direct naar inhoud van Bijlage 1 Methodiek waarderingskaart en redengevende omschrijving orde 2
Plan: Bosch en Vaart
Plannummer: BP4080004
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0392.BP4080004-0004

Bijlage 1 Methodiek waarderingskaart en redengevende omschrijving orde 2

Bij dit bestemmingsplan is een waarderingskaart opgesteld, die als bijlage bij de toelichting is opgenomen. Hierin zijn een aantal orden weergegeven. In deze bijlage worden de orden, de methodiek tot het toekennen van een orde toegelicht. Vervolgens wordt een redengevende beschrijving gegeven van de orde 2 gebouwen. Dit om te motiveren aan de burger welke elementen het gebouw tot een orde 2 gebouw maken.

De waarderingskaart, de bijbehorende redengevende omschrijving en de verankering ervan in de regels is een co-productie geweest tussen ambtenaren van Bureau Ruimtelijk Ontwerp, Bureau Ruimtelijke en Cultuurhistorische plannen van afdeling Beleid en Bureau Specifieke Taken van afdeling Vergunningen en Toezicht. In deze groep is zowel de stedenbouwkundige als de architectuurhistorische discipline vertegenwoordigd. Het beeldkwaliteitplan Bosch en Vaart van Bureau Mattie en de Moor is als uitgangspunt gebruikt voor het opstellen van de waarderingskaart.

1. Doel

Het doel van de waarderingskaart is om de beschermende werking van het beschermd stadsgezicht handen en voeten te geven. Tevens zijn de gebouwen buiten het beschermd stadsgezicht, maar binnen hetzelfde bestemmingsplangebied meegenomen in de waardering. Op de kaart is een waardering van de stedenbouwkundige en architectonische kwaliteit van het stadsbeeld aangegeven. Zij geven inzicht in datgene wat uit het oogpunt van het stadsbeeld behouden moet worden en beschermd. Bij gebouwen die binnen beschermd stads- en dorpsgezicht liggen, fungeren de orden en de bijbehorende voorschriften in die zin ook als inhoudelijk toetsingskader voor sloopaanvragen ex artikel 37 van de Monumentenwet 1988.

2. Orden

In de waarderingskaart wordt gewerkt met een aantal orden die de mate van bescherming van een pand of straatwand aangeven. De gebouwen die de afgelopen vijftig jaar zijn gebouwd worden aangegeven middels de aanduiding 'Nieuwbouw'. Een aantal gebouwen naast elkaar die in één bouwstroom zijn neergezet worden aangegeven als 'ensembles en seriebouw'. De betekenis van de aanduidingen is als volgt:

Orde 1 (rood), Monumenten: Dit zijn gebouwen die zijn beschermd op grond van de Monumentenwet of de gemeentelijke Monumentenverordening, dat wil zeggen dat ze op de rijksmonumentenlijst respectievelijk gemeentelijke monumentlijst staan. Om het onderscheid tussen rijksmonument en gemeentelijk monument op de waarderingskaart zichtbaar te maken zijn de gemeentelijke monumenten voorzien van een aparte aanduiding.

Orde 2 (oranje), Beeldbepalende gebouwen: Dit zijn gebouwen die ouder zijn dan vijftig jaar en die op grond van hun hoge architectonische kwaliteit en / of vanwege het feit dat ze zeer bepalend zijn voor het beeld van de straatwand ter plaatse, behoudenswaardig zijn. Gebouwen die op de nominatie staan te worden toegevoegd aan de lijst met gemeentelijke monumenten worden gewaardeerd als orde 2 pand en op de waarderingskaart voorzien van de aanduiding 'kandidaat gemeentelijk monument'. De door het rijk geïnventariseerde MIP gebouwen (Monumenten Inventarisatie Project) en de BB-panden (beeldbepalende gebouwen) worden op de waarderingskaart eveneens aangeduid als orde 2.

Sloop van orde 2 gebouwen is ongewenst. Een vergunning hiervoor wordt in beginsel geweigerd. Alleen in uitzonderingsgevallen kan sloop van deze gebouwen aan de orde zijn. Bij verbouwing dient zoveel mogelijk te worden uitgegaan van een restauratieve aanpak van de straatgevels en de kap, Oorspronkelijke gevelelementen dienen te worden gehandhaafd en indien nodig hersteld. Hiervoor zijn tevens welstandscriteria opgenomen in de welstandsnota.

Orde 3 (geel): Deze orde omvat bouwwerken die ouder zijn dan vijftig jaar en van wisselende architectonische kwaliteit, die wat schaal en detaillering betreft passen in de gevelwand maar geen architectonische of stedenbouwkundige meerwaarde hebben. Ook gebouwen die ouder zijn dan vijftig jaar die door ingrijpende wijzigingen hun meerwaarde hebben verloren en de zogenaamde 'missers' behoren tot deze categorie. Vervanging is in principe mogelijk. Bij verbouwing is behoud van de schaal en de cultuurhistorische waarden binnen de gevelwand het uitgangspunt. Hiervoor zijn welstandscriteria opgenomen in de welstandnota.

Nieuwbouw (grijs): Gebouwen die de afgelopen vijftig jaren zijn gebouwd. Deze gebouwen zijn niet gewaardeerd. Het uitspreken van een afgewogen oordeel over deze bebouwing is vanwege de jonge leeftijd ervan lastig. De benodigde historische afstand, en dus het overzicht dat nodig is voor een kwalitatief oordeel, ontbreekt. Voor deze bouwwerken zijn in het kader van de waarderingskaart geen bijzondere regels opgenomen. Bij verbouwing gelden de kaders van het bestemmingsplan en de welstandscriteria van de welstandsnota.

Ensembles en seriebouw (groene lijn): Dit zijn gebouwen die in één bouwstroom zijn neergezet. Als in de vormgeving van de verschillende gebouwen de suggestie wordt gewekt dat het om een groter gebouw gaat, wordt dat een ensemble genoemd. Een aantal gebouwen naast elkaar in dezelfde architectuur is seriebouw. Voor ensembles geldt dat de samenhang tussen de verschillende gebouwen niet mag worden verstoord. Daarom moet een bouwkundige ingreep worden afgestemd met de overige gebouwen in een ensemble en een serie identieke gebouwen.

Kandidaat gemeentelijk monument: De gebouwen die op de nominatie staan om toegevoegd te worden aan de lijst met gemeentelijke monumenten zijn in de waarderingskaart behalve van een orde 2 status voorzien van een extra aanduiding. Dit heeft voornamelijk een informatieve waarde. Zodra de monumentenstatus van toepassing is veranderen deze gebouwen in feite van orde 2 gebouw in een orde 1 gebouw. In de Toelichting is een lijst opgenomen van de als gemeentelijk monument genomineerde gebouwen.

3. Redengevende omschrijving orde 2

Door het bureau Specifieke Taken (monumentenzorg) is een redengevende beschrijving gemaakt van alle orde 2 gebouwen. Deze matrix geeft per gebouw of ensemble een omschrijving van de karakteristieke onderdelen.

Straat   Huisnr.   Korte omschrijving   Stedenbouw- kundige zone  
Berkenrode-
straat  
1-7   Architect A. de Haan; bouwjaar 1902; architectonische eenheid met Schouwtjesplein 1-12
eclecticisme; afwisselend blok dat is opgebouwd uit vier symmetrische gedeeltes van telkens vier woningen; elk gedeelte bestaat uit vijf traveeën, links en rechts een wat bredere en in het midden een smalle travee witgepleisterd ter weerszijden van traveeën in baksteen, de drie middelste traveeën opgetrokken over drie lagen met plat dak, oorspronkelijk bekroond met kanteelvormige elementen, de buitenste traveeën over twee lagen met pannendak, diverse details in siermetselwerk en gemetselde boogfriesjes langs de zijgevels;
traditionele schuifraamkozijnen waar de oorspronkelijke raamindeling grotendeels uit is verdwenen; dakkapellen met lessenaarsdak in dakschilden; zijgevel van nr. 7 aan de Westerhoutstraat met pleisterwerk in spaarvelden en driezijdige erker over twee bouwlagen, waarvan de openslaande deuren op de begane grond in 1963 zijn veranderd in een raam met borstwering.  
A  
Berkenrode-
straat  
9-15   Nrs. 9 en 15:Architect H.M. Fockens; bouwjaar 1909; nrs. 11 en 13 daarop aansluitend
Eenvoudige baksteenarchitectuur in twee lagen met zadeldak; siertopgevel met zadeldak op nr. 11 en sierklokgevel op nr. 13; nr. 9 met afgeschuinde hoek en veelzijdig uitgebouwde hoektoren spitsdak; nr. 15 met vierkant uitgebouwd torenelement met inzwenkend tentdak; dakschild deels met overstek en deels met als kroonlijst behandelde bakgoot; dakkapellen van verschillende grootte; driezijdige erkers met schilddak bij nrs. 11, 13 en 15  
A  
Berkenrode-
straat  
17-19   Architect J. Verhagen jr.; bouwjaar 1910
Eenvoudige baksteenarchitectuur in twee lagen met dakschilden boven voor- en achtergevel bij een overigens plat dak; siertopgevels met vakwerkelementen; rechthoekige erkers met balkon en houten balkonhek; kleine dakkapellen in het voorgeveldakschild; voordeurkozijn met smalle zijlichten tot kalfhoogte  
A  
Berkenrode-
straat  
21-31   Architect J.P. Benner & H.; bouwjaar 1912
Eclecticisme
Blok van zes huizen symmetrisch opgezet; eclectische baksteenarchitectuur in twee lagen met plat dak en voorgeveldakschild in het midden doorbroken door twee siertopgevels en bij de uiteinden van het blok met sierklokgevels met spiegelboog; over volle gevellengte van de eerste verdieping een dubbele siersteenband in contrastkleur; in het midden ruitvormige gevelsteen; vier van de zes voordeuren terugliggend in boognis met ontlastingsboog in siermetselwerk met natuurstenen consoles; segmentbogen met sluitsteen boven de bredere kozijnen en rollagen boven de overige kozijnen; nrs. 21, 25, 27 en 31 met driezijdige erkers; nrs. 23 en 29 met houten balkon op consoles; balkons met houten balustrades; dakkapellen grotendeels niet oorspronkelijk (nr. 29 met niet oorspronkelijk dakterras in het dakschild).  
A  
Berkenrode-
straat  
2-4   Architect J.C. Groen; bouwjaar 1906; eenvoudige baksteenarchitectuur in twee lagen met plat dak, met opgemetselde balustraden langs de dakrand en in het midden op consoles uitstekende houten daklijst boven de iets terugspringende middenpartij van de gevel; driezijdige erkers met openslaande deuren en balkon met houten hekwerk   A  

Berkenrode-
straat  
6-8   Architect A. de Maaker; bouwjaar 1907; eenvoudige baksteenarchitectuur in twee lagen met zadeldak met zwaar overstek en bakgoot; gemetselde dakkapellen met zadeldak met groot overstek; kleine dakkapellen in het dakvlak; kozijnen op de begane grond met segmentbogen   A  
Berkenrode-
straat  
10-12   Architect H.M. Fockens; bouwjaar 1907; eenvoudige baksteenarchitectuur in twee lagen met zadeldak; met driezijdige erkers en door overstekend dakvlak overdekte erkerbalkons; grote dakkapellen boven de erker-balkon partij en kleine dakkapellen boven de voordeuren   A  
Berkenrode-
straat  
14   Bouwjaar 1908; eenvoudige baksteenarchitectuur in twee lagen onder zadeldak met torenvormige stenen dakkapel met tentdakje; kleine dakkapel in het dakschild; gevel op de verdieping en stenen dakkapel gepleisterd; driezijdige erker met schilddak; luifel boven de voordeur   A  
Berkenrode-
straat  
16-18   Architect G. Meppelink; bouwjaar 1909; eenvoudige baksteenarchitectuur met voorgeveldakschild (daarachter plat dak) met als siertopgevel uitgebouwd geveldeel met dakoverstek en houten stickstyle elementen; nr. 18 siertopgevel met wolfseind; overstekende bakgoot op consoles; kleine dakkapellen in de dakschilden; voordeuren met zijlichten en bovenlicht en op het kalf aansluitende luifel; nr. 16 met balkon op consoles boven het begane grondraam; nr. 18 met driezijdige erker met balkon   A  
Berkenrode-
straat  
20-22   Architect J. Verhagen; bouwjaar 1910; eenvoudige baksteenarchitectuur in twee lagen met voorgeveldakschild (daarachter plat dak)met als siertopgevel uitgebouwd geveldeel met dakoverstek en houten stickstyle elementen; nr. 22 siertopgevel met wolfseind; overstekende bakgoot op consoles; kleine dakkapellen in de dakschilden; voordeuren met zijlichten en bovenlicht en op het kalf aansluitende luifel; driezijdige erkers met balkon met houten balkonhek   A  
Berkenrode-
straat  
24-26   Architect J. Verhagen jr.; bouwjaar 1912; symmetrisch opgezette eenvoudige baksteenarchitectuur in twee lagen met voorgeveldakschild (daarachter plat dak) met als siertopgevel uitgebouwd geveldeel met vakwerkelementen; gootlijst en dakoverstekken op consoles; driezijdige brede erkers op de begane grond overgaand, met inzwenkende overgangsvorm, in smallere erkers op de verdieping; spaarbogen boven de overige kozijnen; kleine dakkapellen in het dakschild   A  
Berkenrode-
straat  
28-34   Architect G. van den Aardweg; bouwjaar 1913; eenvoudige baksteenarchitectuur in drie lagen met plat dak; erkers over één en over twee verdiepingen   A  
Berkenrode-
straat  
36-42   Architect G. van den Aardweg; bouwjaar 1914; zeer eenvoudige baksteenarchitectuur met erkers en balkons in drie lagen; schijnzadeldak voor een voor de rest plat dak   A  
Berkenrode-
straat  
44-50   Architect C. Grootes; bouwjaar 1914; zeer eenvoudige baksteenarchitectuur in drie bouwlagen, met erkeruitbouw aan twee zijden over de volle hoogte, plat dak   A  
Boekenrode-
straat  
1   Architect R.A.H. de Heer Kloots; bouwjaar 1909; eenvoudige baksteenarchitectuur in twee lagen aansluitend op de bebouwing van de Westerhoutstraat met trapgevel en driezijdige erker aan de Westerhoutstraat; niet oorspronkelijke vóór 1950 afgeplatte trapgevel aan de Boekenrodestraat op iets vooruitspringend bouwdeel; dakschild aan de Boekenrodestraat voor een overigens plat dak.; entreepartij met luifel.   A  
Boekenrode-
straat  
3-7   Architect R.A.M. de Heer Kloots; bouwjaar 1910; eenvoudige baksteenarchitectuur in twee lagen met siertopgevels; voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; twee driezijdige erkers en een rechthoekige erker; nr. 7 met luifel boven de entree.   A  

