Plan: | Vesting |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0501.Vesting-0140 |
Toetsingskader
Bij ruimtelijke plannen wordt ten aanzien van externe veiligheid naar verschillende aspecten gekeken, namelijk:
In het externe veiligheidsbeleid wordt doorgaans onderscheid gemaakt tussen het plaatsgebonden risico (PR) en het groepsrisico (GR). Het PR is de kans per jaar dat een persoon op een bepaalde plaats overlijdt als rechtstreeks gevolg van een ongeval met gevaarlijke stoffen, indien hij onafgebroken en onbeschermd op die plaats zou verblijven. Het PR wordt weergegeven met risicocontouren rondom een inrichting of langs een vervoersas. Daarbij geldt een kans van 10-6 als de grenswaarde. Het GR drukt de kans per jaar uit dat een groep mensen van minimaal een bepaalde omvang (minstens 10, 100 etc.) overlijdt als rechtstreeks gevolg van een ongeval met gevaarlijke stoffen. Per bron verschilt het of een verantwoording van het groepsrisico noodzakelijk is, dit hangt af van het specifieke toetsingskader (beleid/wetgeving).
Inrichtingen
Op basis van het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) geldt voor het PR een grenswaarde voor kwetsbare objecten en een richtwaarde voor beperkt kwetsbare objecten op een niveau van 10-6 per jaar. Binnen de PR 10-6-contour mogen dan ook geen nieuwe kwetsbare functies mogelijk worden gemaakt. Uitsluitend om gewichtige redenen mogen nieuwe beperkt kwetsbare objecten binnen de PR 10-6-contour worden gerealiseerd. Daarnaast bevat het Bevi een verantwoordingsplicht ten aanzien van het GR rondom deze inrichtingen.
Vervoer van gevaarlijke stoffen over wegen
Vigerende circulaire
In de Circulaire risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen (2009) is het externe veiligheidsbeleid voor het vervoer van gevaarlijke stoffen over water en wegen opgenomen. Op basis van de circulaire is voor bestaande situaties de grenswaarde voor het PR ter plaatse van kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten 10-5 per jaar en de streefwaarde 10-6 per jaar. In nieuwe situaties is de grenswaarde voor het PR ter plaatse van kwetsbare objecten 10-6 per jaar; voor beperkt kwetsbare objecten in nieuwe situaties geldt een richtwaarde van 10-6 per jaar. Er geldt een verantwoordingsplicht voor het GR bij een overschrijding van de oriëntatiewaarde of een toename van het GR. De circulaire vermeldt dat op een afstand van 200 m vanaf het tracé in principe geen beperkingen hoeven te worden gesteld aan het ruimtegebruik. Wel kan de verantwoordingsplicht voor het GR nog buiten deze 200 m strekken.
Basisnet en Besluit Transportroutes Externe Veiligheid
In 2012 zal naar verwachting het Besluit Transportroutes Externe Veiligheid (BTEV) worden vastgesteld. In dat Besluit en het bijbehorende basisnet (voor wegen, spoorwegen en vaarwegen) worden veiligheidszones aangegeven waarbinnen geen nieuwe kwetsbare objecten mogen worden gerealiseerd (en beperkte kwetsbare objecten slechts onder voorwaarden). Daarnaast worden in de omgeving van deze transportroutes beperkingen opgelegd in verband met de mogelijke effecten van een optredende plasbrand (plasbrandaandachtsgebieden). De huidige risiconormering ten aanzien van het vervoer van gevaarlijke stoffen volgt uit de circulaire risiconormering vervoer van gevaarlijke stoffen.
Leidingen
Voor het aspect externe veiligheid rondom leidingen wordt verwezen naar paragraaf 5.9.
Onderzoek
Inrichtingen
In het plangebied zijn geen risicorelevante bedrijven aanwezig die gevolgen hebben voor de externe veiligheidssituatie in het plangebied. In de directe omgeving van het plangebied ligt Luveto BV (Thoelaverweg 2), waar verkoop van LPG plaatsvindt. De PR 10-6-contouren liggen buiten het plangebied. Het invloedsgebied voor het groepsrisico raakt net het plangebied (bestemmingen water en groen). Er wordt voldaan aan de oriënterende waarde voor het GR.
De gemeente Brielle (en dus ook de vesting) ligt relatief dichtbij de industriegebieden Maasvlakte, Europoort en Botlek. De PR 10-6-contour reikt in geen geval over de gemeentegrens. Wel kan het invloedsgebied van inrichtingen uit deze gebieden een rol spelen voor planvorming binnen gemeente.
Er vinden geen ontwikkelingen plaats die gevolgen hebben voor de hoogte van het groepsrisico. Er hoeft dan ook geen verantwoording van het groepsrisico plaats te vinden.
Vervoer van gevaarlijke stoffen
Op ruim een kilometer afstand van het plangebied ligt de N15. Hierover vindt vervoer van gevaarlijke stoffen plaats (bron:www.risicokaart.nl). Uit het in ontwikkeling zijnde Basisnet weg blijkt dat het groepsrisico minder dan 0,1 maal de oriënterende waarde bedraagt.
Het bestemmingsplan is consoliderend van aard. Er vinden dan ook geen ontwikkelingen plaats die gevolgen hebben voor de hoogte van het groepsrisico. Een verantwoording van het groepsrisico is dan ook niet noodzakelijk.
Vervoer van gevaarlijke stoffen via andere transportmodaliteiten (water/leidingen) vinden niet relevant plaats in het plangebied of de omgeving.
Conclusie
Het aspect externe veiligheid staat de uitvoering van dit bestemmingsplan niet in de weg.