Plan: | Westeinde e.o. |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0518.BP0082EWesteinde-50VA |
Het plangebied ligt voor het grootste deel op een strandwal die al vanaf de vroege prehistorie is bewoond. Door opgravingen is bekend dat in elk geval in de Late IJzertijd (200 voor Christus - 0) ter plekke velden in cultuur waren gebracht. Het gebied Kortenbos – voorheen Kortenbosch – was vroeger een klein ('kort') overblijfsel van de uitgestrekte bossen die tot in de middeleeuwen de kuststreek bedekten. Het terrein van Kortenbos was heuvelachtig en onregelmatig begroeid. Het Westeinde was vanaf de middeleeuwen de weg die het dorp Die Haghe verbond met Loosduinen. Het Westeinde en de straat die Kortenbosch werd genoemd en die destijds schuin op het Westeinde toeliep, liepen door duingebied en volgden de contouren van het landschap waardoor het huidig grillig verloop van beide straten is ontstaan.
Den Haag heeft stadsrechten noch de daarbij horende verdedigingswerken gekregen. Pas tussen 1613 en 1619 werden de nog bestaande singelgrachten aangelegd. De omgrenzing werd zo ruim gekozen dat omvangrijke gebieden daarbinnen tot na het midden van de 19de eeuw onbebouwd zijn gebleven. Het stadsbestuur heeft betrekkelijk weinig invloed uitgeoefend op de ruimtelijke ontwikkelingen. Tot de weinige initiatieven behoort de aanleg van de Prinsegracht naar Amsterdams voorbeeld. In vergelijking met andere delen van Den Haag rondom het Hof heeft de Prinsegracht zich echter nooit tot een woonplek van de rijken ontwikkeld. Aan het eind van de Prinsegracht werd in 1661 het Hofje van Nieuwkoop gebouwd.
Het Westeinde kende naar verwachting vanaf de 14de eeuw aan weerszijden enige bebouwing. Dat de bebouwing beperkt was, kan worden afgeleid uit de bouw van het Sint Agnietenklooster in het midden van de 15de eeuw vlakbij het begin van de straat, ter hoogte van Amicitia: een kloosterorde gaf de voorkeur aan een rustige omgeving. In 1482 zag nog een klooster, dat van Sinte Barbara, het levenslicht in een blok dat door het Westeinde en de huidige Assendelftstraat werd omlijnd en waar nu de Gemeentelijke Kredietbank resideert. In diezelfde periode kwamen langs het Westeinde andere grote bouwwerken tot stand. De kaart van Blaeu uit 1650 toont in het plangebied bebouwing langs het Westeinde, de Vleerstraat, de Assendelftstraat en het gebied ten oosten hiervan. De Prinsegracht is bebouwd tot aan de Gedempte Gracht en rondom de Varkensmarkt Als men deze kaart vergelijkt met de kaart van Reding uit 1838, dan blijken de verschillen nog gering. Omvangrijke gebieden als het Kortenbos zijn nog onbebouwd.
Een bijzondere plek in het anders kleinschalige stedelijke weefsel is het zogeheten 'Spaanse Hof' met de daarachter gelegen rooms-katholieke kerk. Hier kocht en vernieuwde in 1677 het Spaanse gezantschap het 16de-eeuwse 'Huis van Assendelft' dat door Gerrit van Assendelft in het derde kwart van de 15de eeuw was gebouwd. In de tuin van dit hof werd een zeer ruime kapel voor de gezant gebouwd. Bijzonder was dat hier de Haagse katholieken hun godsdienst in vrijheid konden beleven. Na overdracht aan de Jezuïeten in 1838 werd de huidige monumentale kerk in waterschapsstijl gebouwd, thans de oudste katholieke kerk van Den Haag: de neoclassicistische kerk Theresia van Avila.
Tot in de 17de eeuw bleef de bebouwing rond het Westeinde geconcentreerd, vooral tot aan de Assendelftstraat. Ook langs de Geest en het Slijkeinde was een gesloten reeks van bebouwing. Bezuiden het Westeinde bleef de bebouwing lange tijd spaarzaam. Alleen de straat die nu Jan Hendrikstraat heet, lijkt enige bebouwing te hebben gehad. Pas na de aanleg van de Prinsegracht in het midden van de 17de eeuw kwam dat deel van de wijk enigszins tot bloei:
Iets voor die tijd – rond 1620 – kwam de grachtengordel gereed die de stad in militaire zin bescherming bood. Langs dit water – vooral aan de westrand van het plangebied – werden molens gebouwd om de waterhuishouding in de gracht op orde te kunnen houden. De brug die het Westeinde met de weg naar Loosduinen verbond werd door twee molens geflankeerd en ten noorden ervan stonden nog eens twee molens. De molen op de hoek van de Noordwal en het tegenwoordige Bij de Westermolens werd nog op kaarten uit het eind van de 19de eeuw afgebeeld.
