Plan: | Weidevenne 2012 |
---|---|
Plannummer: | BPWV2012 |
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0439.BPWV2012-va02 |
In ruimtelijke plannen moet worden aangetoond dat hoe de ontwikkelingen die hierin mogelijk worden gemaakt zich verhouden met de wet- en regelgeving op het gebied van gebieds- en soortenbescherming.
De gebiedsbescherming is geregeld in de Natuurbeschermingswet (1998). Deze wet regelt de bescherming van gebieden die in het kader van de Vogel- en Habitatrichtlijn beschermd moeten worden. Alleen binnen die gebieden is de wet van toepassing.
De Natuurbeschermingswet kent drie typen gebieden:
In Purmerend komen deze gebieden niet voor.
De soortenbescherming is geregeld in de Flora- en faunawet. Deze wet is gericht op de bescherming van dier- en plantensoorten in hun natuurlijke leefgebied. De Flora- en faunawet bevat onder meer verbodsbepalingen met betrekking tot het aantasten, verontrusten of verstoren van beschermde dier- en plantensoorten, hun nesten, holen en andere voortplantings- of vaste rust- en verblijfsplaatsen. De Flora- en faunawet is in zoverre voor de onderhavige ontwikkeling van belang, dat bij de voorbereiding van het plan moet worden onderzocht of deze wet de uitvoering van de ontwikkeling niet in de weg staat.
Op het gebied van flora en fauna is Weidevenne grofweg in twee gebieden te verdelen: de bebouwde kom en het omliggende groengebied. Hieronder zullen de beide gebieden apart worden bestudeerd.
Bebouwde kom
Het plangebied voor dit bestemmingsplan bevindt zich overwegend in de bebouwde kom van Purmerend. Het voor wonen bestemde gedeelte van Weidevenne (kwadranten I t/m IV) wordt gekenmerkt door de volgende biotopen: openbare groenstroken, sloten, bomen, struweel, verharding en bebouwing. Dit gedeelte van het plangebied maakt geen deel uit van de Ecologische Hoofdstructuur (EHS).
Voor de ontwikkeling van het laatste kwadrant, Kwadrant Europa, is een ontheffing van de Flora- en faunawet afgegeven. Deze ontheffing liep echter in oktober 2011 af. Met het oog op de nog te realiseren woningbouwontwikkelingen in kwadrant Europa is opdracht verleend aan Ecologisch onderzoeksbureau Van der Goes en Groot om mee te werken aan het proces rondom de mogelijk nieuwe aanvraag voor een ontheffing. Op grond van een literatuuronderzoek en een veldbezoek5 is een beoordeling gemaakt van de huidige situatie op de bouwterreinen en daarop voorkomende flora en fauna. Op grond van deze beoordeling is een advies opgesteld over de nieuwe ontheffingsaanvraag. Hieruit kan worden gesteld dat op de nog te bebouwen gronden alleen algemene licht beschermde soorten aanwezig zijn. Hiervoor hoeft geen ontheffing te worden aangevraagd, maar geldt wel de zorgplicht.
Op grond van de bevindingen tijdens veldbezoeken is bescherming, anders dan de algemene zorgplicht, van bijzondere soorten niet nodig en hoeft bij nieuwe ontwikkelingen géén nieuwe ontheffing te worden aangevraagd in het kader van de Flora- en faunawet.
Ecologische Hoofdstructuur
Ten westen en zuiden van de bebouwing in Weidevenne bevindt zich een groengebied. Het westelijke gedeelte (ten westen van de spoorlijn) maakt onderdeel uit van de Provinciale Ecologische Hoofdstructuur, PEHS (zie ook 2.2.4). Afbeelding 5.4 toont een uitsnede van de kaart voor de PEHS uit de Nota Natuurbeleid 2005 - Noord-Holland Natuurlijk!
Afbeelding 5.4: Provinciale Ecologische Hoofdstructuur, uitsnede voor Purmerend.
De PEHS is nader uitgewerkt in de Structuurvisie Noord-Holland 2040 uit 2011. Afbeelding 5.5 toont een uitsnede van de themakaart Natuur uit de Structuurvisie Noord-Holland 2040.
Afbeelding 5.5: Themakaart Natuur uit de Structuurvisie Noord-Holland 2040, uitsnede Weidevenne.
Deze ecologische zone, bekend onder de naam Weideveld, moet de verbinding waarborgen tussen de waardevolle veenweidelandschappen en in het bijzonder tussen de natuurgebieden Wormer- en Jisperveld respectievelijk Ilper- en Oostzanerveld; een verbinding die vooral van belang is voor kleine zoogdieren, riet- en moerasvogels en amfibieën, maar ook voor vele plantensoorten. Bij de inrichting van de ecologische zone is de oorspronkelijke langgerekte verkaveling van het veenweidelandschap geaccentueerd door het graven van extra sloten. De gehele inrichting, het gebruik en het beheer is gericht op het waarborgen van de ecologische verbinding. Deze primaire functie is onverenigbaar met een fysiek recreatief medegebruik. De landschappelijke en natuurlijke aantrekkelijkheid van de zone kan visueel beleefd worden vanaf het fietspad over de Wormerringdijk en vanaf de openbare oever langs het woongebied. Op het smalste punt van de zone bevindt zich een langzaamverkeersbrug welke het woongebied met de Wormerringdijk verbindt. De ecologische zone wordt beheerd door de stichting Noordhollands Landschap en het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier als dijkbeheerder.
In onderhavig conserverend bestemmingsplan worden nieuwe ontwikkelingen in dit gebied niet mogelijk gemaakt. Een onderzoek naar flora en fauna is derhalve niet noodzakelijk.
Het zuidelijke gedeelte is ingericht en bestemd als recreatiegebied. Nieuwe ontwikkelingen en bebouwing is in dit recreatiegebied niet toegestaan. Op basis hiervan is ook voor dit gedeelte een onderzoek naar flora en fauna niet noodzakelijk.
Het aspect flora en fauna vormt geen belemmering voor de vaststelling van dit bestemmingsplan. De aanwezige ecologische waarden worden door middel van dit bestemmingsplan gewaarborgd.