direct naar inhoud van 8.1 Bovengronds (verkeer en vervoer)
Plan: Bedrijventerreinen Delft Noord (DSM)
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0503.BP0013-2002

8.1 Bovengronds (verkeer en vervoer)

8.1.1 Bestaande situatie

Weginfrastructuur
De hoofdingang van het DSM-terein is gelegen aan de Provincialeweg. Op het industrieterrein ten westen van de Delftse Schie zijn geen openbare wegen aanwezig. Het oostelijke terrein (ten oosten van de Delftse Schie) is geheel omringd door autoinfrastructuur. De hoofdontsluitingsweg, de Curaçaostraat, bevindt zich aan de Vrijenbanselaan.

Waterinfrastructuur
De waterinfrastructuur bestaat uit de boezemwateren Kerstanje, de Watertorengracht met de Koolhaven en het Rijn-Schiekanaal. Het Rijn-Schiekanaal wordt onder andere gebruikt voor transport van goederen, waaronder door DSM. Via de Koolhaven die ligt aan het Rijn-Schiekanaal verscheept DSM haar goederen.

Spoorinfrastructuur
Het plangebied wordt doorsneden door de spoorlijn Den Haag - Rotterdam. Het DSM-terrein beschikt over een eigen aansluiting op het spoor ('raccordement').

Parkeren 
Het plangebied voorziet zelf in de behoefte voor parkeermogelijkheden. In de aangrenzende (woon)buurten gelden verschillende parkeerregimes. Aan de noord- en westzijde van het plangebied geldt geen vergunningparkeren. Het ligt ook nog niet in het beleid van de gemeente om gereguleerd parkeren in dit gebied in te voeren. Het gebied grenzend aan de oost- en zuidzijde valt in gereguleerd parkeren (Gebied D). In dit gebied geldt dat er gedurende de bloktijden alleen geparkeerd mag worden wanneer men in het bezit is van een vergunning danwel bezoekerskaart. Ter hoogte van de Nieuwe Plantage is ook een parkeerplaats waar mixparkeren mogelijk is. Hier kan buiten de vergunning- en bezoekerskaart ook door betalende bezoekers geparkeerd worden. Met betrekking op fietsparkeren bevinden zich in het plangebied geen buurtstallingen en fietstrommels.

8.1.2 Beleid en onderzoek

Weginfrastructuur

In 2005 is het Lokaal verkeers- en vervoersplan 2005-2020 (LVVP) vastgesteld. Dit beleid is in 2011 geactualiseerd. Bij de actualisering is de bij het LVVP behorende projectenlijst en de temporisering van projecten aangepast. Inhoudelijk is het beleid niet gewijzigd.

In het LVVP is het verkeersbeleid voor de middellange termijn vastgelegd. Het het accent is daarbij gelegd op maatregelen ter stimulering van fietsgebruik en openbaar vervoer, maatregelen voor de doorgaande noordzuid- en oostwestroutes voor autoverkeer (faciliteren in- en uitgaand verkeer, ontmoedigen doorgaand verkeer) en het opvangen van de mobiliteitseffecten van nieuwe stedelijke ontwikkelingen.

Voor het fietsverkeer is het Fietsactieplan II vastgesteld. Deze beleidsnota is in 2005 vastgesteld en eveneens in 2011 geactualiseerd. Het doel van het fietsactieplan II is stimuleren van het fietsgebruik om de fiets een serieus alternatief voor de auto te maken en zo de stad goed bereikbaar te houden. Speerpunten van het beleid zijn het verbeteren van het fietsnetwerk, het bieden van goede fietsparkeervoorzieningen en monitoring en evaluatie van de effectiviteit van het fietsbeleid.

