direct naar inhoud van 4.8 Verkeer
Plan: Binnenstad 2010
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0439.BPBS2010-VS03

4.8 Verkeer

In het plangebied komen alle verkeersstromen samen: auto's, fietsen, bussen en voetgangers delen hier de beperkte verkeersruimte of kruisen met elkaar. Het beleid ten aanzien van verkeer en vervoer in de binnenstad is op hoofdlijnen beschreven in het Verkeers- en Vervoerplan Purmerend 2010. Uitwerking hiervan heeft plaatsgevonden in de Structuurvisie, de beleidsnota Parkeren in de binnenstad Purmerend en omgeving (parkeerbeleid 2004 - 2010), het Verkeersveiligheidsplan Purmerend 2007 - 2010 en de Haalbaarheidsstudie parkeergarages Purmerend uit 2008. Op regionale schaal zijn het convenant Gebiedsgericht Benutten (GGB) Purmerend uit 2008 en de OV Visie 2010 - 2030 van belang.

De verkeersstructuur in de binnenstad is opgebouwd uit drie elementen:

  • Gebiedsontsluitingswegen zoals De Gedempte Where en de Westerstraat. Deze wegen ontsluiten de gehele stad. Ze zijn ingericht om te ontsluiten en kennen een maximum snelheid van 50 km/uur en bieden zo min mogelijk weerstand. Verkeersoorten worden vanwege de verkeersveiligheid zo veel mogelijk gescheiden.
  • Erftoegangswegen + zoals de Nieuwstraat en de Plantsoengracht. Deze wegen ontsluiten de binnenstad. De maximum snelheid is hier 50 km/uur. Waar het mogelijk is, is het verkeer gemengd en ongeregeld.
  • Erftoegangswegen. Dit zijn de overige straten in het plangebied. Deze zijn primair bedoeld om te verblijven en te parkeren. Hier geldt in het algemeen een maximum snelheid van 30-km/uur of is autoverkeer niet toegestaan. Langzaam verkeer is hier minimaal gelijkwaardig aan het autoverkeer.

afbeelding "i_NL.IMRO.0439.BPBS2010-VS03_0005.jpg"

Figuur 6: Uitsnede wegcategorisering Purmerend (bron: Verkeersveiligheidsplan Purmerend)

Het bestemmingsplan biedt ruimte voor de inrichting van wegprofielen conform de uitgangspunten van 'Duurzaam veilig' en voor specifieke wegaanpassingen aan kruispunten in de binnenstad ter verbetering van de verkeersveiligheid. De uitgangspunten hiervoor staan vermeld in het Verkeersveiligheidsplan 2007 - 2010.

In deze paragraaf wordt nader ingegaan op de verschillende gebruikers van deze verkeersstructuur, het beleid ten aanzien van dit gebruik en de gevolgen hiervan voor het bestemmingsplan.

4.8.1 Langzaam verkeer

Bestaande situatie

Het kerngebied van de binnenstad (het winkelgebied, inclusief de Koemarkt), is voetgangersgebied. Autoverkeer is hier niet toegestaan (met uitzondering van laden en lossen) en hier mag in principe ook niet gefietst worden. In de praktijk gebeurt dit laatste wel. In de woongebieden in de Hoornsebuurt wordt het fietsverkeer gemengd met het autoverkeer (30-km/uur zone) afgewikkeld.

Overal in het gebied zijn voetpaden aanwezig langs de wegen voor het autoverkeer. Langs de gebiedsontsluitingswegen zijn vrijwel overal vrijliggende fietspaden of fietsstroken aanwezig, behalve op de Gedempte Singelgracht. Hier ontbreekt een fietsvoorziening. Daar waar fietsverkeer deze ontsluitingswegen kruist, zijn de oversteken geregeld met verkeersregelinstallaties. Op de Nieuwstraat en Plantsoengracht (Erftoegangwegen +) zijn fietsstroken aanwezig. Langzaam verkeer dat hier de straat wil kruisen doet dit ongeregeld en geeft voorrang aan het overige verkeer.

Beleid en gewenste ontwikkeling

Het beleid is er op gericht de bereikbaarheid van de binnenstad aantrekkelijk te maken voor fietsverkeer. Dit jaar wordt een nieuw fietsbeleidsplan opgesteld en aan de raad ter vaststelling voorgelegd. Omdat de raad een nullijn hanteert voor wat betreft nieuwe initiatieven is de beschikbaarheid over budget en daarmee de uitvoering van maatregelen onzeker.

In 2011 wordt de Melkwegbrug aangelegd, een brug voor het fiets- en voetgangersverkeer. Hiermee wordt een goede verbinding gecreëerd tussen de wijken Weidevenne en Kop van West en het centrum. Deze brug komt maakt geen onderdeel uit van onderhavig bestemmingsplan.

4.8.2 Autoverkeer en parkeren

Bestaande situatie

Het plangebied wordt ontsloten door een aantal wegen dat in de wegcategorisering van de gemeente Purmerend is gecategoriseerd als gebiedsontsluitingsweg dan wel "erftoegangsweg +" met een maximumsnelheid van 50 km/h. De Gedempte Where, de Gedempte Singelgracht en de Westerstraat zijn gebiedsontsluitingswegen. De Nieuwstraat en de Plantsoengracht behoren tot de categorie "erftoegangsweg +". De overige wegen en straten in het gebied zijn ingericht als verblijfsgebied en hebben een woonerf regiem of zijn ingericht als 30 km/h-regime.

Aan de westzijde van het plangebied geeft de Gedempte Where via de Zuiddijk (gelegen in de gemeente Beemster) aansluiting op de A7 (Zaandam-Hoorn). Aan de zuidwest zijde wordt het gebied via de Jaagweg ontsloten richting Amsterdam en de woonwijken Gors-zuid en Weidevenne. De Gedempte Where is de belangrijkste ontsluitingsweg in het plangebied, en behoort tot de drukste wegen van Purmerend. Deze weg staat momenteel in de top 10 verkeersveiligheidsknelpunten van de gemeente. Het kruispunt Achterdijk, Gedempte Where, Hoornselaan, Kalversteeg is daarbij een belangrijk veiligheidsknelpunt met betrekking tot het fietsverkeer. Hier kruist het fietsverkeer vanuit het noorden naar de binnenstad de drukke stroom autoverkeer.

De gemeente Purmerend heeft in het Verkeers- en Vervoersplan Purmerend (vastgesteld door de gemeenteraad van Purmerend in juni 2003) ingezet op een autoluwe binnenstad. Als uitwerking hierop is in 2007 overgegaan tot de invoering van het zogenaamde gedeeltelijk rotondemodel). De "ring" rond de binnenstad is daarbij gedeeltelijk in één richting te gebruiken. De Westerstraat en het westelijke deel van de Nieuwstraat (tot aan de toegang tot de Willem Eggert parkeergarage) hebben éénrichting verkeer, het openbaar vervoer rijdt nog in twee richtingen.

Het parkeren in de binnenstad vindt plaats op openbare straatparkeerplaatsen, op privé-terreinen van bedrijven en in parkeergarages. Uit het Parkeeronderzoek Purmerend Binnenstad, Gors-noord uit 2009 blijkt dat de parkeerdruk in het centrum van Purmerend en omgeving op het drukst waargenomen moment 75% bedraagt. De parkeerdruk in het openbare gebied is dan ook hoog, maar ruim lager dan de maximale wenselijke bezettingsgraad van 85%. In de gehele binnenstad is het parkeren gereguleerd door middel van vergunningsparkeren en/of betaald parkeren.

