Plan: | Noord 2021 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0384.BPnoord2021-VG01 |
het bestemmingsplan Noord 2021 van de gemeente Diemen.
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0384.BPnoord2021-VG01 met de bijbehorende regels en bijlagen.
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar, ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
een aan het hoofdgebouw gebouwd gebouw dat in functioneel en/of bouwkundig opzicht één geheel vormt met het hoofdgebouw, terwijl het in bouwkundig opzicht herkenbaar is als een ondergeschikte aanvulling op het hoofdgebouw.
beroeps- en/of bedrijfsmatige activiteit die door de bewoner(s) wordt uitgeoefend en die door zijn aard, omvang en intensiteit ondergeschikt is aan en passend is bij de woonfunctie.
een antennemast of andere constructie bedoeld voor de bevestiging van een antenne.
een installatie bestaande uit een antenne, een antennedrager, de bedrading en de al dan niet in een techniekkast opgenomen apparatuur, met de daarbij behorende bevestigingsconstructie.
de aan een gebied toegekende waarde in verband met de in dat gebied voorkomende overblijfselen uit oude tijden.
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
een in de regels of op de verbeelding aangegeven percentage, dat de grootte aangeeft van het deel van het bouwperceel dat maximaal mag worden bebouwd.
een bedrijf, dat met behoud van de woonfunctie door ten minste de hoofdbewoner van de woning wordt uitgeoefend en die voorziet in een ondergeschikte, kortdurende, onzelfstandige verblijfsvoorziening voor uitsluitend logies al dan niet met ontbijt.
een onderneming gericht op het produceren, bewerken, herstellen, installeren of inzamelen van goederen, alsmede verhuur, opslag en distributie van goederen.
één woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting ter plaatse noodzakelijk is, gelet op het feitelijk gebruik van het gebouw en/of terrein in overeenstemming met de bestemming.
de totale vloeroppervlakte van een ruimte die wordt gebruikt voor een (dienstverlenend) bedrijf of een instelling, inclusief opslag- en administratieruimten en dergelijke.
Een voorziening met onzelfstandige woonruimten, waarbij de inwoners sterk afhankelijk zijn van de zorg en de gebouwen zijn gericht om de noodzakelijke zorg te leveren, met daarbij behorende zorgvoorzieningen, afgestemd op een specifieke doelgroep die gelet op hun fysieke of psychische gesteldheid zonder deze zorg niet zelfstandig kunnen wonen en bovendien ouder zijn dan 15 jaar. Algemene ruimten ten behoeve van de onzelfstandige bewoning, zorg en/of bedrijfsvoering worden hieronder begrepen, met uitzondering van een bedrijfswoning.
ten aanzien van de bij of krachtens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht toegestaan en aanwezige bouwwerken, en de werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden, en het overige gebruik, bestaand ten tijde van het in werking treden van het bestemmingsplan;
de grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
bedrijven zoals bedoeld in artikel 2 lid 1 van het Besluit externe veiligheid inrichtingen.
een op een bouwperceel gelegen vrijstaand gebouw, dat in bouwkundig opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw.
het plaatsen, geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen, veranderen of vergroten van een bouwwerk.
de grens van een bouwvlak.
een doorlopend gedeelte van een gebouw, dat door op gelijke of nagenoeg gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van kelder of kap.
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolgde de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
een grens van een bouwperceel.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect, met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaatse te functioneren.
een bouwwerk met ten minste twee open wanden voorzien van een gesloten dak ten behoeve van de stalling van motorvoertuigen.
vuurwerk dat is bestemd voor particulier gebruik.
de aan een bouwwerk of gebied toegekende waarde in verband met ouderdom en/of historische gaafheid.
iedere bovenbeëindiging van een gebouw.
een toevoeging aan de bouwmassa door wijziging van het dak, al dan niet gepaard gaand met het verhogen van de nok- of goothoogte, waardoor het silhouet van het oorspronkelijke dak verandert.
het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder de uitstalling ten verkoop), verkopen, verhuren en leveren van goederen aan personen die die goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.
