Plan: | Westeinde e.o. |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0518.BP0082EWesteinde-50VA |
Al in het verleden had het plangebied voornamelijk een woonfunctie met veel kleinschalige bedrijfjes in met name het midden- en kleinbedrijf. Op en in de directe omgeving van het plangebied waren veel maar relatief kleine bedrijven met bodembedreigende activiteiten gevestigd. Het ging hierbij om chemische wasserijen, zo'n 25 garagebedrijven, brandstofhandelaren, zo'n 20 benzinestations, bakkerijen en zo'n 15 drukkerijen en ongeveer 35 metaalbewerkingsbedrijven – onder meer blik- en koperslagerijen en circa 10 galvaniseerbedrijven – en verder schildersbedrijven, verfspuiterijen, timmerwerkplaatsen, zo'n 25 smederijen, slachterijen en vetsmelterijen, kuiperijen en handelaren in oud ijzer en lompen. Daarnaast waren enige grootschalige bedrijven in het plangebied gevestigd: broodfabrieken, voedingsmiddelenfabrieken zoals een vis- en conservenfabriek, een frisdrankfabriek, een azijnfabriek en rokerijen en een gasfabriek.
Uit de bodemkwaliteitskaart van de gemeente Den Haag blijkt dat de grond in het plangebied tot twee meter beneden maaiveldniveau gemiddeld matig verontreinigd is met lood, zink en PAK (teerachtige stoffen) en dat deze licht verontreinigd is met cadmium, koper en kwik.
In het plangebied zijn diverse bodemonderzoeken uitgevoerd in verband met aangetroffen verontreinigingen en nieuwbouw en/of herinrichting. Ook uit deze onderzoeken blijkt dat de grond in het plangebied in zijn geheel licht tot matig verontreinigd is met zware metalen en PAK's. Plaatselijk worden sterk verhoogde gehalten aan zware metalen en PAK aangetroffen. Verder worden in de grond en het grondwater plaatselijk sterk verhoogde gehalten aan minerale oliën en vluchtige aromaten aangetroffen ten gevolge van de bedrijfsactiviteiten die er in het verleden plaatsvonden en/of opslag van olie en olieproducten.
In het plangebied zijn negen locaties bekend waar in totaal elf gevallen van ernstige bodemverontreiniging zijn aangetroffen. (Er is sprake van een geval van ernstige bodemverontreiniging bij een gemiddelde overschrijding van de interventiewaarde in meer dan 25 m3 vaste bodem en/of 100 m3grondwater: het bodemvolume.) Het gaat met name om verontreiniging met zware metalen door het gebruik van verontreinigd ophoogmateriaal. Verder is de bodem door het bedrijfsmatig gebruik van de locaties verontreinigd met minerale oliën, PAK's (teerachtige stoffen) en cyanide. Op vier locaties is de sanering inmiddels afgerond, op drie locaties is deze gestart en in geval van twee locaties gaat het om een zogenoemde langlopende sanering: een sanering verspreid over meerdere jaren.
Op veel verdachte deellocaties in het plangebied – de locaties waarop de vele kleinschalige bedrijfjes waren gevestigd – heeft nog geen bodemonderzoek plaatsgevonden. Voor die delen van het plangebied waar nieuwbouw en/of herinrichting plaatsvindt en waarvoor nog geen bodemonderzoek en/of sanering heeft plaatsgevonden, moet bodemonderzoek worden uitgevoerd en moet de bodem eventueel worden gesaneerd. Voor die delen van het plangebied waarvoor meer dan vijf jaar geleden een bodemonderzoek plaatsvond, moet het bodemonderzoek worden geactualiseerd als zich voor deze locaties een plan voor nieuwbouw en/of herinrichting aandient.