Boekenrode-
straat  
9   In 1912 gebouwd als dienstgebouw van de gemeente Heemstede met een meervoudige functie.
Vrijstaande baksteenarchitectuur in twee lagen met natuursteendetails op hoog hardstenen plint; gebogen erker met natuurstenen bekroning met het wapen van Heemstede; gedenksteen van de Ned. Ver. Van Huisvrouwen; met leien gedekte zadeldaken en steekkappen.
Kandidaat gemeentelijk monument.  
A  
Boekenrode-
straat  
11-13   Architect L. Evendijk; bouwjaar 1917; eenvoudige baksteenarchitectuur in twee bouwlagen; flauw zadeldak met siertopgevels; driezijdige erkers; entree's met luifels; vakwerkbouwdetails en pleisterwerk in de siertopgevels.   A  
Boekenrode-
straat  
15   Architect G.J. Stekelenburg; bouwjaar 1926; eenvoudige, vrijstaande baksteenarchitectuur in twee lagen met omlopend schilddak   A  
Boekenrode-
straat  
2-24   Architect R.A.M. de Heer Kloots; bouwjaar 1912-1914; eenvoudige baksteenarchitectuur met chaletstijl elementen, zoals houten balkonbalustrades boven de erkers; houten luifels boven de voordeuren; laag doorgetrokken kapconstructie met zwaar overstek met daklijsten op klossen; nu en dan afgeschuinde topgevels met overstek; enkele rondboognisjes boven de vensters   A  
Boekenrode-
straat  
26   Architect G. van den Aardweg; bouwjaar 1914; architectonische kenmerken overeenkomstig de aangrenzende panden nrs. 2-24   A  
Bos en Hovenstraat   1-5   Architect A. van der Veen; bouwjaar 1913; baksteenarchitectuur in twee lagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; siertopgevels met centraal klokgevel geflankeerd door twee trapgevels; spekstenen rondom de raamkozijnen; driezijdige erkers met balkon; voordeuren in rondbogige spaarvelden.   A  
Bos en Hovenstraat   7-17   Architect A. van der Veen; bouwjaar 1914-1915; eenvoudige baksteenbouw in twee lagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; siertopgevels deels gepleisterd en deels met afgesnuitte vorm; geprofileerde, over de topgevels omlopende kroongootlijst op consoles; driezijdige erkers met balkons; bij nr. 13 en 17 erker over twee bouwlagen.   A  
Bos en Hovenstraat   4-20   Architect J.B.; bouwjaar 1920; symmetrisch opgebouwd blok in twee bouwlagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; nrs 12 en 14 met siertopgevels in mansarde-vorm; driezijdige erkers met balkons met bijzondere houten balustrades; grote houten luifels in topgevelvorm boven de voordeuren met ovale bovenlichten.   A  
Bos en Hovenstraat   22-32   Architect J. Verhagen jr.; bouwjaar 1915-1920; baksteenarchitectuur in twee lagen met voorgeveldakschild, omlopend bij de zijgevel op nr. 32, voor een overigens plat dak; siertopgevels met steekkappen en nr. 22 met tentdak; uitkragende gootlijst op geprononceerde consoles; driezijdige en rechthoekige erkers met balkons; nr. 30 met erker over 2 bouwlagen; nr. 22 en 26 met ovaal bovenlicht; nr. 24, 26 en 28 met entreepartij onder halfronde boog; nr. 32 entree met luifel   A  
Bos en Vaartstraat   1   Bouwer M.C. van Rhijn; bouwjaar 1902; markante eind- of hoekbebouwing in twee lagen met boven het dakvlak opgaande veelhoekige torenopbouw met spitsdak en aansluitend klein balkon; veelhoekige erker met balkon aan de noordkant; driezijdige erker over twee bouwlagen aan de oostkant; dakschilden rond een overigens plat dak met siertopgevel en sterk uitkragende steekkap aan de oostkant.   A  
Bos en Vaartstraat   3-5   Architect nn; bouwjaar 1903; eenvoudige asymmetrische baksteenbouw in twee en drie bouwlagen met gevarieerde bekapping; erker over drie verdiepingen; boogvensters; tegen de oostgevel uitbouw onder lessenaarsdak met de ingangspartij in een ronde boog.   A  

Bos en Vaartstraat   7-9   Architect De Ridder; bouwjaar 1902; eclecticisch bouwblok in drie lagen; neorenaissance details, als spekstenen in de ontlastingsbogen boven de vensters en horizontale siersteenverbanden; de voordeuren teruggeplaatst in boognissen; plat dak met op consoles rustende daklijst   A  
Bos en Vaartstraat   11-13   Architect A. de Haan; bouwjaar 1901; decoratieve, symmetrische, witgepleisterde bouw in twee tot drie lagen, met deels voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; elementen zoals boogfriesjes, ontlastingsbogen en siersteentjes onder de vensterdorpels in schoon metselwerk   A  
Bos en Vaartstraat   15-15A   Architect nn; bouwjaar 1904; stadvilla in Engelse landhuisstijl; twee bouwlagen met hoog voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; driezijdige, gepleisterde erker met balkon door de bekapping heenbrekend; kleine ronde erker op de begane grond, overgaand in een grote ronde erker op de verdieping onder een rechthoekig uitspringende dakuitbouw   A  
Bos en Vaartstraat   17-23   Architect nn; bouwjaar 1904; symmetrisch blok van geschakelde stadsvilla's in Engelse landhuisstijl; twee bouwlagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; twee driezijdige erkers, boven de gootlijst uitgebouwd tot torentjes met hoge spits; twee driezijdige erkers over twee verdiepingen onder uitspringende, als vakwerkbouw behandelde siertopgevels; bakstenen gevels deels gepleisterd.   A  
Bos en Vaartstraat   25-29   Architect nn; bouwjaar nn; vrijstaande, deels gepleisterde baksteenbouw in twee lagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; middenpartij uitgebouwd met hoger opgaande siertopgevels; middenwoning met driezijdige erker.   A  
Bos en Vaartstraat   31-33   Architect P. Kuiper jr.; bouwjaar 1905
Vrijstaande dubbele villa in Engelse landhuisstijl met gevarieerde kap op 1 tot 3 bouwkagen; benedenverdieping overwegend schoon metselwerk, op de verdiepingen pleisterwerk met deels houten vakwerk; rechthoekige serre tegen de rechterzijgevel overgaand in balkons op de eerste en tweede verdieping; bovenlichten van de serreramen bezet met Jugendstil glas-in-lood ramen.  
A  
Bos en Vaartstraat   2   Architect Joh. Jansen; bouwjaar 1906; deels vrijstaande,dubbele villa (met Westerhoutstraat 1) in eenvoudige baksteenstijl; twee bouwlagen met pannengedekte zadeldaken en steekkappen; driezijdige erker over twee verdiepingen met gemetselde balustrade aan de zuidgevel; vijfzijdige erker met houten balkonhek aan de oostgevel; bovenlichten met kleine ruitindeling.   A  
Bos en Vaartstraat   4-6   Architect nn; bouwjaar 1905; baksteenbouw in twee en drie lagen met deels voorgeveldakschild en siertopgevel; nr. 6 hoger opgaand met gemetselde hoekpenanten naast sterk overkragende kroongootlijst op consoles; natuurstenen sluit- en accentstenen; nr. 4 met driezijdige erker met houten balkonhek; nr. 6 met deels sterk, in 1978, gewijzigde kozijnen en balkonhek   A  
Bos en Vaartstraat   8   Architect C. van Unnik; bouwjaar 1905; asymmetrische opgezette woning in twee bouwlagen met plat dak; voorgevel met siermetselwerk deels hoger opgaand.   A  
Bos en Vaartstraat   10-12   Architect A.C. Vander; bouwjaar 1908; eclecticisme; symmetrisch opgezet in twee bouwlagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; baksteen met wit pleisterwerk en siermetselwerk; groene geglazuurde tegels als boogvulling; elementen van de Engelse landhuisstijl: houten 'baywindows', onder ver doorgetrokken dakluifels op de eerste verdieping, vensters met kleine ruitjes.   A  

Bos en Vaartstraat   14-16   Architect A.C. Vander; bouwjaar 1909; eclecticisme; symmetrisch opgezet in twee bouwlagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; asymmetisch geplaatste, gepleisterde siertopgevels; baksteen met wit pleisterwerk en siermetselwerk; groene geglazuurde tegels als boogvulling; rechthoekige erkers op houten consoles op de verdieping; centrale siertopgevel met pleisterwerk; goot- en dakkapellijsten sterk overkragend op consoles; vensters met kleine ruitjes in de bovenlichten.   A  
Bos en Vaartstraat   18-20   Architect C. van Looy; bouwjaar 1906; eenvoudige baksteenbouw in twee bouwlagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; centrale siertopgevel met gekoppeld boograam met wolfseind; driezijdige erkers op de begane grond met houten balkonhek; gootlijst op consoles; dakkapellen met steekkapjes.   A  
Bos en Vaartstraat   22-24   Architect C. van Looy; bouwjaar 1906; eenvoudige baksteenbouw in twee bouwlagen met voorgeveldakschild en twee siertopgevels voor een overigens plat dak; driezijdige erkers over twee verdiepingen; gootlijst op consoles   A  
Bos en Vaartstraat   26   Architect C. van Looy; bouwjaar 1906; half vrijstaande, eenvoudige baksteenbouw in twee bouwlagen met afgeschuinde hoek met omlopend voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; rechthoekige erker over twee verdiepingen bij het dakschild overgaand in een loggia.   A  
Bos en Vaartstraat   28   Architect P. Kuiper jr.; bouwjaar 1917; eenvoudige baksteenbouw in twee bouwlagen onder half zadeldak met steekkap en voorgeveltop voor een overigens plat dak; terugliggende entreepartij onder gemetselde boog   A  
Bos en Vaartstraat   30-34   Architect G.J. Stekelenburg; bouwjaar 1926; oorspronkelijk als winkelpand opgezette, sobere, strakke baksteenbouw in twee bouwlagen met afgeschuinde hoek; diep entreeportiek; omlopend dakschild   A  
Eindenhout-
straat  
1A   Architect H. Eeltink; bouwjaar 1921; strakke, sobere baksteenbouw in twee lagen met voorgeveldakschild en steekkap met topgevel voor een overigens plat dak; driezijdige erker met houten balkonhek.   A  
Eindenhout-
straat  
1-5   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1909; schilderachtig blok met gevels in baksteen en pleisterwerk; twee bouwlagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; siertopgevels met decoratieve ronde raampjes; steekkappen en gootlijst met overstek op consoles; rechthoekige erkers met gemetselde hoekpanten met een houten balkonhek.   A  
Eindenhout-
straat  
7-9   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1909; neo-renaissance trapgevels met speksteendecoratie in twee bouwlagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; entreepartijen met luifel; driezijdige erkers met houten balkon; naamschilden boven de entreepartijen; jaartalstenen in voorgevelfries; gootlijst met zwaar overstek op consoles; nr. 7 met bijzonder bovenlicht boven de voordeur.   A  
Eindenhout-
straat  
11-15   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1910; afwisselende baksteenarchitectuur in twee lagen met voorgeveldakschild en siertopgevels met steekkappen voor een overigens plat dak; steekkappen en gootlijst met overstek op consoles; gevelwerk versierd met pleisterwerk en spekstenen; driezijdige erkers met houten balkons (bij nr. 15 niet oorspronkelijk); entreedeuren met luifels.   A  

