Artikel 12 Algemene ontheffingsregels
12.1 Ontheffing algemene bouwregels
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van
-
a. het bepaalde in artikel 10 onder a ten behoeve van de realisatie van erkers, balkons, galerijen, buitentrappen, luifels en soortgelijke bouwwerken;
-
b. het bepaalde in artikel 10 onder b ten behoeve van de plaatsing van installaties voor mobiele telecommunicatie op gebouwen die als gemeentelijk-, provinciaal- of rijksmonument zijn aangewezen en/of zijn gelegen in een rijks beschermd stadsgezicht, mits het monumentale karakter van de bebouwing en/of het ensemble waar de bebouwing deel van uitmaakt niet in onevenredige mate wordt aangetast.
-
c. het bepaalde in artikel 10 onder d ten behoeve van bouwwerken beneden peil buiten de op de plankaart aangegeven bouwvlakken, met dien verstande dat gebouwen beneden peil uit niet meer dan één bouwlaag mogen bestaan.
12.2 Ontheffing algemene gebruiksregels
Burgemeester en wethouders verlenen ontheffing van:
-
a. het bepaalde in artikel 11 onder a, wanneer strikte toepassing daarvan leidt tot een beperking van het meest doelmatige gebruik, die niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van:
-
b. het bepaalde in artikel 11 onder a, wanneer strikte toepassing daarvan leidt tot een beperking van het meest doelmatige gebruik, die niet door dringende redenen wordt gerechtvaardigd.
-
c. het bepaalde in artikel 10 onder d indien uit een nadere toetsing van een horeca-inrichting aan de in de staat van horeca-inrichtingen opgenomen criteria blijkt, dat de betreffende inrichting qua puntentoebedeling afwijkt van de in die staat aangenomen score en de daarbij behorende categorie-indeling, met dien verstande dat:
-
1. alvorens een ontheffing wordt verleend, advies wordt ingewonnen van de ambtelijke toetsingscommissie horeca;
-
2. door het verlenen van ontheffing de desbetreffende horeca-inrichting geacht wordt te behoren tot de met de puntentoebedeling corresponderende categorie.
-
d. het bepaalde in artikel 11 onder e ten behoeve van de vestiging en exploitatie van een seksinrichting, met dien verstande dat:
-
1. bij nieuw-vestiging het betreft een verplaatsing van een bestaande seksinrichting naar een qua omgeving ten opzichte van de bestaande locatie beter geschikte locatie;
-
2. bij uitbreiding van een bestaande seksinrichting dit noodzakelijk is vanwege aanpassing van de bedrijfsvoering door wettelijke eisen, dan wel het betreft concentratie van activiteiten van meerdere locaties in de gemeente Den Haag op één locatie. Bij concentratie mag de bedrijfsvloeroppervlakte worden uitgebreid met het aantal m² dat elders is of zal worden opgeheven;
-
3. ontheffing uitsluitend kan worden verleend voor gebieden met een gemengde functie
-
4. het verlenen van ontheffing geen onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en gebouwen tot gevolg mag hebben;
-
5. vooraf over het voornemen tot toepassen van de ontheffingsbevoegdheid advies wordt ingewonnen bij de ambtelijke toetsingscommissie horeca;
-
6. nieuwe inrichtingen, waarvoor conform het bepaalde in dit lid ontheffing wordt verleend, worden opgenomen in de lijst van seksinrichtingen;
-
7. alvorens burgemeester en wethouders overgaan tot het verlenen van ontheffing zal de procedure worden gevolgd zoals opgenomen in artikel 13.
12.3 Ontheffing overige regels
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, onverminderd hun elders in de voorschriften omschreven bevoegdheden, ontheffing te verlenen van de bepalingen van het plan voor:
-
a. geluidwerende voorzieningen.
-
b. geringe afwijkingen in de begrenzing van bestemmingen, indien bij de definitieve uitmeting en verkaveling blijkt dat deze geringe afwijkingen vanwege het belang van een juiste verwerkelijking van het plan gewenst of noodzakelijk zijn.