het verlenen van economische en maatschappelijke diensten aan derden.
een bouwkundige constructie waarin geen te openen delen aanwezig zijn en met een in NEN 5077 bedoelde karakteristieke geluidwering dan wel een bouwkundige constructie waarin alleen bij uitzondering te openen delen aanwezig zijn, mits de delen niet direct grenzen aan een geluidsgevoelige ruimte. De karakteristieke geluidwering - als bedoeld in het Bouwbesluit - van de dove gevel dient – rekening houdend met de cumulatie- 34 dB te bedragen om te waarborgen dat de binnengrenswaarde van 28 dB voor leslokalen en 33 dB voor de overige verblijfsruimten in acht wordt genomen.
de bouwlaag op de begane grond.
de oppervlakte van het achter de voorgevelrooilijn gelegen gedeelte van het bouwperceel, uitgezonderd de oppervlakte van het hoofdgebouw.
de natuurlijke persoon, groep van personen of rechtspersoon, die bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, prostitutie aanbiedt, die op een andere plaats dan in de bedrijfsruimte wordt uitgeoefend (escortservices, bemiddelingsbureaus, overige).
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
gebouwen welke dienen ter bewoning of ten behoeve van een andere geluidgevoelige functie als bedoeld in de Wet geluidhinder, c.q. het Besluit geluidhinder.
een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn constructie, afmetingen of functie als het belangrijkste bouwwerk valt aan te merken.
het bedrijfsmatig verstrekken van dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse en/of het bedrijfsmatig verstrekken van logies, één en ander al dan niet in combinatie met een vermaaksfunctie, met uitzondering van een erotisch getinte vermaaksfunctie.
de inwoning van ten hoogste 1 persoon in een woning waarbij de woonvoorzieningen worden gedeeld met de hoofdbewoner die tevens verhuurder is en waarbij de hoofdbewoner ten minste 50% van het gebruiksoppervlak bewoont (hospitaregeling);
voorzieningen gericht op het verlenen van diensten op administratief, financieel, architectonisch, juridisch of daarmee naar aard gelijk te stellen gebied al dan niet met baliefunctie.
een ondergronds (gedeelte van een) gebouw.
een vrijstaand bouwwerk van beperkte omvang dat voor detailhandel en lichte horeca (categorie 1 en 2a van de Staat van horeca-activiteiten zoals opgenomen in Bijlage 1) gebruikt kan worden.
het in een woning of woongebouw door de bewoner op bedrijfsmatige wijze uitoefenen van activiteiten, voor zover sprake is van een inrichting type A, zoals bedoeld in het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (Activiteitenbesluit), en voor zover de woning of woongebouw in overwegende mate zijn woonfunctie behoudt en voor zover deze activiteiten een ruimtelijke uitstraling hebben die met de woonfunctie in overeenstemming is.
windturbine die door de relatief beperkte effecten op de omgeving (gevaar, hinder, visuele uitstraling) in de directe leefomgeving kan worden geplaatst.
educatieve, sociaal-medische, sociaal-culturele en levensbeschouwelijke voorzieningen en voorzieningen ten behoeve van openbare dienstverlening, als ook ondergeschikte detailhandel en horeca ten dienste van deze voorzieningen.
een bedrijf dat gericht is op het lesgeven in paardrijden en daarvoor paarden en/of pony's houdt, in combinatie met een of meer van de volgende hiermee samenhangende activiteiten of voorzieningen: het in pension houden van paarden en/of pony's, horeca (kantine, foyer en dergelijke), verenigingsaccommodatie en het houden van wedstrijden of andere evenementen.
voorziening ten behoeve van het openbaar nut, zoals ten behoeve van de levering van elektriciteit, gas, drinkwater en telecommunicatiediensten, alsmede ten behoeve van riolering en afvalinzameling (inclusief de aan deze voorzieningen bevestigde reclameobjecten).
