Plan: | Bestemmingsplan ArenAPoort West Kavel 17 |
---|---|
Plannummer: | T0901BPGST |
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0363.T0901BPGST-OH01 |
In het kader van de in 2008 uitgevoerde MER voor de naastgelegen kavel 17A (Ziggo Dome) heeft een onderzoek plaatsgevonden naar de natuurwaarden voor zowel kavel 17A als kavel 17 waarop het hotel-, kantoor- en multipurpose gebouw worden gerealiseerd ("Natuurtoets Music Dome", (kavels 17 en 17A) (ihkv MER Music Dome), Dienst Ruimtelijke Ordening, Planteam Groen, Ecologie, stedelijke Recreatie en Water, september 2007).
Kavel 17 maakt geen onderdeel uit van Natura 2000 gebieden, ecologische hoofdstructuur of de hoofdgroenstructuur van Amsterdam.
De planlocatie (kavel 17) bestaat in de huidige situatie uit een braakliggend terrein, begroeid met gras, in de lus van de afslag Burgemeester Stramanweg – Holterbergweg. Het gras wordt een keer per jaar gemaaid. Rondom de sloot op de kavel is het ruiger en biedt de vegetatie dekking aan veldmuis en gewone bosspitsmuis. In de oever broeden incidenteel wilde eend, meerkoet en soms waterhoen. De sloot is onderdeel van het grotere peilvlak, waarin de groene kikker en algemene soorten als snoek en rietvoorn voorkomen. Beschermde vissoorten zijn in dit peilvlak nooit aangetroffen. Op de geplande bouwkavel broedt jaarlijks een kolonie kokmeeuwen, visdiefjes en enkele zwartkopmeeuwen. De belangrijkste broedplaatsen van visdiefjes en zwartkopmeeuwen in en rond Amsterdam is de Hoeckelingsdam in het IJmeer.
In de omgeving van de locatie liggen sportparken en volkstuinen. Door de drukke infrastructuur is de locatie voor grondgebonden dieren moeilijk bereikbaar. In de ten noorden van het plangebied en ten westen van de A2 gelegen Duivendrechtse polder komt de rugstreeppad voor. Een ecologische verbinding tussen het plangebied en het genoemde poldergebied ontbreekt. Aangezien de rugstreeppad in het plangebied niet voorkomt, is een ontheffingsplicht niet aan de orde. Om te voorkomen dat de rugstreeppad zich mogelijkerwijs toch in het plangebied vestigt, wordt aanbevolen om tijdens de voorbereiding en uitvoering van de werkzaamheden ervoor te zorgen dat ter plaatse geen voortplantingswater in de vorm van poeltjes ontstaat.
Door de bebouwing van kavel 17 verdwijnt het groene gebied in de lus van de afslag en daarmee de mogelijkheid voor kokmeeuwen, visdiefjes, en zwartkopmeeuwen om op de grond te broeden. Ook de landbiotoop voor veldmuizen en bosspitsmuizen en een deel van de sloot verdwijnt. Een ontheffingsaanvraag op grond van de Flora- en Faunawet is voor genoemde soorten echter niet nodig. De nesten van de broedvogels zijn gedurende het broedseizoen wel beschermd. Verstoring tijdens het broedseizoen dient te worden voorkomen en daar is met de uitvoering van het project goed rekening mee te houden. Voor de in het plangebied voorkomende grondgebonden soorten, zoals de muizen en de groene kikker, geldt een vrijstelling bij ruimtelijke ontwikkeling.
Er is geen sprake van verstoring van ecologische relaties. Het gebied ligt in de huidige situatie al ingeklemd tussen wegen en herbergt weinig ecologische waarden. Vanuit de Flora- en Faunawet is compensatie niet noodzakelijk. Voordat het broedseizoen begint zal het plangebied onaantrekkelijk worden gemaakt voor broedvogels.
Door de bouw van de ondergrondse parkeergarage onder kavel 17, die op basis van het geldende bestemmingsplan kan worden gerealiseerd, wordt het huidige terrein verhard en zal het onderhavige bestemmingsplan aldus geen verstoring van ecologische relaties teweegbrengen.