direct naar inhoud van 2.4 Stedenbouwkundige uitgangspunten
Plan: Koolwitjes- en Meivlinderstraat
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0513.1803BPKoolwitMeivl-DF01

2.4 Stedenbouwkundige uitgangspunten

Ligging in de omgeving

Op stadsniveau is Land van Steyn een gebied dat ligt tussen het Goudse woongebied Goverwelle en het recreatiegebied Goudse Hout en de Reeuwijkse Plassen. Op een lager schaalniveau vormt het gebied een overgang tussen de fijnmazige en open structuur van de oude woningen langs de Achterwillenseweg en de grovere en dichtere structuur van de bebouwing in Goverwelle en de gestrekte spoordijk.

Land van Steyn vormt het overgangsgebied tussen enerzijds de dynamische, drukke wereld van het spoor en nieuwbouw en anderzijds de landelijke, rustieke en verstilde wereld van het slagenlandschap. De nieuwe buurt Land van Steyn zal zorgen voor een soepele overgang tussen deze twee werelden en zal hierbij profiteren van de kwaliteiten van deze karakteristieke omgeving.

Stedenbouwkundig plan

Voor het westelijk deel van de nieuwe woonbuurt is in opdracht van Slokker Vastgoed in samenwerking met de gemeente Gouda een stedenbouwkundig plan (zie figuur 3.1) opgesteld. De stedenbouwkundige hoofdstructuur is gelijk aan het oorspronkelijke plan zoals opgesteld in 2006. Enkele elementen zijn aangepast, waaronder:

  • de woongebouwen langs de spoorzone zijn vervangen door laagbouw;
  • het slagenlandschap behoeft niet strikt te worden doorgevoerd, maar blijft een inspiratie;
  • grondgebonden woningen is uitgangspunt, maar kan qua type vrij ingevuld worden (zoals rijwoningen, 2-onder-een-kapwoningen, patiowoningen en vrijstaande woningen).

Het geldende bestemmingsplan Middenwillens voorziet niet in de mogelijkheid om de woongebouwen langs het spoor te vervangen door de nu gedachte laagbouw. Daarom is deze strook in deze herziening van het bestemmingsplan opgenomen.

Verder voorziet het geldende bestemmingsplan niet in de mogelijkheid om op de wooneilanden rijwoningen te realiseren. Daarom zijn de wooneilanden opnieuw in deze bestemmingsplanherziening opgenomen, maar nu met langere bouwvlakken waardoor naast twee onder één kappers en vrijstaande woningen ook rijwoningen kunnen worden gebouwd.

Tenslotte is het noor-zuid geörienteerde bouwvlak tussen de (geprojecteerde) Distelvlinderstraat en de Goudvlinderstraat opnieuw opgenomen, omdat de maatvoering uit het geldende bestemmingsplan niet past bij de nu gedachte vormgeving van dit bouwvlak.

afbeelding "i_NL.IMRO.0513.1803BPKoolwitMeivl-DF01_0003.png"

Figuur 3.1 Stedenbouwkundig ontwerp, studievariant IV (11 april 2011)

Hoofdstructuur

De slagenstructuur is het duidelijkst te ervaren aan de noordzijde van de Goudse Houtsingel en op de koppen langs de Achterwillenseweg. Hier blijft de slagenstructuur gehandhaafd. Ter versterking van de slagenstructuur worden zes sloten gehandhaafd c.q. teruggebracht in het plangebied. De hoofdontsluiting wordt in dezelfde noord-zuidrichting gelegd. Deze wordt begeleid door bouwblokken.

De bebouwing langs het spoor zal het spoor begeleiden. De voorkant van de woningen is georiënteerd op het spoor om zodoende een scherm te vormen tegen de geluidsinstraling en voor de sociale controle. De huidige open bebouwingsstructuur, gevormd door de solitaire woningbouw langs de Achterwillenseweg, omgeven door water, wordt cultuurhistorisch waardevol geacht. Deze structuur zal dan ook als stedenbouwkundig uitgangspunt worden voortgezet in Land van Steyn door het maken van wooneilanden.

Bebouwing

De bebouwing bestond in het oorspronkelijke plan voornamelijk uit twee-onder-een-kap-woningen op de wooneilanden en rijwoningen met twee lagen elders. In verband met de marktomstandigheden is besloten om de mogelijkheid open te laten om overal verschillende woningtypen mogelijk te maken. Door de op de verbeelding opgenomen bouwvlakken, waarbinnen de woningen mogen worden gebouwd, wordt het plan op structuurniveau niet anders.

De richting van de bouwblokken langs de hoofdontsluiting van het gebied was en blijft gerelateerd aan de slotenstructuur ten noorden van Land van Steyn.