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, voorzien van een geheel of gedeeltelijk gesloten dak.
het zich ten behoeve van een ander tegen vergoeding beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele diensten.
het etaleren van prostituees achter vensters, met de kennelijke intentie passanten te werven voor prostitutie.
de voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in de omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch/pornografische aard plaatsvinden.
Onder seksinrichting wordt in ieder geval verstaan: een prostitutiebedrijf, alsmede een erotische massagesalon, een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater of parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar.
de Staat van Horeca-activiteiten (bijlage 1) die van deze regels deel uitmaakt.
bouwwerken van beperkte omvang en met een openbare functie, zoals lantaarnpalen, abri's, telefooncellen, zitbanken, rijwielstandaards, speelwerktuigen, gedenktekens, informatiezuilen (inclusief de aan deze bouwwerken bevestigde reclameobjecten).
het op de openbare weg door handeling, houding, woord, gebaar of op andere wijze benaderen van het publiek, met de kennelijke intentie passanten te werven voor prostitutie.
gedeelte van de openbare ruimte dat hoofdzakelijk is bestemd en is ingericht voor langzaam verkeer, doch in ondergeschikte mate tevens fungerend als erftoegangsweg.
de vloeroppervlakte van voor het publiek toegankelijke winkelruimten.
gronden voor particulier gebruik waarop onder meer op recreatieve wijze voedings- en siergewassen worden geteeld.
de voorgevel zoals deze bij de bouw van het betrokken gebouw oorspronkelijk is gerealiseerd. Van een woning op de hoek van twee straten is slechts één gevel de voorgevel. Voor de bepaling van de voorgevel geldt in eerste instantie de naar de weg toegekeerde zijde of indien deze nog geen duidelijkheid geeft, de gevel waar de voordeur of hoofdingang van de woning is gelegen of in laatste instantie de zijde waaraan de hoofdontsluiting van het perceel is gesitueerd.
de lijn aangegeven op de verbeelding dan wel in afwezigheid daarvan in een bouwblok de denkbeeldige lijn door de voorgevel, welke lijn bij hoekwoningen wordt geacht te zijn doorgetrokken tot de zijdelingse perceelsgrens.
voorzieningen die nodig zijn ten behoeve van een goede water aan- en/of afvoer, waterberging en waterkwaliteit.
een werk, geen gebouw of bouwwerk zijnde.
bedrijven, zoals bedoeld in artikel 2.1 lid 3 van het Besluit omgevingsrecht, die in belangrijke mate geluidshinder kunnen veroorzaken.
een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden.
wijze van onzelfstandige bewoning van een woning waarbij meerdere personen die geen onderlinge duurzame relatie hebben een woning delen, wat wordt aangemerkt als één afzonderlijk huishouden, en zich onderscheidt van kamerverhuur door onder andere het gebruik van één huurcontract voor alle bewoners;
een gebouw, dat meerdere naast elkaar en/of geheel of gedeeltelijk boven elkaar gelegen woningen omvat en dat qua uiterlijke verschijningsvorm als een eenheid beschouwd kan worden.
bebouwing bestaande uit woningen in combinatie met maatschappelijke voorzieningen en ondersteunende woonzorgfuncties in hoofdzaak ten behoeve van de bewoners van deze woningen zoals voorzieningen en functies in het kader van de gezondheidszorg.
de afstand tussen bouwwerken onderling en de afstand van bouwwerken tot perceelsgrenzen worden daar gemeten waar deze afstanden het kleinst zijn.
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels en het hart van de scheidsmuren.
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot c.q. de druiplijn, het boeibord of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
bij toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen worden ondergeschikte bouwdelen als plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, ventilatiekanalen, gevel- en kroonlijsten, luifels, erkers, balkons en overstekende daken buiten beschouwing gelaten mits de overschrijding niet meer bedraagt dan 1 m.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren (of, bij afwezigheid van
gevelvlakken, tussen de buitenzijden van het dak), neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
vanaf het peil tot aan het diepste punt van het gebouw.
gemeten als gebruiksoppervlakte volgens NEN2580.