Waterinfrastructuur

Het Delftse beleid is opgenomen in de Nota Kansen voor vervoer over water in Delft (2007). Delft wil met een goed waterbeleid het profiel 'Delft waterstad' versterken. Delft kiest er voor om de recreatievaart te stimuleren en het goederenvervoer hieraan ondergeschikt te maken. Het is echter provinciaal beleid om primair het beroepsgoederenvervoer over de Delftse Schie te stimuleren; de provincie Zuid-Holland is vaarwegbeheerder. De situatie voor het Rijn-Schiekanaal verandert niet door de Delftse keuze. Op de vaarwegen door Delft ten noorden van de Kruithuisweg ligt de nadruk primair op de recreatievaart. Het beroepsgoederenvervoer mag hier eveneens van de vaarwegen gebruik maken.

Nota Parkeernormen 2013
Het beleid over parkeren in Delft is neergelegd in de 'Nota Parkeernormen 2013'. De essentie van het beleid is dat voor nieuwe ontwikkelingen (zoals nieuwbouw en herontwikkeling) voldoende parkeerplaatsen gerealiseerd worden om parkeerproblemen in de omgeving te voorkomen.

In de Nota Parkeernormen 2013 is vastgelegd hoeveel parkeerplaatsen noodzakelijk zijn, afhankelijk van het type en de omvang van de functie. De nota geeft hiervoor parkeernormen, die zijn gedifferentieerd naar de binnenstad, schilgebied rond de binnenstad en overig gebied. Deze parkeernormen zijn gebaseerd op kencijfers van het kennisinstituut CROW. Deze kencijfers zijn opgesteld aan de hand van parkeeronderzoeken door het hele land en zijn landelijk en juridisch geaccepteerd als realistisch en betrouwbaar. Bij nieuwe ontwikkelingen is het niet de bedoeling dat de parkeerbehoefte wordt afgewenteld op de omgeving. Uitgangspunt is dat parkeren in beginsel op de eigen ontwikkellocatie wordt opgelost. De ontwikkeling dient de voorzien in voldoende parkeerplaatsen op eigen terrein.

8.1.3 Gewenste ontwikkeling

Weginfrastructuur
Onderdeel van het verkeers- en vervoersplan is het wegencategoriseringsplan ter vergroting van de verkeersveiligheid binnen Delft door een eenduidig, logisch en herkenbaar wegennet. Dit categoriseringsplan heeft geen gevolgen voor wegen binnen het plangebied. Het LVVP gaat uit van het ombouwen van de Vrijenbanselaan (50 km/h) naar een wijkontsluitingsweg. Bij de actualisering van het LVVP in 2011 is een selectie gemaakt van maatregelen die uitgevoerd worden in de periode tot en met 2014. De Vrijenbanselaan is hierbij niet geselecteerd. Over de uitvoering van projecten na 2014 zijn nog geen besluiten genomen.

Het Spoorzoneproject heeft consequenties voor de ontsluiting op het terrein. In de huidige situatie worden de twee DSM-terreinen verbonden via een tunnel. Met de komst van de spoortunnel zijn aanpassingen nodig aan deze tunnel. Het voorzien in parkeerruimte bij nieuwe ontwikkelingen dient voor eigen personeel en bezoekers op eigen terrein geregeld te worden.

Spoorinfrastructuur
ProRail bereidt ten behoeve van het project "Programma Hoogfrequent Spoorvervoer 4-sporigheid Rijswijk-Delft Zuid" een tracébesluit en een bijbehorende milieueffectrapportage voor. De eerste formele stappen in deze voorbereiding zijn inmiddels gezet. De vaststelling van de "Notitie Reikwijdte en Detailniveau Programma Hoogfrequent Spoorvervoer 4-sporigheid Rijswijk-Delft Zuid" is op 13 juni 2012 gepubliceerd in de Staatscourant (nr. 11692). Het bevoegde gezag verwacht begin 2014 het ontwerp tracébesluit en de milieueffectrapportage ter visie te leggen.

8.1.4 Conclusie

Voor het bestemmingsplan heeft het bovenstaande geen consequenties. De bestaande verkeersstructuur wordt als zodanig bestemd. Binnen de bestemming Verkeer en Bedrijventerrein (1 en 2) is de aanleg van (nieuwe) fiets- en voetpaden en parkeerplaatsen mogelijk.