Plan: | Buitengebied Alphen Zuid |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0484.B087buitengebalpzd-0004 |
Bij het uitwerken van een ruimtelijk plan moet er voor worden gezorgd dat er een goed woon- en verblijfsklimaat heerst op de plaatsen waar de vestiging van een geurgevoelig object mogelijk is of wordt gemaakt. Daarnaast moet worden voorkomen dat bestaande bedrijven in hun bedrijfsvoering worden belemmerd. Als het gaat om veehouderijen is de Wet geurhinder en veehouderij het toetsingskader. Voor het bepalen van geurcontouren in de ruimtelijke ordening wordt 'de omgekeerde werking' van de milieuregelgeving toegepast. In de bestemmingsplantoets wordt getoetst of ter plaatse van de te bestemmen geurgevoelige objecten voldaan kan worden aan de eisen die de milieuregelgeving stelt. De geplande geurgevoelige objecten moeten buiten de geurcontouren en vaste afstandscontouren van de aanwezige veehouderijen liggen.
Voor de bepaling van de geurcontour wordt uitgegaan van de verleende vergunning of ingediende melding. Daarnaast blijkt uit jurisprudentie dat, voor de aan te houden afstanden en geurcontouren in principe moet worden uitgegaan van de randen van het (vastgestelde) bouwvlak van een veehouderij. Een veehouderij heeft immers het recht om overal binnen dit bouwvlak te bouwen. In sommige gevallen kan, door de aanwezigheid van bestaande woningen, het bouwblok niet volledig worden benut. In deze gevallen is het reëel te benutten bouwvlak het uitgangspunt.
Wet geurhinder en veehouderij
De Wet geurhinder en veehouderij (Wgv) vormt het toetsingskader voor milieuvergunningen. Ruimtelijke plannen worden getoetst aan deze wet volgens 'de omgekeerde werking'. In de Wet geurhinder en veehouderij staan afstandseisen en geurnormen waaraan de ligging van en geurbelasting door dierenverblijven moeten worden getoetst. De normen gelden ter plaatse van geurgevoelige objecten (bijvoorbeeld woningen) en de afstanden gelden tot deze geurgevoelige objecten. De geurbelasting wordt berekend met het verspreidingsmodel V-stacks. Dit geldt alleen voor dieren waarvoor geuremissiefactoren zijn opgenomen in de Regeling geurhinder en veehouderij, zoals varkens en pluimvee. Voor dieren zonder geuremissiefactor, zoals melkkoeien en paarden, gelden minimaal aan te houden afstanden.
De meeste veehouderijen in de gemeente Alphen aan den Rijn vallen onder algemene regels. Per 1 januari 2013 zijn agrarische activiteiten opgenomen in het Activiteitenbesluit. In het Activiteitenbesluit is voor geurhinder van veehouderijen hetzelfde beoordelingskader opgenomen als in de Wet geurhinder en veehouderij het Besluit landbouw. Dit geldt ook ten aanzien van de toetsing aan een geurverordening.
Geurverordening
In de Wet geurhinder en veehouderij wordt aan een gemeente de mogelijkheid geboden om afwijkende normen voor haar grondgebied vast te stellen. Gemeente Alphen aan den Rijn maakt van deze mogelijkheid gebruik. De keuze en motivatie voor de afwijkende normering zijn vastgelegd in de 'Geurgebiedsvisie buitengebied gemeente Alphen aan den Rijn'. De geurgebiedsvisie is opgesteld als onderdeel van de pilot Multifunctionele Landbouw. De visie bevat een overzicht van alle agrarische bedrijven per polder. Bij de uitwerking van de geurgebiedsvisie wordt aangesloten op de ontwikkelingsplanologie. De economie van het platteland moet een nieuwe impuls krijgen om het open weidekarakter van het gebied te kunnen behouden. Met het geurbeleid wil Gemeente Alphen aan den Rijn de rundveesector kansen voor versterking bieden, door de ontwikkeling van nevenactiviteiten buiten de traditionele agrarische activiteiten mogelijk te maken.
