Plan: | Zeeheldenkwartier 2010 |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0518.BP0227EZeeheldenkw-70OH |
Het plangebied heeft duidelijke begrenzingen door grachten en belangrijke ruime straten: een deel van de Haagse grachtengordel rond de binnenstad - Veenkade, Toussaintkade en Kortenaerkade - , de Waldeck Pyrmontkade, Laan van Meerdervoort en de Zeestraat / Scheveningse weg.
De enige uitzondering hierop is de achterzijde van de bebouwing van de Laan van Meerdervoort tussen Carnegieplein en Anna Paulownastraat waar de grens op de achterkant van de percelen tegen het terrein van het Vredespaleis aan ligt: de bebouwing langs dit stuk van de Laan van Meerdervoort hoort typologisch bij het Zeeheldenkwartier.
De invulling van de wijk heeft tussen de begrenzingen een orthogonale invulling met een nadruk op straten die van de binnenstad naar de Laan van Meerdervoort lopen: de oorspronkelijke slotenstructuur. Binnen deze structuur is een aantal bredere straten te vinden: de Elandstraat, Vondelstraat en Zoutmanstraat, Anna Paulownastraat, en de Prins Hendrikstraat. De Vondelstraat is qua richting afwijkend en is ook later, als doorbraak, aangelegd. Binnen deze orthogonale structuur vormen het Prins Hendrikplein en het Anna Paulownaplein twee bijzondere plekken.
Het Zeeheldenkwartier kenmerkt zich door een gesloten bouwblokkenstructuur met vooral langwerpige blokken in de noord-zuid richting. De wijk is zeer dicht bebouwd: de straten zijn meestal vrij smal en de bouwblokken hebben geen grote diepte. Waar de bouwblokdiepte groter is, is deze vaak opgevuld met hofjes en/of bedrijfshallen. In de afgelopen twintig jaar is tijdens de stadsvernieuwingsperiode een aantal nieuwbouwprojecten gerealiseerd, maar daarbij is de oorspronkelijke bouwblokkenstructuur intact gebleven. Binnen deze structuur is in een aantal bouwblokken nieuwe dwarsverbindingen gemaakt om meer openbare ruimte in het gebied te krijgen.
Het gedeelte van het plangebied dat in het Rijksbeschermd stadsgezicht "Centrum" is gelegen, wordt gekenmerkt door rechte straten met gevelwanden van ruime herenhuizen en boven- en benedenwoningen, vormgegeven in eclectische stijl en neo-renaissance. De meeste huizen hebben een opbouw van drie bouwlagen met kap. Door de wisselende verdiepingshoogten is de uiteindelijke bouwhoogte pluriform. Incidenteel zijn in de Anna Paulownastraat in het begin van de twintigste eeuw gebouwen in Art Nouveau en overgangsarchitectuur toegevoegd.
Een bijzonder deel is de strook tussen Witte de Withstraat / Piet Heinstraat en de Elandstraat: deze smalle strook is georiënteerd op de Witte de Withstraat en de Piet Heinstraat, waarbij naar de Elandstraat vaak achterkanten gerealiseerd zijn vanwege de beperkte ruimte.
De bebouwingstypologie kenmerkt zich door grotere woonhuizen aan de kant van het Willemspark en kleinere, goedkopere, soms zelfs gecombineerde beneden- en bovenwoningen aan de kant van de Waldeck Pyrmontkade.
In het plangebied bevinden zich de volgende beschermde rijksmonumenten (opgenomen in het register ingevolge artikel 6 van de Monumentenwet 1988) (zie ook http://www.kich.nl):
Aangewezen als gemeentelijk monument ingevolge artikel 3 van de Monumentenverordening van de gemeente Den Haag (ris 17321, 23-03-1995):
Autoverkeer
Langs het plangebied lopen enkele belangrijke verkeersontsluitingen: de Waldeck Pyrmontkade (onderdeel van de Haagse centrumring) en de Laan van Meerdervoort. Binnen het plangebied zijn de Vondelstraat, Zoutmanstraat en Elandstraat de belangrijkste ontsluitingsroutes. Ook de Prins Hendrikstraat en de Anna Paulownastraat hebben een ontsluitende functie voor de buurt. Alle overige straten zijn smaller en bestemd voor bestemmingsverkeer.
Verkeerscirculatieplan
Eind 2009 is een begin gemaakt met de uitvoering van het Verkeerscirculatieplan (VCP) voor het centrumgebied. Het VCP is er ondermeer op gericht om doorgaand verkeer uit de binnenstad te weren en de verblijfskwaliteit van de binnenstad voor bewoners, voetgangers en fietsers te verhogen. Het VCP heeft geresulteerd in afsluiting van de doorgaande routes via de Lutherse Burgwal/Grote Markt, Spui/Hofweg, het instellen van eenrichtingsverkeer in de Elandstraat (richting Vondelstraat), het autovrij maken van de Veenkade (tussen Toussaintkade en Bilderdijkstraat), en aanvullende circulatiemaatregelen om doorgaande routes voor het autoverkeer door de binnenstad onmogelijk of onaantrekkelijk te maken.
Het plangebied is via de Elandstraat en de Laan van Meerdervoort aangesloten op de Centrumring. Tegelijkertijd vergroot het VCP de aantrekkelijkheid van de fiets dat voor een bezoek aan de binnenstad - samen met het openbaar vervoer - het ideale vervoermiddel is. Omdat het de binnenstad autoluw maakt, maakt het verkeersbeleid in het VCP de binnenstad aantrekkelijker en draagt het zo bij aan het integraal centrumbeleid, gericht op versterking van de economische positie van de binnenstad: enerzijds is de binnenstad beter bereikbaar voor bestemmingsverkeer (bewoners, werknemers, leveranciers), anderzijds biedt de openbare ruimte meer ruimte voor langzaam verkeer en zorgt de herinrichting van wegen en pleinen in de binnenstad voor een aantrekkelijker verblijfsklimaat.
Fiets
In het plangebied ligt een aantal hoofdroutes voor de fiets, de Elandstraat en de Laan van Meerdervoort. Deze routes zijn opgenomen in het Meerjarenprogramma Fiets 2007-2010. De Elandstraat kent sinds november 2009 in beide richtingen een vrijliggend fietspad. Ook op de Laan van Meerdervoort, tussen de Waldeck Pyrmontkade en de Carnegielaan, ligt aan beid zijden een vrijliggend fietspad. Tussen de Carnegielaan en Zeestraat zijn momenteel geen fietsvoorzieningen aanwezig en is fietsen slechts in een richting toegestaan. Ook is binnen het plangebied een aantal routes aangewezen als secundaire fietsroutes. Dit zijn de Anna Paulownastraat en de routes Witte de Withstraat - Piet Heinstraat - Kortenaerkade en Prins Hendrikstraat - Hugo de Grootstraat - Bazarstraat. Op geen van deze routes zijn fietsvoorzieningen aanwezig.
In het Zeeheldenkwartier zijn drie buurtstallingen voor fietsen aanwezig: de Zeeheld: Prins Hendrikstraat 59, 't Coopertje: Van Brakelstraat 104, en in de Van Kinsbergenstraat op nr. 5. Kijk voor meer informatie op www.stallingdenhaag.nl. Daarnaast vindt het stallen van fietsen vooral in de openbare ruimte en in incidentele gevallen inpandig plaats.
Openbaar vervoer
Over de Waldeck Pyrmontkade/Koningin Emmakade loopt RandstadRail lijn 3 (Zoetermeer Centrum West-Loosduinen). Door de Vondelstraat-Zoutmanstraat-Laan van Meerdervoort loopt lijn 17 (Wateringen-Statenkwartier). Over de Laan van Meerdervoort lopen twee buslijnen: lijn 20 (Leyenburg-Oostduin) en lijn 24 (Kijkduin-Station Mariahoeve).
Parkeren
Langs de straten kan overal worden geparkeerd, terwijl binnen een aantal nieuwbouwprojecten gebouwde parkeervoorzieningen zijn aangelegd. In het gebied bevindt zich in het blok Prins Hendrikstraat-Van Kinsbergenstraat-Van Speijkstraat-Tasmanstraat een openbare parkeergarage. De parkeerdruk is hoog, vooral 's avonds en in het weekend. De werkingstijden van de parkeervergunningen voor de woonstraten van het plangebied zijn vanaf 1 maart 2010 vastgesteld op maandag t/m vrijdag van 9.00 tot 22.00 uur. Voor een aantal straten met veel voorzieningen (zoals de Piet Heinstraat) geldt een winkelstraatregeling.