Eindenhout-
straat  
17-19   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1910; afwisselende baksteenarchitectuur in twee lagen met voorgeveldakschild en siertopgevels voor een overigens plat dak; steekkappen en gootlijst met overstek op consoles; gevelmetselwerk versierd met spekstenen en spaarvelden boven de kozijnen; driezijdige erkers met houten balkonhek; entreedeuren met luifels.   A  
Eindenhout-
straat  
21   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1911; woonhuis in Engelse landhuisstijl in twee bouwlagen met brede siertopgevel en voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; voorgeltop in vakwerk en begane grond schoon metselwerk; verdiepingkozijnen met luiken; rechthoekige erker; entreepartij met luifel.   A  
Eindenhout-
straat  
23   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1911; hoekwoning in twee lagen met voorgeveldakschild en siertopgevel met steekkap op de zijgevel omlopend als dakschild; afgeschuinde hoek bovendaks uitgebouwd tot veelhoekige toren met ingezwenkte spits; sierpleisterwerk onder de spitsrand; houten balkon op consoles op de hoek; driezijdige erker onder schilddakje.   A  
Eindenhout-
straat  
25-35   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1911; afwisselende baksteenarchitectuur met uiteenlopende eclectische elementen; twee bouwlagen met voorgeveldakschild en topgevels in verschillende vormen voor een overigens plat dak; bij eindwoning nr. 25 met dakschild omlopend op de zijgevel en siertopgevel in klokmodel; nr. 31 siertopgevel met kwartronde en ronde beëindiging; nr. 27 en 35 met siertopgevel met vakwerkinvulling; nr. 29 en 33 siertopgevels met steekkappen met overstek; nr. 29 en 33 met driezijdig erkerraam op de verdieping, bij nr. 29 direct aansluitend op het dakschild; nr. 31 raamkozijnen op de verdieping met luiken; erkers in verschillende vormen: nr. 25 driezijdige erker met gemetselde balustrade, nr. 27 met driezijdige erker met houten balkonhek, nr. 29 met rechthoekige erker met modern balkonhek, nr. 31 driezijdige erker met koepelvormige afdekking, nr. 33 met driezijdige erker met schilddakje, nr. 35 met driezijdige erker over twee verdiepingen met gemetselde balustrade; entreepartijen met luifels.   A  
Eindenhout-
straat  
37-45   Architect G. van den Aardweg; bouwjaar 1911; afwisselende baksteenarchitectuur in twee bouwlagen met voorgeveldakschil;d en siertopgevels voor een overigens plat dak; nr. 39 en 45 met recht afgesnoten siertopgevel met zwaar dakoverstek en driezijdige erkers over twee verdiepingen met houten balustrade; nr. 41 en 43 met deels gepleisterde siertopgevels en driezijdige erkers op de begane grond en houten balkonhek ; entreepartijen met kleine luifels.   A  
Eindenhoutstraat   47-49   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1912; afwisselende baksteenarchitectuur in twee bouwlagen met voorgeveldakschild en siertopgevels voor een overigens plat dak; gevels vanaf de verdiepingsvloer gepleisterd met ontlastingsbogen en sierbanden in schoon metselwerk; rondboogvensters met roederamen in de siertopgevels; driezijdige erkers met bij nr. 49 nog een houten balkonhek.   A  
Eindenhout-
straat  
51   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1912; baksteenarchitectuur in twee lagen met hoger opgaande hoektoren met tentdak; voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; grote dakkapel met zadeldak; markante gootlijst op consoles; rechthoekige erker op verdieping boven grotere driezijdige erker op de begane grond; ondiep driezijdig erkerkozijn op het 'torendeel' van de verdieping; entree met luifel en rond bovenlicht; licht overhoekse situering parallel aan het Erfprinspad.   A  

Eindenhout-
straat  
53   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1912; sobere baksteenarchitectuur in twee bouwlagen met voorgeveldakschild en naar verhouding brede siertopgevel met steekkap; driezijdige erker met houten balkonhek; entree met luifel; kleine dakkapel met roederamen; licht overhoekse situering parallel aan het Erfprinspad.   A  
Eindenhout-
straat  
55-57   ArchitectC. Van der Leek; bouwjaar 1912; afwisselende baksteenarchitectuur in twee bouwlagen met voorgeveldakschild en siertopgevels voor een overigens plat dak; gevels vanaf de onderdorpel van de verdiepingskozijnen gepleisterd met ontlastingsbogen en sierbanden in schoon metselwerk; driezijdige erkers met niet oorspronkelijke balkonhekken; nr. 57 met ondiep driezijdig erkerkozijn op de verdieping; entreepartijen met luifels en rond bovenlicht bij nr. 55; licht overhoekse situering parallel aan het Erfprinspad.   A  
Eindenhout-
straat  
59-65   Architect G. van den Aardweg; bouwjaar 1913; eenvoudige baksteenarchitectuur in twee bouwlagen met voorgeveldakschild en als dakkapel behandelde siertopgevels met sterk doorstekende steekkapjes; dakschild met zwaar overstek; driezijdige erkers met gemetselde balustrade; entreepartijen met luifels van verschillende breedte; licht overhoekse situering parallel aan het Erfprinspad.   A  
Eindenhout-
straat  
67-77   Architect R.A.M. de Heer Kloots; bouwjaar 1919; woningenblok in drie bouwlagen met plat dak; Amsterdamse Schoolarchitectuur met sculpturale behandeling van het metselwerk; iets naar voren springende geveldelen met hoger opgaande driehoekige bekroning; markante penantvormen op de woningscheiding en eindgevel; vlak behandelde erkers met karakteristieke houten balkonhekken (bij nr. 69 verdwenen); voordeuren met luifels; licht overhoekse situering parallel aan het Erfprinspad.   A  
Eindenhout-
straat  
4-10   Architect H. Tuninga jr.; bouwjaar 1937-1938; symmetrisch blok , in twee bouwlagen onder zadeldak met overstek, gevel op twee plaatsen uitgebouwd en met aparte topgevel onder steekkap afgesloten; gevel vanaf de eerste verdiepingsvloer gepleisterd/wit geschilderd; voordeuren met luifels; kozijnindeling grotendeels vernieuwd.   A  
Eindenhout-
straat  
12-14   Architect L. Evendijk; bouwjaar 1909-1910; gepleisterde wit geschilderd bouwblok in twee lagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak, hoger opgaande, als stenen dakkapel uitgebouwde geveldelen in de as van de voordeur, bij nr. 12 met zadeldak en nr. 14 met een tentdak; driezijdige erkers met houten balkonhek.   A  
Eindenhout-
straat  
16-18   Architect L. Evendijk; bouwjaar 1909-1910; eenvoudige baksteenarchitectuur in twee lagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; nr. 18 met siertopgevel in trapeziumvorm in de as van de erker; nr. 16 met als stenen dakkapel verhoogd geveldeel in de as van de voordeur; driezijdige erkers, nr. 16 alleen op de begane grond met niet oorspronkelijk balkonhek en nr. 18 over twee verdiepingen met houten balkonhek; dakoverstek op consoles.   A  
Eindenhout-
straat  
20-22   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1910; eenvoudige baksteenarchitectuur in twee lagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; driehoekige siertopgevels in de as van iedere erker; ontlastingsbogen en gevellijsten contrasterend behandeld; nr. 22 met niet oorspronkelijk balkon en dakkapel in het dakvalk en geheel wit geschilderd; rechthoekige erkers met houten balkonhekken.   A  

Eindenhout-
straat  
24   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1910; baksteenarchitectuur in twee lagen met voorgeveldakschild met tuile-du-nord-dakpannen voor een overigens plat dak; driehoekige siertopgevel met vakwerkvulling in de as van de erker; driezijdige erker met houten balkon; gevelmetselwerk verlevendigd met contrasterende gevellijsten ter hoogte van de onder-, boven en tussendorpels.   A  
Eindenhout-
straat  
26   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1913; wit geschilderde baksteenarchitectuur in twee lagen met voorgeveldakschild met tuile-du-nord-dakpannen voor een overigens plat dak; driezijdige erker over twee verdiepingen in het dak overgaand in een stenen dakkapel onder zadeldak; zwaar dakoverstek, deels omlopend bij de erker; voordeur met luifel   A  
Eindenhout-
straat  
28   Architect G. van den Aardweg; bouwjaar 1916; wit geschilderde baksteenarchitectuur in twee lagen met voorgeveldakschild met shingles; driezijdige erker over twee verdiepingen met inzwenkende bogen in het dak overgaand in een driehoekige siertopgevel; dakrand en topgevel met siermetselwerk   A  
Eindenhout-
straat  
30   Architect G. van den Aardweg; bouwjaar 1916; eenvoudige baksteenarchitectuur in twee bouwlagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; driezijdige erker op de verdieping met uitmetselingen overgaand in een forse rechthoekige erker bekroond met een driehoekige siertopgevel onder steekkap; siermetselwerk als bij nr. 28; metselwerk vanaf de verdiepingsvloer wit geschilderd.   A  
Eindenhout-
straat  
32-36   Architect G. van den Aardweg; bouwjaar 1915; eenvoudige baksteenarchitectuur in twee bouwlagen onder voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; brede erkers op de begane grond overgaand in smallere, ondiepere erkerkozijnen op de verdieping onder sterk overkragend dakvlak; voordeuren met luifels.   A  
Eindenhout-
straat  
38   Architect G. van den Aardweg; bouwjaar 1915; breed pand in twee bouwlagen met geknikt voorgeveldakschild met leien voor een overigens plat dak; voorgevel grotendeels als brede rechthoekige erker uitgebouwd ter hoogte het dak overgaand in een dakkapel met twee afgeschuinde raamkozijnen onder zadeldak in het overigens geknikte voorgeveldakschild; kleine dakkapel met timpaan in het dakvlak boven de voordeur; voordeur met luifel; opschrift 'URSA MINOR' op centraal op de gevel geplaatst gepleisterd spaarveld.   A  
Eindenhout-
straat  
46-50   Bouwer L. Klaassen; bouwjaar 1915; eenvoudige baksteenarchitectuur in twee bouwlagen onder zadeldak met in de as van de erker van nr. 46 driehoekige siertopgevel onder steekkap; driezijdige erkers zonder balkon; voordeuren met luifels.   A  
Eindenhout-
straat  
52-54   Architect H.M. Fockens; bouwjaar 1915; eenvoudige, deels gepleisterde baksteenarchitectuur in twee lagen met voorgeveldakschild met rode pannen voor een overigens plat dak; rechthoekige erkers, bij nr. 54 op de verdieping als veranda uitgebouwd onder een in het dakschild overgaand lessenaarsdak; ovale bovenlichten en luifels boven de voordeuren; in de eindgevel bijzonder hoekraam op de verdieping van nr. 54.   A  
Ipenrodestraat   3-5   Architect A. de Maaker; bouwjaar 1911-1912; symmetrisch opgezette, sobere baksteenarchitectuur in twee bouwlagen onder zadeldak met vanuit het gevelvlak doorgetrokken, grote dakkapellen onder steekkap met houten geveltop; gootlijsten en dakoverstekken op consoles; driezijdige erkers; voordeuren met luifel   A  

