Plan: | Houtrust |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0518.BP0212CHoutrust-70OH |
Burgers mogen voor de veiligheid en hun woonomgeving rekenen op:
In de Wet milieubeheer wordt voor het plaatsgebonden risico een grenswaarde gehanteerd van 10-6(kans op een miljoen). De aanvaardbaarheid van het groepsrisico wordt beoordeeld op basis van de kans op een ongeval in relatie tot een aantal dodelijke slachtoffers. Het aantal slachtoffers is niet recht evenredig aan de kans: bij een vertienvoudiging van het aantal slachtoffers moet de kans op een dergelijk ongeval honderd keer kleiner zijn. Op deze manier is bij de normstelling rekening gehouden met de beleving van de bevolking: een groter ongeval wordt meer dan evenredig ernstiger ervaren. De relatie tussen de kans en het effect van een calamiteit wordt de oriënterende waarde, of oriëntatiewaarde (OW) genoemd. Dit is geen harde norm. De gemeente heeft beleidsruimte om hiervan af te wijken.
Voor het berekenen van het groepsrisico is het vaststellen van het invloedsgebied van belang. Dit gebied wordt doorgaans bepaald door de berekening van het grootst mogelijke ongeval waar nog bij 1% van de blootgestelde personen dodelijk letsel optreedt (1% letaliteit). Voor LPG-tankstations wordt echter het invloedsgebied bepaald door de 100% letaliteitsgrens.
De afweging voor de aanvaardbaarheid van het groepsrisico is gebaseerd op de specifieke invloedsgebieden (inventarisatieafstanden) van de risicobron. Wanneer kwetsbare bestemmingen buiten de invloedsgebieden liggen behoeft het groepsrisico niet te worden vastgesteld (minimale effecten als gevolg van een calamiteit).
Voor het beoordelen van het groepsrisico reikt het invloedsgebied tot 200 m vanaf het hart van de weg waarover vervoer van gevaarlijke stoffen plaatsvindt.
Het plangebied ligt binnen 200 m van de Route gevaarlijke stoffen zoals deze bij besluit van 25 maart 2004 door de gemeenteraad is vastgesteld. Over de Houtrustweg vindt beperkt vervoer van gevaarlijke stoffen plaats nu de Norfolk uit Scheveningen is vertrokken.
Ook de Segbroeklaan maakt deel uit van de Route gevaarlijke stoffen. Het groepsrisico is hier zeer laag en bedraagt minder dan 0,1 maal de oriënterende waarde. Aangezien de Houtrustweg aansluit op de Segbroeklaan zal het groepsrisico hier ook zeer laag zijn. Een nader onderzoek naar het groepsrisico, op grond van de Circulaire risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen, is daarom niet noodzakelijk.
Voor het beoordelen van het groepsrisico reikt het invloedsgebied tot 200 m vanaf het hart van het spoor waarover vervoer van gevaarlijke stoffen plaatsvindt.
Het plangebied ligt niet binnen het invloedsgebied van de spoorlijn Delft-Leiden. Over dit baanvak vindt bovendien geen regulier vervoer van gevaarlijke stoffen plaats. Een nader onderzoek naar het groepsrisico, op grond van de Circulaire risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen, is niet noodzakelijk.
Het plangebied is beoordeeld op de aanwezigheid van hogedruk aardgastransportleidingen en de toetsingsafstanden volgens de Circulaire zonering langs hogedruk aardgastransportleidingen, van 26 november 1984. Het plangebied ligt buiten de toetsingsafstand van de meest nabijgelegen aardgastransportleiding. Een nadere risicobeoordeling op grond van deze circulaire is niet noodzakelijk.
De noodzaak voor het verantwoorden van het groepsrisico is beoordeeld op grond van de inventarisatieafstanden zoals deze zijn vastgelegd in de Memorandum van de Gasunie “Input groepsrisicoberekeningen, revisie 3” van 21 januari 2008, kenmerk TAM 07.0138.
Het plangebied ligt buiten de inventarisatieafstand van de meest nabijgelegen aardgastransportleiding. Het groepsrisico behoeft daardoor niet te worden berekend/verantwoord.
Ten noorden van het plangebied ligt de afvalwaterzuiveringsinstallatie (AWZI) Houtrust. Hier worden gevaarlijke stoffen opgeslagen.
In de vergunning zijn de volgende gevaarlijke stoffen vergund:
In de MER van de AWZI-Harnaschpolder d.d. januari 2000 is het plaatsgebonden risico bepaald van de biogasopslag (2 tanks met 1500 m³). Hierbij is het biogas beschouwd als 100% methaan. De 10-6contour heeft een straal van 20 meter. Het plangebied ligt hier ver buiten. Het groepsrisico is verwaarloosbaar wegens de lage bewoningsdichtheid.
Het biogas bestaat echter uit 60 % methaan en 40 % kooldioxide. Het document 'Effect- en risicoafstanden bij de opslag van biogas' d.d. 3 maart 2008 van het RIVM geeft voor biogas met een samenstelling 80/20 en 50/50 (methaan/kooldioxide) de effect- en risicoafstanden weer. Een tank met een inhoud van 1500 m³ heeft een 10-6 contour van 45 meter. De effectafstand in de meest ongunstige situatie is 105 meter. Het plangebied ligt op ruim 350 meter vanaf de opslagtanks van het biogas. Deze afstand is ruim genoeg, zodat het groepsrisico nog steeds verwaarloosbaar is.
In de 'Risicoanalyse van de opslag van methanol op de RWZI voor de locatie Harnaschpolder en de locatie Houtrust' d.d. juli 2001 van TNO is het plaatsgebonden risico bepaald van de methanol opslag. Hierbij zijn twee berekeningen gemaakt, waarbij een inhoud van 10 m³ en een situatie van twee keer 80 m³ is beschouwd. Voor beide situaties is de 10-6 contour ca 10 meter vanaf het centrum. Deze contour bevindt zich op het terrein van de AWZI. Aangezien het plangebied zich op ongeveer 300 meter van de ingeterpte methanoltank bevind is het groepsrisico verwaarloosbaar.
In de Publicatiereeks Gevaarlijke Stoffen (PGS) 9 over vloeibare zuurstof staat de volgende afstandseis m.b.t. (beperkt) kwetsbare objecten. De opslag van vloeibare zuurstof moet op een afstand van 15 m zijn van:
Het plangebied bevind zich op ruim 280 meter van de opslag van het vloeibaar zuurstof. Aan de bovenstaande afstandseis wordt ruimtschoots voldaan.
Er zijn geen LPG-tankstations of andere inrichtingen voor de opslag van gevaarlijke stoffen aanwezig of geprojecteerd waarvan de veiligheidscontouren op grond van het Besluit externe veiligheid inrichtingen en de bijbehorende regeling geheel of gedeeltelijk in het plangebied zijn gelegen. Opslagplaatsen voor gevaarlijke stoffen en installaties van LPG-tankstations liggen op meer dan 150 m (invloedsgebied) vanaf de grens van het plangebied. In of nabij het plangebied zijn geen aardgasregel- en meetstations aanwezig. Een nader onderzoek naar het groepsrisico als gevolg van stationaire risicobronnen is niet vereist.