Plan: | Kadebuurt, Kort Haarlem, Gouda Oost |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0513.1000BPKKG-DF01 |
Groenstructuurplan 2007-2015
Het beleid van de gemeente Gouda is om de openbare ruimte in de stad schoon, heel en bruikbaar te houden. Het openbaar groen is één van de factoren die de kwaliteit van de openbare ruimte bepalen. In het Groenstructuurplan 2007-2015 zijn keuzes gemaakt en prioriteiten gesteld ten aanzien van het openbaar groen. De visie maakt onderscheid in profielen die aansluiten op de Goudse profielen uit het groenstructuurplan 1991. Daarnaast maakt zij onderscheid in gebieden.
Binnen het plangebied wordt de Voorwillenseweg aangegeven als profiel "Veenlint".
Veenlinten zijn smalle wegen waar aan weerszijden sloten en dwarssloten op aantakken. De bomen in de bermen bestaat uit rijen (knot)wilgen of zwarte els langs de sloten. In de bermen komt verder geen beplanting voor. De bermen zijn smal en worden extensief beheerd. Het gebruik van de wegen is gericht op fietsers en lokale ontsluiting. Het karakter van de veenlinten wordt bepaald door de ontstaanswijze. Bij de ontginning van het veengebied rond Gouda verschenen hier de boerderijen. Door verstedelijking is het bebouwingslint verdicht, maar de structuur van op de weg uitkomende voorkanten van bebouwing is behouden gebleven.
Er wordt momenteel onderzocht of voor dit veenlint een beheerplan kan worden vastgesteld Daarbij zal de nadruk op de openbare ruimte liggen. De herkenbaarheid en het karakter van de oude verkavelingsstructuur worden behouden door de bermen vrij te houden van sierbeplanting en heesters en door extensief te beheren. Voor de Bloemendaalseweg is in 2004 een beheerplan vastgesteld waarmee de nagestreefde situatie te bereiken is.
Bijna het gehele plangebied wordt in het groenstructuurplan gekenmerkt als woonwijk. In de woonwijken komt een grote variatie voor aan groentypen. Beleid voor het groen in de woonwijken is een mix van groen als gebruiksfunctie en als esthetische functie, herkenbaarheid van de wijk, trapveldjes en speelplaatsen. De ecologische functie van groen in woonwijken is beperkt. Groen met een natuurlijk karakter komt vooral voor aan de buitenranden van wijken of in bredere groenzones. Het uitgangspunt van het groenbeleid is dat het totale groenoppervlak minimaal gelijk blijft. Uitbreiding van parkeerplaatsen mag niet ten kosten gaan van openbaar groen. Bij afname van groen wordt compensatie in dezelfde wijk gezocht. Is dit niet haalbaar dan vindt compensatie buiten de wijk plaats.
Het Baden Powelplantsoen wordt in het Groenstructuurplan gekenmerkt als stadspark aan de rand van Gouda. Parken met deze typeringen zijn robuuste groene overgangsgebieden tussen de stad en het buitengebied. Per park worden de recreatiefuncties en het natuurlijke karakter uitgewerkt. Het natuurlijke karakter wordt verbeterd door tijdens het reguliere dunningsbeheer de gebiedsvreemde soorten gericht te benadelen ten opzichte van gebiedseigen soorten. Voor nieuwe aanplant worden altijd gebiedseigen soorten gebruikt, waarbij rekening wordt gehouden met bodemsamenstelling en drooglegging. Waar voldoende ruimte is, worden natuurlijke overgangen gevormd (mantel, zoom, natuurvriendelijke oevers). De realisering wordt uitgewerkt in beheerplannen voor de betreffende stadsparken.
De Goejanverwelledijk, het zuidelijke deel de begraafplaats en de sportvelden maken binnen de totale groenstructuur van Gouda onderdeel uit van parken. De Vliet van Erberveld is een hoofdverbinding nat ecologisch netwerk.
Afbeelding: uitsnede kaart groenstructuur Gouda (bron: Groenstructuurplan 2007-2015)
Kwaliteitsplan Openbare ruimte
Een stad die schoner en veiliger is, daar moet het kwaliteitsplan openbare ruimte voor gaan zorgen. In dit plan staan de eisen waaraan plantsoenen, pleinen, speeltuinen en openbaar groen moeten voldoen. Het kwaliteitsplan bestaat uit drie delen: