direct naar inhoud van Artikel 9 Waarde - beschermd stadsgezicht
Plan: Scheepmakerskwartier
Plannummer: UP1080001
Status: vastgesteld
Plantype: uitwerkingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0392.UP1080001-0003

Artikel 9 Waarde - beschermd stadsgezicht

9.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - beschermd stadsgezicht' aangewezen gronden zijn behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud, herstel en de uitbouw van de in de toelichting aangegeven cultuurhistorische en ruimtelijke waarden van het gebied en zijn bebouwing.

9.2 Bouwregels

In aanvulling op het bepaalde bij de andere daar voorkomende bestemming(en) gelden voor bouwwerken de volgende regels:

bouwvlak / voorgevelrooilijn

  • a. gebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. er moet aangesloten worden op de belendende gebouwen;
  • c. gebouwen mogen niet worden samengevoegd;
  • d. gebouwen mogen uitsluitend in de voorgevelrooilijn worden opgericht;

goothoogte / bouwhoogte / ondergronds bouwwerk

  • e. ter plaatse van de aanduiding '' minimale-maximale goothoogte'' dient binnen de aangegeven goothoogten te worden gebouwd;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'minimale-maximale goot-en bouwhoogte' dient binnen de aangegeven goot- en bouwhoogte te worden gebouwd;
  • g. ter plaatse van de aanduiding 'maximale goothoogte' dient binnen de aangegeven goothoogte te worden gebouwd;
  • h. ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' dient binnen de aangegeven bouwhoogte te worden gebouwd;
  • i. de verticale diepte van een ondergronds bouwwerk mag niet meer dan 7 meter bedragen;

kapverplichting

  • j. boven de goothoogte moet worden afgedekt met een kap waarvan:
    • 1. de maximale hoogte 4 meter bedraagt, verticaal gemeten vanaf de goothoogte;
    • 2. de dakhelling niet minder bedraagt dan 30 en niet meer dan 75 graden;

dakkapellen / gedeeltelijke geveloptrekkingen in het voordakvlak of een naar openbaar toegankelijk gebied gekeerd zijdakvlak

  • k. dakkapellen / gedeeltelijke geveloptrekkingen mogen in het voordakvlak of een naar openbaar toegankelijk gebied gekeerd zijdakvlakworden opgericht, mits:
    • 1. de dakkapel / gedeeltelijke geveloptrekking een maximale breedte heeft van 2,5 meter, waarbij de breedte nooit meer mag bedragen dan 50% van het dakvlak;
    • 2. de onderzijde van de dakkapel / gedeeltelijke geveloptrekking in of maximaal 1,0 meter boven de dakvoet wordt geplaatst;
    • 3. de afstand van de bovenzijde van de dakkapel / gedeeltelijke geveloptrekking tot de nok minimaal 0,5 meter bedraagt;
    • 4. de afstand van de zijkant van de dakkapel / gedeeltelijke geveloptrekking tot de zijkant van het dakvlak minimaal 0,9 meter bedraagt.
    • 5. bij meerdere dakkapellen / gedeeltelijke geveloptrekkingen in serie er tevens sprake is van een regelmatige rangschikking met een minimale onderlinge afstand van 0,5 meter en de totale breedte van de dakkapellen / gedeeltelijke geveloptrekkingen maximaal 50% van het dakvlak bedraagt.

dakkapellen / gedeeltelijke geveloptrekkingen in het achterdakvlak of een niet naar openbaar toegankelijk gebied gekeerd zijdakvlak

  • l. dakkapellen / gedeeltelijke geveloptrekkingen mogen worden opgericht in het achterdakvlak of een niet naar openbaar toegankelijk gebied gekeerd zijdakvlak, mits:
    • 1. de dakkapel / gedeeltelijke geveloptrekkingen een maximale breedte heeft van 2,5 meter, waarbij de breedte nooit meer mag bedragen dan 60% van het dakvlak;
    • 2. de onderzijde van de dakkapel / gedeeltelijke geveloptrekking in of minimaal 0,5 meter en maximaal 1,0 meter boven de dakvoet wordt geplaatst;
    • 3. de afstand van de bovenzijde van de dakkapel / gedeeltelijke geveloptrekkingen tot de nok minimaal 0,5 meter bedraagt;
    • 4. de afstand van de zijkant van de dakkapel / gedeeltelijke geveloptrekkingen tot de zijkant van het dakvlak minimaal 0,5 meter bedraagt.
    • 5. bij meerdere dakkapellen / gedeeltelijke geveloptrekkingen in serie er tevens sprake is van een regelmatige rangschikking met een minimale onderlinge afstand van 0,5 meter en de totale breedte van de dakkapellen /gedeeltelijke geveloptrekkingen maximaal 60% van het dakvlak bedraagt.

onderdoorgang/overbouwing

  • m. Ter plaatse van de aanduiding ''onderdoorgang'' is een onderdoorgang/overbouwing toegestaan, mits de maximale breedte niet meer bedraagt dan 3 meter.

9.3 Afwijken van de bouwregels

samenvoegen (parcelering)

  • n. Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 2 onder c. en toestaan dat twee gebouwen, worden samengevoegd ten behoeve van functies passend binnen de bestemming, mits:
    • 1. de gebouwen zijn aangeduid als , 'orde 3', 'nieuwbouw' dan wel als 'herstel stedenbouwkundige structuur op de waarderingskaart ';
    • 2. de totale voorgevelbreedte van twee gebouwen maximaal 12 meter is;
    • 3. de samenvoeging alleen geldt voor de begane grond;
    • 4. de individuele voorgevels van de gebouwen, inclusief eventueel aanwezige winkelpuien intact blijven;
    • 5. de samenvoeging omkeerbaar is;
    • 6. door het samenvoegen van de gebouwen het aantal opgangen naar bovenwoningen niet afneemt.

  • o. Het bevoegd gezag toetst bij de toepassing van de afwijkingsbevoegdheid als bedoeld in lid 3 of geen onevenredige aantasting zal plaatsvinden van:
    • 1. het straat- en bebouwingsbeeld;
    • 2. het historisch daklandschap;
    • 3. de bezonningssituatie;
    • 4. de verkeerssituatie ter plaatse;
    • 5. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden.