direct naar inhoud van Artikel 11 Wonen
Plan: TU Midden en Noord
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0503.BP0021-2001

Artikel 11 Wonen

11.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen en in samenhang daarmee voor de uitoefening van aan-huis-gebonden beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten;
  • b. bijbehorende voorzieningen;
  • c. dienstverlening ter plaatse van de aanduiding 'dienstverlening';
  • d. bedrijvigheid ter plaatse van de aanduiding 'bedrijf';
  • e. maatschappelijke voorzieningen ter plaatse van de aanduiding 'maatschappelijk';
  • f. kennisintensieve kantoren ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - kennisintensief kantoor';
  • g. ter plaatse van de aanduiding 'water' dient een onderdoorgang gewaarborgd te worden ten behoeve van de onbelemmerde doorgang en functionering van de primaire waterstructuur.
11.2 Bouwregels
11.2.1 Bouwwerken, binnen het bouwvlak

Voor het bouwen van bouwwerken binnen het bouwvlak gelden de regels van artikel 22 en de volgende bepalingen:

  • a. de goothoogte mag niet meer bedragen dan is aangegeven met de aanduiding 'maximale goothoogte (m)';
  • b. de bouwhoogte mag niet meer bedragen dan is aangegeven met de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)';
  • c. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen mag maximaal 2 m bedragen.
11.2.2 Bouwwerken, buiten het bouwvlak

Voor het bouwen van bouwwerken buiten het bouwvlak gelden de regels van artikel 22 en de volgende bepalingen:

  • a. aan- en uitbouwen zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen'. Hiervoor gelden de volgende bepalingen:
  • aan- en uitbouwen zijn toegestaan onder de voorwaarde dat 50% van de oppervlakte van de buiten het bouwvlak gelegen gronden met de bestemming 'Wonen' niet bebouwd is;
  • b. voor het overige zijn bouwwerken, geen gebouwen zijnde toegestaan.
11.3 Specifieke gebruiksregels
11.3.1 Milieucategorie
11.3.2 Verticale bestemming

De in lid 11.1, onder c t/m f genoemde functies zijn uitsluitend toegestaan op de begane grond, met dien verstande dat ter plaatse van Mijnbouwplein 11 deze functies zijn toegestaan zowel op de begane grond als op de eerste en tweede verdieping.

11.3.3 Aan-huis-gebonden beroep en/of kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten

aan-huis-gebonden beroepen en/of kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten zijn toegestaan, voor zover:

11.4 Afwijken van de gebruiksregels
11.4.1 Omgevingsvergunning

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van:

  • a. het bepaalde in lid 11.3.1 om de aan-huis-gebonden-beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten uit categorie 2 van de LvB mogelijk te maken met uitzondering van bedrijven die in de LvB een kader om de categorie hebben;
  • b. het bepaalde in lid 11.3.1 om de aan-huis-gebonden-beroepen en kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten toe te laten die niet genoemd worden in de LvB.
11.4.2 Voorwaarden afwijken

Het bevoegd gezag past de in lid 11.4.1, sub a en b bedoelde afwijkingsbevoegdheid toe indien deze naar aard en invloed op de omgeving (gelet op de specifieke werkwijze of bijzondere verschijningsvorm alsmede getoetst aan de aangegeven maatgevende milieuaspecten) geacht kan worden te behoren tot categorie 1 en indien de kwaliteit van leefomgeving niet onevenredig nadelig wordt beïnvloed. In de beoordeling wordt aandacht besteed aan: sociale veiligheid, groen, mobiliteit, en economisch functioneren.

11.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

11.6 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

11.5.1 Verbod

Het is verboden ter plaatse van de aanduiding 'monumentale boom' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het ontgronden, afgraven, egaliseren, diepploegen en ophogen van gronden;
  • b. het aanbrengen van oppervlakteverhardingen;
  • c. het aanleggen van halfverharde paden en wegen;
  • d. het aanleggen van voorzieningen ten behoeve van het recreatief medegebruik en educatief medegebruik;
  • e. het aanbrengen van drainage;
  • f. het aanbrengen van ondergrondse en bovengrondse transport-, energie- en/of communicatieleidingen.
11.5.2 Uitzondering verbod

Het verbod als bedoeld in lid 11.5.1 is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden die:

  • a. betrekking hebben op normaal onderhoud en beheer, en/of
  • b. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van het plan, en/of
  • c. reeds mogen worden uitgevoerd krachtens een verleende omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden.