direct naar inhoud van 4.9 Wonen
Plan: Zeezicht
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0453.BP0100ZEEZICHT1-R001

4.9 Wonen

4.9.1 Inleiding

In het uitgebreide plangebied liggen slechts op een paar locaties enkele woningen. Behoudens bedrijfswoningen op de sluizen, bewoning van woonboten zonder planologische grondslag en de recreatiewoningen aan de IJmuiderslag vindt alleen permanente bewoning plaats op de Kennemerboulevard. In de gemeentelijke structuurvisie is het gebied westelijk van IJmuiden genoemd als mogelijke woningbouwlocatie na 2020. Omdat deze termijn aan het eind of buiten de planperiode voor dit bestemmingsplan valt, wordt hier in het plan niet op geanticipeerd.

4.9.2 Woonboten

Rondom de sluizen liggen enkele woonboten op gronden met, in het vigerende bestemmingsplan, de bestemming verkeer te water. Een woonboot is geen verkeer te water en de ligging op deze locatie is derhalve strijdig met het bestemmingsplan. Doordat woonboten voorheen geen bouwwerken zijn in de zin van de Woningwet, betekent dat ze niet werden aangemerkt als geluidsgevoelige bestemmingen in het kader van de Wet geluidhinder. Echter een ligplaats in het water, bestemd om door een woonschip te worden ingenomen is sinds 1 juli 2012 in het Besluit geluidhinder aangewezen als geluidsgevoelig terrein als bedoeld in artikel 1 van de Wet. Het gaat daarbij om legale en permanente ligplaatsen. Een legale ligplaats in het kader van het Besluit geluidhinder is een ligplaats die als zondanig is bestemd in het bestemmingsplan. De grenswaarden gelden op de grens van de ligplaats, er gelden geen binnenwaarden voor woonschepen. Ligplaatsen voor woonschepen die bij gemeentelijke verordening (Woonschepenverordening, Havenverordening, Algemene Plaatselijke Verordening) zijn aangewezen, zonder dat daarvoor aanwijzing in het bestemmingsplan heeft plaatsgevonden, worden niet aangemerkt als geluidsgevoelig terrein. Voor het overhevelen van bestaande ligplaatsen van een verordening naar het bestemmingsplan is overgangsrecht opgenomen.


Overgangsrecht: Ligplaatsen in het water die op 1 juli 2012 in een gemeentelijke verordening zijn aangewezen om door een woonschip te worden ingenomen kunnen tot 1 juli 2022 bij de eerste toepassing van de volgende procedures van rechtswege worden opgenomen in het bestemmingsplan zonder dat ze worden getoetst als geluidsgevoelig terrein:

artikel 59 (ten hoogste toelaatbare geluidsbelasting binnen een zone van een industrieterrein);

artikel 76 en 76a (bij binnen de zone van een weg vaststellen van bestemmingsplan of wijzigings- of uitwerkingsplan of omgevingsvergunning tot afwijking van een bestemmingsplan);

artikel 77 (akoestisch onderzoek ter voorbereiding van plan of vergunning binnen de zone van een weg).

Dit overgangsrecht is opgenomen omdat het niet redelijk wordt geacht bestaande ligplaatsen te toetsen als ware het nieuwe ligplaatsen enkel omdat ze van het ene juridische instrument (verordening) worden overgeheveld naar het andere (bestemmingsplan).


De woonboten aan de Noordersluisweg zijn in het verleden niet in een bestemmingsplan opgenomen en de ligplaatsen zijn niet in een gemeentelijke verordening aangewezen als plaats dat mag worden ingenomen door een Woonschip. De woonschepen kunnen dus, mede vanwege de beperkingen uit de herziene Wgh, niet worden gelegaliseerd.

4.9.3 Sluiseiland

De woningen op het middensluiseiland hebben in het oude bestemmingsplan de bestemming "verkeer te water". Vanuit milieutechnisch oogpunt is het ongewenst dat op het sluiseiland wordt gewoond. Het betreft circa een 24-tal bedrijfswoningen (gebouwen ten behoeve van of verband houdend met verkeer te water) die van oorsprong werden bewoond door personeel van RWS die direct met de bedrijfsvoering van de sluizen te maken hebben. Een herziening van een bestemmingsplan dient de actualisatie op peil te houden en deze situatie is niet meer actueel. Een bedrijfswoning is bedoeld als woning voor iemand die met het bedrijf verbonden is en waarvan het voor de bedrijfsvoering noodzakelijk is dat hij/zij bij of op het terrein van het betreffende bedrijf woont. Deze noodzaak is weggevallen. De bezwaren op bewoning op deze locatie zijn vanwege eerder genoemde milieutechnische redenen echter in die mate toegenomen dat een woonfunctie toekennen aan deze gronden strijdig is met een goede ruimtelijke ordening. De woningen die hier staan zijn derhalve niet als woning in het bestemmingsplan bestemd. In het startdocument dat vooruitlopend op dit bestemmingsplan door het college is vastgesteld en ter consultatie aan de raad is aangeboden is aangegeven dat hierdoor de woningen en de bewoning ervan uitsluitend via het overgangsrecht is toegestaan. In het bestemmingsplan is dat nader geconcretiseerd door aan de huidige bewoners persoonsgebonden overgangsrecht toe te kennen. Hiermee wordt recht gedaan aan het kunnen blijven bewonen van de woningen door de huidige bewoners maar zekerheid gegeven aan het op termijn beëindigen van de woonfunctie op het sluiseilandencomplex.

