Plan: | Kadebuurt, Kort Haarlem, Gouda Oost |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0513.1000BPKKG-DF01 |
Hoofdstuk 1 inleidende regels
In deze paragraaf is een aantal begrippen verklaard die gebruikt worden in de regels. Een en ander voorkomt dat er bij de uitvoering van het plan onduidelijkheden ontstaan over de uitleg van bepaalde regelingen. Daarnaast is het artikel "wijze van meten" opgenomen waarin bepaald is hoe de voorgeschreven maatvoering in het plan gemeten moet worden.
Hoofdstuk 2 bestemmingsregels
In deze paragraaf zijn de in het plan voorkomende bestemmingen geregeld. In ieder artikel is per bestemming bepaald welk gebruik van de gronden is toegestaan en welke bebouwingsregels er gelden. Tevens zijn waar mogelijk flexibiliteitsbepalingen opgenomen. De toekenning van bestemmingen aan een bepaald perceel is gebaseerd op de inventarisatielijst. Uitgangspunt daarbij is geweest om ten minste de bestaande situatie te bestemmen. Waar dat vanuit stedenbouwkundig oogpunt mogelijk is, is een ruimere regeling opgenomen. Op deze wijze wordt tegemoet gekomen aan de gemeentelijke woonvisie waar de wenselijkheid is uitgesproken ruime mogelijkheden te bieden voor de uitbreiding van bestaande bebouwing.
De niet-woonfuncties binnen het plangebied zijn specifiek bestemd. De buurtwinkelcentra hebben de bestemming "Gemengd-1" gekregen.
Binnen de bestemmingen "Detailhandel", "Horeca", "Gemengd-1 ", "Gemengd-2 " en "Dienstverlening" is wonen op de verdieping met recht toegestaan; in "Gemengd-1" is wonen op alle verdiepingen toegestaan. Binnen de bestemmingen, "Maatschappelijk", "Bedrijf" en "Kantoor" wordt met de aanduiding "woning" aangegeven waar een (bedrijfs)woning is toegestaan.
De functie van het openbare gebied zoals wegen, water en groenstroken is door afzonderlijke bestemmingen geregeld. De toekenning van deze bestemmingen is gebaseerd op het uitgangspunt dat openbaar gebied met een belangrijke functie voor de wijk (structureel groen en water) beschermd dient te worden door een specifieke bestemming. Herinrichting van deze gronden tot bijvoorbeeld parkeren of met gebouwen is dan ook uitgesloten.
Bij wegen is een onderscheid gemaakt naar wegen met een verblijfsfunctie (overwegend 30 km/u wegen: "Verkeer - verblijf") en overige wegen met een stroomfunctie ("Verkeer"). Kleinschalige groenelementen, zoals bermen, groenstroken en dergelijke, zijn ondergebracht in de verkeersbestemmingen. Binnen de bestemming "Groen" en de verkeersbestemming is de aanleg van speelvoorzieningen mogelijk.
In de Jan Verzwollezone Noord (ten noorden van de Martensstraat) is een bestemming “Gemengd - Uit te werken” opgenomen. Deze bestemming wordt in een later stadium uitgewerkt ten behoeve van de bouw van een supermarkt in combinatie met woningen en uitbreiding van het parkeerterrein Klein Amerika.
Een deel van de gronden in de Jan Verzwollezone Zuid heeft de bestemming "Woongebied 01 - Uit te werken". Bij uitwerking dient rekening te worden gehouden de geluidhinder als gevolg van de "geluidzone-industrie".
Voor de locatie Goejanverwelledijk 26-30 is de bestemming "Woongebied 02 - Uit te werken" opgenomen. Bij uitwerking dient de vrijwaringszone van de molenbiotoop vanwege de molen Beneden-Haastrecht in acht te worden genomen.
De bestemmingen "Leiding-Gas", "Leiding-Hoogspanning" en "Leiding-Water" zijn op de verbeelding over de andere bestemmingen heen gelegd. Deze dubbelbestemmingen regelen een bijzonder belang dat eerst afgewogen dient te worden alvorens de onderliggende bestemming mag worden toegepast. Er gelden hier dus twee bestemmingen, waarbij de dubbelbestemming voor gaat op de onderliggende bestemming.
Concreet betekent dit dat het belang van de leiding die in de grond aanwezig is, primair wordt gesteld. Binnen deze bestemming mag pas gebouwd worden als voldaan wordt aan de eisen die de betreffende leidingbeheerder stelt.
Het onderwerp cultuurhistorie is in het plan uitsluitend als signaalfunctie opgenomen. Op de kaart zijn plaatsen waar een redelijke tot hoge kans op archeologische sporen in de grond aanwezig is, aangegeven met de dubbelbestemming "Waarde - Archeologie". Voor deze gronden geldt de gemeentelijke Verordening Monumenten en Archeologie.
Het deel van het plangebied dat binnen valt onder het beschermd stadsgezicht is op de kaart aangeduid met de dubbelbestemming "Waarde - Beschermd stadsgezicht". In de regels zijn voor de betreffende panden specifieke bouwbepalingen opgenomen. Daarbij wordt voor dit gebied gebruik gemaakt van een gevelwandkaart.
In opdracht van de stuurgroep Hollandsche IJssel is in 2001 een voorbeeldbestemmingsplan “Hollandsche IJsseloevers” opgesteld. Dat document dient ter inspiratie van gemeenten die bezig zijn met bestemmingsplannen met IJsseloevers. Het voorbeeldbestemmingsplan bouwt voort op het Beeldkwaliteitsplan Hollandsche IJssel. De behoefte was met name gelegen in het grip krijgen op damwanden. Met gebruikmaking van het voorbeeldbestemmingsplan is een bestemming “Waarde – Rivierzone” opgenomen, die beoogt de karakteristieken van de Hollandsche IJsseloevers te beschermen.
Op de verbeelding is de bestemming "Waterstaat - Waterkering" over de andere bestemmingen heen gelegd. Deze dubbelbestemming regelt het bijzonder belang dat voor deze gebieden geldt. Voordat de onderliggende bestemming kan worden toegepast dient eerst het bijzonder belang van deze bestemming te worden afgewogen.
Dit houdt in dat voordat er gebouwd mag worden wat de onderliggende bestemming aangeeft, eerst moet worden voldaan aan de eisen van het hoogheemraadschap of Rijkswaterstaat.
Het water van de Hollandsche IJssel en de groengebieden langs het water zijn op de kaart aangegeven met de dubbelbestemming "Waterstaat - Waterbergingsgebied". Binnen deze gebieden geldt een bijzonder belang. Voordat de onderliggende bestemming mag worden toegepast dient eerst te worden voldaan aan de eisen van Rijkswaterstaat.
Hoofdstuk 3 algemene regels
In deze paragraaf worden, in aanvulling op de bestemmingsbepalingen, aanvullende regels gesteld.
Hoofdstuk 4 overgangs- en slotregels
In de overgangsbepalingen is een regeling opgenomen voor bebouwing en gebruik dat al bestond bij het opstellen van het plan, maar dat strijdig is met de opgenomen regeling. Onder bepaalde voorwaarden mag deze strijdige bebouwing en/of strijdig gebruik worden voortgezet of gewijzigd.
In de slotbepaling is de officiële naam van het plan bepaald. Onder deze naam kan het bestemmingsplan aangehaald worden.