direct naar inhoud van 7.2 Gevolgen van de status van beschermd stadsgezicht
Plan: De Vesting
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0530.BPDeVesting2011-VG01

7.2 Gevolgen van de status van beschermd stadsgezicht

Het plangebied is aangewezen als beschermd stadsgezicht. Door de aanwijzing wordt de stedenbouwkundige structuur en de uitstraling van gebouwen en andere bouwwerken beschermd.

De aanwezige cultuurhistorische waarde, kwaliteiten en karakteristieken kunnen, afhankelijk van de aard van de te beschermen kwaliteit/karakteristiek, worden geregeld in het bestemmingsplan en door het welstandsbeleid.

Bestemmingsplan

Het bestemmingsplan regelt bouw- en gebruiksmogelijkheden van gronden en bouwwerken. Wat betreft bouwen regelt het bestemmingsplan in beginsel de korrel, massa en vorm van bouwwerken. Het bestemmingsplan biedt een aantal mogelijkheden om de ruimtelijke kwaliteiten en uitgangspuntenzeker te stellen. Zo kunnen er regels worden gesteld omtrent de plaatsing van gebouwen en bouwwerken, het regelen van maximale goot- en bouwhoogten, nokrichtingen, afwijkingen, nadere eisen en het opnemen van een vergunningstelsel voor werken en werkzaamheden.

Welstand

Wanneer het gaat om het uiterlijk van bouwwerken is het welstandstoezicht het meest aangewezen instrument om zaken zoals materiaal- en kleurgebruik van gevels en daken te regelen. Daarnaast zijn gevelindeling, ornamenten en detaillering ook zaken die in het kader van welstand worden geregeld.

De huidige Nota Ruimtelijke Kwaliteit voorziet in een globale beschrijving en vastlegging van de kenmerken en de uiterlijke waarden van het beschermd stadsgezicht. Het betreft bijvoorbeeld het materiaal- en kleurgebruik.

Welk instrument gaat voor?

De hoofdregel uit de jurisprudentie is dat de welstandstoets zich moet richten naar de bouwmogelijkheden die het bestemmingsplan biedt. Van een belemmering van de verwezenlijking van deze bouwmogelijkheden mag geen sprake zijn. Aspecten als plaatsing, bouwmassa en bouwhoogte zijn primair van planologische aard. Een bestemmingsplan heeft dus voorrang boven de welstandseisen, maar deze zijn in feite aanvullend. Zeker met betrekking tot de bescherming van een beschermd stadsgezicht.