Plan: | Schellingwoude |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0363.N0805BPSTD-OH01 |
Op grond van artikel 3.1.6 Bro dient in de toelichting op ruimtelijke plannen een waterparagraaf te worden opgenomen. Deze doet verslag van de wijze waarop rekening is gehouden met de gevolgen van het plan voor de huishoudkundige situatie. Het doel van de watertoets is waarborgen dat waterhuishoudkundige doelstellingen expliciet en op evenwichtige wijze in beschouwing worden genomen bij alle waterhuishoudkundige relevante ruimtelijke plannen en besluiten.
Bijna het gehele plangebied valt onder het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK). Uitzondering is het zuidwestelijk deel (ten zuiden en ten westen van respectievelijk de Schellingwouderdijk en de Noorder IJdijk). Dit deel valt onder het Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht (AGV). Het beheer voor het hoogheemraadschap AGV wordt uitgevoerd door Waternet.
Rijkswaterstaat is op grond van de Waterwet verantwoordelijk voor het waterkwantiteits-, waterkwaliteits- en het waterstaatkundig beheer van de Noordzeekanaalboezem, waartoe ook het water van het Binnen IJ en het Buiten-IJ behoort, dat binnen het plangebied ligt. Rijkswaterstaat moet dan ook in dit verband bij het watertoetsproces betrokken worden.
In deze waterparagraaf wordt ingegaan op dit overleg en wordt verantwoording afgelegd over de wijze waarop relevante waterhuishoudkundige aspecten zijn meegenomen bij de ruimtelijke planvorming. Hierbij komen de volgende onderwerpen aan de orde:
In onderhavig bestemmingsplan speelt water een belangrijke rol, maar op een geheel andere wijze. Er is geen sprake van toename van verharding of nieuwbouw.
In het kader van de watertoets is vooroverleg gevoerd tussen stadsdeel Noord, Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier en Waternet. Hierbij zijn de volgende afspraken gemaakt:
Er zal opnieuw contact met de waterbeheerders worden opgenomen, zodra een wijziging in de gemaakte afspraken aan de orde is.
Compensatie
Grote ontwikkelingen die een significante invloed hebben op het watersysteem leidt tot overleg met elkaar en wordt per plan bekeken welke compenserende maatregelen er uitgevoerd moeten worden. Uitgangspunt is dat bij nieuwe ontwikkelingen in overleg met de waterbeheerder de watercompensatie moeten worden bepaald. Ten aanzien van de ontwikkelingen die indirect zijn bestemd in dit bestemmingsplan wordt opgemerkt dat hierbij geen verplichting tot het uitvoeren van compenserende maatregelen geldt aangezien het verhardingstoenames betreft die minder 800 m² betreffen.
Waterkeringen
In Schellingwoude ligt een aantal primaire waterkeringen die in het bestemmingsplan moeten worden opgenomen. Op de verbeelding zijn het waterstaatswerk, dit is breder dan het fysieke waterstaatswerk, als dubbelbestemming 'Waterstaat - Waterkering'. Ze zijn eigendom van en in beheer bij het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier.
In de Keur staan regels over hoe er met het water en alles er omheen omgegaan moet worden. Bijvoorbeeld over leidingen in of onder dijken, het bouwen van steigers en het schonen van sloten. De Keur geeft met verboden aan welke activiteiten in de buurt van water en waterkeringen (dijken) niet zijn toegestaan. Daarnaast geeft de Keur met geboden aan welke onderhoudsverplichtingen eigenaren en gebruikers van wateren en waterkeringen hebben.
Binnen het waterstaatswerk gelden verschillende beperkingen voor onder andere bouwactiviteiten en ontgravingen, die in de Keur van het desbetreffende hoogheemraadschap zijn vastgelegd. Om deze reden is alleen een bestemmingsomschrijving verbonden aan de dubbelbestemming aangezien de regelgeving hieromtrent bij een ander bevoegd gezag ligt en niet bij het stadsdeel.
Grondwater
Waternet voert namens de gehele gemeente Amsterdam de grondwaterzorgtaak uit. Het grondwater mag tijdens de realisatie en tijdens de exploitatiefase van het werk niet stijgen of dalen. Voor het aanbrengen van ondergrondse constructie moet de initiatiefnemer een grondwaterberekening uitvoeren waarmee de effecten van het werk op de grondwaterstand wordt bepaald. Het is van groot belang deze invloed te beperken, gezien de mogelijk grote nadelige gevolgen voor bijvoorbeeld houten paalfunderingen. Het uitvoeren van de grondwaterberekening moet zowel voor de realisatiefase als voor de exploitatiefase. Het is raadzaam om op basis van een globaal plan een grondwater berekening te maken. De globale effecten op het grondwater zijn dan bekend zodat er een beeld ontstaat van maatregelen die de initiatiefnemer moet nemen om eventuele negatieve effecten tegen te gaan. De voorkeursvolgorde van maatregelen zijn:
Het toestaan van de lozing van grondwater op het riool of oppervlaktewater wordt beoordeeld op basis van de richtlijnen voor de lozing van grondwater, samengevat in de 'Beslisbomen lozing grond- en regenwater'.
Voorkomen van verontreiniging
In algemene zin is het verboden activiteiten of initiatieven te ontplooien die een verslechtering van de oppervlaktewaterkwaliteit tot gevolg hebben. Verder is het van belang om regenwater zo schoon mogelijk te houden door bronmaatregelen te treffen.