4.9.4 IJmuiderslag

Met betrekking tot de permanente bewoning van de IJmuiderslag is dit geregeld middels persoonsgebonden beschikkingen. Dit betekent dat wanneer deze mensen vertrekken, er in deze recreatiewoningen niet opnieuw permanente bewoning mag plaatsvinden. Wens was om de recreatiewoningen aan de IJmuiderslag een woonbestemming te geven, echter het gebied valt buiten de rode contour en als zodanig in het landelijk gebied zoals is vastgesteld in de Provinciale Ruimtelijke Verordening Structuurvisie (vastgesteld door PS op 21 juni 2010). Artikel 13 van deze PRVS zegt: “Een bestemmingsplan voorziet niet in de ontwikkeling van nieuwe woningbouw in het landelijk gebied” De provinciale ruimtelijke verordening artikel 18 lid 1 zegt: "...een bestemmingsplan niet voorziet in de mogelijkheid van permanente bewoning van recreatiewoningen en stacaravans". Vanuit de provincie wordt het dus niet mogelijk gemaakt om de recreatiewoningen een bestemming te geven die permanente bewoning mogelijk maakt. Verschillende malen hebben de bewoners van de recreatiewoningen wel een verzoek ingediend om hun woning permanent te mogen bewonen. Deze verzoeken zijn vaak gehonoreerd met een persoonsgebonden beschikking echter, de rechtbank in Haarlem heeft op 6 juli 2007 deze besluiten vernietigd met de motivering dat een aanvraag om een persoonsgebonden beschikking als de onderhavige gelijk kan worden gesteld met een aanvraag om een vrijstelling. Hieruit vloeit voort dat degene die beroep hebben ingesteld bij de rechtbank impliciet een verzoek hebben ingediend tot het verlenen van een vrijstelling ex artikel 19, eerste lid, van de Wet op de Ruimtelijke ordening (oude wet). Deze procedure is uiteindelijk niet gevoerd en derhalve geen "verklaring van geen bezwaar" aan de Provincie aangevraagd. De gemeenteraad van de gemeente Velsen heeft in het verleden wel het standpunt ingenomen dat permanente bewoning van de IJmuiderslag mogelijk moet zijn.

Er is gekozen om de woningen als recreatiewoning te bestemmen en permanente bewoning in het bestemmingsplan niet mogelijk te maken. De volgende feiten liggen ten grondslag aan deze keuze:

  • De minister heeft bij brief van 27 april 2004 aangegeven dat wijziging van bestemming van "recreatie" naar "wonen" mogelijk is onder de voorwaarde dat de recreatiewoning niet is gelegen in een kwetsbaar gebied. Het gebied waarin het complex is gelegen is door de toenmalige minister van VROM "kwetsbaar gebied" aangemerkt.
  • Het college heeft bij brief van 6 december 2004 aan de minister bevestigd dat bestemmingswijziging naar wonen voor de locatie niet mogelijk is en dat bewoning wordt toegestaan middels persoongebonden beschikkingen voor bewoners van voor 31 oktober 2003. Het streven blijft om permanente bewoning voor dit gehele complex mogelijk te maken.
  • Op 20 mei 2005 heeft de gemeente de provincie gevraagd of zij goedkeuring willen verlenen aan een vrijstelling op het bestemmingsplan om permanente bewoning mogelijk te maken. 19 oktober 2005 heeft de provincie geantwoord hier geen medewerking aan te verlenen in verband met ligging in een kwetsbaar gebied.
  • Provinciale Ruimtelijke Verordening Structuurvisie (vastgesteld door PS op 21 juni 2010). Artikel 13 van deze PRVS zegt: “Een bestemmingsplan voorziet niet in de ontwikkeling van nieuwe woningbouw in het landelijk gebied” De provinciale ruimtelijke verordening artikel 18 lid 1 zegt: "...een bestemmingsplan niet voorziet in de mogelijkheid van permanente bewoning van recreatiewoningen en stacaravans".
4.9.5 Kennemerboulevard

In het verleden zijn er verschillende plannen voor het Velsense duin- en strandgebied ontwikkeld. Aan de Kennemerboulevard is de eerste fase van één van die plannen, het plan Kustvisie, gerealiseerd middels een artikel 19.1 procedure uit de WRO. In deze procedure is het onder andere mogelijk gemaakt om 84 recreatiewoningen op te richten. Bij brief van 27 april 2004 heeft de toenmalige minister van VROM alle gemeente verzocht informatie te verstrekken omtrent het permanent bewonen van recreatiewoningen in de gemeente en of er complexen zijn die voldoen aan de rijkscriteria om tot legalisatie van permanente bewoning over te gaan. Bij brief van 6 december 2004 heeft de gemeente Velsen de minister gemeld dat het complex recreatiewoningen aan de Kennemerboulevard voldoet aan alle criteria om tot legalisatie over te gaan en heeft het college besloten hiervoor een zogenaamde droge artikel 19 lid 2 procedure te voeren. Bij de ontwikkeling van een nieuw bestemmingsplan zullen deze woningen positief worden bestemd. Echter is de zogenaamde artikel 19 lid 2 procedure niet gevoerd waardoor dit bestemmingsplan het eerste planologisch document wordt dat permanente bewoning aan de Kennemerboulevard toestaat.