Plan: | Stad Goedereede en dorpsgebied Ouddorp 2012 |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0511.GDRStdGdrDrpOdrp11-BP40 |
Waterbeheer en watertoets
De initiatiefnemer dient in een vroeg stadium overleg te voeren met de waterbeheerder over een ruimtelijke planvoornemen. Hiermee wordt voorkomen dat ruimtelijke ontwikkelingen in strijd zijn met duurzaam waterbeheer. Het plangebied ligt binnen het beheersgebied van het waterschap Hollandse Delta, verantwoordelijk voor het waterkwantiteits- en waterkwaliteitsbeheer. Bij het tot stand komen van dit bestemmingsplan is overleg gevoerd met de waterbeheerder over deze waterparagraaf. De opmerkingen van de waterbeheerder zijn vervolgens verwerkt in deze waterparagraaf.
Beleid duurzaam stedelijk waterbeheer
Op verschillende bestuursniveaus zijn de afgelopen jaren beleidsnota's verschenen aangaande de waterhuishouding, allen met als doel een duurzaam waterbeheer (kwalitatief en kwantitatief). Deze paragraaf geeft een overzicht van de voor het plangebied relevante nota's, waarbij het beleid van het waterschap en de gemeente nader wordt behandeld.
Europa:
Nationaal:
Provinciaal:
Waterschapsbeleid
In het Waterbeheerplan 2009-2015 (2009) staat hoe Hollandse Delta het waterbeheer in het werkgebied in de komende jaren wil uitvoeren. Daarbij gaat het om betaalbaar waterbeheer met evenwichtige aandacht voor veiligheid, waterkwaliteit, waterkwantiteit, duurzaamheid en om het watersysteem als onderdeel van de ruimtelijke inrichting van ons land. Het Waterbeheerplan beschrijft de uitgangspunten voor het beheer, de ontwikkelingen die de komende jaren verwacht worden en de belangrijkste keuzen die het waterschap moet maken. Daarnaast geeft het Waterbeheerplan een overzicht van maatregelen en kosten. De maatregelen voor de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) zijn onderdeel van het plan.
Uit het oogpunt van waterkwaliteit moet schoon hemelwater bij voorkeur worden afgekoppeld en direct worden geloosd op oppervlaktewater. Dit vermindert de vuiluitworp uit het gemengde rioolstelsel en verlaagd de hydraulische belasting van de afvalwaterzuivering. Bij een toename van aaneengesloten verhard oppervlak van 250 m² of meer moet voor hemelwater een lozingsvergunning worden aangevraagd in het kader van de Keur. Als er sprake is van toename aan verhard oppervlak, dan moet in principe 10% van deze toename worden gecompenseerd in de vorm van open water binnen het peilgebied waarin de toename van verharding plaatsvindt.
Regionaal beleid
Het hoofddoel van het Waterplan Goeree-Overflakkee is het opstellen van een gezamenlijke koers van de gemeenten en het waterschap voor de realisatie van een veilig, schoon, aantrekkelijk en goed beheerd watersysteem in de stedelijke kernen op Goeree-Overflakkee. In het waterplan worden de volgende drie hoofdaspecten aan de orde gesteld:
Gezamenlijk hebben het waterschap, gemeenten en het ISGO streefbeelden en doelen voor het water in de kernen opgesteld. De wensbeelden met een ruimtelijke relevantie die volgen uit het Waterplan zijn hieronder opgesomd:
Huidige situatie
Algemeen
Het plangebied bevat het dorpsgebied van de kern Ouddorp en stad Goedereede. Het dorpsgebied van Ouddorp is gelegen binnen bemalingsgebied Witte Brug West, de stad Goedereede binnen bemalingsgebied Witte Brug Oost. Binnen de bebouwde gebieden is nauwelijks oppervlaktewater aanwezig.
Bodem en grondwater
Het gebied wordt gekenmerkt door zandwallen. Volgens de Bodemkaart van Nederland bestaat de bodem in het dorpsgebied Ouddorp voornamelijk uit fijn zand, in de stad Goedereede komt vooral zavel en klei voor. Zowel in Ouddorp als in Goedereede komt voornamelijk grondwatertrap VI voor. In het noorden en het westen van de stad Ouddorp komen ook grondwatertrappen III en V voor. In onderstaande tabel zijn de bijbehorende grondwaterstanden weergegeven.
grondwatertrap | gemiddeld hoogste grondwaterstand (m-mv) | gemiddeld laagste grondwaterstand (m-mv) | |
III | < 0,4 | tussen 0,8 en 1,2 | |
V | < 0,4 | > 1,2 | |
VI | tussen 0,4 en 0,8 | > 1,2 |
De maaiveldhoogte kent een grote variatie binnen het plangebied. In het dorpsgebied Ouddorp varieert deze van circa NAP +1,4 m tot circa NAP +3,4 m. Binnen de kern van Goedereede varieert de maaiveldhoogte van circa NAP +0,5 m tot aan circa NAP +3,3 m.
Waterkwantiteit
Binnen de kern Ouddorp zijn meerdere peilgebieden aanwezig. Waterschap Hollandse Delta beheert deze peilen. Binnen het dorpsgebied zijn slechts enkele watergangen aanwezig.
De kern Goedereede wordt doorsneden door Het Spui. Deze watergang mond uit in het Zuiderdiep. De noord- en zuidzijde van Het Spui kennen elk een ander peilgebied. Actuele informatie over peilstanden zijn bij het waterschap op te vragen.
