Plan: | Velsen-Noord |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0453.BP0400VELSENNOORD1-R001 |
de bedrijfsmatige activiteiten, die in een woning door de eigenaar/ bewoner van de woning zelf, worden uitgeoefend, waarbij de woonfunctie als primaire functie behouden en herkenbaar blijft en waarvoor een vergunningplicht ingevolge de Wet milieubeheer geldt (zoals revisie van motoren, metaalverwerking, offsetdrukkerij);
de beroepsmatige of bedrijfsmatige activiteiten, die in een woning door de eigenaar/ bewoner van de woning zelf, worden uitgeoefend maar niet vallen onder de vrije beroepen en geen onevenredige hinder veroorzaken naar de omgeving (zoals ambachtelijke boekbinderij, ambachtelijke speelgoedmakerij, grafisch ontwerpers, kappers, kledingreparatie, kantoor of zakelijke dienstverlening, schoonheidsspecialisten etc.);
een gebouw dat als afzonderlijke ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw waarmee het in directe verbinding staat, welk gebouw onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
locatie uitsluitend bedoeld voor opslag en distributie van artikelen, totstandgekomen na aan- en/of verkoop via internet en zonder rechtstreekse verkoop of productadvisering via winkel, showroom of etalage;
een bedrijf, dat is gericht op het geheel of overwegend door middel van handwerk vervaardigen, bewerken of herstellen en het installeren van goederen, alsook het verkopen en/of leveren, als ondergeschikte activiteit, van goederen verband houdende met het ambacht;
bouwwerk, geen gebouw zijnde ten behoeve van het zenden en ontvangen van electromagnetische golven;
vangnet voor ballen die buiten het speelterrein terecht zouden kunnen komen;
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
een kleinschalige overnachtings- en verblijfaccommodatie, gericht op het bieden van de mogelijkheid tot een toeristisch kortdurend verblijf met het serveren van ontbijt binnen bestaande gebouwen;
een gebouw, dat dient voor de uitoefening van een bedrijf;
Het totale oppervlak welke ten dienste staat van de (commerciële) bedrijfsvoering, met inbegrip van de daartoe behorende magazijnen, overige dienstruimten, terrassen en dergelijke;
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar vanwege de bedrijfsvoering van de bestemming van het gebouw of het terrein noodzakelijk is;
een bouwlaag waarvan het vloerpeil ten hoogste 1,0 m boven het peil ligt;
een rioleringssysteem voor het tijdelijk opslaan en laten bezinken van rioolwater;
de totale vloeroppervlakte van de ruimte die wordt gebruikt voor een aan-huis-gebonden beroep c.q. een (dienstverlenend) bedrijf of een dienstverlenende instelling, inclusief opslag- en administratieruimten en dergelijke;
situatie zoals die ten tijde van de ter visie legging van het ontwerpbestemmingsplan bestond, zowel wat gebruik als bouwwerken aangaat;
de grens van een bestemmingsvlak;
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
Besluit externe veiligheid inrichtingen;
Uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd en met de aarde verbonden bouwwerk met een dak;
een (vrijstaand of aangebouwd) gebouw, niet voor bewoning bestemd, behorende bij een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw, zoals garages, hobbyruimten, bergingen en huisdierenverblijven;
woonvoorziening anders dan ten behoeve van een huishouden;
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
de grens van een bouwvlak;
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van kelder en zolder;
een aangesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar horende bebouwing is toegelaten;
de grens van een bouwperceel;
een geometrisch bepaald vlak, waarmee de gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten;
een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;
een bouwwerk, al dan niet aangebouwd aan een gebouw of een ander bouwwerk, bestaande uit maximaal 2 gesloten wanden, bestemd om te dienen als overdekte stalling voor motorrijtuigen op meer dan twee wielen en daarvoor ook toegankelijk is vanaf de openbare weg;
recreatie-elementen, zoals wandelparken, lig- en speelweiden, dierenweiden, dagkampeerterreinen (facultatief), trimbanen, recreatie te water, uitzichtheuvels, speelvijvers, picknickplaatsen;
iedere bovenbeëindiging van een gebouw;
een uitstekend dakvenster in een hellend vlak van het hoofdgebouw, waarbij de afstand van de onderzijde van de dakkapel tot de vloer van de daar ondergelegen bouwlaag minimaal 0,8 m bedraagt en de afstand van de onderzijde van de dakkapel tot de goothoogte van de dakkapel maximaal 1,7 m bedraagt. De afstand die aanwezig dient te zijn tussen goothoogte, dakkapel en bouwhoogte van de woning bedraagt minimaal 1 rij dakpannen
De breedte van de dakkapel mag aan de voorzijde van het gebouw maximaal 2,8 m bedragen, waarbij de afstand tussen de dakkapel en het hart van de bouwmuur minimaal 1 m moet bedragen. Indien een woning breder is dan 5,6 m mag de breedte van de dakkapel maximaal 50% van de gevelbreedte bedragen, waarbij de afstand tussen de dakkapel en het hart van de bouwmuur minimaal 1,0 m moet bedragen.
