direct naar inhoud van 6.3 Handhaving
Plan: Bedrijventerrein Nieuw Schaik
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0545.BPNIEUWSCHAIK-VS01

6.3 Handhaving

Een goed doortimmerd bestemmingsplan maken is één, de uitvoering ervan is twee. Een belangrijk aspect van die uitvoering is de handhaving van de in het plan opgenomen voorschriften door de verantwoordelijke overheid en de naleving ervan door de betrokken burgers.

Teneinde het plan zo goed mogelijk handhaafbaar te maken, dient aan een aantal vereisten te worden voldaan:

  • Goed vastleggen van de nulsituatie.
  • Handhaafbare, duidelijke, overzichtelijke en bekende planregels in het bestemmingsplan.
  • Toezicht op de naleving van de planregels.
  • Goede beschrijving van het overgangsrecht.

Goed vastleggen van de nulsituatie

Alle bedrijfspanden zijn in de periode november 2009 tot en met januari 2010 gecontroleerd. Op basis hiervan wordt de nulsituatie vastgelegd. Aangetroffen strijdigheden met het nu geldende bestemmingsplan worden momenteel onderzocht. Bekeken wordt of het wenselijk is om de aangetroffen situaties te handhaven of juist te legaliseren. Kunnen situaties niet gelegaliseerd worden dan zal een handhavingstraject opgestart worden.

Handhaafbare, duidelijke, overzichtelijke en bekende planregels in het bestemmingsplan

Er moet nadrukkelijk gestreefd worden naar handhaafbare, duidelijke, overzichtelijke en bekende planregels in het bestemmingplan. Regels zijn handhaafbaar als ze voldoen aan een aantal criteria:

  • Actueel: op basis van geldende wet- en regelgeving en beleid, passend bij de actuele maatschappelijke situatie.
  • Eénduidig: op één manier uit te leggen en niet tegenstrijdig.
  • Controleerbaar: gebaseerd op zichtbare en/of meetbare feiten.

Bij elke planregel moet de handhaafbaarheid uitdrukkelijk meegewogen worden. Het bestemmingsplan moet alleen planregels bevatten die echt nodig zijn. Bovendien moeten regels consequent worden toegepast, omdat anders de geloofwaardigheid en rechtspositie van de gemeente in het geding is. Afwijken van vastgesteld beleid zou slechts in absolute uitzonderingsgevallen mogelijk moeten zijn. Als de uitzondering regel wordt dan zal de regelgeving moeten worden aangepast.

Regels moeten voor iedereen duidelijk, overzichtelijk en bekend zijn. Niet alleen uit preventief oogpunt, maar ook om geen (juridisch) verwijt te krijgen dat men onvoldoende is geïnformeerd. Zowel de gebruikers van het plangebied als de toezichthouders moeten snel inzicht kunnen krijgen in wat er wel en wat er niet onder bepaalde voorwaarden is toegestaan.

De basis voor handhaving is dan ook primair gelegen in het maken van een duidelijk en overzichtelijk bestemmingsplan, met een heldere verbeelding en toegankelijke regels.

Wanneer een duidelijk plan met overzichtelijke en begrijpelijke planregels voorhanden is, blijft de opgave bestaan om zowel de gebruikers van het plan als de toezichthouders op het plan voldoende vertrouwd te maken met de planregels en hun toepassing. Dit vraagt om gerichte voorlichting aan de gebruikers van het plangebied en de toezichthouders.

Ruim aandacht moet worden besteed aan voorlichting door middel van voorlichtingsbijeenkomsten en perspublicaties. Op deze wijze kan een situatie worden geschapen waarin niet langer het excuus geldt dat men niet wist dat iets wel of niet was toegestaan. Met name is het van belang dat de gebruikers van het plangebied weten wanneer voor een bouw- of een gebruiksactiviteit een vergunning nodig is, of dat iets echt verboden is.

Toezicht op de naleving van de voorschriften

Zonder toezicht op de naleving van de planregels blijft de handhaving een lege huls. Van groot belang is een kenbaar en opvallend controlebeleid. Zijdelings effect is dat daarvan een preventieve werking uitgaat. Eveneens moet kenbaar zijn dat "lik-op-stuk" gereageerd wordt.

Het is nodig dat het plangebied tenminste eenmaal per jaar al dan niet integraal met andere handhavingspartners wordt gecontroleerd. Deze handhavingsactie moet vanaf het jaar 2011 in het Handhavingsprogramma van de gemeente Leerdam worden opgenomen.

De geconstateerde handhavingszaken moeten digitaal worden vastgelegd, zodanig dat deze gemakkelijk "overdraagbaar" zijn en direct toegankelijk voor andere medewerkers. Deze gegevens kunnen worden toegevoegd aan de beschrijving van de vast te leggen nulsituatie.

Overgangsrecht

Voor wat betreft het overgangsrecht moet worden aangesloten bij hetgeen hierover in het Besluit ruimtelijke ordening staat vermeld (artikel 3.2.1 en 3.2.2).