direct naar inhoud van Artikel 10 Gemengd - 1
Plan: Scheveningen Haven
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0518.BP0253DSchevHaven-50VA

Artikel 10 Gemengd - 1

10.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Gemengd - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. culturele voorzieningen;
  • b. dienstverlening;
  • c. kantoor;
  • d. sportvoorzieningen;
  • e. wonen,

en ter plaatse van de aanduiding:

  • f. 'gemengd' tevens niet-dagelijkse detailhandel, horeca in de categorie licht en middelzwaar op de begane grond en bedrijven, voor zover havengerelateerd en voorkomend in de categorieën A en B uit de Staat van Bedrijfsactiviteiten functiemenging als opgenomen in bijlage 4 van dit plan;

één en ander met inachtneming van het bepaalde in het vierde lid en met de daarbij behorende gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wegen, parkeervoorzieningen, groen, water, speelvoorzieningen en overige voorzieningen.

10.2 Bouwregels
10.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. de voorgevels van de gebouwen mogen:
    • 1. maximaal 2 meter terugliggend ten opzichte van de grenzen van de bouwvlakken worden gebouwd, en
    • 2. ter plaatse van de aanduiding 'gemengd' maximaal 1 meter terugliggend ten opzichte van de grenzen van de bouwvlakken worden gebouwd, met dien verstande dat dit geldt voor maximaal 20% van de lengte van de begane grondlaag;
  • b. in uitzondering op het bepaalde in artikel 44 lid 2 zijn de daar genoemde overschrijdingen bij de grenzen van de bouwvlakken langs de kades uitsluitend toegestaan op de verdiepingen;
  • c. in uitzondering op het bepaalde in sub a worden ter plaatse van de 'specifieke bouwaanduiding – landmark' alle gevels op de begane grond in de grens van het bouwvlak gebouwd;
  • d. ter plaatse van de op de verbeelding opgenomen aanduiding gevellijn dient de gevel van het hoofdgebouw in de aangegeven gevellijn te worden gebouwd;
  • e. het bebouwingspercentage mag in de situatie als bedoeld in sub d niet meer bedragen dan op de verbeelding is aangegeven, met dien verstande dat de onbebouwde openbare ruimte grenst aan de naastgelegen bestemming Verkeer - Verblijfsgebied;
  • f. de goot- en/of bouwhoogte van de gebouwen mag niet meer bedragen dan op de verbeelding is aangegeven;
  • g. indien geen goot- en/of bouwhoogte is aangeven, geldt een maximale hoogte boven peil van 1,30 voor een halfverdiepte parkeergarage;
  • h. binnen deze bestemming mogen verdiepte en/of halfverdiepte gebouwde parkeervoorzieningen worden gerealiseerd bestaande uit maximaal twee bouwlagen.
10.2.2 Bouwwerken geen gebouwen zijnde

De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt:

  • a. de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 2 m;
  • b. in uitzondering op het bepaalde onder a mag de hoogte van erf- en/of terreinafscheidingen, voor zover deze zich voor de voorgevelrooilijn en het verlengde daarvan bevinden, niet meer bedragen dan 1 m.
10.3 Nadere eisen

Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen ten aanzien van de situering van het gebouw binnen het bouwvlak, de situering van de bouwvolumes en de vorm van het gebouw ter plaatse van de ‘specifieke bouwaanduiding – landmark’, ter beperking van windhinder als bedoeld in het daartoe strekkende gemeentelijke beleid en het bij dit bestemmingsplan gevoegde windhinderonderzoek voor de beoordeling van de gevolgen van windhinder voor de scheepvaart.

10.4 Afwijken van de bouwregels

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in:

  • a. het tweede lid sub 1 onder a onder 1;
  • b. het tweede lid sub 1 onder d;
  • c. het tweede lid sub 1 onder f voor het overschrijden van een op de verbeelding opgenomen bouwhoogte van 20 meter tot een maximale bouwhoogte van 24 meter;
  • d. het tweede lid sub 1 onder f voor het overschrijden van de op de verbeelding opgenomen bouwhoogte langs de Houtrustweg tot maximaal 34 meter;
  • e. het tweede lid sub 1 onder g voor het realiseren van niet-verdiepte gebouwde parkeervoorzieningen;
  • f. het tweede lid sub 1 onder g voor het realiseren van een halfverdiepte parkeergarage met een maximale hoogte boven peil van 1,70 meter.
10.5 Specifieke gebruiksregels
  • a. binnen de bestemming zijn 700 woningen toegestaan;
  • b. het totale bruto-vloeroppervlak ten behoeve van detailhandel binnen de bestemming bedraagt maximaal 2000 m2;
  • c. het totale bruto-vloeroppervlak ten behoeve van horeca binnen de bestemming bedraagt maximaal 4400 m2;
  • d. het totale bruto-vloeroppervlak ten behoeve van culturele voorzieningen binnen de bestemming bedraagt maximaal 3100 m2;
  • e. het bruto-vloeroppervlak ten behoeve van kantoren mag niet meer bedragen dan 545 m2 per vestiging, met een maximum van in totaal 2300 m2 binnen de bestemming, waarbij tevens geldt dat ter plaatse van de specifieke bouwaanduiding – landmark uitsluitend havengebonden kantoren van maximaal 1200 m2 mogen worden gerealiseerd;
  • f. het totale bruto-vloeroppervlak ten behoeve van bedrijven binnen de bestemming bedraagt maximaal 2000 m2 ;
  • g. het totale bruto-vloeroppervlak ten behoeve van dienstverlening ter plaatse van de aanduiding 'dienstverlening' bedraagt maximaal 360 m2;
  • h. het gezamenlijk bruto-vloeroppervlak ten behoeve van de onder b tot en met e genoemde functies, alsmede de functies in artikel 34 derde lid onder 4 sub b tot en met e en de functies in artikel 35 derde lid onder 1 sub a tot en met d bedraagt in totaal maximaal 15000 m2;
  • i. in uitzondering op het eerste lid zijn ter plaatse van de functieaanduiding “dienstverlening” uitsluitend de functies wonen en dienstverlening toegestaan” toegevoegd
  • j. bij niet horeca-functies is ondergeschikte horeca zoals omschreven in artikel 1.70 toegestaan.
10.6 Afwijken van de gebruiksregels

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in het eerste lid onder f:

  • a. opdat daar niet genoemde bedrijven eveneens kunnen worden toegelaten, voor zover deze bedrijven naar hun aard en milieuhygiënische invloed op de omgeving gelijk gesteld kunnen worden met de wel in het eerste lid onder f genoemde bedrijven;
  • b. ten behoeve van bedrijven behorende tot een hogere milieucategorie dan ter plaatse is toegestaan, voor zover deze bedrijven qua aard en omvang en invloed op het milieu gelijk te stellen zijn met bedrijven uit de toegelaten milieucategorie;
  • c. ten behoeve van de daar bedoelde horeca op de verdiepingen, voor zover deze functie op de verdiepingen één geheel vormt met de horecavestiging op de begane grond.