| Plan: | Fruitweg e.o. |
|---|---|
| Status: | vastgesteld |
| Plantype: | bestemmingsplan |
| IMRO-idn: | NL.IMRO.0518.BP0029EFruitweg-50VA |
Zoals hiervoor al is aangegeven, geldt voor de Troelstrakade geen bestemmingsplan. Voor de rest van het plangebied zijn verschillende planologische regelingen van kracht. Voor de Fruitweg zelf geldt het bestemmingsplan “Fruitweg”, vastgesteld op 26 april 1954 en goedgekeurd op 26 juli 1954. Voor het gedeelte tussen de Marktweg en de Fruitweg vigeert het bestemmingsplan “Groothandelsmarktterrein e.o.”, vastgesteld op 13 juni 1991 en in werking getreden op 19 november 1993. Op het overige gebied is het Plan Berlage uit 1911 van toepassing.
Binnen het plangebied is geen beschermd stadsgezicht of beschermd natuurgebied aangewezen.
Dit plan vervangt voor wat betreft het plangebied het beleid in de Leefmilieuverordening Recreatie-inrichtingen c.a. Deze verordening richt zich op recreatie-inrichtingen, sekswinkels, seksinrichtingen, garagebedrijven, paddoshops, belwinkels, hennepkwekerijen en drugsdealpanden (zie daarvoor ook rv 207). In hoofdstuk 3 is beschreven op welke wijze dit beleid in het bestemmingsplan is uitgewerkt.
In het bestemmingsplan Parapluherziening Detailhandel Vuurwerk (2004) is het beleid van de gemeente Den Haag neergelegd ten aanzien van de vestiging van detailhandelsbedrijven die zich bezighouden met de verkoop en opslag van consumentenvuurwerk. Omdat via dit paraplubestemmingsplan voor heel het grondgebied van Den Haag een samenhangend beleid is geformuleerd, blijft de Parapluherziening Detailhandel Vuurwerk naast het voorliggend bestemmingsplan gelden.
Een groot deel van het grondgebied van de gemeente Den Haag is beschermd tegen ongebreidelde vestiging van seksinrichtingen (prostitutiebedrijven, seksclubs en escortbedrijven) door een tweetal Leefmilieuverordeningen: Oude Centrum en Stationsbuurt (1992) en Recreatie-inrichtingen c.a. (1994). Beide verordeningen werden in 1999 aangepast. De regeling in de leefmilieuverordeningen die seksinrichtingen verbiedt, is hierna geïntegreerd in en vervangen door het bestemmingsplan Parapluherziening Seksinrichtingen (2003) waarmee aan alle geldende bestemmingsplannen in de gemeente Den Haag een regeling werd toegevoegd ten aanzien van seksinrichtingen.