Watersysteemkwaliteit en ecologie
De waterkwaliteit in de gemeente Goedereede wordt sterk bepaald door de inrichting van de watergangen en de kwaliteit van het water van landbouwgronden dat door het stedelijk gebied stroomt. De hoge nutriëntengehaltes in het stedelijk water in Goedereede worden vooral veroorzaakt door uit- en afspoeling van omliggende landbouwgronden. Er is een groot verschil tussen winter- en zomerpeilen, met name in dit deel van het eiland. De peilen zijn in de winter soms erg laag. Dit is lastig voor de ecologie, bijvoorbeeld ook voor de stekelbaarsjesroute. Tevens is de kwel door het lage winterpeil hoger. De mogelijkheden om bepaalde delen van Goedereede van goed water te voorzien is beperkt. Alleen uit het havenkanaal kan water worden ingelaten. Dit water is echter veelal van slechte kwaliteit. De grote verschillen in peil leveren ook problemen op met de beschoeiing die te laag of te hoog is. Gevolg hiervan is afslag van de oevers en inzakkende oevers door het lage winterpeil.
Veiligheid en waterkeringen
Binnen het dorpsgebied Ouddorp zijn geen waterkeringen aanwezig. Binnen de kern Goedereede liggen langs zowel de noord- als de zuidzijde van Het Spui waterkeringen. De kern- en beschermingszones van deze kering liggen binnen het plangebied.
Afvalwaterketen en riolering
Binnen het plangebied is een gemengd rioleringsstelsel aanwezig. Dit stelsel voldoet aan de basisinspanning.
Door het plangebied lopen rioolpersleidingen door het zuidelijk deel van het plangebied bij Ouddorp en langs de Hooi of Roggedijk in Goedereede. Deze fungeren als hoofdafvoer naar de rioolwaterzuiveringsinstallatie Goedereede van het waterschap Hollandse Delta. De rioolgemalen Ouddorp en Goedereede zijn respectievelijk gelegen aan de Stoofweg 1 en de Doelweg 20. Zowel deze leidingen als gemalen zijn in eigendom en beheer van het waterschap.
Toekomstige situatie
Algemeen
Het bestemmingsplan is consoliderend van aard. Er worden geen nieuwe ontwikkelingen mogelijk gemaakt. Dit betekent dat geen grootschalige functieveranderingen en/of herinrichtingen zijn gepland. Binnen de vigerende bestemmingen bestaat wel de mogelijkheid tot kleinschalige ontwikkelingen. Het gaat dan bijvoorbeeld om het bouwen van aan- of bijgebouwen (al dan niet bouwvergunningplichtig) of het aanleggen van paden of verhardingen.
Vanwege de consoliderende aard biedt het bestemmingsplan weinig of geen mogelijkheden om het watersysteem en -beheer te verbeteren.
Waterkwantiteit
Als in de toekomst ruimtelijke ontwikkelingen plaatsvinden, is het uitgangspunt dat de waterhuishoudkundige situatie niet mag verslechteren. Dit betekent dat toename van het verharde oppervlak en/of dempingen binnen het gebied moeten worden gecompenseerd. Ook combinaties met andere functies zoals groen en recreatie liggen voor de hand. Door de aanleg van natuurvriendelijke en ecologische oevers wordt bijvoorbeeld meer waterberging gerealiseerd.
Watersysteemkwaliteit en ecologie
Ter voorkoming van diffuse verontreinigingen van water en bodem geldt bij eventuele toekomstige ontwikkelingen een verbod op het toepassen van zink, lood-, koper- en PAK's-houdende bouwmaterialen.
Veiligheid en waterkeringen
Het bestemmingsplan heeft geen gevolgen voor de waterveiligheid in de omgeving.
Afvalwaterketen en riolering
Conform de Leidraad Riolering en vigerend waterschapsbeleid is het voor nieuwbouw verplicht een gescheiden rioleringsstelsel aan te leggen zodat schoon hemelwater niet bij een rioolzuiveringsinstallatie terecht komt. Afvalwater wordt aangesloten op de bestaande gemeentelijke riolering. Voor hemelwater wordt de volgende voorkeursvolgorde aangehouden:
Water en Waterstaat in het bestemmingsplan
In het bestemmingsplan wordt het oppervlaktewater in het plangebied bestemd als 'Water'. Voor waterkeringen (kernzone) inclusief de beschermingszones geldt een zogenaamde dubbelbestemming, deze hebben de bestemming 'Waterstaat' toebedeeld gekregen.
Voor aanpassingen aan het bestaande watersysteem dient bij het waterschap vergunning te worden aangevraagd op grond van de 'Keur'. Dit geldt dus bijvoorbeeld voor het graven van nieuwe watergangen, het aanbrengen van een stuw of het afvoeren van hemelwater naar het oppervlaktewater. In de Keur is ook geregeld dat een beschermingszone voor watergangen en waterkeringen in acht dient te worden genomen. Dit betekent dat binnen de beschermingszone niet zonder ontheffing van het waterschap gebouwd, geplant of opgeslagen mag worden. De genoemde bepaling beoogt te voorkomen dat de stabiliteit, het profiel en/of de veiligheid wordt aangetast, de aan- of afvoer en/of berging van water wordt gehinderd dan wel het onderhoud wordt gehinderd. Ook voor het onderhoud gelden bepalingen uit de 'Keur'. Het onderhoud en de toestand van de (hoofd)watergangen worden tijdens de jaarlijkse schouw gecontroleerd en gehandhaafd.
Conclusie
Geconcludeerd wordt dat het bestemmingsplan geen negatieve gevolgen heeft voor de bestaande waterhuishoudkundige situatie. Het plan voldoet dan ook aan de doelstellingen van duurzaam waterbeheer.