Op de wooneilanden bevinden zich woningen, die direct aan het water grenzen en hier optimaal van profiteren. In het bestemmingsplan Middenwillens was een kaprichting voorgeschreven en konden woningen niet aaneen worden gebouwd. Dat uitgangspunt is verlaten om zodoende beter te kunnen inspelen op de marktomstandigheden. Wel wordt vastgehouden aan de richting van de bouwblokken en het uitgangspunt dat rondom de woningen een groene rand gehandhaafd dient te blijven.

De eilanden sluiten op deze manier aan bij informele sfeer van de bebouwing aan de Achterwillenseweg.

De bebouwing langs het spoor krijgt een afwijkende structuur. Deze bebouwing zal evenwijdig lopen aan de spoorlijn, waardoor de bebouwing een wandwerking krijgt, welke de geluidshinder van het treinverkeer voor de daarachter gelegen woningen zal verminderen.

In het oorspronkelijke plan waren hier wat hogere woonelementen gedacht met ten hoogste zes bouwlagen. De verkoopbaarheid van deze woningen is op dit moment problematisch. Deze worden nu in deze planherziening vervangen door laagbouw. Op structuurniveau verandert het stedenbouwkundig plan daardoor niet. De gedachte laagbouw blijft aaneengesloten gebouwd om zodoende de geluidsafscherming naar het spoor te waarborgen.

Uitgangspunten ruimtelijke kwaliteit

Voortbouwend op de hoofdlijnen zoals boven beschreven is een ruimtelijk kwaliteitskader vastgesteld dat hieronder wordt weergegeven.

  • 1. Stedenbouw/algemeen
    • a. Hoofdstructuur uit het stedenbouwkundig-/beeldkwaliteitsplan van mei 2006 blijft in essentie gehandhaafd, voor wat betreft wegenpatronen, groenstructuren, waterstructuren en eilanden.
    • b. Woongebouwen langs spoorzone worden in principe vervangen door laagbouw.
    • c. Parkeerbalans conform de uitgangspunten van het oorspronkelijk plan (mei 2006).
    • d. Slagenlandschap behoeft niet strikt worden doorgevoerd maar blijft een inspiratie.
    • e. Alle typen grondgebonden woningen zijn toegestaan, zoals rijwoningen (in lange blokken of korte blokken), beneden-bovenwoningen, twee-onder-een-kapwoningen, bungalows, patiowoningen en vrijstaand.
    • f. Erkers, maximaal 70% van de breedte van de voorgevel, voor de voorgevelrooilijn van het hoofdgebouw zijn toegestaan.
    • g. Aanbouwen / garages dienen voldoende plastiek te vormen in relatie tot de voorgevel van de hoofdmassa.
    • h. Vaste en optionele dakkapellen zijn toegestaan aan voor- en achterzijde, rekening houdend met de Welstandsnota.
    • i. Aandacht voor erfafscheidingen tussen woningen gesitueerd aan een waterzijde en bij de overgang naar openbaar gebied, indien deze tijdens de bouw worden gerealiseerd.
    • j. Tijdens de bouw aangebrachte erfscheidingen zoveel mogelijk met groene hagen uitvoeren.
    • k. Optionele elementen voorbereiden in een ontwerp (steigers, aanbouwopties en erfscheidingen) welke aan kopers wordt meegegeven en welke voor gemeente in de toekomst als beoordelingscriterium voor wijzigingen wordt gehanteerd. Doel is zoveel mogelijk vermijden van schuttingen die doorlopen tot aan het water, schuttingen op erfgrenzen met het openbaar gebied, te grote diversiteit aan toekomstige eigenbouw op/aan de woning, rommelige oevers, vervallen van groene randen.

  • 2. Eilanden
    • a. Bebouwing mag bestaan uit vrijstaande woningen en twee-onder-een-kapwoningen (voorkeur) of uit rijenwoningen.
    • b. Bij rijenwoningen aandacht voor individueel karakter, geleding en zo mogelijk korte blokken;
    • c. Rondom dient een groene rand gehandhaafd te blijven:
      • op de koppen: minimaal 1,5 m tussen watergrens en aanbouw;
      • op de koppen: minimaal 3,8 m tussen watergrens en hoofdgebouw;
      • achtertuinen: minimaal 4 m tussen watergrens aan achterzijde en aanbouwen;
      • achtertuinen: minimaal 5,5 m tussen watergrens aan achterzijde en hoofdgebouw.
    • d. Bergingen in de voortuin zijn toegestaan (voorkomen van bergingen aan de randen).
    • e. Geen regel voor de kaprichting.

  • 3. Vaste land
    • a. Langskappen spelen in op het oorspronkelijk slagenlandschap.
    • b. Kopgevels: Rekening houden met geluidsbelasting en de te stellen eisen met betrekking tot geluidswerendheid en geluidsluwheid, maar blinde/ eenvormige gevels voorkomen.