direct naar inhoud van Artikel 18 Verkeer
Plan: Zomerzone Noord
Plannummer: BP3080002
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0392.BP3080002-0003

Artikel 18 Verkeer

18.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wegen, straten en voet- en fietspaden;
  • b. garageboxen ter plaatse van de aanduiding 'garage';
  • c. in- en uitrit parkeergarage ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - in- en uitrit parkeergarage';
  • d. fly-over uitsluitend ter plaats van de functieaanduiding 'specifieke vorm van verkeer - fly-over';
  • e. tunnel ter plaats van de aanduiding 'tunnel';
  • f. brug ter plaatse van de aanduiding 'brug';
  • g. openbaar vervoerstation ter plaatse van de aanduiding 'openbaar vervoerstation';
  • h. kiosk ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van horeca - kiosk';
  • i. standplaatsen;
  • j. bij de bestemming behorende groenvoorzieningen, waterlopen en waterpartijen, straatmeubilair, geluidwerende voorzieningen, speelvoorzieningen, kunstwerken, kunstobjecten, (ondergrondse) parkeervoorzieningen, voorzieningen van algemeen nut, waterberging, bergbezinkbassins, (ondergrondse) afval- en recyclecontainers, warmte-koudeopslag, warmte-koudetransport, waterhuishoudkundige voorzieningen.

18.2 Bouwregels

Binnen de bestemming 'Verkeer' mogen bouwwerken worden opgericht onder de volgende voorwaarden:

18.2.1 Gebouwen
  • a. ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte' is ten hoogste de aangegeven bouwhoogte toegestaan;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'maximale goothoogte' is ten hoogste de aangegeven goothoogte toegestaan;
  • c. boven de goothoogte mag worden afgedekt met een kap met een maximale nokhoogte van 5 m;
  • d. gebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'maximale bebouwingspercentage' is ten hoogste het aangegeven maximale bebouwingspercentage toegestaan. Indien geen bebouwingspercentage is aangegeven mag het bouwvlak volledig worden bebouwd;
  • f. de verticale diepte van een (ondergronds) gebouw mag niet meer dan 7 m bedragen.

18.2.2 Ander bouwwerken
  • a. de bouwhoogte van andere bouwwerken mag niet meer dan 5 m bedragen.

18.3 Afwijken van de bouwregels

voorzieningen Wet maatschappelijke ondersteuning

  • 1. Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het

bepaalde in lid 2 en toestaan dat een Wmo-voorziening in openbaar toegankelijk gebied wordt geplaatst, mits:

    • a. er is geen achterom aanwezig bij de woning;
    • b. de hoogte van de voorziening mag maximaal 1,3 m bedragen;
    • c. de oppervlakte van de voorziening mag maximaal 4 m² bedragen;
    • d. op het trottoir een breedte van minimaal 1,5 m overblijft ten behoeve van weggebruikers.

  • 2. Het bevoegd gezag toetst bij de toepassing van de afwijkingsbevoegdheid als bedoeld in lid 3 of geen onevenredige aantasting zal plaatsvinden van:
    • a. het straat- en bebouwingsbeeld;
    • b. de verkeerssituatie ter plaatse;
    • c. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden.

18.4 Specifieke gebruiksregels
  • 1. Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken als bedoeld in artikel 2.1 lid 1 onder c Wabo wordt in elk geval gerekend het gebruiken of laten gebruiken voor:
    • a. prostitutie en seksinrichtingen;
    • b. het opslaan van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerpen, goederen, stoffen en materialen en van emballage en/of afval, waaronder kampeermiddelen, van aan hun gebruik onttrokken machines, voer-, vaar- of vliegtuigen, schroot, afbraak- en bouwmaterialen, grond en bodemspecie, puin- en vuilstortingen. Deze bepaling is niet van toepassing op opslag van materialen welke noodzakelijk is voor de realisering van de bestemming, welke voortvloeien uit het normale dagelijkse onderhoud.