direct naar inhoud van 4.5 Groen
Plan: Ypenburg De Bras
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0518.BP0224HDeBras-50VA

4.5 Groen

Groen kleurt de stad

De nota 'Groen kleurt de stad' - beleidsplan voor het Haagse groen 2005-2015 - (2005) verwoordt het groenbeleid van Den Haag in twee doelstellingen:

  • het beleidsplan biedt een kader voor duurzaamheid bij inrichting, beheer en gebruik van groen waarbij steeds meer sprake zal zijn van een gezamenlijke verantwoordelijkheid van beheerder en gebruiker;
  • het beleidsplan biedt een raamwerk waarbinnen keuzes kunnen worden gemaakt bij ruimtelijke ingrepen die van invloed zijn op het groen in de stad en bij veranderende maatschappelijke ontwikkelingen die van invloed zijn op de functies van het groen.

Deze doelstellingen zijn vertaald in vier ambities:

  • ruimte voor groen in en om de stad;
  • aandacht voor toegankelijkheid, gebruik en beleving van het groen;
  • duurzaamheid in inrichting, beheer en onderhoud van het groen;
  • samen het groen beheren.

Op grond van de aanwezige waarden zijn grote delen van het groen in Den Haag van bijzonder belang voor de kwaliteit, de identiteit en de belevingswaarde van de stad alsmede voor de kwaliteit en de verspreidingsmogelijkheden van planten en dieren. Deze vormen gezamenlijk de Stedelijke Groene Hoofdstructuur. Inzet is deze stedelijke groenstructuur duurzaam in stand te houden en waar mogelijk te versterken.

De stedebouwkundige opzet van dit gebied is gebaseerd op het open groene en waterrijke landelijke karakter van weleer (hoofdstuk 2.2). Het woongebied in De Bras is extensiever van opzet; het vormt het overgangsgebied van de Haagse binnenstad naar het Midden Delfland gebied. De bebouwingsdichtheid is om die reden lager dan te doen gebruikelijk in Vinex-wijken.

Ontwikkelingsvisie Stedelijke Ecologische Verbindingszones

In de nota Stedelijke Ecologische Verbindingszones (2009) is de Stedelijke Ecologische Hoofdstructuur (SEHS) van Den Haag aangegeven. Deze structuur sluit aan op de provinciale en nationale ecologische hoofdstructuur. De SEHS bestaat uit kerngebieden (de grote groengebieden) met daartussen de ecologische verbindingszones. De verbindingszones bestaan uit zo veel mogelijk aaneensluitend wijk- en buurtgroen.

In het gebied lopen ecologische verbindingszones langs de Brasserskade, de Tweemolentjesvaart, de Brasserhoutweg en het Veenbespad. Deze ecologische verbindingszones hebben een dubbelbestemming Waarde-Ecologie gekregen om de aanwezige ecologische waarden te beschermen.

Flora- en Faunawet

De Flora- en Faunawet regelt de bescherming van planten- en diersoorten. De Flora- en Faunawet legt een zorgplicht op voor alle dieren en planten in Nederland, bijvoorbeeld door de wijze en het tijdstip van uitvoering van bouwplannen waarbij men rekening houdt met het voortplantingsseizoen en met winterverblijfplaatsen en waardoor dieren niet onnodig worden verontrust. Ook legt de Flora- en Faunawet een beschermingsplicht op voor een groot aantal met name genoemde soorten. De wet bevat verbodsbepalingen voor het verwijderen van beschermde plantensoorten van hun groeiplaats, het beschadigen, vernielen, wegnemen of verstoren van voortplantings- of vaste rust- en verblijfplaatsen van beschermde diersoorten en het opzettelijk verontrusten van een beschermde diersoort. Voor de algemene beschermde soorten geldt sinds februari 2005 bij ruimtelijke ontwikkelingen een algemene vrijstelling, voor andere soorten die strenger zijn beschermd (vleermuizen, vogels, eekhoorns) kan onder voorwaarden een ontheffing worden aangevraagd.

