direct naar inhoud van 4.12 Vormvrije m.e.r.-beoordeling
Plan: Kolenkitbuurt Middengebied
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0363.E1201BPSTD-OH01

4.12 Vormvrije m.e.r.-beoordeling

Per 1 april 2011 is het Besluit m.e.r. gewijzigd. De belangrijkste wijziging is de invoering van een vormvrije m.e.r.-beoordeling voor activiteiten die genoemd worden in het Besluit m.e.r., maar onder de daar genoemde drempelwaarden liggen. De ontwikkeling van circa 480 woningen en bedrijfsmatige en sociaalmaatschappelijke functies kan worden beschouwd als een stedelijk ontwikkelingsproject in het kader van het Besluit m.e.r.(D-lijst, D11.2). Het project blijft weliswaar ruim onder de aangegeven drempelwaarden (een oppervlakte van ten minste 100 hectare, 2000 of meer woningen of een bedrijfsvloeroppervlakte van ten minste 200.000 m2), maar op grond van de nieuwe wetgeving is alsnog een vormvrije m.e.r.-beoordeling noodzakelijk.

Bij de beoordeling of een project belangrijke nadelige gevolgen voor het milieu kan hebben, moet rekening worden gehouden met de criteria in Bijlage III bij de EEG-richtlijn milieueffectbeoordeling (richtlijn 85/337/EEG). Daarom zijn deze criteria in deze paragraaf als uitgangspunt genomen.

Milieuaspecten

Op grond van hetgeen in dit hoofdstuk in voorgaande paragrafen is beschreven heeft het onderhavige plan geen belangrijke gevolgen voor de aspecten bodem, archeologie, water, ecologie, luchtkwaliteit, geluid, hinder van bedrijven, externe veiligheid en leidingen

Voor een stedelijke ontwikkeling is veelal de ontsluiting en de invloed op het verkeerssysteem en verkeersstromen een belangrijke factor. Deze verdienen aandacht vanuit het oogpunt van verkeersveiligheid, verkeershinder / barrièrewerking en geluid. Het voorgenomen plan is zeer gunstig gelegen ten opzichte van de infrastructuur in de omgeving, zowel wat betreft de weg als het spoor. Daardoor zullen ook de gevolgen voor het verkeer beperkt zijn. Er worden geen belangrijke negatieve effecten verwacht.

Op grond van het voorgaande kan worden geconcludeerd dat het plan op zich en in samenhang met andere plannen (onderhavige plan is één van de weinige herontwikkelingsplannen in Amsterdam West) geen belangrijke negatieve gevolgen zal hebben voor de kenmerken van het gebied zelf en voor het woon- en leefmilieu in de omgeving.

Er bevinden zich geen Vogelrichtlijn-, Habitatrichtlijngebieden of andere beschermde natuurgebieden in de directe omgeving van het Middengebied. Er worden geen negatieve effecten verwacht vanwege de ligging van het plangebied ten opzichte van gevoelige gebieden.

Conclusie

De conclusie is dat geen belangrijke nadelige milieugevolgen worden verwacht. Bij de beoordeling is rekening gehouden met de in bijlage III bij de EEG-richtlijn milieueffectbeoordeling aangegeven criteria.