Plan: | Kostverlorenstraat e.o. |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0473.BPKOSTVERLOREN14-VA01 |
In deze regels wordt verstaan onder:
het bestemmingsplan Kostverlorenstraat e.o. met identificatienummer NL.IMRO.0473.BPKOSTVERLOREN14-VA01 van de gemeente Zandvoort;
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels (en eventuele bijlagen);
Verdere begrippen in alfabetische volgorde:
een aan het hoofdgebouw gebouwde en daaraan ondergeschikte en afzonderlijke ruimte, waarmee het rechtstreeks in verbinding staat;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
een dienstverlenend beroep of vrij beroep, dat in of bij een woning wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is;
een bedrijfsmatige activiteit die in of bij een woning wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is;
de denkbeeldige lijn die strak loopt langs de achtergevel van een hoofdgebouw tot aan de perceelsgrenzen;
installatie bestaande uit een antenne, een antennedrager, de bedrading en de al dan niet in een techniekkast opgenomen apparatuur, met de daarbij behorende bevestigingsconstructie;
antennemast of andere constructie waaraan een antenne is bevestigd;
de aan het gebied toegekende waarde in verband met de in dat gebied mogelijk voorkomende overblijfselen uit de oude tijd;
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
een aangegeven percentage, dat de grootte van het deel van een bouwperceel aangeeft dat maximaal mag worden bebouwd;
een woning die een functionele binding heeft met het bedrijf, de instelling of de inrichting, ten behoeve van beheer van en/of toezicht op het bedrijf, de instelling of de inrichting;
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
al dan niet gebouwde voorzieningen van beperkte omvang, ondergeschikt aan en ten dienste van de bestemming, welke bijdragen aan een doelmatig gebruik van de gronden en/of gebouwen, met dien verstande dat deze voorzieningen niet mogen leiden tot een substantiële wijziging en/of beperking van het gebruik van de gronden overeenkomstig de bestemming en voorts geen hinder voor de omgeving mogen veroorzaken;
een op zichzelf staand al dan niet vrijstaand gebouw, dat in bouwkundig en functioneel opzicht ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw en dat niet rechtstreeks toegankelijk is vanuit het hoofdgebouw;
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk;
de grens van een bouwvlak;
de begane grond of verdieping van een gebouw, met uitsluiting van kelder, onderhuis, zolder of vliering;
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
een grens van een bouwperceel;
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten;
een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;
een recreatief onderkomen, dat functioneel overeen komt met een stacaravan, maar dat zich door de (houten) vormgeving onderscheidt van een stacaravan, bestemd als recreatief dag- en nachtverblijf en waarbij de gebruikers hun hoofdgebouw elders hebben;
de aan een bouwwerk of een gebied toegekende waarde gekenmerkt door het beeld dat is ontstaan door het gebruik dat de mens in de loop van de geschiedenis heeft gemaakt van dat bouwwerk of dat gebied;
iedere bovenbeëindiging van een gebouw;
een uitbouw in een hellend dakvlak, waarbij zowel aan de onderzijde als aan de bovenzijde een dakvlak aanwezig dient te zijn;
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ter verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
het bedrijfsmatig verlenen van diensten op commerciële dan wel niet-commerciële basis, niet zijnde een seksinrichting;
de oppervlakte van het bouwperceel uitgezonderd de oppervlakte van het bouwvlak en uitgezonderd de tot “Tuin” bestemde gronden';
niet-gemotoriseerde recreatieve activiteiten, zoals wandelen, fietsen, skaten, paardrijden, vissen, zwemmen en natuurobservatie;
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
ruimten in de open lucht, waaronder in ieder geval worden begrepen (bos)parken, plantsoenen, groenvoorzieningen en open speelplekken, met de daarbij behorende sloten, vijvers en daarmee gelijk te stellen wateren en ondergrondse infrastructurele voorzieningen;
een gebouw dat op een bouwperceel door zijn constructie of afmetingen, dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste gebouw valt aan te merken;
een bedrijf of instelling waar bedrijfsmatig dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt en/of waarin bedrijfsmatig nachtverblijf wordt verstrekt;
een bedrijf of instelling waar de bedrijfsuitoefening hoofdzakelijk is gericht op het tegen vergoeding verstrekken van nachtverblijf; waarbij sprake is van het verstrekken van nachtverblijf aan meer dan vier personen per nacht en waar bedrijfsmatig dranken en/of etenswaren worden verstrekt voor gebruik ter plaatse;
persoon of groep personen die een huishouding voert, waarbij sprake is van onderlinge verbondenheid en continuïteit in de samenstelling ervan.