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende voorzieningen zoals:
Voor het bouwen van gebouwen en overkappingen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van kleinschalige windturbines gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag is bevoegd nadere eisen te stellen, met betrekking tot:
De bevoegdheid onder lid 3.3.1 wordt toegepast met het oog op:
Met betrekking tot het gebruik gelden de volgende regels:
De voor 'Bedrijf - Verkooppunt motorbrandstoffen met lpg' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende voorzieningen zoals:
Voor het bouwen van gebouwen en overkappingen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag is bevoegd nadere eisen te stellen, met betrekking tot:
De bevoegdheid onder lid 4.3.1 wordt toegepast met het oog op:
Met betrekking tot het gebruik gelden de volgende regels:
De voor 'Gemengd - 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbij behorende voorzieningen, zoals:
Voor het bouwen van gebouwen en overkappingen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van kleinschalige windturbines gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag is bevoegd nadere eisen te stellen, met betrekking tot:
De bevoegdheid onder lid 5.3.1 wordt toegepast met het oog op:
Met betrekking tot het gebruik gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van lid 5.1:
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daarbij behorende voorzieningen, zoals:
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde en overkappingen gelden de volgende regels:
De voor 'Maatschappelijk' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daarbij behorende voorzieningen zoals:
Voor het bouwen van gebouwen en overkappingen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag is bevoegd nadere eisen te stellen, met betrekking tot:
De bevoegdheid onder lid 7.3.1 wordt toegepast met het oog op:
De voor 'Maatschappelijk - Begraafplaats' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daarbij behorende voorzieningen zoals:
Voor het bouwen van gebouwen en overkappingen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag is bevoegd nadere eisen te stellen, met betrekking tot:
De bevoegdheid onder lid 8.3.1 wordt toegepast met het oog op:
De voor 'Sport - Manege' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
met daarbij behorende voorzieningen zoals:
Voor het bouwen van gebouwen en overkappingen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag is bevoegd nadere eisen te stellen, met betrekking tot:
De bevoegdheid onder lid 9.3.1 wordt toegepast met het oog op:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in 9.2.1 sub d teneinde een hoger bebouwingspercentage toe te staan van ten hoogste 25 %, mits:
Met betrekking tot het gebruik geldt dat de vloeroppervlakte ten behoeve van ondergeschikte horecavoorzieningen zoals bedoeld in lid 9.1 sub b ten hoogste 80 m² bedraagt.
met daaraan ondergeschikt:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daarbij behorende voorzieningen zoals:
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
De voor 'Verkeer - Railverkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daarbij behorende voorzieningen, zoals:
Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Het gebruik van volkstuinen als overnachting of permanente bewoning is niet toegestaan.
De voor 'Verkeer - Weg' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daarbij behorende voorzieningen, zoals:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
met daarbij behorende voorzieningen zoals:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbij behorende voorzieningen zoals:
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van kleinschalige windturbines gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag is bevoegd nadere eisen te stellen, met betrekking tot:
De bevoegdheid onder lid 15.3.1 wordt toegepast met het oog op:
Voorlopige bestemming
De voor 'Verkeer - Voorlopig - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daarbij behorende:
Ten aanzien van gebouwen gelden de volgende regels:
Ten aanzien van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
De termijn waarvoor de voorlopige bestemming geldt, bedraagt 5 jaar, gerekend vanaf de dag van inwerkingtreding van het bestemmingsplan.
Definitieve bestemming
De voor 'Verkeer - Voorlopig - 2' aangewezen gronden zijn na het verstrijken van de geldigheidstermijn als bedoeld in lid 16.4 bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:
17.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Verkeer - Voorlopig - 3' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daarbij behorende:
Ten aanzien van gebouwen gelden de volgende regels:
Ten aanzien van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
De termijn waarvoor de voorlopige bestemming geldt, bedraagt 5 jaar, gerekend vanaf de dag van inwerkingtreding van het bestemmingsplan.
