| Plan: | Zuidwest 3 Tanthof |
|---|---|
| Status: | vastgesteld |
| Plantype: | bestemmingsplan |
| IMRO-idn: | NL.IMRO.0503.BP0015-2001 |
In het plangebied bevinden zich geen risicovolle bedrijven, zoals bedoeld in het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi). In de omgeving van het plangebied bevinden zich wel enkele risicovolle inrichtingen, maar de risicocontouren van deze inrichtingen hebben geen invloed op het plangebied.
Over de spoorlijn door Delft vindt, conform de marktprognose van ProRail uit 2007, nauwelijks transport van gevaarlijke stoffen plaats. Dit is daarom is niet relevant voor externe veiligheid.
In en om het plangebied bevinden zich geen waterwegen die zijn aangewezen als transportroute voor gevaarlijke stoffen. Deze zijn daarom niet relevant voor externe veiligheid.
Het plangebied ligt direct naast de N470 (Kruithuisweg), waarover transport van gevaarlijke stoffen plaatsvindt. Ook over de A4 vindt transport van gevaarlijke stoffen plaats. Uit onderzoek (rapportage 'Externe Veiligheid', Stadsgewest Haaglanden, april 2012 – hierna te noemen: Onderzoek EV) blijkt dat dit transport invloed heeft op het plangebied. Zie paragraaf 6.8.2 voor de uitgebreidere resultaten van het Onderzoek EV.
In het oosten van het plangebied en ten westen van het plangebied liggen hogedrukaardgasleidingen van de Nederlandse Gasunie NV. De buisleidingen zijn ook meegenomen in het bovengenoemde Onderzoek EV. Zie paragraaf 6.8.2 voor de resultaten van het Onderzoek EV.
Externe veiligheid is terug te vinden in beleidsdocumenten en regelgeving zoals het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi), Circulaire risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen (Rnvgs), Besluit externe veiligheid buisleidingen (Bevb), etc. Op grond van deze besluiten moet bij het vaststellen van een bestemmingsplan als het onderhavige, worden getoetst op externe veiligheid.
Ten eerste moet worden getoetst aan de grenswaarde van het plaatsgebonden risico (PR 10-6) voor kwetsbare objecten. Dit zijn objecten met veel personen of met beperkt zelfredzame personen, zoals woningen, scholen, ziekenhuizen, grote kantoren, etc. Het plaatsgebonden risico is de kans per jaar dat een persoon, die zich onbeschermd in de buurt van een risicobron bevindt, komt te overlijden ten gevolge van een ongeval met die risicobron. Het Bevi bepaalt dat het plaatsgebonden risico ter plaatse van een kwetsbaar object niet meer mag bedragen dan één op de miljoen per jaar. Het plaatsgebonden risico bepaalt de minimale afstand tussen een risicobron en een kwetsbaar object.
Ten tweede moet het zogenaamde groepsrisico worden beschouwd binnen het invloedsgebied van een inrichting. Het groepsrisico is de kans per jaar dat een groep van 10 of meer personen komt te overlijden ten gevolge van een incident met de risicobron. Anders dan bij het plaatsgebonden risico het geval is, geldt voor het groepsrisico geen grens- of richtwaarde. Wel is in het Bevi de zogenaamde oriënterende waarde bepaald, waarmee het berekende groepsrisico moet worden vergeleken. De oriënterende waarde geeft dus aan wanneer het groepsrisico een relevante waarde heeft, maar geldt niet als norm. Elke verandering van het groepsrisico dient verantwoord te worden door het bevoegd gezag.
Er is een onderzoek naar externe veiligheid uitgevoerd ten behoeve van dit bestemmingsplan om te kunnen bepalen hoe hoog of laag het groepsrisico is. .
Groepsrisico N470
Uit het Onderzoek EV blijkt dat het groepsrisico zeer ruim onder de oriëntatiewaarde ligt ( <0,1xOW ). Er is een zeer kleine toename van het groepsrisico in de toekomstige situatie, omdat de plancapaciteit van de bestemming 'bedrijf' nog niet volledig was ingevuld. Er kan worden volstaan met een lichte verantwoording van het groepsrisico.
Groepsrisico A4
Uit het Onderzoek EV blijkt dat het groepsrisico zeer laag is en blijft (afgerond 0,000xOW). Er is geen verantwoording van het groepsrisico noodzakelijk.
Groepsrisico buisleidingen
Uit het Onderzoek EV blijkt dat het groepsrisico ruim onder de oriëntatiewaarde is en blijft. Er is geen verantwoording van het groepsrisico noodzakelijk.
Advies Veiligheidsregio Haaglanden
Per e-mails d.d. 23 februari 2012 en 12 april 2012 heeft de Veiligheidsregio Haaglanden een advies uitgebracht. De voorgestelde maatregelen ter bevordering van de veiligheid betreffen onder andere technische voorzieningen bij ver- en nieuwbouw van objecten, en risicocommunicatie. Deze maatregelen hebben niet geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan.
Verantwoording groepsrisico
Aangezien het bestemmingsplan consoliderend van aard is, en het groepsrisico veroorzaakt door de N470 minimaal stijgt en ook in de toekomstige situatie zeer ruim onder de oriëntatiewaarde ligt, wordt de externe veiligheidssituatie acceptabel geacht.
Het bestemmingsplan voldoet aan wet- en regelgeving op het gebied van externe veiligheid.