Bij nieuwe ontwikkelingen dient een flora en fauna onderzoek voor aanvang van de bouwactiviteiten gedaan worden door de aanvrager.

Herziene Natuurbeschermingswet 1998

De gebiedsbescherming van bijzondere natuurgebieden, de zogenoemde Natura 2000-gebieden, is geregeld in de herziene Natuurbeschermingswet 1998. In het plangebied komt geen Natura 2000 gebied voor, verdere toelichting is daarom niet nodig.

Kapvergunningen

Volgens de Algemene plaatselijke verordening (APV) van Den Haag, artikel 2.80 e.v., is voor het kappen van bomen een omgevingsvergunning nodig (RIS 174540_100914). Door deze verordening kunnen belangen zorgvuldig worden afgewogen voordat een kapvergunning wordt afgegeven dan wel geweigerd. Daarnaast is een mogelijkheid opgenomen om monumentale bomen aan te wijzen.

In het plangebied zijn geen monumentale bomen aanwezig.

Boswet

In 1998 zijn de Haagse grote groengebieden buiten de zogenaamde "bebouwde kom Boswet" geplaatst. Daardoor vallen de grote groengebieden nu onder de werking van de Boswet. Dit betekent dat duurzame instandhouding van het bos is verzekerd en wat bos is ook bos moet blijven. Financiële tegemoetkomingen (subsidies) van Rijk en Provincie zijn mogelijk. Bescherming vindt plaats door middel van een meldings- en herplantplicht. Voorafgaand aan een velling geldt de meldingsplicht. Het areaal bos per locatie mag niet afnemen. Gevelde opstanden moeten daarom binnen drie jaar worden herplant of natuurlijk verjongd, waardoor de duurzaamheid gehandhaafd blijft. Voor dunningen is de meldings- en herplantplicht niet van toepassing.

Buiten de 'bebouwde kom Boswet' zijn zowel de Boswet als de gemeentelijke Bomenverordening van toepassing. De grens 'bebouwde kom Boswet' kent geen relatie met de bebouwde kom Wegenverkeerswet noch met de gemeentegrens. De Boswet is niet van toepassing als gronden, vastgelegd in een goedgekeurd bestemmingsplan, geen bosbestemming hebben.

Inrichting, beheer en onderhoud openbare ruimte

Voor de inrichting van het openbaar gebied is het gebruik van materialen en elementen conform de Kadernota Openbare Ruimte (KOR/ RV 248,1997)) en het Handboek Openbare Ruimte (HOR), het uitgangspunt. De herziene KOR (januari 2012) ligt inmiddels bij het college. Na vaststelling wijzigt de prioritering en financiering van de uitvoering. Indien de nieuwe openbare ruimte gevolg is van de aanleg van nieuwe woningen, wordt het beheerbudget conform het begrotingskader voor de groei van de stad gedekt. Bij keuze voor:

  • afwijkende materialen t.a.v. KOR en HOR,
  • en/ of bijzondere objecten,
  • en/of beheer en onderhoud op een hoger niveau dan residentiekwaliteit,
  • en/ of nieuwe openbare ruimte bij kantoren,

zal in de ontwerpfase een beheerplan met berekening van de meerdere beheerkosten worden opgesteld. Bij de bestuurlijke besluitvorming moet worden aangegeven:

  • de concrete dekking van de beheerkosten
  • en/of een te doorlopen bestuurlijk proces tot dekking van de beheerkosten

Bij tuinen die rechtstreeks aan openbaar groen komen te liggen dient de mogelijkheid tot illegale grond inname voorkomen worden door bijvoorbeeld het plaatsen van gemetselde hekwerken als erfafscheiding, een verhoging van de kavel of het aanleggen van een openbaar pad aan de tuinzijde. In De Bras vergen de overgangen van de privé tuinen naar het openbaar beschikbare water de meeste aandacht.