Definitieve bestemming
De voor 'Verkeer - Voorlopig - 3' aangewezen gronden zijn na het verstrijken van de geldigheidstermijn als bedoeld in lid 17.4 bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbij behorende voorzieningen zoals:
Op deze grond mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen en geen overkappingen zijnde gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag is bevoegd nadere eisen te stellen, met betrekking tot:
De bevoegdheid onder lid 17.7.1 wordt toegepast met het oog op:
met de daarbij behorende:
Voor het bouwen ten behoeve van de in lid 18.1 bedoelde dubbelbestemming gelden de volgende bouwregels:
Voor het bouwen van de andere daar voorkomende bestemming(en) geldt dat uitsluitend gebouwd mag worden voor zover:
Het is verboden op of in de gronden waarop deze bestemming betrekking heeft zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden, de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren:
Het in lid 18.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De in lid 18.3.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien:
met de daarbij behorende:
Voor het bouwen ten behoeve van de in lid 19.1 bedoelde dubbelbestemming gelden de volgende bouwregels:
Voor het bouwen van de andere daar voorkomende bestemming(en) geldt dat uitsluitend gebouwd mag worden voor zover:
Het is verboden op of in de gronden waarop deze bestemming betrekking heeft zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren:
Het in lid 19.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De in lid 19.3.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien:
met de daarbij behorende:
Voor het bouwen ten behoeve van de in lid 20.1 bedoelde dubbelbestemming gelden de volgende bouwregels:
Voor het bouwen van de andere daar voorkomende bestemming(en) geldt dat uitsluitend gebouwd mag worden voor zover:
Het is verboden op of in de gronden waarop deze bestemming betrekking heeft zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren:
Het in lid 20.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De in lid 20.3.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien:
met de daarbij behorende:
Voor het bouwen ten behoeve van de in lid 21.1 bedoelde dubbelbestemming gelden de volgende bouwregels:
Voor het bouwen van de andere daar voorkomende bestemming(en) geldt dat uitsluitend gebouwd mag worden voor zover:
Het is verboden op of in de gronden waarop deze bestemming betrekking heeft zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren:
Het in lid 21.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De in lid 21.3.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien:
Voor het bouwen ten behoeve van de andere daar voorkomende bestemming(en) geldt dat uitsluitend gebouwd mag worden voor zover:
de aanvrager van een omgevingsvergunning voor het bouwen een inventariserend veldonderzoek heeft overlegd, waarin de archeologische waarde van de betrokken locatie naar het oordeel van het bevoegd gezag in voldoende mate is vastgesteld, tenzij:
Indien uit een inventariserend veldonderzoek blijkt dat archeologische waarden vanwege voorgenomen bouwactiviteiten zullen worden verstoord, kan het bevoegd gezag aan de omgevingsvergunning de volgende voorschriften verbinden:
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen, met betrekking tot de situering van bouwwerken, indien een inventariserend veldonderzoek daartoe aanleiding geeft.
De bevoegdheid onder 22.3.1 wordt toegepast met het oog op de bescherming van archeologische waarden en deze in situ te behouden.
Het is verboden op of in de gronden waarop deze bestemming betrekking heeft zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren op een diepte van 0,5 meter of meer:
Het in lid 22.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De in lid 22.4.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien:
de archeologische belangen of de mogelijkheden van archeologisch onderzoek niet onevenredig worden aangetast.
Voor het bouwen ten behoeve va de andere daar voorkomende bestemming(en) geldt dat uitsluitend gebouw mag worden voor zover:
Indien uit een inventariserend veldonderzoek blijkt dat archeologische waarden vanwege voorgenomen bouwactiviteiten zullen worden verstoord, kan het bevoegd gezag aan de omgevingsvergunning de volgende voorschriften verbinden:
de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor archeologische waarden in de bodem worden behouden;
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen, met betrekking tot de situering van bouwwerken, indien een inventariserend veldonderzoek daartoe aanleiding geeft.
De bevoegdheid onder 23.3.1 wordt toegepast met het oog op de bescherming van archeologische waarden en deze in situ te behouden.
