direct naar inhoud van Artikel 2 Gemengd
Plan: Complex Wouter Sluislaan 10
Status: vastgesteld
Plantype: uitwerkingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0370.2012Wsluislaan10-VA01

Artikel 2 Gemengd

2.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Gemengd' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen, al dan niet in combinatie met ruimte voor beroeps- en bedrijfsuitoefening aan huis;
  • b. maatschappelijke dienstverlening;
  • c. dienstverlening.

met de daarbij behorende:

  • d. wegen en paden;
  • e. parkeervoorzieningen;
  • f. groenvoorzieningen;
  • g. speelvoorzieningen;
  • h. water;
  • i. tuinen, erven en open terreinen.

2.2 Bouwregels
2.2.1 Algemeen

In of op deze gronden mogen ten behoeve van de bestemming uitsluitend hoofdgebouwen, bijgebouwen en overkappingen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd.

2.2.2 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. hoofdgebouwen mogen uitsluitend binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. de bouw- en goothoogte van hoofdgebouwen mogen niet meer bedragen dan op de verbeelding staat aangegeven;
  • c. het aantal woningen mag niet meer bedragen dan op de verbeelding staat aangegeven.
2.2.3 Balkons

Ter plaatse van de specifieke bouwaanduiding - balkons, mogen aan een hoofdgebouw balkons worden gebouwd. Hiervoor gelden de volgende regels:

  • a. de horizontale diepte van een balkon bedraagt maximaal 2,5 meter;
  • b. de breedte van een balkon bedraagt maximaal 6,5 meter;
  • c. de goothoogte van balkons bedraagt maximaal 4,5 meter;
  • d. de bouwhoogte van balkons bedraagt maximaal 5,5 meter.
2.2.4 Bijgebouwen en overkappingen

Voor het bouwen van bijgebouwen en overkappingen gelden de volgende regels:

  • a. de goothoogte en bouwhoogte van 'bijgebouwen en overkappingen mogen niet meer
    bedragen dan respectievelijk 3 meter en 6 meter;
  • b. bijgebouwen dienen te zijn voorzien van een kap haaks op de weg waarvan de dakhelling niet meer dan 30ยบ mag bedragen
  • c. de gezamenlijke oppervlakte van bijgebouwen en overkappingen mag niet meer bedragen dan 50% van het bouwperceel met een maximum van 48 m2.

2.2.5 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:

  • a. de hoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 2 meter bedragen;
  • b. de hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3 meter bedragen.

2.3 Afwijken van de bouwregels
2.3.1 Bouwen buiten het bouwvlak

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 2.2.2 a zodat een gebouw gedeeltelijk buiten het bouwvlak kan worden gebouwd, mits:

  • a. de gezamenlijke oppervlakte van de gebouwen binnen en buiten het bouwvlak niet meer bedraagt dan is toegestaan binnen het bouwvlak;
  • b. de goothoogte en bouwhoogte van de gebouwen buiten het bouwvlak niet meer bedraagt dan 4,5 meter;
  • c. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
    • 1. het straat- en bebouwingsbeeld;
    • 2. de sociale veiligheid;
    • 3. de milieusituatie;
    • 4. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

2.4 Specifieke gebruiksregels
2.4.1 Beroep en bedrijf aan huis

Een woning en de daarbij behorende aan-, uitbouwen en bijgebouwen op gronden als bedoeld in artikel 2.1 mogen worden gebruikt voor beroeps- en bedrijfsuitoefening aan huis, mits:

  • a. de gezamenlijke vloeroppervlakte niet meer bedraagt dan 30% van het bruto vloeroppervlakte van de betreffende woning en de bijbehorende aan-, uitbouwen en bijgebouwen;
  • b. deze niet wordt gebruikt ten behoeve van een seksinrichting;
  • c. het beroeps- en/of bedrijfsuitoefening aan huis betreft die niet vergunningplichtig is op grond van de Wet milieubeheer;
  • d. het geen detailhandel of horeca betreft;
  • e. op de bij de betreffende woning behorende gronden geen buitenopslag van goederen ten behoeve van het aan huis gebonden beroep en bedrijf;
  • f. in de omgeving van de betreffende woning geen onevenredige vergroting van de verkeers- en parkeerdruk optreedt.