een plaats, die met een kampeermiddel gedurende een jaar of zomerseizoen wordt ingenomen;
een tent, een tentwagen, een kampeerauto, een chalet of een caravan of een stacaravan, dan wel enig ander daarmee vergelijkbaar voertuig of onderkomen, dat geheel of ten dele is bestemd of opgericht dan wel wordt of kan worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf;
een terrein met daarbij behorende voorzieningen, ter beschikking gesteld voor het houden van recreatief nachtverblijf dan wel geplaatst houden van kampeermiddelen;
een gebouw, dat dient voor de uitoefening van administratieve werkzaamheden en werkzaamheden die verband houden met het doen functioneren van (semi-)overheidsinstellingen, het bankwezen en naar de aard daarmee gelijk te stellen instellingen;
een dak bestaande uit twee of meer hellende dakvlakken;
werken van beeldende kunst;
de aan een gebied toegekende waarde, welke is gekenmerkt door geologische, geomorfologische, bodemkundige en biologische elementen, zowel afzonderlijk als in onderlinge samenhang;
het gedurende een korte periode aanbieden en verstrekken van nachtverblijf aan ten hoogste vier personen per nacht voor toeristische doeleinden;
een uitstekend afdak aan een gebouw;
educatieve, (sociaal)-medische, (sociaal) culturele, levensbeschouwelijke, sport- en recreatieve voorzieningen en voorzieningen ten behoeve van openbare dienstverlening, alsook ondergeschikte detailhandel en horeca ten dienste van deze voorzieningen;
een milieucategorie zoals is aangegeven in de Staat van toegelaten bedrijfsactiviteiten (Bijlage 1 van de regels);
de aan een gebied toegekende waarde gekenmerkt door het waarneembare deel van het aardoppervlak, die wordt bepaald door de onderlinge samenhang en beïnvloeding van de levende en niet-levende natuur;
voor verblijf geschikte, al dan niet aan hun bestemming onttrokken of in het ongerede geraakte voer- en vaartuigen, woonschepen of arken, caravans, tentwagens en kampeerauto's voor zover deze niet als bouwwerken zijn aan te maken, alsook tenten;
weg als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b, van de Wegenverkeerswet 1994, alsmede pleinen, parken, plantsoenen, openbaar water en ander openbaar gebied dat voor publiek algemeen toegankelijk is, met uitzondering van wegen uitsluitend bedoeld voor de ontsluiting van percelen door langzaam verkeer;
een woning waarvan meer dan 4 bedden gebruikt worden voor de verhuur voor kortdurend (zakelijk) toeristisch nachtverblijf per nacht met daarbij behorende verstrekking van maaltijden en/of dranken voor consumptie ter plaatse;
een werkruimte voor het uitoefenen van een beroep;
een gedeelte van een hoofdgebouw (dat bestemd is voor wonen) dat gebruikt wordt voor recreatief verblijf, en dat gedurende het gehele jaar door door wisselende personen wordt gebruikt en dat rechtstreeks toegankelijk is vanuit het hoofdgebouw;
het gedurende niet meer dan vier maanden achtereen aan dezelfde persoon aanbieden en verstrekken van nachtverblijf voor toeristische doeleinden;
een vrijstaand bijgebouw (behorend bij het hoofdgebouw dat bestemd is voor wonen) dat gebruikt wordt voor recreatief verblijf en dat gedurende het gehele jaar door door wisselende personen wordt gebruikt;
een bedrijf of instelling dat tot hoofddoel heeft het verstrekken van maaltijden voor consumptie ter plaatse, met als nevenactiviteit het verstrekken van alcoholische en niet-alcoholische dranken;
een voor publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotische of pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting wordt in elk geval verstaan: een prostitutiebedrijf, waaronder begrepen erotische-massagesalon, een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar;
bouwwerk, geen gebouwen zijnde, of een werk voor uitsluitend het houden van vissen en/of waterplanten;