Het is verboden op of in de gronden waarop deze bestemming betrekking heeft zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren over een oppervlakte van meer dan 50 m2, en een diepte van 0,5 meter of meer:
Het in lid 23.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De in lid 23.4.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien:
de archeologische belangen of de mogelijkheden van archeologisch onderzoek niet onevenredig worden aangetast.
Voor het bouwen ten behoeve van de andere daar voorkomende bestemming(en) geldt dat uitsluitend
gebouwd mag worden voor zover:
Indien uit een inventariserend veldonderzoek blijkt dat archeologische waarden vanwege voorgenomen bouwactiviteiten zullen worden verstoord, kan het bevoegd gezag aan de omgevingsvergunning de volgende voorschriften verbinden:
Het bevoegd gezag kan nadere eisen stellen, met betrekking tot de situering van bouwwerken, indien een inventariserend veldonderzoek daartoe aanleiding geeft.
De bevoegdheid onder 24.3.1 wordt toegepast met het oog op de bescherming van archeologische waarden en deze in situ te behouden.
Het is verboden op of in de gronden waarop deze bestemming betrekking heeft zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren over een oppervlakte van meer dan 500 m², en op een diepte van 0,5 meter of meer:
Het in lid 24.4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De in lid 24.4.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien:
de archeologische belangen of de mogelijkheden van archeologisch onderzoek niet onevenredig worden aangetast.
Voor het bouwen ten behoeve van de in lid 25.1 bedoelde dubbelbestemming gelden de volgende bouwregels:
Voor het bouwen ten behoeve van de andere daar voorkomende bestemming(en) geldt dat uitsluitend gebouwd mag worden voor zover:
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, aan te leggen of de volgende werkzaamheden uit te voeren:
Het in lid 25.3.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De in lid 25.3.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Bij het bouwen, zoals bedoeld in hoofdstuk 2, worden de kencijfers voor parkeren zoals opgenomen in publicatie 182 (CROW) in acht genomen.
Bij een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaald in 27.1 indien de situatie ter plaatse of de aard van het bouwwerk hiertoe aanleiding geeft.
Als een verboden gebruik wordt in ieder geval beschouwd een gebruik van gronden en/of water:
Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - gasdrukmeet- en regelstation - 1' zijn geen kwetsbare objecten toegestaan.
Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - gasdrukmeet- en regelstation - 2' zijn geen kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten toegestaan.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingzone - ontheffingsgebied' horeca toestaan uit ten hoogste categorie 1 van de Staat van Horeca-activiteiten (bijlage 1), met dien verstande dat:
Het bevoegd gezag kan, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en er op grond van de regels in hoofdstuk 2 niet eerder kon worden afgeweken, bij een omgevingsvergunning afwijken van de regels van het plan, voor:
Het bevoegd gezag kan de in het plan opgenomen bestemmingen wijzigen ten behoeve van overschrijding van bestemmingsgrenzen, voor zover dit van belang is voor een technisch betere realisering van bestemmingen of bouwwerken dan wel voor zover dit noodzakelijk is in verband met de werkelijke toestand van het terrein. De overschrijding mag echter ten hoogste 5 m bedragen en het bestemmingsvlak mag met ten hoogste 10% worden vergroot.
Het bevoegd gezag kan een of meer bestemmingsvlakken van de bestemmingen Waarde - Archeologie 1, Waarde - Archeologie 2 en Waarde - Archeologie 3 geheel of gedeeltelijk verwijderen, indien:
Indien en voor zover in deze regels wordt verwezen naar een wet, een algemene maatregel van bestuur, een verordening, een richtlijn of een andere (wettelijke) regeling, dan geldt deze wet, algemene maatregel van bestuur, verordening, richtlijn of andere (wettelijke) regeling zoals die luidt dan wel van kracht is op het moment van de vaststelling van dit plan.
In geval van strijdigheid van de regels van (met elkaar samenvallende) dubbelbestemmingen wordt de volgende voorrangsvolgorde aangehouden:
Deze regels worden aangehaald als 'Regels van het bestemmingsplan Noord 2021' van de gemeente Diemen.