direct naar inhoud van Artikel 20 Leiding - Riool
Plan: Gorinchem-Noord
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0512.BP2010105-8100

Artikel 20 Leiding - Riool

20.1 Bestemmingsomschrijving
  • a. De voor 'Leiding - Riool' aangewezen gronden zijn primair bestemd voor de aanleg en instandhouding van een rioolpersleiding en secundair voor de functies die gelden ingevolge de met deze gronden samenvallende bestemmingen.
  • b. In geval van strijdigheid van bepalingen, gaan de bepalingen van dit artikel vóór de bepalingen, die ingevolge samenvallende bestemmingen op de desbetreffende gronden van toepassing zijn.
20.2 Bouwregels

Op de in lid 20.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd ten dienst van de primaire bestemming, met dien verstande dat de hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet meer dan 3 meter mag bedragen en dat niet in de beschermzone zijnde 4 meter uit de as van de leiding wordt gebouwd.

20.3 Afwijken van de bouwregels

Burgemeester en wethouders kunnen afwijken van de bepaling als bedoeld in lid 20.1, mits de veiligheid van mens en dier en de werking van de leiding alsmede het onderhoud ervan niet in gevaar komen. Alvorens te beslissen winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in bij de desbetreffende leidingbeheerder(s).

20.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
20.4.1 Verbod

Ten einde een optimaal veilig transport van gas, olie en (afval)water te garanderen is het verboden op de in lid 20.1 bedoelde gronden, zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (omgevingsvergunning), de volgende werken, voor zover geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het ontgronden, afgraven, egaliseren, diepploegen en ophogen van gronden;
  • b. het aanleggen van verharde en halfverharde wegen en paden;
  • c. het indrijven van drainage, leidingen of andere voorwerpen in de bodem;
  • d. het aanbrengen van diepwortelende en/of hoogopgaande beplantingen.
20.4.2 Uitgezonderde werkzaamheden

Het in lid 20.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:

  • a. het normale onderhoud, gebruik en beheer betreffen;
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.
20.4.3 Vergunning

De in lid 20.4.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien het belang van de leidingstrook zich daar tegen niet verzet en de leidingbeheerder is gehoord.