Voor een dakkapel aan de zijkant van een gebouw gelden dezelfde regels als voor een dakkapel aan de voorzijde.
Aan de achterzijde bedraagt de afstand van dakkapel tot hart bouwmuur minimaal 0,5 m, voor de achterzijde geldt geen maximale breedte;
een ondergeschikte derde bouwlaag van het hoofdgebouw;
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het ter plaatse verkopen en/of leveren van goederen aan personen die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
bedrijf of instelling waarvan de werkzaamheden bestaan uit het verlenen van economische en maatschappelijke diensten aan derden, waaronder zijn begrepen kapperszaken, schoonheidsinstituten, fotostudio's en naar de aard daarmee gelijk te stellen bedrijven en inrichtingen, evenwel met uitzondering van een garagebedrijf en een seksinrichting;
het verlenen van economische en maatschappelijke diensten aan derden;
een bouwkundige constructie waarin geen te openen delen aanwezig zijn en met een in NEN 5077 bedoelde karakteristieke geluidwering die ten minste gelijk is aan het verschil tussen de geluidbelasting van die contructie en 33 dB onderscheidenlijk 35 dB(A), alsmede een bouwkundige constructie waarin alleen bij uitzondering te openen delen aanwezig zijn, mits de delen niet direct grenzen aan een geluidsgevoelige ruimte;
de aan een gebied toegekende waarde, gekenmerkt door de samenhang van de in het gebied voorkomende organismen en hun leefmilieu;
de bouwlaag op de begane grond;
al dan niet bebouwd perceel, of gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij het hoofdgebouw en dat feitelijk ingericht mag worden ten dienste van het gebruik van dat gebouw;
een uitgebouwd venster, geplaatst op het onbebouwbaar erf (tuin), die ondergeschikt is aan het hoofdgebouw en hier een functioneel onderdeel van uit maakt, met een maximale diepte van 1,5 m en niet hoger dan de eerste volledige bouwlaag;
een vermaaksfunctie, welke is gericht op het doen plaatsvinden van voorstellingen en/of vertoningen van porno-erotische aard, waaronder begrepen een seksbioscoop, een seksclub en een seksautomatenhal;
een georganiseerde activiteit die gedurende een korte periode relatief veel bezoekers trekt;
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
de etmaalwaarde van het equivalente geluidsniveau in dB(A) op een bepaalde plaats, veroorzaakt door de gezamenlijke inrichtingen op een industrieterrein;
de geluidbelasting vanwege een spoorweg zoals bedoeld in de Wet geluidhinder;
de geluidbelasting vanwege het wegverkeer zoals bedoeld in de Wet geluidhinder;
bewoning of andere geluidgevoelige functies zoals bedoeld in de Wet geluidhinder en het Besluit geluidhinder;
gebouwen welke dienen ter bewoning of ten behoeve van een andere geluidgevoelige functie als bedoeld in de Wet geluidhinder en het Besluit geluidhinder;
een inrichting, bij welke ingevolge de Wet geluidhinder rondom het terrein van vestiging in een bestemmingsplan een zone moet worden vastgesteld;
een maximale waarde voor de geluidbelasting, die hoger is dan de voorkeursgrenswaarde en die in een concreet geval kan worden vastgesteld op grond van de Wet geluidhinder en het Besluit geluidhinder;
Een of meer panden, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer panden of bouwwerken op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is;
het bedrijfsmatig verstrekken van dranken en maaltijden, overwegend voor gebruik ter plaatse of voor het bedrijfsmatig verstrekken van logies, één en ander gepaard gaande met dienstverlening, waarbij verstaan wordt onder:
Horeca A
Bedrijven die in beginsel alleen overdag en 's avonds behoeven te zijn geopend (vooral verstrekking van etenswaren en maaltijden) en daardoor slechts beperkte hinder voor omwonenden veroorzaken. Binnen deze categorie worden de volgende subcategorieën onderscheiden:
1. Aan detailhandelsfunctie verwante daghoreca:
zoals een automatiek; broodjeszaak; cafetaria; croissanterie; koffiebar; lunchroom;
ijssalon; snackbar; tearoom; traiteur;
2. Overige lichte avondhoreca:
zoals een bistro; shoarma/grillroom; restaurant (zonder bezorg- en/of afhaalservice);
3. Bedrijven met een relatief grote verkeersaantrekkende werking:
bedrijven genoemd onder 1a en 1b met een bedrijfsoppervlak van meer dan 250m²;
restaurant met bezorg- en/ of afhaalservice (oa. pizza, chinees, drive-in);
4. Bedrijven welke bedrijfsmatig logies verstrekken (hotel/pension);
