direct naar inhoud van Artikel 13 Tuin
Plan: De Vesting
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0530.BPDeVesting2011-VG01

Artikel 13 Tuin

13.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. tuinen, behorende bij de op de aangrenzende gronden gelegen hoofdgebouwen;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage': een halverdiepte parkeergarage;

Ten behoeve van het toegestane gebruik zijn op en in deze gronden toegelaten:

  • c. verhardingen;
  • d. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

13.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'parkeergarage' mag halverdiept worden gebouwd tot een diepte van 2 m onder peil;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - 4' mag de bestemmingsgrens worden overschreden ten behoeve van balkons voor de naastgelegen bestemming.
  • c. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag maximaal 3 m bedragen met uitzondering van erfafscheidingen, die voor de voorgevelrooilijn maximaal 1 m hoog mogen zijn en achter (het verlengde van) de voorgevelrooilijn ten hoogste 2 m..

13.3 Afwijken van de bouwregels
13.3.1

Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 13.1 voor het uitbreiden van een woning in de aangrenzende bestemming Wonen-2 vóór de voorgevel, met dien verstande dat:

  • a. de diepte van de uitbreiding maximaal 1,5 m mag bedragen;
  • b. de hoogte van de uitbreiding maximaal gelijk is aan de hoogte van de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw;
  • c. de breedte van de uitbreiding maximaal 50% van de oorspronkelijke gevelbreedte mag bedragen.

 

13.3.2

De omgevingsvergunning als bedoeld in lid 13.3.1 wordt uitsluitend verleend indien:

  • a. het doel en de uitgangspunten van het plan niet onevenredig worden aangetast;
  • b. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken niet onevenredig worden aangetast.