voorzieningen bestemd voor vermaak of ontspanning waarbij uitsluitend van zwaartekracht of van fysieke kracht van de mens gebruik wordt gemaakt;
een caravan, die, ook als hij niet omgevingsvergunningplichtig is, toch als een gebouw valt aan te merken;
een plaats, die met een kampeermiddel gedurende een niet vooraf bekende kortere periode dan een jaar of zomerseizoen wordt ingenomen;
een ondergeschikte uitbreiding van het hoofdgebouw ten behoeve van de uitbreiding van de hoofdfunctie, zonder dat daarbij een afzonderlijke ruimte aan het hoofdgebouw wordt toegevoegd;
de diepte van een gebouw, gemeten vanaf het peil;
de denkbeeldige lijn die strak langs de voorgevel van een hoofdgebouw is getrokken en het verlengde daarvan. Bij een hoekperceel wordt ook de denkbeeldige lijn die strak langs de zijgevel die naar het openbaar gebied is gekeerd en het verlengde daarvan gezien als voorgevelrooilijn;
een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijke huishouding;
het tijdvak tussen 1 februari en 15 oktober;
een in de open lucht gesitueerd bouwwerk, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van het niet bedrijfsmatig zwemmen en niet bedrijfsmatig recreëren, mits ondergeschikt aan de woonfunctie.
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel;
indien zich op een gebouw een of meer naar de openbare weg gekeerde zijden van het gebouw, één of meer dakkapellen bevinden, waarvan de gezamenlijke breedte meer bedraagt dan 50 procent van de dakvlakbreedte, gemeten aan de onderzijde van het dakvlak, wordt de snijlijn van het buitenwerks gevelvlak van de dakkapel met het buitenwerks dakvlak van de dakkapel als goothoogte aangemerkt;
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of een bouwwerk, geen gebouwen zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
De regels omtrent plaatsing, afstanden en maten zijn niet van toepassing op het in horizontale zin uitsteken van bouwdelen als goot- en kroonlijsten, gevellijsten, dakoverstekken, kozijnen en afvoerpijpen tot een maximale diepte van 0,3 m.
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
alsmede
Binnen de bestemming 'Bedrijf' gelden de volgende algemene regels:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bijgebouwen en aan- en uitbouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Voor wat betreft het parkeren dient voldaan te worden aan het bepaalde in artikel 23.3.
De voor 'Gemengd' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Binnen de bestemming 'Gemengd' gelden de volgende algemene regels:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bijgebouwen en aan- en uitbouwen gelden de volgende regels:
Ter plaatse van de aanduiding "cultuurhistorische waarden" geldt, in afwijking van de bouwregels die voor de ter plaatse geldende bestemming gelden, dat de bestaande situering, maatvoering en kaprichting van het hoofdgebouw als maximale maatvoering geldt.
Voor wat betreft het parkeren dient voldaan te worden aan het bepaalde in artikel 23.3.
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken voor het bepaalde in lid 4.2.5 onder de voorwaarden dat:
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
De voor Horeca aangewezen gronden zijn bestemd voor:
alsmede
Binnen de bestemming 'Horeca' gelden de volgende algemene regels:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bijgebouwen en aan- en uitbouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
alsmede
Binnen de bestemming 'Maatschappelijk' gelden de volgende algemene regels:
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Ter plaatse van de aanduiding "cultuurhistorische waarden" geldt, in afwijking van de bouwregels die voor de ter plaatse geldende bestemming gelden, dat de bestaande situering, maatvoering en kaprichting van het hoofdgebouw als maximale maatvoering geldt.