Ipenrodestraat   7-9   Architect A. de Maaker; bouwjaar 1911-1912; symmetrisch opgezette, sobere baksteenarchitectuur in twee bouwlagen onder zadeldak met vanuit het gevelvlak doorgetrokken , grote dakkapellen onder steekkap met houten geveltop; gootlijsten en dakoverstekken op consoles; driezijdige erkers met, niet oorspronkelijk, balkonhek; voordeuren met ondiepe, gebogen luifel   A  
Ipenrodestraat   11-13   Architect G. van den Aardweg; bouwjaar 1911; sobere, gepleisterde baksteenarchitectuur met accenten in schoon metselwerk; twee bouwlagen met geknikt voorgeveldakschild, doorbroken door als dakkapel behandelde siertopgevels, voor een overigens plat dak; driezijdige erkers met houten balkonhekken; voordeuren met luifel.   A  
Ipenrodestraat   15-19   Architect G. van den Aardweg; bouwjaar 1912; baksteenarchitectuur in twee bouwlagen met geknikt voorgeveldakschild omlopend bij de eindgevel, voor een overigens plat dak; vanuit het gevelvlak als siertopgevel en torentje opgetrokken grote dakkapellen; torentje met spitsdak en dakkapellen met steekkappen; lateien boven de kzoijnen contrasterend behandeld en gevelvlak van de dakkapellen gepleisterd; driezijdige erkers met stenen balustrade; bij de eindgevel rechthoekige erker met stenen balustrade.   A  
Ipenrodestraat   2-8   Architect R.A.M. de Heer Kloots; bouwjaar 1913; sobere baksteenbouw in twee bouwlagen met voorgeveldakschild met shingles voor een overigens platdak; vanuit het gevelvlak doorgetrokken grote dakkapellen onder steekkappen met zwaar overstek op sierspanten; driezijdige erkers met balkons; voordeuren met luifels.   A  
Ipenrodestraat   10-14   Architect R.A.M. de Heer Kloots; bouwjaar 1913; sobere baksteenbouw in twee bouwlagen met voorgeveldakschild met shingles voor een overigens plat dak; nr. 12 met vanuit het gevelvlak opgetrokken grote, als siertopgevel behandelde dakkapel; nr. 10 en 14 met driezijdige erker over twee verdiepingen waarop het dakschild omloopt; kleine dakkapellen met timpaanbekroning en geprofileerde oren; voordeuren met luifels.   A  
Ipenrodestraat   16   Architect J.B.; bouwjaar 1920; sobere baksteenbouw met plat dak in drie bouwlagen, aansluitend op de bebouwing van de Vredenhofstraat; details in siermetselwerk in Amsterdamse Schooltrant; driezijdig erkerkozijn op de eerste verdieping; kozijnen aan de Ipenrodestraat deels met sierlijsten.
In 2004 zijn bij de voordeur een luifel op kolommen toegevoegd, gepleisterde hoekblokken op de eindmuren en is de erker aan de Vredenhofstraat gewijzigd. Bovendien is de gevel in dat jaar opnieuw gevoegd.  
A  
Oranjeplein   13   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1911; in Engelse landhuisstijl gebouwde villa in twee bouwlagen; in hoofdvorm symmetrisch opgebouwd onder afgeplat omlopend schilddak, doorbroken met siertopgevels met vakwerk; rode tuile-du-nord-dakpannen; centraal dakkapel onder lessenaarsdak; gevels op de begane grond schoon metselwerk, overige gepleisterd; halfronde, centraal geplaatste en vlak afgedekte erker; kozijnen als kruiskozijnen behandeld onderlichten deels met luiken, bovenlichten met decoratief glas-in-lood.
Kandidaat gemeentelijk monument  
A  
Oranjeplein   15-21   Architect B.J. Benner; bouwjaar 1912; deels symmetrisch opgebouwd woonblok in twee lagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; bij de hoeken hoger opgetrokken, bij nr. 15 afgeschuind en op de begane grond met veelhoekige erker met houten balkonhek en boven de voordeur op de verdieping houten balkon; nr. 17 en 19 driezijdige erkers met houten balkonhek waarboven het gevelvlak hoger opgaat in een driehoekige siertopgevel met sierspanten; nr. 17, 19 en 21 witgepleisterd met details in schoon metselwerk en lessenaarsdakje als luifel boven de voordeur; nr. 21 met driezijdige erker over twee verdiepingen met balkon ter hoogte van het dakschild.   A  
Oranjeplein   23-29   Architect G. van den Aardweg; bouwjaar 1914; sobere baksteenbouw in twee bouwlagen, bij nr. 29 terugliggend geplaatst; voorgeveldakschild met zwaar overstek op doorstekende sporen, omlopend bij de eindgevel aan de Boekenrodestraat; in de as van de erkers hoger opgetrokken gevelvlak overgaand in als siertopgevels behandelde dakkapellen onder steekkappen, waarvan die van nr. 25 een met een piron bekroond klein wolfseind heeft; kleine dakkapellen afwisselend vlak en met een zadeldak gedekt; driezijdige erkers met houten balkons; voordeuren met luifels.   A  
Oranjeplein   2-10   Bouwer H.M. Fockens; bouwjaren 1910, 1912 en 1913; baksteenarchitectuur in twee bouwlagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; siertopgevels met natuurstenen of kunststenen afwerking (nr. 4 en 6) met overstek op consoles (nr. 10) en met overstek en houten geveltop boven driezijdig erkerkozijn (nr. 2 en 8); nr. 2 en 4 met verspringende gevellijn met afgeschuind gevelvlak en aangepaste kozijnvormen onder doorstekend dakschild; erkers, driezijdig en rechthoekig (nr. 8) met houten balkons; voordeuren nr. 6, 8 en 10 met luifels;   A  
Oranjeplein   12-14   Architect A. de Maaker; bouwjaar 1913; op nr. 10 aansluitende baksteenarchitectuur in twee bouwlagen met voorgevel- en zijgeveldakschild op de afgeschuinde hoek omlopend voor een overigens plat dak; siertopgevels met overstek op consoles; erkers over twee en drie bouwlagen, bij nr. 14 rechthoekig en overgaand in een siertopgevel en bij nr. 12 driezijdig en met gemetselde balustrade; zijgevel nr. 14 tot drie bouwlagen opgetrokken met rechthoekige uitmetseling over twee bouwlagen onder schilddak overgaand in uitgemetselde schoorsteen, die met een tweede uitgemetselde schoorsteen een met een gemetselde boog bekroond kozijn op de tweede verdieping flankeert; driezijdig erkerkozijn op de verdieping van nr. 14; voordeuren met luifels.   A  
Oranjeplein   26   Architect W. Groenewegen; bouwjaar 1926; rustieke bakstenen, vrijstaande villa met één bouwlaag en hoge steile pannengedekte daken; T-vormige plattegrond met zadeldakbekroning; rechthoekige plattegrondbeëindiging met volledig dakschild en veelhoekige beëindigingen onder als tentdak omlopende dakschilden met een piron als bekroning; zwaar dakoverstek met eenvoudige gootlijst; centrale, deels uit het dakschild vrijkomende zware schoorsteen geflankeerd door dakkapellen.   A  
Oranjeplein   28   Architect M. Nederkoorn; bouwjaar 1920; eenvoudige bakstenen, deels vrijstaande villa in twee bouwlagen onder gebroken kap met betimmerde siertopgevel boven de voorgevel en omlopend bij de zijgevel; driezijdige erker met houten balkonhek; voordeur in portiek.   A  
Oranjeplein   30-32   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1913
Symmetrisch opgezette dubbele vrijstaande,villa in Engelse landhuisstijl; twee bouwlagen onder omlopend met leien gedekt afgeplat schilddak; middendeel van de voorgevel naar voren springend en met driezijdige erkers, op de verdieping overgaand in rechthoekige vorm en in het dakschild met als vakwerk behandelde steekkappen bekroond; ter weerszijden twee kleine driehoekige dakkapellen; gevel ter hoogte van de begane grond schoon metselwerk, overige gevels gepleisterd; entreepartijen als portiek behandeld met houten balkon op de verdieping, ondersteund door de deels doorstekende zijgevels; siermetselwerk rond de rondbogige voordeurkozijnen.
Kandidaat gemeentelijk monument  
A  
Oranjeplein   34   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1915; vrijstaande villa in twee bouwlagen onder met pannen gedekt schilddak met zwaar overstek; Engelse landhuisstijl, met deels gepleisterde gevels; dakkapellen en kozijn deels met roederamen; driezijdige erker onder schilddak aan de westgevel en een ver uitgebouwde erker met houten balkonhek aan de noordgevel.   A  
Prinsessekade   1-4   Architect J.C. Groen; bouwjaar 1906; sobere baksteenarchitectuur in twee bouwlagen met plat dak aan de voorgevel bekroond met uitkragende daklijst op consoles tussen symmetrisch opgemetselde hoekpenanten; siermetselwerk ter hoogte van de dorpels en wisseldorpels; voordeuren met luifels (nr. 1, 2 en 3).   B  
Prinsessekade   5-9   Architect A. de Maaker; bouwjaar 1906; sobere baksteenarchitectuur in twee bouwlagen met zadeldak (bij nr. 9 is het achterdakvlak gewijzigd in een plat dak ; voorgevelfries en siertopgevel met contrasterende bekleding, deels in vakwerk; smalle siertopgevel bij nr. 9 in metselwerk; erker met schilddak bij nr. 6; spaarvelden onder segmentbogen boven de begane grondkozijnen van nr. 8 en 9; voordeuren met luifels; nr. 9 met niet oorspronkelijk, uitgebouwd rechthoekig erkerkozijn.   B  
Prinsessekade   10-11   Architect A. de Maaker; bouwjaar 1907; sobere baksteenarchitectuur in twee bouwlagen met zadeldak; gootlijst op consoles; kleine, tweelichts dakkapellen; plat gedekte, driezijdige erkers; voordeuren met luifels.   B  
Prinsessekade   12-13   Architect A. de Maaker; bouwjaar 1908; sobere baksteenarchitectuur in twee bouwlagen met zadeldak; drielichts dakkapellen; voordeuren met luifel; nr. 13 met driezijdige erker met houten balkonhek.   B  
Prinsessekade   14-17   Bouwer H.M. Fockens; bouwjaar 1908; sobere baksteenarchitectuur in twee bouwlagen met zadeldak, doorbroken door met hout bekleedde siertopgevels; dakoverstek met windveren met versierd uiteinde; tweelichts dakkapellen met daklijst op consoles; dakschilden met gootlijst op consoles; driezijdige erkers met houten balkonhek; voordeuren met zijlicht en luifel.   B  
Prinsessekade   18-19   Architect A. de Maaker; bouwjaar 1908; sobere baksteenarchitectuur in twee bouwlagen met oorspronkelijk een plat dak; gebouwd als twee woonhuizen die een werkplaats in het midden flankeren; alleen het linker geveldeel heeft nog de oorspronkelijke opzet met stenen, opengewerkte balustrade en doorgemetselde, iets uitkragende penanten; werkplaatsdeel later hoger opgetrokken en bij de woning gevoegd en met een zadeldak bekroond; driezijdige erker met houten balkonhek is alleen bij het rechter geveldeel oorspronkelijk; de erkers op het centrale en linkerdeel zijn later toegevoegd; de gevelbeëindiging van het rechter deel is sterk versoberd; voordeuren met luifels.   B  
Prinsessekade   20-21   Architect A. de Maaker; bouwjaar 1908; sobere baksteenarchitectuur in twee bouwlagen met afgeplat zadeldak en kleine siertopgevels; bovenste deel van de gevels gepleisterd; nr. 21 met driezijdige erker.   B  
Prinsessekade   22-23   Architect A. de Maaker; bouwjaar 1908; zeer sobere baksteenarchitectuur in twee bouwlagen met zadeldak (nok parallel aan de voorgevel); driezijdige erkers en voordeuren met luifel.   B  
Prinsessekade   24-25   Architect A. de Maaker; bouwjaar 1912; dubbele hoekwoning, sobere baksteenarchitectuur in twee bouwlagen onder zadeldak met markante siertopgevel; gootlijsten en windveren op consoles; zijgevel met erkervormige uitbouw onder schilddakje waarop uitgemetselde schoorsteen; zijgeveltop en siertopgevel deels met staande houten delen bekleed; driezijdige erker aan de voorgevel en rechthoekig uitgebouwde erker aan de erker met merkwaardige figuratief uitgezaagde balkonhekken; dubbele voordeur met luifel.   B  
Prinsessekade   26   Architect J. Verhagen jr.; bouwjaar 1913; hoekhuis in twee bouwlagen met steile dakschilden voor een overigens plat dak, noordgevel aan de Prinsessestraat met iets uitgebouwde schoorsteen, deels in drie bouwlagen met plat dak; uitgebouwde veelhoekige hoektoren – op de begane grond breder uitgebouwd - met tentdak en piron; gootlijsten op consoles; dakschilden met kruispannen; voordeur met zijlicht en luifel.   B  
Prinsessekade   27-31   Architect J. Verhagen jr.; bouwjaar 1912-1913; sobere baksteen architectuur in twee lagen met een voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; nr. 28, 30 en 31 met vanuit het gevelvlak opgetrokken brede dakkapellen onder zadeldak in de as van de erker op de begane grond; nr. 27 en 29 met kleine houten dakkapel met zadeldakje in de as van de erker; driezijdige erkers (met bij nr. 29, 30 en 31 – vermoedelijk niet oorspronkelijk - stalen balkonhek); voordeuren met luifel; gootlijst op consoles.   B  
Prinsessekade   32-33   Architect A. de Maaker; bouwjaar 1914; symmetrisch opgezette sobere baksteenarchitectuur in twee lagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; siertopgevels in de as van de erkers met zadeldak; driezijdige erkers; voordeuren met luifels; gootlijst op consoles; bij nr. 33 is het houtwerk van alle kozijnen vervangen door blank behandeld hardhout.   B  
Prinsessekade   34-36   Architect W.J. Nelissen; bouwjaar 1917; symmetrisch opgezette sobere baksteenarchitectuur in twee bouwlagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; siertopgevels in de as van de erkers; goot- en daklijsten op consoles; driezijdige erkers over twee verdiepingen, bij nr. 34 en 36 breder uitgebouwd op de begane grond, afgesloten met een bol zinken dak, nr. 35 met gemetselde balustrade; nr. 35 met ovale bovenlichten in het metselwerk boven de voordeuren.
 
