7.8 Woningsplitsing
De laatste jaren komen er steeds meer verzoeken van mensen die hun woning willen splitsen in twee of meer woningen. Zij willen graag met familieleden onder één dak wonen, zorg bieden aan familieleden of het huis is zo groot dat er nog een woning in gerealiseerd kan worden. In het buitengebied zijn meerdere burgerwoningen potentieel geschikt voor woningsplitsing.
Voor woningsplitsing kunnen één of meerdere van de volgende argumenten pleiten:
-
Sociaal: één van de middelen om de leefbaarheid van het buitengebied te vergroten, is om de mogelijkheid voor aan huis gebonden mantelzorg te faciliteren. Woningsplitsing maakt het mogelijk dat ouderen of hulpbehoevenden langer zelfstandig kunnen blijven wonen, omdat er enerzijds een kleinere te onderhouden woning overblijft , en anderzijds de optie wordt geboden dat bijvoorbeeld de naaste familie in de directe nabijheid kan wonen. Het verlenen van mantelzorg wordt hierdoor vergemakkelijkt. Door de mogelijkheid, om grotere woningen op te splitsen, krijgen ook de minder kapitaalkrachtigen, jongeren of starters op de woningmarkt, een kans zich te vestigen in het buitengebied. Voor de diversiteit en verjonging van de bevolkingssamenstelling (en daarmee voor de leefbaarheid) is dit een wenselijke ontwikkeling. Hierbij wordt nadrukkelijk niet gedacht aan studio's of kamerverhuur.
-
Landschappelijk: door splitsing van woningen is het nieuw bouwen van woningen minder noodzakelijk (minder verstening). De karakteristieke dorpsrand van met name de kleine kernen kan zo behouden blijven.
-
Cultuurhistorisch/architectonisch: door functieverandering kunnen waardevolle gebouwen behouden blijven. Bestaande hoofdgebouwen kunnen op deze wijze efficiënt worden benut.
- Naast bovenstaande argumenten zijn bij een concreet verzoek om woningsplitsing andere aspecten van belang. Er moet sprake zijn van een gezond woonklimaat in en rond de woningen, waarbij gedacht moet worden aan overlast door verkeer, geluid, hinder van andere bedrijven en dergelijke.
Maatgevend is uiteindelijk het uiterlijk van het gebouw/de woning. In het bestemmingsplan is ervoor gekozen deze kwantitatief vast te leggen in kubieke meters, danwel in een begrensd bouwvlak, zodat de ruimtelijke weerslag hiervan niet wezenlijk verandert.