Met betrekking tot de in lid 7.1 onder c bedoelde gronden geldt dat het bestaande aantal woningen als maximaal aantal woningen geldt.
Voor wat betreft het parkeren dient voldaan te worden aan het bepaalde in artikel 23.3.
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken voor het bepaalde in lid 7.2.4 onder de voorwaarden dat:
De voor 'Natuur - Duingebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
alsmede
Voor het bouwen gelden de volgende regels:
Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van Burgemeester en wethouders de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen uitvoeren of te laten uitvoeren:
Het bepaalde in lid 8.3.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
Een vergunning als bedoeld in lid 8.3.1 wordt uitsluitend verleend indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de waterstaatkundige belangen, de belangen ter bescherming van drinkwatervoorzieningen en/of landschappelijke en natuurlijke waarden danwel de mogelijkheden voor het herstel van die belangen en/of waarden niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.
De voor 'Recreatie - Verblijfsrecreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
alsmede
Binnen de bestemming 'Recreatie - Verblijfsrecreatie' gelden de volgende algemene regels:
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Met betrekking tot de in lid 9.1 bedoelde gronden geldt dat:
De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
alsmede
Binnen de bestemming 'Sport' gelden de volgende algemene regels:
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Voor wat betreft het parkeren dient voldaan te worden aan het bepaalde in artikel 23.3.
De voor Tuin aangewezen gronden zijn bestemd voor:
alsmede
Binnen de bestemming 'Tuin' gelden de volgende algemene regels:
Binnen de bestemming 'Tuin' gelden de volgende regels met betrekking tot bouwwerken, geen gebouwen zijnde:
Voor het aanleggen van siervijvers geldt dat de gezamenlijke oppervlakte niet meer mag bedragen dan 20% van de gronden met de bestemming 'Tuin'.
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 11.2.1 onder a en b voor het toestaan van grotere erkers en/of veranda's met de mogelijkheid van het realiseren van een balkon op het dak van de erker en/of veranda, onder de voorwaarden dat:
Burgemeester en wethouders kunnen ter plaatse van de aanduiding "wetgevingzone - afwijkingsgebied 1" afwijken van het bepaalde in lid 11.2.1 teneinde aan- en uitbouwen toe te staan, onder de voorwaarden dat:
Met betrekking tot de in lid 11.1 bedoelde gronden geldt dat:
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 11.4 voor onoverdekt parkeren voor de voorgevelrooilijn, onder de voorwaarden dat:
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
alsmede:
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
De voor 'Wonen - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
alsmede:
Binnen de bestemming 'Wonen - 1' gelden de volgende algemene regels:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen (woningen) gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bijgebouwen en aan- en uitbouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Ter plaatse van de aanduiding "cultuurhistorische waarden" en de aanduiding "karakteristiek" geldt, in afwijking van de bouwregels die voor de ter plaatse geldende bestemming gelden, dat de bestaande situering, maatvoering en kaprichting van het hoofdgebouw als maximale maatvoering geldt.
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 13.2.2 onder c en lid 13.2.3 onder b voor het vergroten van het bebouwingspercentage tot 85%, onder de voorwaarden dat:
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 13.2.2 onder e ter plaatse van de aanduiding "vrijstaand" voor het toestaan van een tweede bouwlaag in de vorm van een opbouw, onder de voorwaarden dat:
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 13.2.2 onder e ter plaatse van de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - vrijstaand en/of twee-aaneen” of aanduiding “aaneengebouwd” voor het toestaan van een derde bouwlaag in de vorm van een opbouw, onder de voorwaarden dat:
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 13.2.2 onder g voor andere kapvormen tot een dakhelling van 60o onder de voorwaarden dat:
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken voor het bepaalde in lid 13.2.6, onder de voorwaarden dat:
Burgemeester en wethouders kunnen ter plaatse van de aanduiding "wetgevingzone - afwijkingsgebied 2" afwijken van het bepaalde in lid 13.1 en 13.2.3 teneinde twee bijgebouwen toe te staan waarvan er één gebruikt wordt ten behoeve van recreatief verblijf, onder de voorwaarden dat:
Met betrekking tot de in lid 13.1 bedoelde gronden geldt dat het bestaande aantal woningen als maximaal aantal woningen geldt.
