direct naar inhoud van Artikel 16 Waarde - Landschap
Plan: Bedrijventerrein Schinkel - Aalsmeerplein e.o.
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0363.K1203BPSTD-CONS

Artikel 16 Waarde - Landschap

16.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Landschap' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de bescherming en het behoud van de landschappelijke en cultuurhistorische waarden.

16.2 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geeen gebouwen zijnde, of van werkzaamheden
16.2.1 Vergunningplicht

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerken zijnde en werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het aanleggen of verharden van paden en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen;
  • b. het plaatsen van werkketen, opslagcontainers en het al dan niet tijdelijk opslaan van bouwmaterialen;
  • c. het verlagen of verhogen van het waterpeil.
16.2.2 Uitzonderingen

Het bepaalde in 16.2.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden:

  • a. die het normale onderhoud betreffen;
  • b. noodzakelijk zijn in verband met het op de bestemming gerichte beheer van de grond;
  • c. die reeds in uitvoering zijnop het tijdstip van het van kracht worden van dit plan; 
  • d. die van zodanig ondergeschikt belang en van zo geringe omvang zijn, dat aan de karakteristieke waarden van het groen geen afbreuk wordt gedaan.
16.2.3 Toetsingscriteria

Een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden als bedoeld in lid 16.2.1 mag slechts verleend worden, indien:

  • a. de werkzaamheden of de daarvan direct of indirect te verwachten gevolgen de landschappelijke en cultuurhistorische waarden niet onevenredig aantasten of kunnen aantasten; 
  • b. door het stellen van voorwaarden ten aanzien van plaats, omvang, wijze en tijd van uitvoering, aantasting van de landschappelijke en cultuurhistorische waarden kan worden voorkomen;
  • c. de mogelijkheden tot herstel van de landschappelijke en cultuurhistorische waarden niet onevenredig worden verkleind.
16.3 Wijzigingsbevoegdheid

Het dagelijks bestuur is bevoegd, overeenkomstig artikel 3.6 lid 1 onder a van de Wet ruimtelijke ordening, het bestemmingsplan te wijzigen:

  • a. door een of meerdere vlakken met de dubbelbestemming 'Waarde - Landschap' geheel of gedeeltelijk te verwijderen, mits de betreffende gronden niet langer zijn aangewezen als landschappelijk en cultuurhistorisch waardevol;
  • b. door aan een of meerder bestemmingsvlakken geheel of gedeeltelijk de dubbelbestemming 'Waarde - Landschap' toe te kennen indien de betreffende gronden worden aangewezen als landschappelijk en cultuurhistorisch waardevol.