Groen
De openbare ruimte wordt gevormd door de straatruimtes. De straten bieden ruimte aan rijbanen, parkeerstroken, trottoirs en - soms - boombeplanting. Het openbaar groen beperkt zich tot de groenaanplant op de beide oorspronkelijke pleinen, het Jennyplantsoen tussen Hemsterhuisstraat en de Zorgvlietstraat, en de kinderboerderij aan de Tivolistraat. Naast het Jennyplantsoen is er een basketbalveldje in de Crispijnstraat en een plein/plantsoen tussen Van Brakelstraat en Tasmanstraat, waar buiten gesport en gespeeld kan worden. Vanwege het beperkte aanbod vervullen deze bestaande plekken een belangrijke rol in de wijk.
Water
In het plangebied bevinden zich geen waterlopen. Het Piet Heinplein overkluist de Singel.
Geologie
Het plangebied is voor het grootste deel gelegen in een brede strandvlakte. Strandvlaktes zijn de laaggelegen stroken grond tussen de strandwallen, zandruggen die duizenden jaren geleden door zee en wind zijn gevormd. Omdat de strandvlaktes drassig bleven, kon daarop in de loop der eeuwen een soms dik pakket veen ontstaan. Vanaf dat moment is sprake van de flank van een brede strandwal. De Laan van Meerdervoort is op deze strandwal aangelegd. De noordelijke grens van de strandvlakte kan worden getrokken langs de Hugo de Grootstraat en, meer naar het oosten toe, de Bazarstraat.
Archeologie
Veengebieden, zoals het grootste deel van het plangebied, hebben weinig archeologische potentie. Voor bewoning in de prehistorie en vroeghistorische tijd waren ze heel lang niet of nauwelijks geschikt. Die gronden bleven dan ook tot in de Middeleeuwen braak liggen. Vanaf de 11de eeuw begon men, op instigatie van de graven van Holland, deze woeste gronden te ontginnen. Binnen het plangebied gaat het om het gebied dat op oude kaarten Klein Veentje genoemd werd. Dat geeft overigens eens te meer de ondergrond aan.
Om de waterhuishouding te regelen en de grond in percelen uit te kunnen geven werden vanuit een centrale as (in dit geval is dat een sloot ter hoogte van de huidige Elandstraat, eerst de Watering, later de Elandtsgracht geheten) een aantal sloten gegraven. Bedoeld voor de akkerbouw, werden deze gronden door inklinking al snel alleen als weidegrond bruikbaar.
Op de kaart van Delfland uit 1712 is de toenmalige situatie nauwkeurig afgebeeld. Het veengebied wordt doorsneden door een groot aantal sloten, bebouwing ontbreekt volledig, en dat zou tot aan de bouw van de wijk ook zo blijven.
Strandwallen en de flanken hebben wèl archeologische potentie. Deze waren al enige duizenden jaren vóór Christus geschikt voor bewoning. De wat vochtiger flanken deden in die periode dienst als akker- en weidegronden. Op die plaatsen zijn in Den Haag en daarbuiten dan ook al vaak vondsten gedaan die tot in de prehistorie teruggaan.
De strandwal ziet er op de kaart van Delfland wat anders uit dan het veengebied. Er is sprake van een boerderij, die zoals vele andere in de regio, aan de rand van de strandwal is aangelegd. Ze staat ook afgebeeld op de kaart van Haagambacht uit 1670, en heeft mogelijk een middeleeuwse oorsprong gehad. In de 18de eeuw komt er een buitenplaats voor in de plaats die de naam Meerdervoort heeft gedragen. Zoals uit later kaartmateriaal blijkt, zijn de opstallen blijven staan tot de wijk in het laatste kwart van de 19de eeuw werd aangelegd.
De kaart van Delfland toont nog een tweede opvallend fenomeen. Noordelijk van de huidige Laan van Meerdervoort en begrensd door het in 1712 al bestaande schuin lopende deel van de Scheveningseweg, is er sprake van een rijk aangelegde tuin. Deze behoorde toe aan de buitenplaats Buitenrust, en is in de 20ste eeuw ten offer gevallen aan de aanleg van het Vredespaleis.
