direct naar inhoud van Artikel 29 Algemene gebruiksregels
Plan: Oostpolder
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0513.0600oostpolder-DF02

Artikel 29 Algemene gebruiksregels

Een verboden gebruik, als bedoeld in artikel 2.1 lid 1 sub c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, is in ieder geval het gebruik:

  • a. van onbebouwde gronden voor:
    • 1. het storten of het lozen van puin, vuil of andere vaste of vloeibare afvalstoffen;
    • 2. het opslaan van gerede of ongerede goederen, zoals vaten, kisten, bouwmaterialen, voer- en vaartuigen, werktuigen, machines of onderdelen hiervan;
    • 3. het plaatsen of geplaatst houden van onderkomens.

een en ander tenzij dit gebruik verband houdt met:

  • het (tijdelijk) gebruik ten behoeve van de realisering en/of handhaving van de bestemmingen of het normale onderhoud van de gronden;
  • de opslag van goederen in het kader van de in het plan toegestane bedrijfsvoering;
  • het opslaan of storten van afval- en meststoffen, voor zover noodzakelijk voor het normale onderhoud van de gronden en de watergangen.
  • b. van bouwwerken ten behoeve van een seksinrichting, detailhandel of horeca, voor zover zulks niet expliciet is toegestaan ingevolge de bestemmingsregels;
  • c. voor permanente bewoning van voor verblijfsrecreatie bestemde gronden;
  • d. als manege van voor agrarische of woondoeleinden bestemde gronden;
  • e. van gronden voor ondergeschikte agrarische nevenactiviteiten zonder het gebruik van deze gronden voor agrarische bedrijfsvoering.