direct naar inhoud van Artikel 20 Wonen - 2
Plan: Banne Buiksloot II
Plannummer: N1203BPSTD
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0363.N1203BPSTD-VG01

Artikel 20 Wonen - 2

20.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen - 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

20.2 Bouwregels

Op en onder de in lid 20.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten dienste van de bestemming, met inachtneming van de volgende bepalingen:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'maximum bouwhoogte' is de aangegeven maximale bouwhoogte voor woningen toegestaan;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage' is het aangegeven maximale bebouwingspercentage per bestemmingsvlak toegestaan;
  • c. het aantal bouwlagen exclusief dakopbouw of kap mag per woning niet meer dan 2 bedragen;
  • d. de maximale bouwdiepte mag niet meer dan 9 meter bedragen;
  • e. de zijdelingse afstand van de kopwoning tot erfscheiding mag niet minder dan 1 meter bedragen;
  • f. de afstand van de voorgevel van woningen tot de bestemmingsgrens mag niet minder dan 3 meter bedragen;
  • g. het vloeroppervlak van bergingen mag niet meer dan 10 m2 bedragen;
  • h. de bouwhoogte van bergingen mag niet meer dan 2,50 meter bedragen;
  • i. de bouwhoogte van erf- of terreinafscheidingen voor de voorgevelrooilijn mag niet meer dan 1 meter bedragen;
  • j. de bouwhoogte van erf- of terreinafscheidingen op het zij- of achtererf mag niet meer dan 2 meter bedragen;
  • k. ter plaatse van de aanduiding 'garage' zijn garages toegestaan met dien verstande dat:
    • 1. de maximum vloeroppervlakte mag niet meer dan 20 m² bedragen;
    • 2. de maximum bouwhoogte mag niet meer dan 2,5 meter bedragen;
  • l. voor overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag de maximum bouwhoogte niet meer dan 3 meter bedragen.

20.3 Afwijken van de bouwregels

Bij omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 20.2 onder d teneinde de bouwdiepte op de begane grond aan de achtergevel met maximaal 3 meter ten behoeve van het oprichten van een serre te overschrijden.

20.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik dat in overeenstemming is met de bestemmingsomschrijving wordt in elk geval aangemerkt dat ten aanzien van de in lid 20.1 genoemde functie: