Plan: | Leiden Schuttersveld e.o. |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0546.BP00003-0301 |
Bij het opstellen van het onderhavige bestemmingsplan is aansluiting gezocht bij de in de Wet ruimtelijke ordening en het Besluit ruimtelijke ordening geformuleerde uitgangspunten. Daarnaast is voor het bestemmingsplan aangesloten bij de landelijke standaard voor bestemmingsplannen: de Standaard Vergelijkbare BestemmingsPlannen 2008 (SVBP2008) en de Wabo. In het kader van de nieuwe wetgeving wordt niet langer gesproken over voorschriften maar over regels, vrijstellingen worden afwijkingen genoemd. De plankaart heet nu verbeelding.
Deze bestemming is opgenomen specifiek voor de Big Bosslocatie aan de Willem de Zwijgerlaan. De bestaande rechten uit het vigerende plan zijn in de regels opgenomen.
De bestemming 'Bedrijf - Nuts' omvat nutsvoorzieningen, zoals energie-, warmte- en telecommunicatievoorzieningen.
De bestemming 'Gemengd' wordt gekozen indien hetzelfde perceelsdeel meer dan twee zelfstandige doeleinden mag omvatten, zoals winkels, kantoren, woningen en dienstverlening. In het plangebied kunnen publieksaantrekkende functies worden gerealiseerd, waaronder wonen, dienstverlening, vrijetijdsvoorzieningen en maatschappelijke voorzieningen. Horeca tot en met categorie IV zijn uitsluitend ter plaatse van de betreffende aanduiding toegestaan.
De bestemming 'Groen' omvat openbaar groen zoals parken, water, groenstroken en brede bermen. Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden opgericht.
De bestemming 'Horeca' omvat een tweetal hotels. In de bestemming horeca is alleen horeca uit categorie VI (hotels) toegelaten. Daarnaast is binnen deze bestemming de vestiging van kantoren mogelijk. Dit vanwege de ligging van de betreffende hotels in een kantorengebied en de mogelijkheid om zelfstandige kantoren op de verdiepingen boven de betreffende hotels te vestigen.
De bestemming 'Kantoor' is gekozen voor kantoren.
De bestemming 'Maatschappelijk' is zeer ruim van opzet. Hieronder vallen bijvoorbeeld onderwijsvoorzieningen, kinderopvang, (para)medische en verpleegvoorzieningen, bejaardenvoorzieningen, welzijnsvoorzieningen en culturele voorzieningen, sociale voorzieningen (waaronder opvangcentra of sociaal pension), overheidsvoorzieningen (waaronder wijkonderkomens, politiebureaus, brandweerkazernes), religieuze voorzieningen en voorzieningen van openbaar nut. Ook gebouwen voor recreatieve voorzieningen zijn onder deze bestemming ondergebracht. Dergelijke recreatieve voorzieningen kunnen planologisch vaak niet goed onderscheiden worden van maatschappelijke doeleinden. Een aantal van die voorzieningen zoals bijvoorbeeld een sportschool en balletschool hebben zowel een recreatieve als een onderwijsfunctie, terwijl de gymzalen van scholen in de avonduren verhuurd worden aan sportclubs. Tevens biedt de bestemming mogelijkheden voor detailhandel en horeca ondergeschikt aan en ten dienste van deze bestemming.
De bestemming 'Sport' omvat onoverdekte en overdekte grootschalige sport- en recreatievoorzieningen tevens met daaraan ongeschikte horeca ten dienste van deze bestemming.
De bestemming 'Verkeer' omvat wegen, groen en water met bijbehorende erftoegangswegen, woonstraten, fietsen voetpaden, trottoirs, parkeerplaatsen, fietsenstallingen leidingen en binnen de bestemming passende bouwwerken. Garageboxen zijn door middel van een aanduiding onder deze bestemming opgenomen.
Artikel 12 Verkeer-Railverkeer
Onder 'Verkeer-Railverkeer' vallen de spoorwegen met bijbehorende bermen, taluds en spoorwegovergangen. Ter plaatse van de aanduiding 'verkeer' is verkeer in de vorm van (on)gelijkvloerse kruisingen toegelaten.
Alle waterwegen en grote waterpartijen krijgen de bestemming 'Water'. Binnen deze bestemming zijn ook groenvoorzieningen toegestaan. Voorzieningen voor verkeer en verblijf, bruggen, duikers en gelijksoortige voorzieningen zijn eveneens rechtstreeks toegelaten.
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn onder andere bestemd voor wonen (inclusief kamerbewoning en zorgwoningen), aan-huis-verbonden beroepen en bedrijven en een hellingbaan/inrit ten behoeve van een ondergrondse parkeergarage, met de daarbij behorende voorzieningen zoals erven, tuinen, verhardingen, water, speelruimte, nuts-, groen-, (ondergrondse) parkeer- en fietsvoorzieningen. Een onderdoorgang is door middel van een aanduiding onder deze bestemming opgenomen.
Aan-huis-verbonden beroep
Tot het wonen wordt ook de uitoefening van een beroep aan huis gerekend. Het beleid van de gemeente is er op gericht dit waar mogelijk te stimuleren. Voor eerstelijns gezondheidszorg en voor kinderopvang is recent specifiek beleid opgesteld, gericht op vergroting van de vestigingsmogelijkheden.