B  
Prinsessekade   37-40   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1916; plastische baksteenarchitectuur in twee bouwlagen met een voorgeveldakschild voor een overigens plat dak siertopgevels in de as van de erkers; vlak gedekte ronde erkers over twee verdiepingen; driezijdige erkerramen op de verdiepingen op getrapte uitmetseling; voordeuren in getrapt terugspringende rondboogvormen met in het metselwerk opgenomen kleine raamopeningen; dakschilden kragend over de erkerramen; kleine dakkapellen in de as voordeur –erkerraam; erkerraambovenlichten bezet met glas-in-lood.   B  
Prinsessekade   41-43   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1914; blok van drie herenhuizen in twee bouwlagen met voorgeveldakschild en drie spitse siertopgevels met markant dakoverstek voor een overigens plat dak; driezijdige erkers met balkondeuren in de as van de topgevels; bij nr. 42 en 43 halfronde bovenlichten bij de balkondeuren en entreedeuren; de laatste tevens met luifel en zuiltjes; bij nr. 43 loopt de bekapping van de siertopgevel als een pseudo-zadeldak door over de zijgevel, die verder een rechthoekige erker met balkon kreeg, in de as van de daar gesitueerde siertopgevel; traditioneel vormgegeven kozijnen met roede-indeling in de bovenlichten en kleinere lichtopeningen.   B  
Prinsessekade   44-48   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1913; oorspronkelijk symmetrisch opgezet blok van 5 herenhuizen, waarvan nr. 46 in het midden tot drie bouwlagen en met een zadeldak en topgevel het hoogst is opgetrokken; nr. 44 en 48 kregen als beëindiging van het bouwblok een hoektorentje met tentdak; nr. 47 kreeg in de as van de voordeur een siertopgeveltje, voor een voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; nr. 45 is al in 1929 hoger opgetrokken met een topgevel en zadeldak als nr. 46, waarbij de oorspronkelijke symmetrie verloren ging; driezijdige erkers met balkons; traditioneel vormgegeven kozijnen met soms glas-in-lood in de bovenlichten, ronde bovenlichten boven de voordeuren van nr. 44 en 48; witte bepleistering van nr. 47 en 48 niet oorsrponkelijk.   B  
Prinsessekade   49-51   Architect A. de Maaker; bouwjaar 1914; sobere baksteenarchitectuur in twee bouwlagen onder zadeldak met siertopgevel en daarop aansluitende einddakschild bij nr. 51; bouwmassa op de hoek met de Eindenhoutstraat afgeschuind en met grote kraagsteen overgaand in de rechthoekige hoofdvorm; entreedeuren met zuilenportiek en ovaal bovenlicht; rechthoekige erkers met balkons (bij nr. 50 vereenvoudigd); grote vierlichtsdakkapellen met driehoekige, met houten delen ingevulde top; traditioneel vormgegeven kozijnen met roede-indeling in de bovenlichten en kleinere lichtopeningen.   B  
Prinsessekade   52   Architect J. Brouwer; bouwjaar 1919; robuuste, schuin op de rooilijn geplaatste villa in de trant van de Amsterdamse School, in twee bouwlagen met geknikt schilddak; bijzondere dakkapel en gemetselde borstwering en andere details uit de Amsterdamse school.   B  
Prinsessekade   53   Architect G. van den Aardweg; bouwjaar 1913; sobere, kubistische baksteenarchitectuur in drie bouwlagen met contrasterende gecementeerde stroken in het metselwerk; gemetselde balustrades; houten balkons tegen voor- en zijgevel; onregelmatige hoofdvorm inspelend op de situatie; kozijnen op de bovenste verdieping met afgeschuinde hoeken.   B  
Prinsessestraat   1-7   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1912; blok van vier herenhuizen in twee bouwlagen met voorgeveldakschild en siertopgevels met neo-barokke beëindiging driehoekig met dakoverstek, voor een overigens plat dak; dreizijdige erkers in de as van de siertopgevels, bij nr. 1 overgaand in ondiepere en smallere erkers op de eerste en twee verdieping; nr. 1 en 5 tevens met ondiepe erker op kraagsteen op de eerste verdieping in de as van de voordeur; nr. 7 met kleine driezijdige erker in de geveltop; entreedeuren met zijlichten, bovenlicht en luifel; traditioneel vormgegeven kozijnen met roede-indeling in de bovenlichten en de kleinere lichtopeningen.   A  
Prinsessestraat   9   Architect J. Verhagen jr.; bouwjaar 1913; half vrijstaand herenhuis in twee bouwlagen met voorgeveldakschild en als vakwerk behandelde siertopgevel voor een overigens plat dak; driezijdige erker met balkon in de as van de topgevel; asyymetrische entreepartij met zijlicht, bovenlicht en luifel; traditioneel vormgegeven kozijnen met roede-indeling in de bovenlichten en kleinere lichtopeningen.   A  
Prinsessestraat   4-8   Architect H. Tuninga; bouwjaar 1935; eenvoudige baksteenbouw in twee bouwlagen onder zadeldak met siertopgevel en dwarsdak op naar voren springend gedeelte; markering van de ingangsdeuren en brede raampartijen met iets uitgebouwde luifels.   A  
Prinsessestraat   Ong.   Transformatorhuisje, gerealiseerd omstreeks 1930 door het gemeentelijk Electriciteits Bedrijf. Wat betreft vormgeving sloot het huisje aan bij de zakelijke ontwikkelingen in de jaren '30. Karakteristiek hiervoor is de opzet met sobere bakstenen gevels en een pannendak met brede overstekken. Het lettertype van de tekst op de latei komt overeen met de typografische ontwikkelingen in deze periode.
Kandidaat gemeentelijk monument  
A  
Schouwtjeslaan   2r en 2   Architectonische eenheid met Wagenweg 180, zie aldaar   ?  
Schouwtjeslaan   2 a t/m b   Opvallend vóór de rooilijn gebouwd, dubbel, laat 19de-eeuws woonhuis van oorspronkelijk één bouwlaag met dwarsgeplaatste mansardekap; voorgevel in metselwerk met hanenkammen boven de kozijnen en rijk gedetailleerde kroonlijst; in 1977 uitgebouwd met doorgaande dakkapel; restant van de onregelmatige bebouwing van vóór de systematische aanleg van het Bosch en Vaartkwartier.   C  
Schouwtjeslaan   4 en 6   Opvallend terug van de rooilijn ca. 1900 gebouwde, geschakelde woonhuisjes met mansardekap, bij de voorgevel omlopend en met grote, door timpaan bekroonde dakkapellen; kroonlijst op gevel in schoonmetselwerk met gebogen rollagen boven de kozijnen. Gekoppeld raamkozijn bij no. 6 onder latei; restant van de onregelmatige bebouwing van vóór de systematische aanleg van het Bosch en Vaartkwartier.   C  
Schouwtjeslaan   8 en 10   Opvallend vóór de rooilijn gebouwd, dubbel, laat 19de-eeuws woonhuis van oorspronkelijk één bouwlaag met dwarsgeplaatst zadeldak; voorgevel in metselwerk met hanenkammen boven de kozijnen; kroonlijst; dakkapellen niet uit de bouwtijd; restant van de onregelmatige bebouwing van vóór de systematische aanleg van het Bosch en Vaartkwartier.   C  
Schouwtjeslaan   14a   In 1907 als werkplaats met bovenwoning gebouwd en in 1931 tot de huidige vorm verbouwd met driezijdige erker op de eerste verdieping en siertopgevel met natuurstenen rand; voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; bakgoot op consoles; bedrijfsdeuren onder tot sierlijst uitgebouwde latei; hanenkammen met sluit- en sierstenen in natuur- of kunststeen; aansluitend op de vroeg 20ste-aarchitectuur van het Bosch en Vaartkwartier.   C  
Schouwtjeslaan   16   Architect L. Evendijk, bouwjaar 1904, winkelwoonhuis in twee, deels drie bouwlagen, deels met voorgeveldakschild met kleine dakkapel uit de bouwtijd, tot kroonlijst uitgebouwde bakgoot, voor een overigens plat dak; hoger opgaand deel van het gevelmetselwerk geflankeerd door uitgebouwde pilasters op kraagstenen van kunst- of natuursteen; alle oorspronkelijke (schuif)raamkozijnen met roederamen in de bovenlichten en tweedeling in de onderramen; die op de begane grond zin in 1998 gereconstrueerd naar de oorspronkelijke situatie van 1904; portiek voor deurkozijnen niet oorspronkelijk.
Het rechts naast dit pand gelegen bouwdeel werd omstreeks dezelfde tijd als zelfstandig pakhuis gebouwd waarvan de gevel ook de naastgelegen poort afsloot; met uitzondering van het recent gewijzigde raamkozijn verbouwd in 1923 en samengevoegd met no. 16; driezijdig erkerkozijn op de eerste verdieping en voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; aansluitend op de vroeg 20ste-aarchitectuur van het Bosch en Vaartkwartier.  
C  

Schouwtjeslaan   32a-32   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1910; eenheid met Uit den Bosstraat 18, gebouwd als winkel en pakhuis met bovenwoning, karakteristieke hoekbebouwing, Engelse landhuisstijl, in drie bouwlagen onder geknikt zadeldak met eindschilden en klein middenplat; torenbekroning op de hoek, driezijdige erkers over twee bouwlagen aan beide straatgevels; houten balkon en grote gevelsteen 'Het wapen van Enkhuizen' tegen torengeveldeel; kozijnen met roedeverdeling in de bovenlichten uit de bouwtijd; contrasterende hoekblokken van natuursteen in bruinrood metselwerk; spaarveldbogen boven enkele kozijnen en boogfries bij de torenafsluiting; kleine dakkapellen uit de bouwtijd.   C  
Schouwtjeslaan   34-36   Architect H.J. Peper; bouwjaar 1908; dubbel woonhuis in twee bouwlagen met voorgeveldakschild en siertopgevels voor een overigens plat dak; dubbele gevel met gelijkvormige indeling met erkers op de begane grondverdieping en balkons op de erkers.   B  
Schouwtjeslaan   38   Architect J.A. Traanberg; bouwjaar 1908; herenhuis in twee bouwlagen onder zadeldak; geveltop met natuur- of kunststenen afdeklaag en colonnetvormige versieringen; driezijdige erker op de begane grond met balkon, waar kozijn in boogvormige sparing op aansluit; kozijnen in traditionele vormgeving, deels met roede-indeling.   B  
Schouwtjeslaan   40-46   Architect A. de Maaker; bouwjaar 1908; boven- en benedenwoningen in twee bouwlagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; driezijdige erkers in vakwerkbouw vanaf de eerste verdieping, deels eerst rechthoekig, overgaand in siertopgevel; traditionele kozijnen deels met roede-indeling.   B  
Schouwtjeslaan   48-70   Architect G. Meppelink; bouwjaar 1910; boven- en benedenwoningen in twee bouwlagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; met vier siertopgevels; twee driezijdige erkers met balkon; gekoppelde voordeurkozijnen; traditionele raamkozijnen; dakkapellen niet uit de bouwtijd.   B  
Schouwtjeslaan   72-78   Architect G. Meppelink; bouwjaar 1910; boven- en benedenwoningen in twee bouwlagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; twee siertopgevels en twee driezijdige erkers met balkon; gekoppelde voordeurkozijnen; traditionele raamkozijnen   B  
Schouwtjeslaan   80-90   Architect G. Meppelink; bouwjaar 1910; boven- en benedenwoningen in twee bouwlagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; drie gebogen erkers over twee verdiepingen; drie siertopgevels met beëindiging in vakwerk; traditionele kozijnen met roede-indeling in de bovenlichten en de kleine lichtopeningen; gekoppelde voordeurkozijnen.   B  
Schouwtjeslaan   92-106   Architect G. Meppelink; bouwjaar 1910; boven- en benedenwoningen in twee bouwlagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; vier driezijdige erkers over twee verdiepingen met balkon voor siertopgevels met vakwerk met gebogen balkondeurkozijn; gekoppelde voordeurkozijnen; traditionele kozijnen met roede-indeling in de bovenlichten en de kleine lichtopeningen; metselwerk met contrasterende sierbanden.   B  
Schouwtjeslaan   108   Architect B. Hagen; bouwjaar 1908; herenhuis in twee bouwlagen onder zadeldak met driezijdige erker met balkon aan de voorgevel en rechthoekige, vlak afgesloten uitbouw aan de rechterzijgevel; begane grondverdieping met schoon metselwerk en gevel met stucwerk met contrasterend hanenkammen in baksteen boven de kozijnen; geveltop met verticaal houten delen boven symmetrisch, driedelig, in het midden hoger opgaand, kozijn; traditionele kozijnen met roedeverdeling in de bovenlichten en kleinere lichtopeningen.   B  

Schouwtjes-
plein  
1-12   Architect A. de Haan; bouwjaar 1902 (architectonische eenheid met Berkenrodestraat 1-7); eclecticisme; afwisselend blok dat is opgebouwd uit vier symmetrische gedeeltes van telkens vier woningen; elk gedeelte bestaat uit vijf traveeën, links en rechts een wat bredere en in het midden een smalle travee witgepleisterd ter weerszijden van traveeën in baksteen, de drie middelste traveeën opgetrokken over drie lagen met plat dak bekroond met kanteelvormige elementen (alleen nog aanwezig bij nrs. 3 en 11, en deels bij nr. 10; en de zijgevel van nr. 1), de buitenste traveeën over twee lagen met pannendakschild, diverse details in siermetselwerk en gemetselde boogfriesjes langs de zijgevels; traditionele schuifraamkozijnen waar de oorspronkelijke raamindeling grotendeels uit is verdwenen; driezijdige erkers met schilddak bij nrs. 4 en 5, toegevoegd in de 30-er jaren; dakkapellen met lessenaarsdak in dakschilden (bij nr. 8 niet oorspronkelijke, sterk vergrootte dakkapel); zijgevel nr. 1 aan de Schouwtjeslaan met pleisterwerk in spaarvelden en driezijdige erker over twee bouwlagen   B  
Schouwtjes-
plein  
13-14   Bouwjaar 1911; sobere baksteenbouw in twee bouwlagen met schilddaken aan voor en zijgevel, overigens platdak; afgesnoten hoek met hoger opgaand metselwerk, siertopgevel en omlopend kozijn op de begane grond; nr. 14 met driezijdige erker over twee bouwlagen; goot-, gevel- en kroonlijst op consoles; voordeuren met luifels; kleine dakkapellen in de dakschilden   B  
Schouwtjes-
plein  
15-16   Bouwer H.J. Hangeveld; bouwjaar 1903; sobere witgepleisterde baksteenbouw in twee bouwlagen met voorgeveldakschild en deels houten siertopgevel op zware consoles voor het overigens platte dak; driezijdige erker met balkon en openslaande deuren op de verdieping; onder gemetselde rondboog terugliggend geplaatste, gekoppelde voordeuren; houten balkonhek en goot- kroon- en gevellijst op consoles.   B  
Schouwtjes-
plein  
17-18   Bouwer K. Hoesbergen; bouwjaar 1908; sobere, deels gepleisterde baksteenbouw in twee bouwlagen, met deels asymmetrisch zadeldak om een overigens plat dak; houten balkon en siertopgevel aan de pleinzijde; driezijdige erker met schilddak aan de vaartzijde; plattegrond op de hoek afgesnoten   B  
Spruitenbos-
straat  
1   Architect nn; bouwjaar nn; vrijstaande bakstenen villa, Huize Land en Bosch, in twee bouwlagen met schilddak; zwaar dakoverstek op houten consoles, waartussen de gevel gestucadoord is; rechthoekige, hoog opgaande in siertopgevel eindigende uitbouw aan de voorgevel met symmetrisch geplaatste schoorstenen; traditionele kozijnvormen, waarvan de indeling vermoedelijk deels vereenvoudigd is; rondboograam in gepleisterd bovendeel van de uitbouw; op de hoek met de Wagenweg afgeschuind en met rechthoekige erker met balkon met baksteenomranding; gevel aan de Wagenweg met driezijdige erker; contrasterende horizontale banden van natuursteen in het metselwerk; boogvelden boven enkele kozijnen met siertegeltjes; garage in aanbouw uit 1917.   A  
Spruitenbos--
straat  
3-5   Architect P. Kuiper jr.; bouwjaar 1906; dubbel herenhuis in twee bouwlagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; een driezijdige erekr met balkon op de begane grond en tweezijdige erker over twee verdiepingen; siertopgevels in de as van de erkers; traditionele kozijnen met roede-indeling in de bovenlichten en kleine lichtopeningen.   A  
Spruitenbos-
straat  
7   Architect J. de Heer Kloots; bouwjaar 1917; herenhuis in drie bouwlagen met plat dak en rechthoekige uitbouw aan de rechterzijde; geveltop eindigend in flauwe driehoek met gemetselde sierrand; grote driezijdige erker op de begane grond over de volle breedte; op de verdiepingen gekoppelde vierlichtskozijnen; entree met luifel in de uitbouw.   A  

Spruitenbos-
straat  
9-13   Architect B. Hagen; bouwjaar 1907; symmetrisch opgezette driedubbele stadsvilla in twee bouwlagen met schilddak;
vier siertopgevels met vakwerkdecoratie, de beide buitenste met afgeschuinde kap of wolfseind; traditionele kozijnen met roede-indeling in de bovenlichten en kleine lichtopeningen; kozijnen op de begane grond met boogvormig bovenlicht, resp. met rollagen in boogsegmentvorm; driezijdige erkers met balkons; aan de eindgevels rechthoekige uitbouw onder lessenaarsdak, in combinatie met een in vakwerk uitgevoerde grote dakkapel.  
A  
Spruitenbos-
straat  
15-17   Architect J. Martens & Zn.; bouwjaar 1911; eclecticisme; groot symmetrisch dubbel woonhuis in twee bouwlagen onder schilddak met centraal twee hoger opgaande klokgevels met tympaanbekroning en siervazen; geblokte pilasters als siermetselwerk op de grenzen van de traveeën, twee driezijdige erkers met balkon met natuurstenen balusters; traditionele kozijnen met roede-indeling in de bovenlichten en kleinere lichtopeningen; nr. 15 met luiken op de begane grond.   A  
Spruitenbos-
straat  
19   Villa Marguerite, in 1908 gebouwd naar ontwerp van Jb. Van den Ban. Karakteristiek is de op de Hollandse Renaissance geïnspireerde toepassing van baksteen gevels en natuurstenen details. Opvallend is de gevarieerde opzet van de gevel: met een trapgevel, een hoektoren en driezijdige erker met balkon, waardoor een schilderachtig geheel ontstond.
Kandidaat gemeentelijk monument  
A  
Spruitenbos-
straat  
21   Gaaf bewaard gebleven villa, in 1905 gebouwd naar ontwerp van J.A.G. van der Steur. Het pand is uitgevoerd in een rationalistische trant met invloed van de Engelse landhuisstijl. Karakteristiek voor de Engelse invloed bij de villa aan de Spruitenbosstraat is onder meer de schilderachtige opzet met een balkonluifel in de vorm van een afsteek. Van der Steur gaf het pand verder een vrij sober, tamelijk rationalistisch karakter, met vlakke bakstenen gevels.
Kandidaat gemeentelijk monument  
A  
Spruitenbos-
straat  
2-4   Architect J.A. Fetter; bouwjaar 1905; wit gepleisterd blok in twee bouwlagen met plat dak; Art Nouveau-trant, curvilineaire geveldecoratie; apart gevormde boognissen met teruggeplaatste voordeuren; driezijdige erkers met balkons met stenen balustrade.   A  
Spruitenbos-
straat  
6-8   Architect J. de Heer Kloots; bouwjaar 1912; op Engelse landhuisstijl geïnspireerde baksteenbouw in twee bouwlagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; topgevels met sierspanten; horizontale siersteenbanden.   A  
Spruitenbos-
straat  
10-12   Vrij gaaf bewaard gebleven dubbel herenhuis, dat in 1913-1914 werd gebouwd door R.A.M. de Heer Kloots. Het pand is symmetrisch opgezet met twee hoektorens, twee bouwlagen en een schilddak met aansluitende zadeldaken. Het totaalkarakter leunt aan tegen de historiserende bouwkunst, mar een aantal detailleringen sluiten aan bij de meer vernieuwende Jugendstil.
Kandidaat gemeentelijk monument  
A  
Spruitenbos-
straat  
16-18   Architect L. Evendijk; bouwjaar 1911; dubbel herenhuis in twee bouwlagen met voorgeveldakschild op de linker zijgevel omlopend, voor een overigens plat dak; oorspronkelijk schoon metselwerk deels gepleisterd; drie driezijdige erkers waarvan de middelste over twee verdiepingen (deels gemoderniseerd); siertopgevels in de as van de erkers met vakwerkelementen; entree no. 16 met boogvormig kozijn.   A  
Uit den Bosstraat   1   Architect H. Schornagel; bouwjaar 1906; dubbele vrijstaande villa (met Wagenweg 148) in twee bouwlagen met schilddaken; Art Nouveau-detaillering in natuursteen en geveltoppen; vensters met ronde vormen.   A  
Uit den Bosstraat   3   Architect A. de Maaker; bouwjaar 1908; eenvoudige baksteenarchitectuur in twee bouwlagen met voorgeveldakschild met siertopgevel in vakwerk met pleisterwerk; driezijdige erker met balkon; monumentale omlijsting van het voordeurkozijn.   A  
Uit den Bosstraat   5-7   Architect C. Groot Czn.; bouwjaar 1906; dubbel herenhuis in eclectische trant in twee bouwlagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; siertopgevels als trapgevel en tuitgevel; driezijdige erkers op de begane grond; balkondeuren met hoger opgaand middendeel; spitsboograamkozijn in tuitgevel; traditionele kozijnvormen met roed-indeling in de bovenmlichten; baksteen met pleisterwerk.   A  
Uit den Bosstraat   9-11   Architect nn; bouwjaar 1906; sobere baksteenarchitectuur in twee bouwlagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; driezijdige erkers met balkon en in de as hiervan siertopgevels met natuurstenen afdekking, resp. dakoverstek met windveren.   A  
Uit den Bosstraat   13   Architect L. Evendijk; bouwjaar 1906; sobere baksteenarchitectuur in drie bouwlagen met plat dak; driezijdige erker; natuurstenen eind- en sluitstenen.   A  
Uit den Bosstraat   15   Architect L. Evendijk; bouwjaar 1905; baksteenarchitectuur in renaissancistische trant in twee bouwlagen met siertrapgevel voor een voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; contrasterende horizontale lijsten en sluitblokken; traditioneel vormgegeven kozijnen met roede-indeling in de bovenlichten en de kleinere lichtopeningen.   A  
Uit den Bosstraat   17   Architect L. Evendijk; bouwjaar 1904; hoek-woonwinkelhuis in sobere baksteenarchitectuur, met tot drie lagen hoog opgetrokken, afgeschuinde hoekpartij, afgesloten met kroonlijsten en gemetselde balustrade; overige bouwdelen twee lagen hoog met dakschild, voor een overigens plat dak; houten balkon op consoles op de afgeschuinde hoek; traditioneel vormgegeven kozijnen en dakkapellen met roed-indeling in de bovenlichten en kleinere lichtopeningen.   A  
Uit den Bosstraat   2   Architect C.E. Dekker; bouwjaar 1906 (één geheel met Westerhoutstraat 2); dubbele villa in decoratieve baksteenbouw met veel pleisterwerk en stickstyle elementen; topgevels met dakoverstek en sierspanten; grote diversiteit in de vormen van de topgevels; ook enkele torentjes als gevelbekroning; veel erkers en balkons met houten balustrades   A  
Uit den Bosstraat   4   Architect H.M. Fockens; bouwjaar 1907; half vrijstaand herenhuis in twee bouwlagen onder asymmetrisch zadeldak met sierklokgevel met gebogen timpaan en geboortekrullen; ovaal raamkozijn in siertopgevel; driezijdige erker met balkon; kozijnen traditioneel vormgegeven met roede-indeling in de bovenlichten en kleinere lichtopeningen; witte beschildering van de baksteen niet oorspronkelijk.   A  
Uit den Bosstraat   6-8   Bouwer W. Hilgerman; bouwjaar 1907; asymmetrisch dubbel herenhuis, links in twee bouwlagen met siertopgevel met voorgeveldakschild voor een overigens plat daken, rechts opgetrokken tot drie bouwlagen; siertopgevel afgedekt met natuursteen en rechte gevel met kroonlijst op consoles tussen gemetselde penanten; twee driezijdige erkers in de as van de topgevel en het hoger opgetrokken deel; hoger geveldeel met spaarvelden naast centraal kozijn; traditioneel vormgegeven kozijnen met roed-indeling in de bovenlichten en de kleinere lichtopeningen; deels witte beschildering van de baksteen niet oorspronkelijk.   A  
Uit den Bosstraat   10-16   Architect H.J. Peper; bouwjaar 1907; serie van vier herenhuizen in eenvoudige baksteenarchitectuur in twee bouwlagen met siertopgevels in de as van de driezijdige erkers en dakschild voor een overigens plat dak; traditioneel vormgegeven kozijnen met roede-indeling in de bovenlichten en kleinere lichtopeningen; grote dakkapellen van no. 12 en no. 14 niet oorspronkelijk.   A  
Uit den Bosstraat   18   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1910; eenheid met Schouwtjeslaan 32, gebouwd als winkel en pakhuis met bovenwoning, karakteristieke hoekbebouwing, Engelse landhuisstijl, in drie bouwlagen onder geknikt zadeldak met eindschilden en klein middenplat; met torenbekroning op de hoek, driezijdige erkers over twee bouwlagen aan beide straatgevels; houten balkon en grote gevelsteen 'Het wapen van Enkhuizen' tegen torengeveldeel; kozijnen met roedeverdeling in de bovenlichten uit de bouwtijd; contrasterende hoekblokken van natuursteen in bruinrood metselwerk; spaarveldbogen boven enkele kozijnen en boogfries bij de torenafsluiting; kleine dakkapellen uit de bouwtijd.   A  
Van Hogendorp-
straat  
1   Architect H. Korringa; bouwjaar 1914; deels vrijstaande villa in twee bouwlagen onder zadeldak en asymmetrische dwarskap; plastisch vormgegeven baksteenarchitectuur; rechthoekige uitbouw aan de voorgevel met lessenaarsdak, aansluitend op centraal geplaatste, uitgtebouwde schoorsteen; voordeurportiek met rondboog en rechts daarvan in zwaarte, iets uitlopend, metselwerk; siertopgevel en houten balkon in de asymmetrisch behandelde, en in plattegrond verspringende zijgevel; traditioneel vormgegeven kozijnen met roede-indeling in de bovenlichten en kleinere lichtopeningen.   A  
Van Hogendorp-
straat  
3-7   Architect J. Nederkoorn Czn.; bouwjaar 1914; driedubbel herenhuis met neo-barokke elementen in twee bouwlagen met geknikt voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; met siertopgevels in neo-barokke trant met in de as hiervan driezijdige erkers; ondiepe driezijdige erker op de verdieping van no. 5 oorspronkelijk, maar in 1919 uitgebreid met een grote erker op de begane grond; entreedeuren met zijlichten en bovenlichten in neo-barokke trant; bij no. 5 tevens met omlijsting en luifel; contrasterende sluitstenen in de hanekammen boven de kozijnen, die verder traditioneel zijn vormgegeven met roede-indeling in de bovenlichten en kleinere lichtopeningen.   A  
Van Hogendorp-
straat  
9-11   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1914; Architectuur met Engelse landhuiskarakteristieken; dubbel herenhuis in twee bouwlagen met omlopend schilddak rond een overigens plat dak; twee siertopgevels in de as van de driezijdige erkers met Palladiaans balkondeurkozijn op de eerste verdieping en getrapt raamkozijn in de geveltoppen; entreedeuren met luifel, zijlichten en halfrond bovenlicht; driehoekvormige dakkapellen; tot tweederde van de hoogte met schoon metselwerk, daarboven gepleisterd; traditioneel vormgegeven kozijnen met roede-indeling in de bovenlichten en kleinere lichtopeningen.   A  
Van Hogendorp-
straat  
13-17   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1914 ; Architectuur met Engelse landhuiskarakteristieken; driedubbel herenhuis, vormgeving overeenkomstig no. 9-11, maar nu met rechthoekig behandelde balkondeurkozijnen en bovenlichten van de voordeurkozijnen.   A  
Van Hogendorp-
straat  
19-21   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1914; Architectuur met Engelse landhuiskarakteristieken; dubbel herenhuis, vormgeving overeenkomstig no. 9-11, maar nu met ronde bovenlichten boven de voordeurkozijnen en in de as hiervan kruiskozijnen op de verdieping.   A  
Van Hogendorp-
straat  
23-25   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1914 ; Architectuur met Engelse landhuiskarakteristieken; dubbel herenhuis, vormgeving overeenkomstig no. 9-11, maar nu met afgesnoten siertopgevels en rechthoekig behandelde bovenlichten en balkondeurkozijnen.   A  
Van Hogendorp-
straat  
2-4   Architect L. Evendijk; bouwjaar 1916; dubbele villa in twee bouwlagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; siertopgevels met vakwerk, als afsluiting van het naar voren geplaatste middendeel van de voorgevel; breed balkon op kolommen uitgebouwd over twee driezijdige erkers; entreedeuren in de terugliggende delen van de voorgevel; gevel tot de wisseldorpelhoogte van de kozijnen op de eerste verdieping in schoon metselwerk, daarboven gepleisterd; traditioneel vormgegeven kozijnen met roede-indeling in de bovenlichten en kleinere lichtopeningen.   A  
Van Hogendorp-
straat  
6-8   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1916; dubbele villa in twee bouwlagen met hoog schilddakvlak voor een overigens plat dak; sterk geprononceerde middenpartij met breed balkon op classicistische zuilen; centrale brede dakkapel met driehoekig fronton; entreedeuren in sterk terugliggende geveldelen ter weerszijden van de middenpartij; traditioneel vormgegeven kozijnen met roede-indeling in de bovenlichten en de kleinere lichtopeningen.   A  
Van Hogendorp-
straat  
10-16   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1916; blok van vier herenhuizen in twee bouwlagen met hoog voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; eclectische architectuur; twee grote siertopgevels met daarin twee kleinere topgevels, die in de as van de vier driezijdige erkers met het daarboven gesitueerde balkondeurkozijn zijn geplaatst; in het midden is het dakoverstek deels opgetild en omgevoerd als kroonlijst; invulling grote siertopgevels als tot raamkozijn opengewerkt vakwerk; schoon metselwerk tot de bovenkant van de gemetselde hoofdbalusters van de balkonhekken; entreedeuren onder rondboog met brede rollaag, doorlopend in het daarboven gelegen ronde bovenlicht; traditioneel vormgegeven kozijnen met roed-indeling in de bovenlichten en kleinere lichtopeningen.   A  
Van Hogendorp-
straat  
18   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1915; grote, deel vrijstaande stadsvilla in twee bouwlagen onder licht geknikt schilddak met zwaar overstek; twee driezijdige erkers met tuindeuren en schilddak aan de voorgevel, grote rechthoekige erker met balkon aan de zijgevel; schoon metselwerk tot de onderdorpel van de verdiepingskozijnen, daarboven pleisterwerk; traditioneel vormgegeven kozijnen met roede-indeling in de bovenlichten en kleinere lichtopeningen.   A  
Vredenhofstraat   1-3   Architect H.M. Fockens; bouwjaar 1916; eenvoudige baksteenarchitectuur   A  
Vredenhofstraat   5-7   Architect L. Klaassen; bouwjaar 1917; eenvoudige baksteenarchitectuur   A  
Vredenhofstraat   9-13   Architect G. van den Aardweg; bouwjaar 1917; baksteenarchitectuur met telkens terugspringende muurgedeeltes bekroond door een gemetselde balustrade; siermetselwerk en rondboognissen boven ramen en deuren   A  
Vredenhofstraat   15-17   Architect G. van den Aardweg; bouwjaar 1916; baksteenarchitectuur met telkens terugspringende muurgedeeltes bekroond door een gemetselde balustrade; siermetselwerk en rondboognissen boven ramen en deuren   A  
Vredenhofstraat   19-21   Architect G. van den Aardweg; bouwjaar 1914; baksteenarchitectuur met telkens terugspringende muurgedeeltes bekroond door een gemetselde balustrade; siermetselwerk en rondboognissen boven ramen en deuren   A  
Vredenhofstraat   23-25   Dubbele villa, in 1912 gebouwd naar ontwerp van F.L. Janssen. Het ontwerp is geïnspireerd door de Engelse landhuisstijl. Karakteristiek is de schilderachtige opzet met een gevarieerd uitgevoerde kapvorm met roodgedekte schilden, topgevels en deels bakstenen deels gepleisterde gevels. Door de manier waarop de architect het hoekpand heeft vormgegeven fungeert het als een sterke blikvanger bij de entree tot de Vredenhofstraat.
Kandidaat gemeentelijk monument  
A  
Vredenhofstraat   2-4   Architect J.B.; bouwjaar 1920; woningbouwblok van telkens twee gelijke delen met vier woningen, waarvan een deel iets naar achteren is geplaatst; topgevels en detaillering in de trant van de Amsterdamse School   A  
Vredenhofstraat   6-16   Architect J.B.; bouwjaar 1920; woningbouwblok van telkens twee gelijke delen met vier woningen, waarvan een deel iets naar achteren is geplaatst; topgevels en detaillering in de trant van de Amsterdamse School; accentuering van de zijkant van het blok met uitkragend erkertje boven de voordeur van no. 16   A  
Wagenweg   108   Architect M. Doeglas, bouwjaar 1914;
Markant, omvangrijk hoekpand in rode baksteen, architectonische eenheid met Schouwtjeslaan 2 e t/m k, gebouwd als 'winkelhuis met woning en afzonderlijke bovenwoning en een wagenhuis eveneens met bovenwoning', bestaande uit twee hoofddelen in twee bouwlagen met omlopend dakschild voor een overigens plat dak, verbonden door een smal deel in één bouwlaag; hoektoren met extra verdieping en siertopgevels aan de Wagenweg en de Schouwtjeslaan; zwaar overkragende dak- en gootlijsten op geprofileerde consoles; traditionele houten kozijnen met schuiframen met roedeverdeling in de bovenramen onder segmentbogen met keramische boogveldvulling; hoektoren op afgeschuinde hoek met houten balkon; entreedeuren met zijlicht en dubbele winkeldeur in rondboogramen en 'palladiaans' raamkozijn in siertopgevels.  
B  
Wagenweg   110   Zeer eenvoudige traditionele bouw, vermoedelijk eind 19de eeuw, in één bouwlaag met mansardekap met geglazuurde pannen, kroonlijst, kozijnen met hanenkammen in het schoon metselwerk.   B  
Wagenweg   134   Café-woonhuis in twee bouwlagen met mansardekap waarvan het voorgeveldakschild niet geknikt is; eenvoudige kroonlijst; pui verschillende keren verbouwd in de 20ste eeuw.   B  
Wagenweg   140   Op het binnenterrein gelegen woonhuis met poort aan de Wagenweg, oorspronkelijk aan doorgaand pad en steeg. Eenvoudig woonhuis uit ca. 1900 in één bouwlaag met op de voorgevel omlopende mansardekap; traditionele schuifraamkozijnen met T-ramen en voordeur met gietijzeren bovenpaneel; kroonlijst en dakkapel met zadeldakje en bewerkte rand. Aangebouwd atelier niet oorspronkelijk.   B  
Wagenweg   142-144   Dubbel winkelpand met bovenwoningen van vóór 1910 op verspringende rooilijn; twee bouwlagen waarvan het middendeel met voorgeveldakschild en het rechter- en linkerdeel ieder met een door kunststeen afgedekte siertopgevel; het uitspringende rechterdeel op de verdieping als loggia met segmentboog behandeld; het middendeel met uitgemetselde erker op zware kraagstenen; het linker deel met raamkozijnen in rondbogen met keramisch bekleedde boogvelden; winkelpuien niet uit de bouwtijd.   B  
Wagenweg   146   Architect G. Meppelink, ca. 1900 als dubbel woonhuis gebouwd en in 1919 tot winkel-woonhuis verbouwd pand in twee bouwlagen met hoge, steile siertopgevel en omlopend pannengedekt schilddak; recente huidige winkelpui; ter plaatse van het pand sprong in de rooilijn, op de verdieping met terugliggend gevelvlak en balkon.   B  
Wagenweg   148-150   Architect H. Schornagel; architectonische eenheid met Uit den Bosstraat 1; bouwjaar 1902 grote dubbele villa, in twee bouwlagen met omlopend schilddak voor een overigens plat dak, met hoger opgetrokken siertopgevels en torenelementen; Art Nouveau-detaillering in natuursteen en geveltoppen; vensters met ronde vormen.   B  
Wagenweg   152-154   In opdracht van M.C. van Rhijn gebouwde dubbele villa; bouwjaar 1902; twee bouwlagen met voorgeveldakschild met siertopgevels voor een overigens plat dak; driezijdig uitgebouwde erkers op de begane grond met houten balkonhekken; siertopgevels afwisselend vormgegeven en met sterk uitgebouwd dakoverstek; dakkapellen met zinken tentdak.   B  
Wagenweg   156-162   Bouwjaar 1903; 4 grote, geschakelde stadsvilla's, symmeterisch opegezet waarvan de geveldelen van het uiterste rechter- en linkerdeel met siertopgevels gepleisterd werden en het dubbele middendeel schoon metselwerk hield; opgezet in twee bouwlagen en bij het middendeel uitgebouwd tot drie bouwlagen tussen twee als torens met tentdakjes behandelde elementen, voor een overigens plat dak; gemetselde balustrades bij de loggia's en op de erkers; oorspronkelijke kozijnen, ramen en deuren; loggia bij no. 156 met niet oorspronkelijke beglazing.   B  
Wagenweg   180   Bouwjaar 1904, grote stadswoning of geschakelde villa in twee bouwlagen met siertopgevel en voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; rond uitgebouwde erker op de begane grond; portiek met rondboog boven de voordeur; smal, hoog rechthoekig erkerkozijn op de verdieping boven de voordeur.   B  
Wagenweg   182   Bouwjaar 1904, grote stadswoning of geschakelde villa in twee bouwlagen met siertopgevel en voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; driezijdig uitgebouwde erker op de begane grond met houten balkonhek van later datum; merkwaardig dakbalkon van vóór 1950.   B  
Wagenweg   184- 188   Architect A.Th. Werner; bouwjaar 1903; topgevels met natuurstenen Art Nouveau-details in combinatie met siermetselwerk; architectuur omlopend in de Spruitenbosstraat   B  
Wagenweg   192- 194   Bouwjaar 1903, grote dubbele stadswoning of geschakelde villa's in twee bouwlagen onder dwars geplaatst zadeldak met tot siertopgevel uitgebouwde dakkapel; no. 194 met pannen gedekt, no. 192 met leien of shingles; driezijdig uigebouwde erkers op de begane grond met houten balkonhekken; segment- en rondbogen met siermetselwerk en sluitstenen boven de kozijnen; bekapping van de siertopgevels en dakkapellen met overstek met sierspanten.   B  
Wagenweg   196   Architect W.F. Doeglas; bouwjaar 1910; neo-renaissance; twee bouwlagen onder zadeldak met omlopend voorgeveldakschild en als trapgevel uitgevoerde siertopgevel; metselwerk in paarsrode steen met speklagen, waterlijsten en korfbogen met spaarvelden boven de kozijnen; driezijdig uitgebouwde erker met houten balkonhek; voordeur met zijlicht en luifel; traditionele houten kozijnen met vast kalf en middenstijl met roedeverdeling in de bovenlichten.   B  
Wagenweg   198   Bouwjaar 1910, architect W.F. Doeglas; twee bouwlagen onder zadeldak met omlopend voorgeveldakschild en siertopgevel; dakoverstek en als kroonlijst behandelde goten op consoles; 'palladiaans' raam in siertopgevel en tot ellips uitgerekt bovenlicht met snijraam bij de voordeur, met gebogen kalf en smalle zijlichten; driezijdige erker met houten balkonhek; traditionele houten kozijnen met vast kalf en middenstijl met roedeverdeling in de bovenlichten.   B  
Wagenweg   200- 204   Het uit vier villa's bestaande bouwblok is ontstaan vanuit één opzet in 1906-1907 naar ontwerp van bouwkundige Arie Groen. Deze was eigenaar van het perceel en voerde het bouwblok uit in Engelse landhuisstijl. Karakteristiek is de schilderachtig opgezette bouwmassa met enkele van vakwerk voorziene geveldelen. De vakwerkgevels sluiten aan op veranda's met pijlers in geglazuurde steen. Enige invloed van nieuw-historiserende bouwkunst blijkt uit de topgevels met aan de oudhollandse architectuur ontleend motieven (trapgevel, rolwerk) . Aan de zijde van de Zomerluststraat plaatste Groen een toren met veelzijdige koepel.
De woningen hebben twee bouwlagen en ieder een afzonderlijke kap. De kappen zijn uitgevoerd als (deels afgeplatte omlopende) schilddaken die aan de achterzijde aansluiten op een tuitgevel. De dakschilden zijn gedekt met rode kruispannen.
Zie ook Zomerluststraat 2.
Kandidaat gemeentelijk monument  
B  
Wagenweg   208   Grote villa in Engelse landhuisstijl gerealiseerd in 1908 naar ontwerp van de architect B. Hagen. Karakteristiek is de schilderachtige en gevarieerde opzet met van vakwerk voorziene topgevels, een hangende erker en een toren met tentdak. De schilderachtige uitstraling wordt versterkt door de deels in pleisterwerk en deels in baksteen uitgevoerde gevels en door de toepassing van vensterluiken, en bovenlichten met veelruitsroedenverdeling.
Het pand heeft een samengestelde plattegrond, twee bouwlagen en een schilddak (hoofddak) waarop zadeldaken aansluiten. De dakschilden zijn breed overstekend en gedekt met roodgeglazuurde Tuile-du-Nordpannen.
De Engelse invloed blijkt in het interieur vooral uit de situering van de vertrekken rondom een centrale hal. Via een vide loopt deze door tot de zolderkap waar een lichtkoof met decoratief glas-in-lood is geplaatst. Verder zijn er in het interieur nog diverse originele details bewaard gebleven.
Kandidaat gemeentelijk monument  
B  
Wagenweg   210- 212   Architect H. Tuninga; bouwjaar 1936; eenvoudige, later wit geschilderde, baksteenbouw in twee bouwlagen onder zadeldak met uitgebouwde vierkante erker; markering van de ingangsdeuren met gebogen luifeldak [Architectonisch hetzelfde ontwerp als Prinsessestraat 4-8].   B  
Wagenweg   214   In opdracht van B.W. Lindenboom gebouwd dubbel woon-winkelhuis in 1932, waarvan de begane grondverdieping in 1975 tot restaurant is verbouwd; drie bouwlagen onder omlopend schilddak met zwaar overstek.   B  
Wagenweg   216   Architect P. Kuiper jr.; bouwjaar 1906; half vrijstaande woning in twee bouwlagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak, waarvan het linker deel als een over de volle hoogte doorlopende driezijdige erker is behandeld met een klokvormig bekroning, afgewerkt met natuur- of kunststeen, dat ook als spekblokken en sluitstenen in het metselwerk rond de kozijnen terugkomt.   B  
Wagenweg   218   Vrijstaande, vroeg 20ste-eeuwse villa in twee bouwlagen met zadeldak en trapgevel; kozijnen op de verdiepingen onder gemetselde bogen met siermetselwerk in het boogveld; entreedeur en als iets uitspringende erker behandelde woonkamerkozijn op de begane grond in iets terugspringende gevelvlakken; sierankers.   B  
Wagenweg   220   Vrijstaande villa uit 1913 in twee bouwlagen onder een zadeldak, dat als schilddak bij de voor- en achtergevel omloopt; asymmetrisch behandelde voorgevel met rechthoekig uitgebouwde erker met plat en tuin- resp. balkondeuren, waarboven siertopgevel met rond raamkzoijn; entreedeur met halfrond bovenlicht en smalle zijlichten; aan de rechterzijde uitspringende bouwmassa ter hoogte van de achter de trap en vestibule gelegen keuken met eigen 'voordeur'.   B  
Wagenweg   222   Bouwjaar 1914, naar ontwerp van C. v.d. Leek; villa in twee bouwlagen met voorgeveldakschild voor een overigens plat dak; linkerdeel met driezijdig, iets uitgebouwde erker en houten balkon en in vakwerk uitgevoerde siertopgevel; kozijnen ter weerszijden van de balkondeur als kleine erkerkozijnen uitgevoerd; voordeur met luifel.   B  
Wagenweg   224   Villa in Engelse landhuisstijl gerealiseerd in 1914 naar ontwerp van C. van der Leek. Karakteristiek is onder meer de schilderachtige en gevarieerde opzet met (deels van vakwerk voorziene) topgevels en erkers.
Binnen het interieur werden de diverse vertrekken gesitueerd rondom een ruime 'Engelse hal' met daarin een stooknis. De op de woonvertrekken aansluitende kleine erkers werden opgezet als zg. cosy corners met houten zitbanken. Er zijn diverse authentieke interieurelementen behouden gebleven.
Het pand heeft een hoofdzakelijk rechthoekige plattegrond, twee bouwlagen en een schilddak waarop zadeldaken aansluiten. De dakschilden zijn breed overstekend en gedekt met roodgeglazuurde Tuile-du-Nord pannen.  
B  
Wagenweg   226   Vrijstaand woonhuis met achtergelegen schuur, gebouwd op het terrein dat destijds deel uitmaakte van buitenplaats Eindenhout. De schuur is ouder dan 1913, want het stond er al toen het woonhuis werd gebouwd. Het pand is uitgevoerd in een sobere chaletstijl met detailleringen in hout. Het pand bestaat uit één bouwlaag, aan de zuidzijde opgetrokken tot twee lagen. De kap is samengesteld en gedekt met kruispannen. Aan de voorzijde een topgevel. De voorgevel heeft een driezijdige erker met een balkon.   B  
Wagenweg   228   Houten landhuisje in 1920-1921 gebouwd naar ontwerp van A. Verspoor. Het pand is uitgevoerd met gevels in gerabat houtbeschot en een betonnen fundament. Waarschijnlijk was het huisje bedoeld als tijdelijk bouwwerk.
Karakteristiek is de schilderachtige opzet met topgevels met steekkappen en een door korbelen gedragen balkon en een (later dichtgezette) veranda. De detaillering van het houtbeschot van de veranda als ook van het trappenhuis toont enige invloed van de Amsterdamse School.  
B  
Wagenweg   238   Dubbel woonhuis, oorspronkelijk gebouwd als stal met zolder behorende bij de buitenplaats Eindenhout. Het betreft een zeer groot gepleisterd pand met een mansardekap over twee verdiepingen. De gevels zijn sober met alleen staafankers en verschillende raamopeningen, maar desondanks monumentaal. De luiken zijn later aangebracht.   B  
Wagenweg   240   Woonhuis in 1909 gebouwd als koetsierswoning van de buitenplaats Eindenhout. Uitgevoerd in en sobere chaletstijl die heel gebruikelijk was voor dit soort landelijke gebouwtjes. Het pand bestaat uit één verdieping onder een zadeldak. De voorgevel is van de weg af aan de oostzijde gesitueerd. De ingang krijgt een extra accent door de aangekapte siertopgevel.   B  
Wagenweg   248   Voormalig koetshuis, ooit onderdeel uitmakend van het landgoed Vredenhof. In de jaren '20 van de 20ste eeuw in twee fasen verbouwd tot royaal woonhuis. De eenvoudige architectuur van het pand werd toen behoorlijk verrijkt om het meer aanzien te geven. Hiertoe werden luiken aangebracht, rijk versierde dakkapellen en vernieuwde deuren en ramen. Ook werd een terras, afgesloten door een laag muurtje aangelegd.
Het pand bestaat uit één verdieping onder een mansardedak met gesmoorde pannen. De gepleisterde gevels zijn symmetrisch ingedeeld, met aan de tuinzijde drie tuindeuren en aan de voorzijde een centrale ingang met aan weerszijden ramen, alle openingen voorzien van luiken.  
B  
Wagenweg   250a   Oorspronkelijk gebouwd als schuur annex garage bij de villa Nijenhove. Het pand werd in dezelfde traditionele stijl gebouwd met hetzelfde type met leien gedekte uitzwenkende kap. De leien zijn inmiddels vervangen door shingles. Opvallend is de zeer rijke dakkapel in de oostgevel. In 1934 werd het gebouwtje uitgebreid en werd de bergplaats verbouwd tot tuinmanswoning. De garage bleef op dat moment nog wel in gebruik.   B  
Wagenweg   252   Dubbele villa, Villa Nijenhove, in 1923 gebouwd naar ontwerp van de architect J.C. Francken Jz. op het terrein dat ooit deel uitmaakte van het landgoed Vredenhof. Later bekend als villa Nijenhove.
De villa is uitgevoerd in een traditionele historiserende stijl, ook wel um1800-beweging , die heel rijk en monumentaal is.
Karakteristiek is de rijke ingangspartij met portico en het monumentale met leien gedekte uitzwenkende dak.  
B  
Westerhout-
straat  
1   Architect Joh. Jansen; bouwjaar 1906; decoratieve baksteenbouw met veel pleisterwerk en stickstyle elementen; topgevels met dakoverstek en sierspanten; grote diversiteit in de vormen van de topgevels; ook enkele torentjes als gevelbekroning; veel erkers en balkons met houten balustrades   A  
Westerhout-
straat  
3-9   Architect H. Bloem; bouwjaar 1906; decoratieve baksteenbouw met veel pleisterwerk en stickstyle elementen; topgevels met dakoverstek en sierspanten; grote diversiteit in de vormen van de topgevels; ook enkele torentjes als gevelbekroning; veel erkers en balkons met houten balustrades   A  
Westerhout-
straat  
11   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1910; decoratieve baksteenbouw met veel pleisterwerk en stickstyle elementen; topgevels met dakoverstek en sierspanten; grote diversiteit in de vormen van de topgevels; ook enkele torentjes als gevelbekroning; veel erkers en balkons met houten balustrades   A  
Westerhout-
straat  
13   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1910 ; decoratieve baksteenbouw met veel pleisterwerk en stickstyle elementen; topgevels met dakoverstek en sierspanten; grote diversiteit in de vormen van de topgevels; ook enkele torentjes als gevelbekroning; veel erkers en balkons met houten balustrades   A  
Westerhout-
straat  
15-23   Architect P. Gusteijn & D. Vettevogel; bouwjaar 1910; decoratieve baksteenbouw met veel pleisterwerk en stickstyle elementen; topgevels met dakoverstek en sierspanten; grote diversiteit in de vormen van de topgevels; ook enkele torentjes als gevelbekroning; veel erkers en balkons met houten balustrades   A  