Horeca B
Bedrijven die normaal gesproken ook delen van de nacht geopend zijn en die daardoor
aanzienlijke hinder voor omwonenden kunnen veroorzaken:
5. Algemeen:
zoals een bar; bierhuis; biljartcentrum/ snookercentrum; café; proeflokaal;
dansscholen;
6. Bedrijven waar verkoop van (soft)drugs plaatsvindt:
coffeeshops;
Horeca C
Bedrijven die voor een goed functioneren ook 's nachts geopend zijn en die tevens een groot aantal bezoekers aantrekken en daardoor grote hinder voor de omgeving met zich mee kunnen brengen:
7. Dancing; discotheek/muziekcafé; nachtclub; partycentrum;
persoon of groep personen die een huishouding voert, waarbij sprake is van onderlinge verbondenheid en continuïteit in de samenstelling ervan; kamerverhuur wordt daaronder niet begrepen;
een door het gemeentebestuur als zodanig aangewezen of ingerichte voor jongeren bedoelde openbare locatie, al dan niet met voorzieningen en/of bouwwerken en gebouwen;
a. een tent, een tentwagen, een kampeerauto of een caravan;
b. enig ander onderkomen of enig ander voertuig of gewezen voertuig of gedeelte daarvan, voorzover geen bouwwerk zijnde,
één en ander voor zover deze onderkomens of voertuigen of gewezen voertuigen geheel of ten dele blijvend zijn bestemd of opgericht dan wel worden of kunnen worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf;
een onderdeel van een gebouw waar tegen beperkte vergoeding dranken en etenswaren worden verstrekt ten behoeve van de gebruikers van de hoofdfunctie;
een ruimte die dient voor de uitoefening van administratieve, boekhoudkundige, financiële, organisatorische en/of zakelijke dienstverlening - niet zijnde detailhandel - al dan niet met een publiekgerichte baliefunctie;
een gedeelte van een gebouw, dat wordt afgedekt door een vloer waarvan de bovenkant minder dan 1,0 m boven het peil ligt;
een object waarvoor ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen een grenswaarde voor het risico c.q. een risicoafstand tot een risicovolle inrichting is bepaald, die in acht genomen moet worden;
educatieve, (sociaal-)medische, (sociaal-)culturele en levensbeschouwelijke voorzieningen, voorzieningen ten behoeve van sport en sportieve recreatie en voorzieningen ten behoeve van openbare dienstverlening, alsook ondergeschikte detailhandel en horeca ten dienste van deze voorzieningen;
een rechtspersoon die/dat vanwege, de beschikbaarheid aan kennis opgedaan uit opleiding en ervaring, kan worden aangemerkt als deskundig op het gebied van milieuvraagstukken;
een rijks/provinciaal/ gemeentelijk monument zoals bedoeld in de monumentenwet;
een agrarische bedrijfsvoering die hoofdzakelijk in gebouwen plaatsvindt;
voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling en apparatuur voor telecommunicatie;
openbare langzaamverkeersverbinding die door een gebouw heen loopt;
bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, voorzien van een gesloten dak;
de kleinste bij de totstandkoming functioneel en bouwkundig-constructief zelfstandige eenheid die direct en duurzaam met de aarde is verbonden en betreedbaar en afsluitbaar is;
het bestemmingsplan Velsen-Noord met identificatienummer NL.IMRO.0453.BP0400VELSENNOORD1-R001 van de gemeente Velsen;
detailhandel in goederen die ter plaatse worden vervaardigd, gerepareerd en/of toegepast in het productieproces, waarbij de detailhandelsfunctie ondergeschikt is aan de productiefunctie;
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;
een recreatief gebruik van gronden dat ondergeschikt is aan de functie van de bestemming waarbinnen dit recreatieve gebruik is toegestaan;
de regeling externe veiligheid inrichtingen, houdende regels met betrekking tot afstanden de wijze van berekening van het plaatsgebonden risico ter uitvoering van het besluit externe veiligheid inrichtingen;
een inrichting, bij welke ingevolge het Besluit externe veiligheid inrichtingen een grenswaarde, richtwaarde voor het risico c.q. een risico-afstand moet worden aangehouden bij het in het bestemmingsplan toelaten van kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten;
een lijn die de scheiding vormt tussen de gedeelten van een bestemmingsvlak waarop verschillende hoogte/ bebouwingspercentages mogelijk zijn toegelaten;
de voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in de omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch/pornografische aard plaatsvinden.
