direct naar inhoud van Artikel 21 Algemene aanduidingsregels
Plan: Lammenschansdriehoek
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0546.BP00067-0301

Artikel 21 Algemene aanduidingsregels

21.1 Vrijwaringszone - molenbiotoop
21.1.1 Bouwregels

Op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - molenbiotoop' geldt met betrekking tot de bouw van bouwwerken de volgende voorwaarde:

  • a. Op deze gronden mogen geen bouwwerken worden opgericht met een grotere bouwhoogte dan op basis van de volgende formule is toegestaan:

maximale bouwhoogte = (afstand bouwwwerk tot molen in meters/50) + afstand tussen de grond en de onderste punt van de verticaal staande wiek.

21.1.2 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
  • a. Het is verboden, zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
    • 1. het aanbrengen van bovengrondse constructies, installaties of apparatuur, voor zover het geen bouwwerken betreft;
    • 2. het ophogen van gronden;
    • 3. het beplanten met bomen, heesters en andere opgaande begroeiing.
  • b. Het bepaalde in onder a is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
    • 1. het normale onderhoud betreffen, dan wel van ondergeschikte betekenis zijn en/of voortvloeien uit het normale gebruik overeenkomstig de bestemming;
    • 2. op het tijdstip, waarop het plan rechtskracht verkrijgt, in uitvoering zijn;
    • 3. mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende omgevingsvergunning of ontgrondingenvergunning.
  • c. De onder a genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend, indien door de werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, het huidige en/of het toekomstige functioneren van de molen als werktuig door windbelemmering en/of de waarde van de molen als landschapsbepalend element, niet onevenredig in gevaar wordt of kan worden gebracht.