Boerderijen als de zojuist genoemde hebben archeologische waarde, zeker gezien de vermoedelijke stichtingsdatum. Helaas moet worden vastgesteld dat er waarschijnlijk niet veel resten meer van over zijn. De hierboven genoemde boerderij heeft gelegen in het bouwblok dat nu door Laan van Meerdervoort, Van der Spiegelstraat, Hugo de Grootstraat en Trompstraat wordt begrensd, en juist hier is sprake van enkele grote en zwaar gefundeerde gebouwen: de Da Costaschool en het appartementengebouw Oldenhove. Niettemin is mogelijk dat nog resten aanwezig zijn in de niet bebouwde gedeelten van het gebied.
Strandwallen waren ook een belangrijke bron voor zandwinning. Vanaf de 17de eeuw tot in de 20ste eeuw is in Den Haag veel afgezand. Ook hier lijkt dat gebeurd te zijn: ter plekke van de huizen aan de noordzijde van de Laan van Meerdervoort heeft een zanderijvaart gelopen. Deze huizen hier liggen dan ook een stuk lager dan het Vredespaleis daarachter.
Dit betekent in elk geval dat geen sporen van de 18de eeuwse tuin meer aanwezig zullen zijn. Echter: pre- en vroeghistorische cultuurniveaus kunnen hier niet worden uitgesloten. Het huidige straatniveau ligt op 1.5 m+ NAP. In het verleden zijn oude cultuurniveaus ook op ca. 1.0 m + NAP aangetroffen.
Zie ook de kaart met Archeologische waarden van Den Haag.
De wijk heeft voornamelijk een woonfunctie met zeer veel kleinschalige bedrijfjes. De bedrijfsactiviteiten in het plangebied betreffen vooral het midden- en kleinbedrijf. Op en in de directe omgeving van het plangebied hebben zeer veel, maar relatief kleine bedrijven met bodembedreigende activiteiten hun vestiging (gehad). Het gaat hierbij om chemische wasserijen (ca. 20), garagebedrijven (ca. 15), brandstoffenhandelaren/steenkolenboeren (ca. 50), benzinestations (ca. 55), bakkerijen, drukkerijen (ca. 30), metaalbewerkingsbedrijven/metaalverwerkingsbedrijven (ca. 35) zoals blik- en koperslagerijen en galvaniseerbedrijven (ca. 10), zeer vele schildersbedrijven, verfspuiterijen (ca. 20), timmerwerkplaatsen, smederijen (ca. 25), slachterijen, kuiperijen, oud ijzer- en lompenhandelaren. Daarnaast zijn enkele grootschaliger bedrijven in het plangebied gevestigd geweest: broodfabrieken, een geneesmiddelenfabriek, een fabriek voor fotochemische producten, een rubberverwerkende fabriek, en voedingsmiddelenfabrieken zoals ijs- en zuivelfabrieken. Ook liggen er in het plangebied nog diverse ondergrondse olietanks.
In het Zeeheldenkwartier is een aantal bodemonderzoeken uitgevoerd in verband met aangetroffen verontreinigingen, herinrichting en/of bouwplannen. Uit de verschillende bodemonderzoeken blijkt dat in het gehele plangebied de grond licht tot matig verontreinigd is met zware metalen en PAK's (polycyclische aromatische koolwaterstoffen). Plaatselijk worden sterk verhoogde gehalten aan zware metalen en PAK's aangetroffen. Verder worden in de grond en het grondwater, ten gevolge van bedrijfsactiviteiten en/of opslag van olie en olieproducten, plaatselijk sterk verhoogde gehalten aan minerale olie en vluchtige aromaten aangetroffen. Bij een aantal drukkerijen en chemische wasserijen is de grond en het grondwater sterk verontreinigd met oplosmiddelen.
In het plangebied zijn zestien locaties bekend waar zich in totaal negentien gevallen van ernstigebodemverontreiniging bevinden. Er is sprake van een geval van ernstige bodemverontreiniging bij een gemiddelde overschrijding van de interventiewaarde in meer dan 25 m3 vaste bodem en/of 100 m3grondwater (bodemvolume). Bij de gevallen van bodemverontreiniging gaat het vooral om verontreiniging met zware metalen ten gevolge van het gebruik van verontreinigd ophoogmateriaal. Verder zijn door het bedrijfsmatig gebruik van de locatie gevallen van bodemverontreiniging met minerale olie, PAK's en oplosmiddelen ontstaan. Voor zes locaties is de sanering inmiddels afgerond, op één locatie is de sanering gestart, en geldt dat het een zogenoemde langlopende sanering (over meerdere jaren) betreft.
Zie ook de kaart van bodemloket Nederland.