Plan: | Zomerzone Noord |
---|---|
Plannummer: | BP3080002 |
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0392.BP3080002-0003 |
Archeologie
Gemeenten dienen bij het opstellen van bestemmingsplannen rekening te houden met in de grond aanwezige dan wel te verwachten archeologische waarden. Ook is bepaald dat in een bestemmingsplan regelingen kunnen worden opgenomen ten behoeve van het beschermen van archeologische waarden.
De uitgangspunten voor gemeentelijke beslissingen in Haarlem zijn vastgelegd in de Beleidsnota archeologie. De archeologische verwachtingen die voor het Haarlems grondgebied gelden zijn vertaald naar de voorlopige Archeologische Beleidskaart Haarlem. De kaart geeft aan in welke gebieden bodemverstorende activiteiten van een bepaalde omvang vergunningplichtig zijn. Dit wordt aangegeven in de vorm van verschillende categorieën. Voor elk van deze categorieën heeft de gemeente bepaald vanaf welke planomvang rekening gehouden moet worden met het (laten) opstellen van een archeologisch rapport, het zogenaamde regime.
De regimes gelden voor bodemroerende activiteiten die plaats zullen vinden in het kader van plannen waarvoor het vereist is om het volgende aan te vragen:
Archeologische verwachting plangebied
Het huidige Haarlem ligt zowel op de oudste strandwal, 56 eeuwen geleden ontstaan, als de op een na oudste strandwal van Nederland. Op deze strandwallen bouwden jagers en vissers in de nieuwe steentijd (vanaf 3600 v. Chr.) eenvoudige onderkomens. Vanaf de bronstijd (2000-800 v. Chr.) legden de mensen akkers aan en bouwden ze grote boerderijen. Vele eeuwen later, in de karolingische tijd (7e-8e eeuw n. Chr.), onstond op deze plek de nederzetting Harulahem. Harulahem, wat huis(en) op een open plek in een op zandgrond gelegen bos betekent, is later verbasterd tot Haarlem. Haarlem ontwikkelde zich al snel tot een belangrijke stad in Holland en kreeg in 1245 stadsrechten. De resten van woningen, huisraad en andere sporen van vroegere bewoning zijn in de loop der eeuwen door stuifafzettingen en kunstmatige ophogingen verborgen geraakt in de Haarlemse bodem. De Haarlemse bodem is letterlijk een opeenstapeling van 56 eeuwen bewoningsgeschiedenis in de vorm van archeologische landschappen, opgebouwd uit diverse bodemlagen.
Afbeelding 3: Archeologische Beleidskaart Haarlem (ABH).
Groen: categorie 1a Rood: categorie 2 Geel: categorie 4
Het plangebied behoort volgens de ABH grotendeels tot categorie 4, een gebied met middellage archeologische verwachting. Voor terreinen die onder deze categorie vallen geldt dat archeologische waarden in een relatief lage dichtheid te verwachten zijn. Gezien de aard van deze archeologische waarden geldt hier een regime waarbij voorwaarden worden verbonden aan een bouw-, aanleg-, en/of sloopvergunning bij bodemroerende activiteiten met een oppervlakte van 2500 m2 en groter en dieper dan 30 cm onder het maaiveld.
Kleinere gebieden hebben een hoge verwachtingswaarde. Het betreffen restanten van de oudste strandwal van Nederland. Er zijn enkele archeologische waarnemingen geregistreerd. Hierbij zijn vondsten uit de 11e en 12e eeuw gedaan als ook vondsten van latere datum, uit de 14e tot en met 19e eeuw. De archeologische sporen leveren een belangrijke bijdrage aan de bewoningsgeschiedenis van het gehele grondgebied van de huidige gemeente Haarlem. Deze gebieden vallen onder categorie 1 en 2 en staan ook aangegeven op de Archeologische Monumenten Kaart van de Rijksdienst voor Archeologie, Cultuurlandschap en Monumenten. Behoud hiervan is uitgangspunt.
Voor categorie 2 geldt een regime waarbij voorwaarden zijn verbonden aan een bouw-, aanleg-, en/of sloopvergunning bij bodemroerende activiteiten met een oppervlakte van 50 m2 en meer en dieper dan 30 cm onder het maaiveld.
Voor categorie 1 geldt een bouwverbod tenzij ontheffing wordt verleend, bij bodemroerende activiteiten met een oppervlakte van 0 m2 en dieper dan 30 cm onder het maaiveld.
De gebieden die zijn weergegeven op de ABH worden in bestemmingsplannen opgenomen met de dubbelbestemming 'Waarde - archeologie'. In de planregels worden de relevante begrippen gedefinieerd en wordt aangegeven welke archeologische voorwaarden aan een reguliere bouwvergunning of aanlegvergunning kunnen worden verbonden.
Cultuurhistorie
Binnen het plangebied bevinden zich een aantal elementen waaraan bijzondere cultuur-historische waarde wordt toegekend. Zo wordt de Amsterdamsevaart aangemerkt als cultuurhistorische waardevolle weg. Cultuurhistorisch waardevol is natuurlijk ook het tracé van de voormalige spoorlijn Haarlem-Hoofddorp met het stationsgebouw en bijbehorende baanvakwachterswoning aan de Amsterdamsevaart. De Oosterkerk en omliggende bebouwing is van hoge bouwkundige waarde. Het is een gaaf bewaard voorbeeld van een uitgevoerd samenhangend stedebouwkundig en architectonisch ontwerp en als zodanig representatief binnen de geschiedenis van de Nederlandse volkshuisvesting uit de periode 1920-1940.
Vooralsnog zijn er drie objecten als Gemeentelijk Monument aangewezen: de Pastoor van Arskerk aan het Prinses Beatrixplein, de Oosterkerk aan de Zomerkade en de Joodse begraafplaats aan de Amsterdamsevaart. Er bevinden zich geen provinciale- of rijksmonumenten in het plangebied. De bescherming van monumenten zelf is geregeld in de Monumentenwet 1988 en de gemeentelijke monumentenverordening. Het bestemmingsplan heeft geen directe invloed op de bescherming, onderhoud en herstel van de monumenten. Wel zal bij het bestemmen van de betreffende panden en directe omgeving, in het bestemmingsplan waar nodig rekening worden gehouden met de cultuurhistorische waarde. Bestaande maten (omvang en (goot)hoogte bebouwing) worden zoveel mogelijk vastgelegd.
Het ten oosten van het station Haarlem-Spaarnwoude gelegen gebied ligt in de Stelling van Amsterdam. Grote delen van de Stelling zijn in de loop der tijd aangepast of bebouwd. Het behoud van het ruimtelijk karakter van de Stelling is een zwaarwegende factor bij de beoordeling van ruimtelijke ontwikkelingen. In het bestemmingplan zijn geen ruimtelijke ontwikkelingen voorzien voor dit gebied.