Westerhout-
straat  
25-31   Architect R.A.M. de Heer Kloots; bouwjar 1910; decoratieve baksteenbouw met veel pleisterwerk en stickstyle elementen; topgevels met dakoverstek en sierspanten; grote diversiteit in de vormen van de topgevels; ook enkele torentjes als gevelbekroning; veel erkers en balkons met houten balustrades   A  
Westerhout-
straat  
33   Architect R.A.M. de Heer Kloots; bouwjaar 1912; decoratieve baksteenbouw met veel pleisterwerk en stickstyle elementen; topgevels met dakoverstek en sierspanten; grote diversiteit in de vormen van de topgevels; ook enkele torentjes als gevelbekroning; veel erkers en balkons met houten balustrades   A  
Westerhout-
straat  
35   Architect C. van der Leek; bouwjaar 1911; decoratieve baksteenbouw met veel pleisterwerk en stickstyle elementen; topgevels met dakoverstek en sierspanten; grote diversiteit in de vormen van de topgevels; ook enkele torentjes als gevelbekroning; veel erkers en balkons met houten balustrades   A  
Westerhout-
straat  
2   Architect C.E. Dekker; bouwjaar 1906; één geheel met Uit den Bosstraat 2; dubbele villa in decoratieve baksteenbouw met veel pleisterwerk en stickstyle elementen; topgevels met dakoverstek en sierspanten; grote diversiteit in de vormen van de topgevels; ook enkele torentjes als gevelbekroning; veel erkers en balkons met houten balustrades   A  
Westerhout-
straat  
4   Architect A. de Maaker; bouwjaar 1910; decoratieve baksteenbouw met veel pleisterwerk en stickstyle elementen; topgevels met dakoverstek en sierspanten; grote diversiteit in de vormen van de topgevels; ook enkele torentjes als gevelbekroning; veel erkers en balkons met houten balustrades   A  
Westerhout-
straat  
6-10   Architect A. de Maaker; bouwjaar 1909-1910; decoratieve baksteenbouw met veel pleisterwerk en stickstyle elementen; topgevels met dakoverstek en sierspanten; grote diversiteit in de vormen van de topgevels; ook enkele torentjes als gevelbekroning; veel erkers en balkons met houten balustrades   A  