Onder seksinrichting wordt in ieder geval verstaan: een prostitutiebedrijf, alsmede een erotische massagesalon, een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater of een parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar;
een inrichting bestemd om het publiek gelegenheid te geven om spel met speelautomaten te beoefenen, als bedoeld in artikel 30 van de Wet op de Kansspelen. Op deze inrichtingen is tevens de gemeentelijke verordening van kracht;
de Staat van Bedrijfsactiviteiten die van deze regels onderdeel uitmaakt;
een caravan, die als een gebouw valt aan te merken;
een mobiel bouwwerk, met een beperkt assortiment ten behoeve van detailhandel;
een gebouw dat als vergroting van een bestaande ruimte is gebouwd aan een hoofdgebouw, welk gebouw door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw;
voorzieningen gericht op recreatief nachtverblijf in kampeermiddelen, zoals bijvoorbeeld standplaatsen, was- en toiletgebouwen en gebouwen ten behoeve van receptie, kantine en andere groepsruimten;
een boven de begane grond gelegen bouwlaag;
een voor het publiek zichtbare en toegankelijke (besloten) winkelruimte ten behoeve van de detailhandel; (let op dit is dus de netto-vloeroppervlakte);
de maximale waarde voor de geluidbelasting die acceptabel kan worden geacht op grond van de Wet geluidhinder en het Besluit geluidhinder;
met name professionele dienstverleningen, voornamelijk bestaande uit hoofdarbeid, die van oudsher wordt uitgeoefend in een woonhuis. Concrete voorbeelden van dergelijke vrije beroepen op basis van jurisprudentie zijn oa. Architect, accountant, advocaat, administratieconsulent, assurantiebemiddelaar, belastingconsultant, dierenarts, fysiotherapeut, gerechtsdeurwaarder, huisarts, juridisch adviseur, logopedist, kunstenaar, makelaar O.G., medisch specialist, notaris, organisatieadviseur, raadgevend ingenieur, registeraccountant, stedenbouwkundige, tandarts, therapeut, verloskundige en overige hiermee gelijk te stellen vrije- beroepen;
activiteiten ten behoeve van lichamelijke, sociale, emotionele, intellectuele en spirituele gezondheid van de mens;
een gebouw, dat een ruimte omvat, welke door zijn indeling kennelijk bedoeld is te worden gebruikt voor de detailhandel;
huisvesten met vast karakter;
een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden;
een gebouw, dat meerdere naast elkaar en/of geheel of gedeeltelijk boven elkaar gelegen woningen omvat en dat qua uiterlijke verschijningsvorm als een eenheid beschouwd kan worden;
een gebouw, dat één woning, danwel twee of meer naast elkaar en/of geheel of gedeeltelijk boven elkaar gelegen woningen omvat en dat qua uiterlijke verschijningsvorm als een eenheid beschouwd kan worden;
een voor bewoning bestemd gebouw, geplaatst op een standplaats en dat in zijn geheel of in delen kan worden verplaatst;
voorziening waar uitsluitend een woonwagen kan en mag staan;
dienstverleningsfaciliteiten met winstoogmerk zonder milieubeperkingen;
een gebouw of een zelfstandig gedeelte van een gebouw dat bedoeld is voor de huisvesting van personen die niet zelfstandig kunnen wonen en die geestelijke en/of lichamelijke verzorging behoeven. Verzorging kan voortdurend of nagenoeg voortdurend plaatsvinden en in het gebouw kan een afzonderlijke ruimte ten behoeve van de verzorging aanwezig zijn;
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
afstanden tussen bouwwerken onderling alsmede afstanden van bouwwerken tot erfafscheidingen worden daar gemeten waar deze afstanden het kleinst zijn;
een deel van het bouwvlak uitgedrukt in procenten dat bebouwd mag worden;
tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels en/of het hart van de scheidsmuren;
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak;
vanaf het peil tot aan de bovenkant van goot, c.q. de druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel, dakkapellen niet meegerekend;
Van de bovenkant van een vloer tot de bovenkant van de vloer van de erboven liggende bouwlaag;
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen;
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwdelen zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
van de bovenkant van de zoldervloer tot het hoogste punt van de binnenkant van de nok;
tussen de voor- en achterzijde van een boot, waar deze afstand in het horizontale vlak het grootst is bij zijdelingse projectie van de boot op ware grootte, ondergeschikte of in uiterlijk ondergeschikte delen van de boot zoals boegspriet, antennes, trapjes, netten, ladders en vergelijkbare onderdelen niet meegerekend;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk;
van de bovenkant van een vloer tot de bovenkant van de verdieping.
Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen, als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, schoorstenen en gevel- en kroonlijsten buiten beschouwing gelaten, mits de overschrijding van bouw- c.q. bestemmingsgrenzen niet meer dan 1,0 m bedraagt;
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
ter plaatse van de aanduiding:
met de daarbij behorende:
Voor het bouwen ten behoeve van de bestemming gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van gebouwen geldt:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt:
Het bevoegd gezag is bevoegd een omgevingsvergunning te verlenen om af te wijken van het bepaalde in artikel 3.1, onder a:
met inachtneming van het volgende:
De voor 'Centrum' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
ter plaatste van de aanduiding:
met de daarbij behorende
Voor het bouwen ten behoeve van de bestemming gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van gebouwen geldt:
Voor het bouwen van aan-, uitbouwen en bijgebouwen geldt:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt:
Het bevoegd gezag is bevoegd een omgevingsvergunning te verlenen om af te wijken van het bepaalde in lid teneinde een deel van de woning te gebruiken voor een aan huisgebonden beroep, met dien verstande dat:
Wonen is uitsluitend op verdiepingen toegestaan. Overige toegestane functies zijn uitsluitend op de begane grond toegestaan.