De in lid 13.1 bedoelde gronden mogen gebruikt worden voor aan-huis-verbonden-beroepen, onder de voorwaarden dat:
De in lid 13.1 bedoelde gronden mogen gebruikt worden voor logiesverstrekking, onder de voorwaarden dat:
Voor wat betreft het parkeren dient voldaan te worden aan het bepaalde in artikel 23.3.
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 13.1 voor het toestaan van een aan-huis-verbonden-bedrijf, onder de voorwaarden dat:
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 13.4.1 voor het vergroten van het toegestane aantal woningen door middel van woningsplitsing, onder voorwaarden dat:
Burgemeester en Wethouders kunnen het plan overeenkomstig artikel 3.6 lid 1 sub a van de Wet ruimtelijke ordening wijzigen, in die zin dat:
De voor 'Wonen - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
alsmede:
Binnen de bestemming 'Wonen - 2' gelden de volgende algemene regels:
Voor het bouwen van hoofdgebouwen (woningen) gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bijgebouwen en aan- en uitbouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 14.2.2 onder f voor andere kapvormen met tot een dakhelling van 60o onder de voorwaarden dat:
Met betrekking tot de in lid 14.1 bedoelde gronden geldt dat het bestaande aantal woningen als maximaal aantal woningen geldt.
De in lid 14.1 bedoelde gronden mogen gebruikt worden voor aan-huis-verbonden-beroepen, onder de voorwaarden dat:
De in lid 14.1 bedoelde gronden mogen gebruikt worden voor logiesverstrekking, onder de voorwaarden dat:
Voor wat betreft het parkeren dient voldaan te worden aan het bepaalde in artikel 23.3.
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 14.1 voor het toestaan van een aan-huis-verbonden-bedrijf, onder de voorwaarden dat:
De voor 'Leiding - Gas 1' aangewezen gronden zijn behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen mede bestemd voor de aanleg en instandhouding van een ondergrondse gastransportleiding met een druk van ten hoogste 40 bar en een belemmeringenstrook ter breedte van 4 m ter weerszijden van de hartlijn van de leiding.
De regels van deze dubbelbestemming gelden primair ten opzichte van de regels van iedere andere bestemming, waarmee deze dubbelbestemming samenvalt.
Op of in de in 15.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de leiding(en) worden gebouwd. Overige gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn niet toegestaan uit oogpunt van externe veiligheid en energieleveringszekerheid.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels voor het bouwen overeenkomstig de andere daar voorkomende bestemming(en) indien de veiligheid van de betrokken leiding niet wordt geschaad en vooraf schriftelijk advies is ingewonnen bij de betrokken leidingexploitant. Een omgevingsvergunning kan slechts worden verleend indien geen kwetsbare objecten worden toegelaten.
Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen uitvoeren of te laten uitvoeren:
Het verbod in lid 15.5.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De werken en werkzaamheden, zoals in lid 15.5.1 bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien het leidingbelang daardoor niet onevenredig wordt geschaad.
Alvorens de omgevingsvergunning als bedoeld in lid 15.5.1 wordt verleend, wordt advies ingewonnen bij de leidingbeheerder.
De voor 'Leiding - Gas 2' aangewezen gronden zijn behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen mede bestemd voor de aanleg en instandhouding van een ondergrondse gastransportleiding met een druk van ten hoogste 66,2 bar en een belemmeringenstrook ter breedte van 5 m ter weerszijden van de hartlijn van de leiding.