In lijn met dit beleid is gekozen voor een zeer ruime omschrijving van beroep of bedrijf aan huis. Hierin worden beroepen in de sfeer van persoonlijke dienstverlening zoals pedicure en kapper niet gediscrimineerd ten opzichte van de traditionele vrije beroepen zoals huisarts, advocaat en notaris. Daarbij is de uitoefening alleen toegestaan door een bewoner van het pand als ondergeschikte activiteit bij de woonfunctie. Groepspraktijken, detailhandel en horeca zijn hiervan uitgesloten. De regeling omtrent een beroep of bedrijf aan huis is als volgt opgenomen in de regels van de woonbestemming:
Onderstaande lijst geeft een overzicht van de verschillende beroepsgroepen die onder een beroep of bedrijf aan huis vallen:
Bijbehorende bouwwerken
Voor veel voorkomende uitbreidingen bij woningen zijn aparte regels opgesteld. Te denken valt aan aanbouwen, uitbouwen, bijgebouwen en dergelijke. Deze en andere bouwwerken zijn in de regels opgenomen onder de noemer 'bijbehorende bouwwerken'. Juridisch wordt hieronder een uitbreiding van het hoofdgebouw verstaan, die dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden is, daar al dan niet tegen aangebouwd, of ander bouwwerk, met een dak.
Erkers, balkons, luifels, portalen en garageboxen
Voor specifieke bouwwerken, zoals erkers, balkons, luifels en portalen zijn specifieke regels opgesteld. Dit geldt evenals voor garageboxen en (inpandige) parkeervoorzieningen.
Waarde - Archeologie 3, 5 en 6 (artikel 15, 16 en 17)
Het archeologisch erfgoed van de gemeente Leiden is omvangrijk en divers. Via de regels in het bestemmingsplan is het mogelijk gemaakt om de waardevolle delen van het bodemarchief te behouden, bij voorkeur in de bodem zelf en als dit niet mogelijk is door archeologisch onderzoek uit te voeren. Op de verbeelding is weergegeven voor welke delen van het plangebied deze beschermende maatregelen gelden.
Getracht is een verantwoorde balans te vinden tussen enerzijds de wetenschappelijke en cultuurhistorische belangen en anderzijds de maatschappelijke en organisatorische uitvoerbaarheid. Ondanks de toegenomen inspanningen is het een illusie elk overblijfsel uit het verleden te onderzoeken of te beschermen. Duidelijk mag blijken dat niet elke vierkante meter van de bodem kan worden ontzien, ook niet als daar mogelijk sporen uit het verleden in aanwezig zijn. Anderzijds is gekozen voor een verscherpte aandacht voor, en het stellen van duidelijke voorwaarden aan, ingrepen in de bodem van de archeologisch meest waardevolle delen van het grondgebied. De regels zijn daarbij zoveel mogelijk proportioneel afgestemd op de omvang van de eventuele ingreep, in combinatie met de kans dat daarbij belangwekkende en informatieve overblijfselen zullen worden aangetroffen.
Leiden heeft zeven verschillende 'waarderingsgebieden', waar verschillende regimes gelden naar aanleiding van de archeologische waarde of de archeologische verwachtingswaarde. Voor zes waarderingsgebieden wordt in opzet dezelfde planregel gebruikt, waarin een omgevingsvergunningstelsel is opgenomen. De verschillen tussen de waarderingsgebieden zitten in de oppervlakten en diepte van bodemverstoring vanaf wanneer een omgevingsvergunning dient te worden aangevraagd. De zeven waarderingsgebieden zijn:
De zeven waarderingsgebieden zijn:
Waarde archeologie 1 | Archeologisch rijksmonument |
Waarde archeologie 2 | Gebied van archeologische waarde binnen de singels |
Waarde archeologie 3 | Gebied van archeologische waarde buiten de singels |
Waarde archeologie 4 | Gebied met een hoge archeologische verwachting binnen de singels |
Waarde archeologie 5 | Gebied met een hoge archeologische verwachting buiten de singels |
Waarde archeologie 6 | Gebied met een middelhoge archeologische verwachting |
Waarde archeologie 7 | Gebied met een lage archeologische verwachting |
In het plangebied is waarderingsgebied Waarde - Archeologie 3, 5 en 6 aanwezig. Voor gebieden aangeduid als "Waarde - Archeologie 3"geldt een vergunningplicht indien de grond voor meer dan 30 cm diepte geroerd wordt over een oppervlakte van meer dan 30 m2. Een minder streng regime geldt voor gebieden met de dubbelbestemming "Waarde - Archeologie 5". Daarvoor geldt dat als de grond voor meer dan 50 cm diepte wordt geroerd over een oppervlakte van meer dan 250 m2 een vergunningplicht geldt. Voor gebieden met de dubbelbestemming "Waarde - Archeologie 6" geldt dat een vergunningplicht geldt als dieper dan 75 cm over een oppervlakte van meer dan 500 m2 de grond wordt geroerd. Daar waar de dubbelbestemming samenvalt met de hoofdbestemming gelden primair de regels van de dubbelbestemming.