Westerhout-
straat  
12-30   Architect R.A.M. de Heer Kloots; bouwjaar 1910; decoratieve baksteenbouw met veel pleisterwerk en stickstyle elementen; topgevels met dakoverstek en sierspanten; grote diversiteit in de vormen van de topgevels; ook enkele torentjes als gevelbekroning; veel erkers en balkons met houten balustrades   A  
Westerhout-
straat  
32-50   Architect R.A.M. de Heer Kloots; bouwjaar 1911; decoratieve baksteenbouw met veel pleisterwerk en stickstyle elementen; topgevels met dakoverstek en sierspanten; grote diversiteit in de vormen van de topgevels; ook enkele torentjes als gevelbekroning; veel erkers en balkons met houten balustrades   A  
Zomerluststraat   1-5   Ensemble van één beneden en twee bovenwoningen van architect P. Kuiper jr.; bouwjaar 1908; eenvoudige, witgeverfde baksteenarchitectuur in twee bouwlagen met een kapverdieping onder plat dak met voorgeveldakschild; dubbel middendeel van de voorgevel risaliserend met siertopgevels met vakwerkindeling; nr. 1 met driezijdige erker op de begane grond, overig traditionele houten kozijnen met enkele bovenlichten met roederamen.   A  
Zomerluststraat   7-9   Asymmetrisch opgezette dubbele villa van architect P. Kuiper jr.; bouwjaar 1913; baksteenarchitectuur van anderhalf tot twee bouwlagen onder een zadeldak met dubbele siertopgevel van verschillende hoogte met stickstyle elementen (topgevels met ver overstekende kappen en betimmeringen in de nokken) ; houten balustrade op halfronde erker; traditionele houten kozijnen deels met roederamen.   A  
Zomerluststraat   11-13   Dubbel woonhuis van architect W.J. Nelissen; bouwjaar 1920; sobere baksteenarchitectuur van twee bouwlagen onder een plat dak met voorgeveldakschild en siertopgevels op iets risaliserende voorgeveldelen met driezijdige erkers met balkon en getrapte kozijnvormen; traditionele houten kozijnen, deel bezet met roederamen.   A  
Zomerluststraat   17   Witgepleisterd huis uit de dertiger jaren van architect A.J.C. van Suchtelen, asymmetrische voorgevel met links brede erkers op de begane grond en verdieping en rechts entreepartij met halfrond bovenlicht rechts; twee bouwlagen met zadeldak; stalen kozijnen, met rechts aangebouwde garage, die een eenheid vormt met de garage van nr. 23.   A  
Zomerluststraat   2   Zie Wagenweg 200-204   A  
Zomerluststraat   6-10   Driedubbele villa van architct A. Zonneveld; bouwjaar 1906; eclectische, witgepleisterde gevels met siersteenbanden en siermetselwerk boven vensters en deuren; twee puntgevels en een trapgevel; verspringende voorgevellijn die de bocht van de straat volgt; twee bouwlagen onder een plat dak met voorgeveldakschild; traditionele houten kozijnen.   A  
Zomerluststraat   12   Bakstenen villa van architect A. de Maaker; bouwjaar 1913 met Engelse landhuisstijlelementen; twee bouwlagen en een kapverdieping onder een schilddak asymmetrisch opgezet, met siertopgevel rechts en opengewerkte loggia boven de terugspringende entree links; erker met schilddakje en driezijdig erkertje in de topgevel, spiegelbeeldig herhaald in de dakkapel; traditionele, strak belijnde, houten kozijnen.   A  
Zomerluststraat   14-20   Ensembele van vijf huizen van architect P. Kuiper jr. uit 1918 in sobere baksteenarchitectuur waarvan twee huizen iets naar achter zijn gebouwd, de bocht van de straat volgend; twee bouwlagen met een kapverdieping onder een plat dak met voorgeveldakschild (deels rode, deels blauwgrijze pannen) met tot siertopgevels ontwikkelde gemeselde dakkapellen, opgevuld met siermetselwerk en opgemetselde balustrades op de driezijdige erkers van de bagane grond; traditionele houten kozijnen met deels roedeverdeling; het ensemble is deels wit geschilderd, deels sterk vernieuwd.   A  
Zomerluststraat   22-24   Dubbel woonhuis van architect P. Kuiper jr. uit 1915; twee bouwlagen met kapverdieping onder plat dak met voorgeveldakschild in sobere baksteenarchitectuur met siertopgevels met achthoekige kozijnen; voordeuren met zware omlijsting natuur-of kunststenen omlijsting.   A