direct naar inhoud van 5.1 Milieuzonering bedrijvigheid
Plan: Kom Beschermd Dorpsgezicht
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0376.B007BPKomBeschDorp-1141

5.1 Milieuzonering bedrijvigheid

Toetsingskader

Om in de bestemmingsregeling de belangenafweging tussen bedrijvigheid en gevoelige functies met betrekking tot milieu in voldoende mate mee te nemen, wordt in dit bestemmingsplan gebruikgemaakt van een milieuzonering. Deze milieuzonering vindt plaats aan de hand van een Staat van Bedrijfsactiviteiten (SvB). Dit is een lijst waarin de meest voorkomende bedrijven en bedrijfsactiviteiten zijn gekoppeld aan een mate van milieubelasting. De SvB is opgesteld met behulp van de VNG-publicatie Bedrijven en milieuzonering (2009).

In het plangebied zijn naast woningen nog andere functies (zoals bedrijven, agrarische bedrijvigheid, maatschappelijke voorzieningen, centrumvoorzieningen en een enkel kantoor) aanwezig. In gebieden waar bedrijfsactiviteiten en hindergevoelige functies reeds naast elkaar voorkomen en functiemenging in enige mate gewenst is, wordt gebruikgemaakt van de SvB 'functiemenging'. Bij deze lijst wordt per bedrijfsactiviteit bekeken in welke mate deze direct naast woningen toelaatbaar is. Voor een nadere toelichting op de aanpak van de milieuzonering met behulp van de SvB 'functiemenging' wordt verwezen naar bijlage 5.

Onderzoek

Gebiedstypering

Het plangebied bestaat voornamelijk uit grote woonpercelen die in het verleden benut werden voor agrarische activiteiten. Grote en hinderlijke bedrijven zijn niet gewenst, ambachtelijke bedrijvigheid gelet op de historie van het gebied echter wel. Om de ruimte zoveel mogelijk doelmatig te benutten, is daarom enige mate van functiemenging wel wenselijk. Binnen het plangebied worden daarom op de percelen die bestemd zijn voor bedrijvigheid bedrijven uit milieucategorie B1 algemeen toelaatbaar geacht. Dit zijn bedrijven die direct naast woningen toelaatbaar zijn en zodanig weinig milieubelastend zijn dat de eisen uit het Bouwbesluit voldoende zijn om relevante milieuhinder te voorkomen.

Bedrijfsinventarisatie

De in het plangebied voorkomende bedrijfsactiviteiten zijn geïnventariseerd en ingeschaald op basis van de categorieën uit de SvB 'functiemenging' (zie de volgende tabel). In deze SvB zijn alleen bedrijven opgenomen die in principe op enige wijze geschikt zijn voor aanwezigheid binnen een gebied met functiemenging. De zwaardere bedrijven die in het algemeen niet geschikt zijn voor functiemenging (zoals bijvoorbeeld een asfaltcentrale of chemische industrie) komen dan ook niet in deze SvB voor.

Enkele reeds aanwezige bedrijven in het plangebied zijn niet algemeen toelaatbaar, maar zijn als bedrijfsactiviteit in het algemeen zwaarder van aard. Deze bedrijven worden mogelijk gemaakt via een specifieke aanduiding. Bij bedrijfsbeëindiging of -verplaatsing kan zich op die locatie alleen nog een gelijksoortig bedrijf vestigen, of een bedrijf dat past binnen de algemene toelaatbaarheid. Op deze manier wordt onaanvaardbare hinder uitgesloten. De nutsvoorziening in het plangebied krijgt een maatbestemming.

adres   bedrijf   SBI-
code  
categorie SvB   bestemming en aanduiding  
Angerechtsweg 3A   Armarium, kleinschalige houtbewerking (restauratie antiek, meubelmakerij)   361   -   Wonen - 1
(b)  
Brinklaan 6-8   Van den Bergh, metaalconstructiebedrijf met smederij/onderhoudsbedrijf (agrarische) machines   284/ 287   B2   Bedrijf en (sb-1)  

Wijzigingsbevoegdheid Brinklaan 6-8

Er bestaan plannen om de bedrijfsactiviteiten aan de Brinklaan 6-8 grotendeels te verplaatsen. Op deze locatie wordt vooralsnog gedacht aan woningbouw, waarbij de oude boerderij wordt gehandhaafd ten behoeve van showroom, incidentele ambachtelijke demonstraties, werkplaats voor licht onderhoud en het rijklaar maken van verkochte machines.

Toekomstige situatie

Voor de mogelijk toekomstige bedrijfsactiviteiten geldt dat het lassen van ijzerwerk en grootschalige reparatie plaatsvindt op de nieuwe bedrijfslocatie. Het pand aan de Brinkweg zal vooralsnog enkel dienen als showroom met een bijbehorende traditionele smidswerkplaats waar deels functioneel en deels ter demonstratie licht onderhoud en smederijwerk zal plaatsvinden. Het pand zal tevens dienen voor het in ontvangst nemen van te onderhouden tuin- en parkmachines en voor het klaarmaken van verkochte park- en tuinmachines. Bij de voorgenomen activiteiten ligt de nadruk op de dienstverlenende functie voor het bedrijf. Er vinden nog wel lichte bedrijfsactiviteiten plaats zoals reparatie en licht onderhoud. De toekomstige bedrijfsactiviteiten kunnen daarom worden getypeerd als bedrijfsactiviteiten met SBI-code 527 reparatie ten behoeve van particulieren. Dergelijke bedrijven zijn direct naast woningen toelaatbaar op grond van de VNG-publicatie 'Bedrijven en milieuzonering' 2009.

Vanwege de verplaatsing van het grootste deel van de bedrijfsactiviteiten zullen de mogelijk toekomstige bedrijfsactiviteiten ter plaatse van de Brinklaan 8-10 slechts een zeer beperkte milieu-invloed hebben op de omgeving. Wanneer geen bedrijfsactiviteiten op een buitenterrein zullen plaatsvinden zal er waarschijnlijk geen sprake zijn van een significante geluidsbelasting in de directe omgeving van de beoogde woningen. Voor de bestaande woningen geldt dat als gevolg van de beoogde bedrijfsverplaatsing de milieusituatie aanzienlijk verbetert. Voor het aspect geur geldt dat de rookgassen van het smidsvuur moeten worden afgezogen en in de buitenlucht worden gebracht.

De uitlaat van de rookgassen zal naar verwachting via het dak plaatsvinden. In de vergunningenfase zal ervoor moeten worden gezorgd dat de emissie van rookgassen niet aan de zijde van de bestaande of beoogde omliggende woningen plaatsvindt. Gezien de inschaling van het bedrijf is dit mogelijk op korte afstand van woningen.

In de huidige situatie bedraagt de afstand tot de meest nabijgelegen woningen aan het Fransepad 5 en 7 minder dan 10 m. De afstand tot de beoogde woningen bedraagt eveneens mogelijk minder dan 10 m. Voor bedrijfsactiviteiten uit categorie 1 geldt op grond van de VNG-publicatie 'bedrijven en milieuzonering' een richtafstand van 10 m ten opzichte van woningen. Dit betreft echter een indicatieve afstand die is gebaseerd op gemiddelde moderne bedrijven. In de VNG-publicatie is vermeld dat indien de concrete activiteiten bekend zijn er gemotiveerd kan worden uitgegaan van de daadwerkelijk te verwachten milieubelasting (in plaats van richtafstanden). In dit geval kan de aard van de omvang van de beoogde activiteiten zodanig zijn dat in het wijzigingsplan kan worden onderbouwd dat de toekomstige bedrijfsactiviteiten ter plaatse van Brinklaan 8-10 op enkele meters van de beoogde woningen toelaatbaar zijn. In de wijzigingsregels wordt opgenomen dat dit moet worden onderbouwd. De mogelijke ontwikkeling kan daarom voldoen aan het beleid en de normstelling ten aanzien van bedrijven en milieuhinder. Ter plaatse van de beoogde woningen is sprake van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat.

Nevenfuncties

In het bestemmingsplan worden bij de agrarische percelen en de voormalige boerderijen (bestemd als W-2) nevenfuncties mogelijk gemaakt via een afwijkingsbevoegdheid ten aanzien van het gebruik van gronden en opstallen. Hierbij wordt gedacht aan ambachtelijke bedrijven, ambachtelijke be- en verwerking van agrarische producten, hoefsmederij, paardenstalling en paardenpension, maar ook aan een bed & breakfast en maatschappelijke voorziening (kinderopvang of zorgboerderij). Deze functies passen binnen de historie van het gebied, maar kunnen milieuhinder voor de omgeving veroorzaken1. De functies worden dan ook niet rechtstreeks mogelijk gemaakt, maar via een afwijkingsbevoegdheid als concrete initiatieven zich aandienen. In de praktijk zijn dergelijke functies naast woningen namelijk op milieu- en ruimtelijk vlak aanvaardbaar indien sprake is van een goede inpassing. Dit dient bij het afwijkingsbesluit getoetst te worden. In de afwijkingsregels is deze toetsing dan ook geregeld.

Conclusie

In dit bestemmingsplan wordt door de milieuzonering, die in de bestemmingsplanregeling is opgenomen, zorg gedragen voor een aanvaardbaar woon- en leefklimaat bij de woningen en worden de bedrijven niet in hun functioneren belemmerd.