De voor 'Detailhandel' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Voor het bouwen ten behoeve van de bestemming gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van gebouwen geldt:
Voor het bouwen van aan-, uitbouwen en bijgebouwen geldt:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen om af te wijken van het bepaalde in artikel 5.1, onder a en b en artikel 5.4, om wonen op de begane grond mogelijk te maken, met dien verstande dat in het pand geen detailhandelsfunctie meer aanwezig mag zijn.
Wonen is uitsluitend op verdiepingen toegestaan. Overige toegestane functies zijn uitsluitend op de begane grond toegestaan.
De voor 'Gemengd' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
ter plaatste van de aanduiding:
met de daarbij behorende:
Voor het bouwen ten behoeve van de bestemming gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van gebouwen geldt:
Voor het bouwen van aan-, uitbouwen en bijgebouwen geldt:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt:
De voor 'Groen - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
ter plaatse van de aanduiding:
met de daarbij behorende:
Voor het bouwen ten behoeve van de bestemming gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken geldt:
De voor 'Groen - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Voor het bouwen ten behoeve van de bestemming gelden de volgende regels:
Op deze gronden mogen uitsluitend vergunningsvrije bouwwerken worden gebouwd.
De voor 'Horeca' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Voor het bouwen ten behoeve van de bestemming gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van gebouwen geldt:
Voor het bouwen van aan-, uitbouwen en bijgebouwen geldt:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen om af te wijken van het bepaalde in artikel 9.1 en artikel 9.4, om wonen op de begane grond mogelijk te maken, met dien verstande dat:
Wonen is uitsluitend op verdiepingen toegestaan. Horeca is uitsluitend op de begane grond toegestaan.
De voor 'Kantoor' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Voor het bouwen ten behoeve van de bestemming gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van gebouwen geldt:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt:
De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
ter plaatse van de aanduiding:
Voor het bouwen ten behoeve van de bestemming gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van gebouwen geldt:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt:
De voor 'Recreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Voor het bouwen ten behoeve van de bestemming gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van gebouwen geldt:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt:
De voor Sport aangewezen gronden zijn bestemd voor:
ter plaatse van de aanduiding:
met de daarbij behorende:
Voor het bouwen ten behoeve van de bestemming gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van gebouwen geldt:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de bestemming van de gronden als volgt te wijzigen.
Bij het toepassen van de wijzigingsbevoegdheid als bedoeld in artikel nemen Burgemeester en wethouders de procedureregels in acht, zoals omschreven in artikel 27.
De voor 'Tuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor tuinen behorende bij de op de aangrenzende gronden gelegen hoofdgebouwen.
Voor het bouwen ten behoeve van de bestemming gelden de volgende regels:
Op deze gronden mogen uitsluitend vergunningsvrije bouwwerken worden gebouwd.
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
ter plaatse van de aanduiding:
met de daarbij behorende:
Voor het bouwen ten behoeve van de bestemming gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt:
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Voor het bouwen ten behoeve van de bestemming gelden de volgende regels:
Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.
De maximale hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, is 4,0 m.
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
ter plaatse van de aanduiding:
met de daarbij behorende:
Voor het bouwen ten behoeve van de bestemming gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van gebouwen geldt:
Voor het bouwen van aan-, uitbouwen en bijgebouwen geldt:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in artikel 17.2, voor realisatie van een dakopbouw, met dien verstande dat de bevoegdheid alleen geldt voor situaties waar:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in artikel 17 teneinde een deel van de woning te gebruiken voor een aan huis gebonden beroep, met dien verstande dat:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd bij omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in artikel 17 teneinde een deel van de woning of bijgebouw te gebruiken voor Bed & Breakfast (logies en ontbijt), met dien verstande dat:
De voor 'Leiding - Gas' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het aanleggen en in standhouden van gasleidingen.
Voor het bouwen ten behoeve van de bestemming gelden de volgende regels:
In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen (basisbestemming) mag niet worden gebouwd, anders dan ten behoeve van deze bestemming.
Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt:
Het bevoegd gezag kan, mits geen aantasting plaatsvindt van het doelmatig functioneren van de gasleiding, een omgevingsvergunning verlenen om af te wijken van:
mits:
Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning), ter plaatse van de in artikel 18.1 bedoelde gronden, de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod in artikel 18.4.1 geldt niet voor werken en werkzaamheden, vallend onder normaal onderhoud en gebruik, waaronder normaal spit- en ploegwerk anders dan diepploegen en voor zover de belangen in verband met de leidingen hierdoor niet worden geschaad of waarvoor op het tijdstip waarop het plandeel rechtskracht verkrijgt vergunning is verleend.
Het verbod in artikel 18.4.1 geldt ook voor de aanleg van leidingen binnen de bestemming. Bij beoordeling van de omgevingsvergunning voor de aanleg van een leiding dient de bijbehorende toetsingsafstand, de afstand waarbinnen de aard van de omgeving moet worden nagegaan, in ogenschouw te worden genomen.