De regels van deze dubbelbestemming gelden primair ten opzichte van de regels van iedere andere bestemming, waarmee deze dubbelbestemming samenvalt.
Op of in de in 16.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de leiding(en) worden gebouwd. Overige gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn niet toegestaan uit oogpunt van externe veiligheid en energieleveringszekerheid.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels voor het bouwen overeenkomstig de andere daar voorkomende bestemming(en) indien de veiligheid van de betrokken leiding niet wordt geschaad en vooraf schriftelijk advies is ingewonnen bij de betrokken leidingexploitant. Een omgevingsvergunning kan slechts worden verleend indien geen kwetsbare objecten worden toegelaten.
Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen uitvoeren of te laten uitvoeren:
Het verbod in lid 16.5.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De werken en werkzaamheden, zoals in lid 16.5.1 bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien het leidingbelang daardoor niet onevenredig wordt geschaad.
Alvorens de omgevingsvergunning als bedoeld in lid 16.5.1 wordt verleend, wordt advies ingewonnen bij de leidingbeheerder.
De voor 'Leiding - Riool' aangewezen gronden zijn behalve voor de andere daar voorkomende bestemmingen mede bestemd voor de aanleg en instandhouding van een rioolleiding.
Op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van de bestemming worden gebouwd, met dien verstande, dat de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 3 m.
In aanvulling op het bepaalde van de aldaar geldende bestemming(en), geldt dat deze gronden slechts bebouwd dan wel gebruikt mogen worden na toestemming van de betreffende leidingbeheerder.
Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen uitvoeren of te laten uitvoeren:
Het verbod in lid 17.3.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De werken en werkzaamheden, zoals in lid 17.3.1 bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien het leidingbelang daardoor niet onevenredig wordt geschaad.
Alvorens de omgevingsvergunning als bedoeld in lid 17.3.1 wordt verleend, wordt advies ingewonnen bij de leidingbeheerder.
De voor 'Waarde - Archeologie 1' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden.
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen aan de situering, de inrichting en het gebruik van de gronden die vallen binnen de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 1', indien uit onderzoek is gebleken dat ter plaatse beschermingswaardige archeologische resten aanwezig zijn. Toepassing van de bevoegdheid mag niet leiden tot een onevenredige beperking van het meest doelmatige gebruik.
De voor 'Waarde - Archeologie 2' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden.
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen aan de situering, de inrichting en het gebruik van de gronden die vallen binnen de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 2', indien uit onderzoek is gebleken dat ter plaatse beschermingswaardige archeologische resten aanwezig zijn. Toepassing van de bevoegdheid mag niet leiden tot een onevenredige beperking van het meest doelmatige gebruik.
Het bevoegd gezag kan het plan wijzigen in die zin, dat de verbeelding wordt gewijzigd door van één of meerdere bestemmingsvlakken de begrenzing te veranderen of de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 2' toe te voegen of te verwijderen, als archeologische bevindingen daar aanleiding toe geven.
De voor 'Waarde - Archeologie 3' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de gronden.
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen aan de situering, de inrichting en het gebruik van de gronden die vallen binnen de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 3', indien uit onderzoek is gebleken dat ter plaatse beschermingswaardige archeologische resten aanwezig zijn. Toepassing van de bevoegdheid mag niet leiden tot een onevenredige beperking van het meest doelmatige gebruik.