Er zijn in 2010 twee permanente parkeergarages in gebruik in de binnenstad: de parkeergarage bij het WEC (400 parkeerplaatsen) en de parkeergarage Claxonate (200 parkeerplaatsen). Daarnaast is er een tijdelijke, demontabele parkeergarage gerealiseerd op de Schapenmarkt (het Lammetje) met circa 200 plaatsen. Dit om (tijdelijk) het verlies aan parkeerplaatsen door de herinrichting van de Koemarkt te compenseren. Voor de tijdelijke parkeergarage is in 2008 een tijdelijke vrijstelling verleend van het bestemmingsplan "Koemarkt e.o. 1976" en het Uitwerkingsplan III van bestemmingsplan "Koemarkt 1976" voor de periode van maximaal vijf jaar na realisatie en in geen geval langer dan tot 1 maart 2014 worden Deze vrijstelling kan niet worden verlengd. Uiterlijk aan het einde van deze periode en in geen geval later dan 1 maart 2014 dient de tijdelijke parkeergarage te zijn verwijderd.

Beleid en gewenste ontwikkelingen

In de binnenstad is de auto te gast. In de Structuurvisie is ten aanzien van de verkeersstructuur de ambitie opgenomen het doorgaande verkeer langs het centrum te ontmoedigen.

De keuze om het gedeeltelijke rotondemodel te handhaven of een volledig rotondemodel in te voeren is nog punt van discussie. Onderzocht wordt wat de mogelijkheden zijn van een volledig rotondemodel. Dit onderzoek wordt naar verwachting afgerond in 2011. De keuze ten aanzien van de verkeersstructuur voor het centrum moet in samenhang met economische en stedenbouwkundige overwegingen plaats vinden.

In de Structuurvisie is aangegeven dat, ter bevordering van de leefbaarheid en kwaliteit van de binnenstad, het aantal straatparkeerplaatsen zoveel mogelijk dient te verdwijnen. De straatparkeerplaatsen moeten gecompenseerd worden in parkeergarages. Aangegeven is dat er een behoefte is aan circa 1300 parkeerplaatsen in parkeergarages. Momenteel staat deze ambitie ter discussie omdat de geplande parkeergarages waarschijnlijk niet kostenneutraal kunnen worden geëxploiteerd. Een herbezinning van de ambities voor het parkeren in de binnenstad is gewenst.

Met betrekking tot nieuwe ontwikkelingen in het plangebied is het van belang bij deze ontwikkelingen voldoende parkeerplaatsen te realiseren, omdat de parkeerdruk in het omringende gebied hoog is. In de beleidsnota Parkeren in de binnenstad Purmerend en omgeving (Parkeerbeleid 2004-2010) zijn parkeernormen (aantal te realiseren parkeerplaatsen) opgenomen. Deze normen gelden voor ontwikkelingen in de binnenstad. Dit beleid is door het college van burgemeester en wethouders vastgesteld op 15 september 2005.

4.8.3 Openbaar vervoer

Huidige situatie

De binnenstad van Purmerend is goed bereikbaar met het openbaar vervoer, zowel voor reizigers vanuit Purmerend als vanuit de omliggende gemeenten. Het Tramplein is het belangrijkste openbaar vervoer(OV)knooppunt van de stad en veel lijnen hebben een halte op een van de ontsluitingswegen langs het centrum. Het Tramplein ligt buiten het plangebied.

Het treinstation Purmerend centrum ligt weliswaar op loopafstand van het centrum, het heeft echter een zeer beperkte functie in de ontsluiting van de binnenstad.

Beleid en gewenste ontwikkelingen

Het beleid ten aanzien van het openbaar vervoer is verwoord in de regionale OV-visie 2010-2030 (samen met de gemeenten opgesteld door de Stadsregio Amsterdam). De visie is leidraad voor het investeringsprogramma van de Stadsregio. Belangrijk voor de binnenstad hierbij is de (her)ontwikkeling van het busstation Tramplein als één van de regionale OV-knooppunten. De herontwikkeling van het busstation maakt geen onderdeel uit van het plangebied.