Alvorens omtrent het verlenen van de vergunning te beslissen, wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de betrokken leidingbeheerder(s) omtrent de vraag of door de voorgenomen werken of werkzaamheden de belangen in verband met de leidingen niet onevenredig worden geschaad en de eventueel te stellen voorwaarden.
Indien op basis van artikel 18.3 een omgevingsvergunning is verleend, behoeft voor daaruit voortvloeiende werken of werkzaamheden op de desbetreffende gronden geen omgevingsvergunning te worden aangevraagd.
De voor 'Leiding - Water' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het aanleggen en in standhouden van waterleidingen.
Voor het bouwen ten behoeve van de bestemming gelden de volgende regels:
In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen (basisbestemming) mag niet worden gebouwd, anders dan ten behoeve van deze bestemming.
Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt:
Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van het doelmatig functioneren van de nutsleiding, een omgevingsvergunning verlenen om af te wijken van:
Ten aanzien van het voorgaande is voorafgaande schriftelijke toestemming van de betreffende leidingbeheerder vereist.
Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning), ter plaatse van de in artikel 19.1 bedoelde gronden, de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod in artikel 19.4.1 geldt niet voor werken en werkzaamheden, vallend onder normaal onderhoud en gebruik, waaronder normaal spit- en ploegwerk anders dan diepploegen en voor zover de belangen in verband met de leidingen hierdoor niet worden geschaad of waarvoor op het tijdstip waarop het plandeel rechtskracht verkrijgt vergunning is verleend.
Het verbod in artikel 19.4.1 geldt ook voor de aanleg van leidingen binnen de bestemming. Bij beoordeling van de omgevingsvergunning voor de aanleg van een leiding dient de bijbehorende toetsingsafstand, de afstand waarbinnen de aard van de omgeving moet worden nagegaan, in ogenschouw te worden genomen.
Alvorens omtrent het verlenen van de vergunning te beslissen, wint het bevoegd gezag schriftelijk advies in bij de betrokken leidingbeheerder(s) omtrent de vraag of door de voorgenomen werken of werkzaamheden de belangen in verband met de leidingen niet onevenredig worden geschaad en de eventueel te stellen voorwaarden.
Indien op basis van artikel 19.3 een omgevingsvergunning is verleend, behoeft voor daaruit voortvloeiende werken of werkzaamheden op de desbetreffende gronden geen omgevingsvergunning te worden aangevraagd.
De voor Waarde - Archeologie aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
Ten behoeve van de basisbestemmingen mag uitsluitend worden gebouwd, indien:
Het bepaalde in lid 20.2.1 onder a en b, is niet van toepassing, indien het bouwplan betrekking heeft op een of meer van de volgende activiteiten of bouwwerken:
Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (omgevingsvergunning) de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden binnen een planomvang van meer dan 100 m² uit te voeren:
Het in lid 20.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke plaatsvinden in een gebied dat is aangewezen als archeologisch monument of:
De in lid 20.3.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het behoud van de archeologische waarden van de gronden.
Alvorens omtrent het verlenen van de vergunning te beslissen winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in bij een archeologisch deskundige omtrent de vraag of door de voorgenomen werken of werkzaamheden de belangen in verband met de waarden niet onevenredig worden geschaad en de eventueel te stellen voorwaarden.
Indien op basis van artikel 20.2.1 een vergunning is verleend, behoeft voor daaruit voortvloeiende werken of werkzaamheden op de desbetreffende gronden geen omgevingsvergunning te worden aangevraagd.
De voor Waterstaat - Tunnel aangewezen gronden zijn, naast de andere voor die gronden aangewezen bestemming (primaire bestemming), mede bestemd voor ondergrondse tunnels en bouwwerken en gebouwen ten behoeve van het spoorverkeer.
Voor het bouwen ten behoeve van de bestemming gelden de volgende regels:
In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen (basisbestemming) mag niet worden gebouwd, anders dan ten behoeve van deze bestemming.
Voor het bouwen van gebouwen en bouwwerken ten behoeve van de bestemming, geldt:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt:
Burgemeester en wethouders kunnen, mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van het doelmatig functioneren van de tunnel, ontheffing verlenen van:
Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (aanlegvergunning), ter plaatse van de in artikel 21.1 bedoelde gronden, de volgende werken of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod in artikel 21.4.1 geldt niet voor werken en werkzaamheden, vallend onder normaal onderhoud en gebruik, waaronder normaal spit- en ploegwerk anders dan diepploegen en voor zover de belangen in verband met de tunnel hierdoor niet worden geschaad of waarvoor op het tijdstip waarop het plandeel rechtskracht verkrijgt vergunning is verleend.
Alvorens omtrent het verlenen van de vergunning te beslissen winnen burgemeester en wethouders schriftelijk advies in bij de betrokken tunnelbeheerder omtrent de vraag of door de voorgenomen werken of werkzaamheden de belangen in verband met de tunnel niet onevenredig worden geschaad en de eventueel te stellen voorwaarden.
