4.1 Inleiding
In het kader van een ‘goede’ ruimtelijke ordening, moet het aantoonbaar zijn dat een nieuwe ontwikkeling, die afwijkt van het geldend bestemmingsplan, uitvoerbaar is. Hiervoor moeten de (milieu)technische gevolgen in beeld gebracht worden. In dit hoofdstuk worden per milieuaspect de gevolgen beschreven en de noodzakelijke onderliggende haalbaarheidsonderzoeken toegelicht. Hierbij dienen aan de orde te komen het wegverkeerslawaai, geluidszones, bedrijvigheid, bodem, vervoer gevaarlijke stoffen, archeologie, de flora en fauna en de veiligheid.