Het gebied dat nu Kortenbos wordt genoemd – ten noorden van het Westeinde – kwam in de tweede helft van de 17de eeuw langzaamd tot ontwikkeling. Het deel ten oosten van de huidige Breedstraat raakte tot aan de Noordwal volgebouwd. Veel van Kortenbos bleef echter tot lang in de 18de eeuw braakliggend gebied. Daarom kon daar in 1716 een nieuw kerkhof worden aangelegd: het Noorderkerkhof. Dit was nodig omdat de grond rond de Grote Kerk niet meer volstond. Het kerkhof lag tussen de huidige Bakkersstraat en de Noordwal. Rond 1830 raakte dit kerkhof in onbruik. Ook het Kortenbos zelf raakte in de 18de eeuw aan weerszijden bebouwd. De straat verdween bij de stadsvernieuwing in de jaren '70 en '80 in zijn geheel.
Figuur 3: Den Haag in 1833
Tot 1850 bleef de groei van Den Haag beperkt tot het gebied binnen de singels. Vanaf 1877 echter werd het Kortenbos een drukbevolkte wijk waar lange rijen sombere huisjes de fleurige moestuinen van weleer vervingen. In het gebied tussen het Westeinde en de Prinsegracht en aan het Westeinde zelf vestigden zich veel stedelijke voorzieningen: een tuchthuis, de lommerd – nu: de Gemeentelijke Kredietbank – het Koninklijk Conservatorium, het armenhuis aan de Blekerslaan, het stedelijk gymnasium, het burgerweeshuis – nu: Amicitia – en het Ziekenhuis van den Heiligen Joannes de Deo – later: Westeinde Ziekenhuis en nu: MCH Westeinde. Aan het Slijkeinde en de Vleerstraat stond een krankzinnigengesticht.
In de 20 de eeuw veranderde het gebied aanzienlijk, enerzijds als gevolg van de vaststelling van de Woningwet in 1901 en de inwerkingtreding van de Haagse bouwverordening in 1906, anderzijds door een drastische wijziging van de ruimtelijke en verkeerskundige structuur van Den Haag rond 1900. De Prinsegracht – aanvoerroute vanaf het Westland naar de groentemarkt op de Grote Markt – werd gedempt, de groentemarkt werd verplaatst naar de Noordwal. Kortenbos raakte omringd door markten: de groentemarkt op de Noordwal, de dagelijkse markt op de gedempte Prinsegracht, de Grote Markt en de vismarkt nabij het stadhuis. De kop van het Westeinde was de plaats van de tram uit het Westland. Het drukke verkeer vanuit het Westland over het Westeinde werd verplaatst naar de Prinsegracht. Na de doorbraak van de Grote Marktstraat en Kalvermarkt verdween het verkeer uit het Westeinde naar de nieuwe doorgaande route. In de jaren '20 en '30 vindt de eerste sanering plaats: de krotten aan de Oude Boomgaardstraat worden vervangen door degelijke particuliere appartementen en ook de bebouwing aan het Slijkeinde, de Vleerstraat en de Zuilingstraat stammen uit deze saneringsperiode van voor de Tweede Wereldoorlog. De gemeente kocht veel terreinen op en gaf de bouwrijpe grond in erfpacht uit. Het Westeinde Ziekenhuis ruimde de hofjes langs de Lange Nieuwstraat op en bouwde daar - inmiddels weer gesloopte - nieuwe ziekenhuisvoorzieningen.
Figuur 4: Lijnbaan voor de verbreding | Figuur 5: Lijnbaan na de verbreding |
Na de Tweede Wereldoorlog werden in het structuurplan voor Den Haag in Kortenbos flinke maatregelen voorgesteld. De introductie van een nieuwe stedenbouwkundige hoofdstructuur met nieuwe wegen en hoge bebouwing moest het gebied nieuw elan geven. Het resultaat van deze sanering was de Verordening Kortenbos (1961), een plan met een geheel andere ruimtelijke structuur met veel ruimte voor het autoverkeer en veel open blokverkavelingen en onder meer de flatgebouwen aan de Sirtemastraat en het appartementencomplex aan de Bij de Westermolens. Toen in de jaren '70 de terreinen van de Zuid-Hollandse Bierbrouwerij ter beschikking kwamen, kwam – ten behoeve van de stadsvernieuwing– een relatief groot gebied beschikbaar waar op relatief korte termijn een groot aantal nieuwe woningen kon worden gebouwd: de Z.H.B-hoven. Aan de andere kant van het Westeinde wilde het Westeinde Ziekenhuis uitbreiden en hier voorzag het bestemmingsplan Lijnbaan (1968) in een rigoureuze herstructurering (paragraaf 1.3).
In de eerste helft van de jaren '80 werd voor het gebied Westeinde en omgeving een groot aantal maatregelen voorgesteld: de discussie ten aanzien van de dwarswegen werd beslecht; de stadsvernieuwingsplannen voor de Breedstraat en omgeving en 't 4kant op de kop van het Westeinde werden vastgesteld; er werden herinrichtingsplannen voor de straten uitgevoerd; het buurtpark werd ontworpen; de buurtontsluitingsstructuur werd vastgesteld; een groot aantal woningbouwlocaties voor de naaste toekomst werd aangegeven. Tenslotte werd voor de toekomstige ontwikkelingen voor het Westeinde Ziekenhuis een maximale uitbreidingsvariant geschetst.