Indien op basis van artikel 21.3 een omgevingsvergunning voor de activiteit bouwen is verleend, behoeft voor daaruit voortvloeiende werken of werkzaamheden op de desbetreffende gronden geen omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden te worden aangevraagd.
De op de verbeelding voor 'Waterstaat - Waterkering' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Voor het bouwen ten behoeve van de bestemming gelden de volgende regels:
Ten behoeve van de Waterkering mogen worden gebouwd:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van de Waterkering geldt de volgende bepaling:
Tevens mogen de gronden worden bebouwd ten behoeve van de basisbestemming overeenkomstig de aanduidingen op de verbeelding en de bouwregels behorende bij de basisbestemming, indien de belangen van de betrokken waterkering(-en) zich hier niet tegen verzetten.
Op de gronden is tevens de Keur van het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier van toepassing. Alvorens te beschikken omtrent het toestaan van bouwwerken op en in de gronden als bedoeld in 22.1, overeenkomstig het in deze voorschriften bepaalde ten aanzien van de andere bestemmingen van deze gronden, winnen Burgemeester en Wethouders advies in bij het Hoogheemraadschap.
De gronden aangeduid met de aanduiding 'vrijwaringszone - dijk' maken onderdeel uit van de beschermingszone primaire waterkering. Op deze gronden kunnen uitsluitend omgevingsvergunningen worden verleend als is aangetoond dat vanwege de verlening geen belemmeringen kunnen ontstaan voor de instandhouding of versterking van de dijk of het onderhoud, de veiligheid of mogelijkheden voor versterking van de primaire waterkering.
Binnen de op de kaart voor Geluidzone - industrie - 1 aangeduide gronden (industrieterrein IJmond) is het bouwen van nieuwe gebouwen met een geluidsgevoelige bestemming, in overeenstemming met het bepaalde in hoofdstuk 2 in dit plan, uitsluitend toegestaan, indien is gebleken dat de geluidsbelasting vanwege het industrieterrein op de gevels van de gebouwen met deze geluidsgevoelige bestemmingen niet hoger zal zijn dan de daarvoor geldende voorkeursgrenswaarde of een verkregen hogere grenswaarde.
Binnen de op de kaart voor Geluidzone - industrie - 2 aangeduide gronden (industrieterrein De Pijp) is het bouwen van nieuwe gebouwen met een geluidsgevoelige bestemming, in overeenstemming met het bepaalde in hoofdstuk 2 in dit plan, uitsluitend toegestaan, indien is gebleken dat de geluidsbelasting vanwege het industrieterrein op de gevels van de gebouwen met deze geluidsgevoelige bestemmingen niet hoger zal zijn dan de daarvoor geldende voorkeursgrenswaarde of een verkregen hogere grenswaarde.
Ter plaatse van de aanduiding 'Overige zone - evenementenzone 1' mogen - onverminderd het bepaalde in de regels per bestemming - evenementen worden gehouden. Hierbij gelden de volgende maxima:
Aantal per jaar | Bezoekers per dag | Dagen per evenement | Dagen incl. op- en afbouw | Geluid * 14.30 - 16.30 |
|
2 | 300 | 1 | 3 | 75 dB(A) |
* het maximale toegestane langtijdgemiddelde beoordelingsniveau, op de gevel van een geluidsgevoelige bestemming.
Ter plaatse van de aanduiding 'Overige zone - evenementenzone 2' mogen - onverminderd het bepaalde in de regels per bestemming - evenementen worden gehouden. Hierbij gelden de volgende maxima:
Aantal per jaar | Bezoekers per dag | Dagen per evenement | Dagen incl. op- en afbouw | Geluid * 10.00 - 24.00 |
|
1 | 500 | 3 | 3 | 75 dB(A) |
* het maximale toegestane langtijdgemiddelde beoordelingsniveau, op de gevel van een geluidsgevoelige bestemming.
Ter plaatse van de aanduiding 'Overige zone - evenementenzone 3' mogen - onverminderd het bepaalde in de regels per bestemming - evenementen worden gehouden. Hierbij gelden de volgende maxima:
Aantal per jaar | Bezoekers per dag | Dagen per evenement | Dagen incl. op- en afbouw | Geluid * 13.00 - 21.00 |
|
1 | 500 | 1 | 1 | 75 dB(A) |
* het maximale toegestane langtijdgemiddelde beoordelingsniveau, op de gevel van een geluidsgevoelige bestemming.
Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone' mogen geen kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten worden gerealiseerd.
Ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied - 1' zijn burgemeester en wethouders op basis van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening bevoegd de bestemming van de gronden te wijzigen in de bestemmingen 'Wonen', 'Tuin' en 'Verkeer', waarbij de volgende randvoorwaarden gelden:
Wijzigingsgebied 1 - Triangel locatie Van Diepenstraat
Beoordeling wijzigingsbevoegdheid
Bij toepassing van de wijzigingsbevoegdheid vindt, ter beoordeling van de toelaatbaarheid, een integrale belangenafweging plaats, waarbij onderstaande zaken aangetoond zijn:
- de uitvoerbaarheid, waaronder begrepen de milieutechnische, waterhuishoudkundige, archeologische, ecologische en verkeerstechnische toelaatbaarheid;
- de stedenbouwkundige inpasbaarheid.