In verband hiermee wordt voor polder Zaanse Rietveld afwijkende afstandsnormen voor melkrundvee en paardenhouderij vastgelegd in een geurverordening. In het buitengebied bedraagt de afstandsnorm hier 25 meter en binnen de bebouwde kom 50 meter. De afstanden in polder Steekt ten zuiden van de N11 worden niet aangepast, omdat in dit gebied ruimte voor grootschalige melkveehouderij wordt geboden. De norm voor het buitengebied blijft hier 50 meter. De normen voor de intensieve veehouderij zijn niet aangepast. Voor deze sector blijven de geurnormen uit de Wet geurhinder en veehouderij van kracht.
Polder Steekt, ten zuiden van de N11
De polder Steekt bestaat uit een gebied tussen N11 en Oude Rijn en een gebied ten zuiden van de N11. De Oude Rijn vormt een as waarlangs zich van oudsher allerlei bedrijvigheid heeft ontwikkeld. De oude Rijnzone is daarom niet een gebied met uitsluitend agrarische activiteit. In de structuurvisie wordt voor het gebied tussen de Oude Rijn en de N11 ingezet op de ontwikkeling van zowel het rode als het groene spoor. Voor het gebied ten zuiden van de N11 ligt de nadruk op de grootschalige melkrundveehouderij. De agrarische ontwikkelings-mogelijkheden staan hier voorop.
Figuur: bedrijfstypering bedrijven binnen de polder.
Bedrijven
In de polder Steekt bevinden zich zeventien veehouderijen. Het merendeel is aan de J.C. Hoogendoornlaan gevestigd. Het gaat om bedrijven die zich in hoofdzaak met het houden van melkrundvee bezig houden. Een aantal bedrijven zijn gestopt met bedrijfsmatige activiteiten. Vaak worden dan hobbymatig een klein aantal dieren gehouden. Het gaat hierbij om schapen en paarden. In het gebied zijn twee paardenhouderijen van bedrijfsmatige omvang. Van de melkrundveehouderijen is één bedrijf vergunningplichtig. Dit bedrijf, dat aan de J.C. Hoogendoornlaan is gevestigd, beschikt over meer dan 200 koeien en over een mestvergistingsinstallatie. Deze installatie wordt gebruikt voor energie- en warmteopwekking.
Keuze geurnormering
In polder Steekt bevindt zich geen intensieve veehouderij meer en er worden geen ontwikkelingsmogelijkheden ten aanzien van geurnormering geboden. Daarom wordt voor deze bedrijfstak de landelijk geldende standaardnormering gehandhaafd. In de polder Steekt ten zuiden van de N11 ligt het accent op agrarische ontwikkeling. In dit gedeelte worden de vaste afstandsnormen, die voor de rundvee- en paardenhouderij gelden, niet gewijzigd.
Polder Zaanse Rietveld
Het Zaanse Rietveld is een klein agrarisch gebied dat ingeklemd ligt tussen de kern van Alphen aan den Rijn en het gebied rond Boskoop met haar specifieke sierteeltgebieden. De polder is daarom geschikt voor combinaties van weidebouw, agrorecreatie en nieuwe natuur. De bestaande agrarische bedrijvigheid moet behouden blijven door verbreding van activiteiten.
Figuur: bedrijfstypering bedrijven binnen de polder.
Bedrijven
In het gebied bevinden zich negen veehouderijen, die zich in hoofdzaak met de rundveehouderij bezig houden. Voor een aantal bedrijven vormen recreatie-activiteiten al een belangrijk onderdeel van de bedrijfsvoering, gecombineerd met houden van een klein aantal dieren; camping en andere activiteiten bij de boer. In geringe mate worden varkens gehouden. Het gaat hierbij om beperkte aantallen per bedrijf. Er is geen sprake van geurknelpunten.
Keuze geurnormering
Aan de intensieve veehouderij worden geen ontwikkelingsmogelijkheden ten aanzien van geurnormering geboden. Voor deze bedrijfstak wordt de landelijk geldende standaardnormering gehandhaafd. Door de vaststelling van de geurverordening worden de afstandsnormen die gelden voor deze bedrijfstak gehalveerd. Hierdoor krijgen de melkveerundveehouderijen meer kansen voor verbreding van activiteiten. Deze activiteiten worden tevens mogelijk gemaakt in dit bestemmingsplan.