende bepalingen:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 24.3.1 voor een grotere hoogte van een afrastering mits:
Ter plaatse van de aanduiding 'karakteristiek' is de bestemming tevens gericht op het behoud en bescherming van de beeldbepalende waarden van bouwwerken.
Ten aanzien van de op de planverbeelding als 'karakteristiek' aangeduide bouwwerken geldt, in afwijking van de overige planregels het volgende:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 24.4.2 teneinde het bestaande bouwwerk te vergroten, veranderen, vernieuwen of (gedeeltelijk) te slopen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de karakteristieke waarden van het bouwwerk zelf, dan wel van het straatbeeld en de omgeving van dit bouwwerk, waarbij in het bijzonder wordt gelet op:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - bouwhistorisch' is de bestemming tevens gericht op het behoud en bescherming van de bouwhistorische waarden van bouwwerken.
Ten aanzien van de op de planverbeelding als 'specifieke bouwaanduiding - bouwhistorisch' aangeduide bouwwerken geldt, in afwijking van de overige planregels, dat (gedeeltelijke) sloop van het bouwwerk, dan wel geheel of gedeeltelijke verwijdering of verandering van bouwkundige onderdelen van het bouwwerk uitsluitend is toegestaan, indien uit de overgelegde gegevens blijkt dat de bouwhistorische waarden van het bouwwerk niet onevenredig worden aangetast'.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in lid 24.5.2 teneinde het bestaande bouwwerk (gedeeltelijk) te kunnen slopen of bouwkundige onderdelen van het bouwwerk geheel of gedeeltelijk te kunnen verwijderen of veranderen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de bouwhistorische waarde van het pand.
Aan de omgevingsvergunning voor het afwijken van het bestemmingsplan op grond van artikel 24.5.3 kunnen de volgende voorwaarden worden verbonden:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - beeldbepalende tuinmuur' is de bestemming tevens gericht op het behoud en bescherming van de beeldbepalende tuinmuur.
Ten aanzien van de op de planverbeelding als 'specifieke bouwaanduiding - beeldbepalende tuinmuur' aangeduide bouwwerken geldt, in afwijking van de overige planregels, dat geheel of gedeeltelijke verwijdering of verandering van de tuinmuur niet is toegestaan.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 24.6.2 teneinde de bestaande bebouwing geheel of gedeeltelijk te kunnen verwijderen of veranderen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de bouwhistorische waarde van de tuinmuur en de bouwhistorische waarden van de tuinmuur voldoende gedocumenteerd worden door de initiatiefnemer.
In afwijking van het bepaalde in hoofdstuk 2 is het verboden om panden samen te voegen door middel van het (gedeeltelijk) verwijderen van zijgevels of het maken van doorgangen in zijgevels.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 24.7.1 ten behoeve van het samenvoegen van gebouwen door middel van het gedeeltelijk verwijderen van zijgevels of het maken van doorgangen daarin, met dien verstande dat:
Het bevoegd gezag is bevoegd, tevens in het belang van het beschermd stadsgezicht, zoals bedoeld in artikel 20, nadere eisen te stellen ten aanzien van de volgende onderwerpen:
De goot- en/ of bouwhoogte van gebouwen indien dit in verband met de in de omgeving aanwezige bebouwing of het in acht nemen van de waarden van het beschermd stadsgezicht wenselijk dan wel noodzakelijk is, met dien verstande dat:
De situering van bouwwerken indien dit noodzakelijk is ten behoeve van de bezonningssituatie, de privacy, de bereikbaarheid voor de brandweer en andere hulpdiensten en dergelijke, dan wel indien dit uit oogpunt van stedenbouwkundige of ruimtelijk-functionele kwaliteit dan wel ter bescherming van de cultuurhistorische waarden wenselijk is.
De goothoogte van aan elkaar grenzende panden, teneinde te waarborgen:
De situering en de goot- en/of bouwhoogte van aanbouwen en bijgebouwen, indien over een lengte van meer dan 2,5 m in de zijdelingse perceelsgrens wordt gebouwd, teneinde te waarborgen dat de op te richten bebouwing geen onevenredig nadelige veranderingen teweegbrengt in de bezonningssituatie op de aangrenzende erven of tuinen en in de lichttoetreding van het naastgelegen hoofdgebouw, met dien verstande dat:
Het in acht nemen van de historische parcellering dan wel een daarmee vergelijkbare indeling van percelen langs openbaar gebied indien sprake is van het vervangen van bebouwing of het splitsen van panden in smallere eenheden, waarbij geëist kan worden dat aangesloten wordt bij de in het desbetreffende gebied voorkomende kavelbreedte, indien dit gewenst of noodzakelijk is in verband met de historische context of het straatbeeld waarbinnen de betreffende bebouwing wordt opgericht of verbouwd.
De diepte van aanbouwen gerekend vanuit de achtergevel, waarbij geëist kan worden dat deze diepte beperkt wordt tot maximaal 5 m. in verband met de openheid van een binnenterrein.
De afmetingen van hoofdgebouwen indien deze grenzen aan een rijks- of gemeentelijk monument of aan een hoofdgebouw, die op de planverbeelding als 'karakteristiek' zijn aangegeven, met dien verstande dat:
Het is verboden de gronden en bouwwerken te gebruiken, in gebruik te geven of te laten gebruiken op een wijze of tot een doel, strijdig met de bestemming, de doeleindenomschrijving en de overige voorschriften inzake bestemming en gebruik zoals bedoeld in het tweede lid van de artikelen inzake de bestemmingen.
Het is in ieder geval verboden bouwwerken en gronden te gebruiken, in gebruik te geven of te laten gebruiken voor:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in dit artikel, indien strikte toepassing daarvan zou leiden tot een beperking van het meest doelmatige gebruik, die niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.
Op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - molenbiotoop' gelden met betrekking tot de bouw van bouwwerken de volgende voorwaarden:
Op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'geluidzone – industrie' mogen geen nieuwe geluidgevoelige objecten in de zin van de Wet geluidhinder worden opgericht.
In afwijking van het bepaalde in hoofdstuk 2 gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan, op grond van en met in achtneming van het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening, het bestemmingsplan wijzigen in die zin dat de gebiedsaanduidingen 'Veiligheidszone - gasbedrijf 1' en 'Veiligheidszone - gasbedrijf 2' worden verwijderd, indien het aanwezige gasstation niet meer aanwezig is, dan wel buiten werking is gesteld.
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken ten behoeve van het creëren van doorgangen of onderdoorgangen in gesloten bouwblokken, mits:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken ten behoeve van het benutten van een groter vloeroppervlak van de woning voor de uitoefening van een aan huis gebonden bedrijf of beroep dan krachtens de desbetreffende regels is toegestaan, mits de woonfunctie qua vloeroppervlak als belangrijkste functie gehandhaafd blijft;
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken ten behoeve van het toelaten van activiteiten in één categorie hoger dan toegestaan op grond van de gebruiksbepalingen van hoofdstuk 2 of het toelaten van activiteiten die niet in de Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn genoemd, mits de activiteiten:
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan Binnenstad