Indien van toepassing dient gelijktijdig met de procedure voor de wijziging een procedure voor het vaststellen van hogere waarden voor de geluidsbelasting worden gevoerd.
Als de toelaatbaarheid in inpasbaarheid van het plan niet is aangetoond, is de wijzigingsbevoegdheid niet van toepassing.
Ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied - 2' zijn burgemeester en wethouders op basis van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening bevoegd de bestemming van de gronden te wijzigen in de bestemmingen 'Verkeer', 'Groen', 'Tuin' en 'Wonen', waarbij de volgende randvoorwaarden gelden:
Wijzigingsgebied 2 - Triangel locatie Stratingplantsoen/Duinvlietstraat
Beoordeling wijzigingsbevoegdheid
Bij toepassing van de wijzigingsbevoegdheid vindt, ter beoordeling van de toelaatbaarheid, een integrale belangenafweging plaats, waarbij onderstaande zaken aangetoond zijn:
- de uitvoerbaarheid, waaronder begrepen de milieutechnische, waterhuishoudkundige, archeologische, ecologische en verkeerstechnische toelaatbaarheid;
- de stedenbouwkundige inpasbaarheid.
Indien van toepassing dient gelijktijdig met de procedure voor de wijziging een procedure voor het vaststellen van hogere waarden voor de geluidsbelasting worden gevoerd.
Als de toelaatbaarheid in inpasbaarheid van het plan niet is aangetoond, is de wijzigingsbevoegdheid niet van toepassing.
Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, een omgevingsvergunning verlenen om af te wijken van:
Bij de beoordeling van een verzoek om een omgevingsvergunning wordt rekening gehouden met eerder verleende omgevingsvergunningen op basis van dit artikel, om te beoordelen of maximale afwijkingsmogelijkheden al dan niet worden overschreden.
De bouwgrenzen mogen in afwijking van de verbeelding, de bestemmingsregels en met inachtneming van het bepaalde in artikel 2 uitsluitend worden overschreden door:
Indien boven een weg wordt gebouwd, mag niet lager worden gebouwd dan:
Het is verboden gronden en bouwwerken te gebruiken of te laten gebruiken op een wijze of tot een doel strijdig met de aan de grond gegeven bestemming, de bestemmingsomschrijving en de overige regels in dit bestemmingsplan.
Onder strijdige gebruik wordt in ieder geval verstaan:
Onder strijdig gebruik wordt in ieder geval niet verstaan:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen om af te wijken van het bepaalde in artikel 26.1, indien strikte toepassing van het verbod leidt tot beperkingen in het meest doelmatige gebruik die niet door dringende redenen worden gerechtvaardigd.
Op de voorbereiding van een besluit omtrent wijziging, uitwerking, een omgevingsvergunning voor een afwijking, of nadere eis is afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing waarbij moet worden aangetoond dat voldoende onderzoek verricht is naar de planologisch relevante aspecten zoals bodem, water, flora en fauna, luchtkwaliteit en archeologie.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6 Wet ruimtelijke ordening het plan te wijzigen, indien de wijziging betrekking heeft op het in geringe mate wijzigen van het aangeduide bebouwingsvlak en/of de bestemming, mits:
Bij de beoordeling van een verzoek om toepassing van de wijzigingsbevoegdheid wordt rekening gehouden met eerder gepleegde wijzigingen op basis van dit artikel om te beoordelen of maximale maten en/of oppervlakten al dan niet worden overschreden.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
De wettelijke regelingen waarnaar in de regels wordt verwezen, gelden zoals deze luiden op het moment van vaststelling van het plan.
Bij de bevoegdheid van het college tot het verlenen van een vergunning waarbij dit bestemmingsplan als toetsingsgrond geldt is tevens het op het moment van indiening vigerende parkeernormenbeleid van toepassing. Indien niet wordt voldaan aan de in dit parkeernormenbeleid genoemde parkeernormen zal de vergunning worden geweigerd.
Van het bepaalde in artikel 30.1 kan worden afgeweken indien:
Wanneer in het plan gronden zijn aangewezen voor één of meer dubbelbestemmingen mogen op grond van de ene dubbelbestemming geen bouwwerken, werken of werkzaamheden worden toegelaten indien deze op grond van één van de andere dubbelbestemmingen niet toelaatbaar zijn.
Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot
Het bevoegd gezag kan eenmalig een omgevingsvergunning verlenen om af te wijken van het eerste lid voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%.
Het eerste lid is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, als bedoeld in 32.2.1, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
Indien het gebruik, als bedoeld in 32.2.1, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten
Lid 32.2.1 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan 'Velsen-Noord' met idn: NL.IMRO.0453.BP0400VELSENNOORD1-R001.