Het bevoegd gezag kan het plan wijzigen in die zin, dat de verbeelding wordt gewijzigd door van één of meerdere bestemmingsvlakken de begrenzing te veranderen of de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 3' toe te voegen of te verwijderen, als archeologische bevindingen daar aanleiding toe geven.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Burgemeester en wethouders zijn met het oog op de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden, een goede milieusituatie, het woongenot, stedenbouwkundige aspecten en de verkeersveiligheid bevoegd nadere eisen te stellen met betrekking tot:
In die gevallen dat de bestaande goothoogte, bouwhoogte, diepte, oppervlakte, inhoud van bouwwerken en/of afstand van bouwwerken tot enige grens, die in overeenstemming met op dat moment geldende wet- of regelgeving tot stand zijn gekomen, het in de bouwregels voorgeschreven maximum overschrijdt, dan geldt de goothoogte, bouwhoogte, diepte, oppervlakte, inhoud en/of afstand in afwijking daarvan als maximaal toelaatbaar.
In die gevallen dat de bestaande goothoogte, bouwhoogte, diepte, oppervlakte, inhoud van bouwwerken en/of afstand van bouwwerken tot enige grens, die in overeenstemming met op dat moment geldende wet- of regelgeving tot stand zijn gekomen, het in de bouwregels voorgeschreven minimum overschrijdt, dan geldt de goothoogte, bouwhoogte, diepte, oppervlakte, inhoud en/of afstand in afwijking daarvan als minimaal toelaatbaar.
Tot een gebruik, strijdig met de gegeven bestemmingen wordt in ieder geval gerekend:
Burgemeester en Wethouders kunnen een omgevingsvergunning voor het afwijken verlenen voor het bepaalde in lid 23.1 sub g en toestaan dat de gronden, water en bouwwerken en/of opstallen worden gebruikt voor de uitoefening van een seksinrichting, mits:
Met betrekking tot het parkeren dient voldaan te worden aan de parkeernormen zoals opgenomen in de gemeentelijke parkeernormennota.
Burgemeester en wethouders kunnen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de sociale veiligheid, de verkeersveiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, bij omgevingsvergunning afwijken voor:
Burgemeester en wethouders zijn, overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening, bevoegd het plan te wijzigen, indien de wijziging betrekking heeft op een enigszins andere situering en/of begrenzing van bouwpercelen, dan wel bestemmingsgrenzen, bouwgrenzen en bouwvlakken en/of aanduidingen, indien bij de uitvoering van het plan mocht blijken dat verschuivingen nodig zijn ter uitvoering van een bouwplan, op voorwaarde, dat de oppervlakte van het betreffende bouwperceel, bestemmingsvlak dan wel bouwvlak met niet meer dan 10% zal worden gewijzigd.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ter plaatse van de aanduiding "wetgevingzone - wijzigingsgebied 1" de bestemming 'Bedrijf' te wijzigen in de bestemming 'Wonen - 1' en/of de aanduiding 'garageboxen'.
Indien de bestemming gewijzigd wordt in de bestemming 'Wonen - 1' dient voldaan te worden aan de volgende voorwaarden:
Indien de bestemming gewijzigd wordt in de aanduiding "garageboxen" dient voldaan te worden aan de volgende voorwaarden:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ter plaatse van de aanduiding "wetgevingzone - wijzigingsgebied 2" de bestemming 'Maatschappelijk' en 'Tuin' te wijzigen in de bestemming 'Wonen - 1' en/of 'Wonen - 2' en de bestemming 'Tuin', onder de voorwaarden dat:
Burgemeester en wethouders verlenen slechts medewerking aan een wijziging van het plan, mits:
Op de voorbereiding van een omgevingsvergunning voor afwijken is de procedure als bedoeld in paragraaf 3.2 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht van toepassing.
Op de voorbereiding van een besluit tot wijziging is de procedure als bedoeld in artikel 3.9a van de Wet ruimtelijke ordening van toepassing.
Op de voorbereiding van een besluit tot het stellen van een nadere eisen is de volgende procedure van toepassing.
Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
Burgemeester en wethouders kunnen eenmalig in afwijking van lid 27.1.1 een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in lid 27.1.1 met maximaal 10 %.
Lid 27.1.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in lid 27.2.1, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
Indien het gebruik, bedoeld in het lid 27.2.1 na de inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
Lid 27.2.1 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan 'Kostverlorenstraat e.o.'